donderdag 28 mei 2015

BEHEERS

Boven alles straalt het  gezicht van mijn vriend Hans ongeduld uit. Ik kan het me wel een beetje voorstellen, want Carole, mijn vrouw zit nu al bijna tien minuten te peinzen en te piekeren. Ze heeft een woord,  waarmee ze al haar letters kwijt kan en waarmee ze dus vijftig punten extra kan verdienen. Alleen kan ze dat woord vooralsnog nergens kwijt.
Ik weet, na jaren met haar gescrabbeld te hebben, dat ze langdurig kan jeremiëren in dat soort situaties. Toen we het spel nog met z’n tweeën speelden en later samen met onze zonen, deden we wel eens de suggestie om een maximum denktijd in te stellen. Zeg: vijf minuten. Had je, na het verstrijken van die tijd nog geen woord neergelegd, dan kreeg je min tien punten. Daar is het uiteindelijk nooit van gekomen.
Uit pure frustratie gooit Hans nog maar eens een flinke hand borrelnootjes  achter in zijn  keel.  Cobie, zijn vrouw,  streelt hem over zijn behaarde onderarm om hem wat te kalmeren. Zij weet precies hoe hij is; voor je er erg in hebt ligt het op de plavuizen, dat scrabblebord en de lettertjes.
‘Zeg Jee, heb je misschien nog een jonge borrel voor Hans?’
‘Of course,’ zegt Jee, om interessant te doen en hij schenkt Hans een ijskoude Henkes in.
Carole, die minieme stukjes van een pindapepsel zit te af te knabbelen, roept plots verrukt:
‘Yeah!’
Ze legt horizontaal, met drie maal de woordwaarde, het woord ‘beheers’ neer, waarvan de letter ‘b’ aansluit op het verticale woord ‘loot’.
‘Godgloeiendegodverdomme!’ spreekt Henk.
 ‘Klote!’zegt Cobie.
 en ‘Kut!’zeg ik.
Carole heeft ‘drie maal de woordwaarde’ van ons afgepikt. Ze incasseert maar liefst negen en zeventig punten voor dat ene woordje.  Heel even kijkt ze triomfantelijk in het rond, pakt zeven nieuwe letters en neemt een slokje van haar appelsapje. Sinds de overgang drinkt ze geen alcohol meer. Jee des te meer; maar dit terzijde.
Terwijl Carole bezig was met haar mooie woord, hebben de anderen ruimschoots de tijd gehad, om de letters op hun plankje te ordenen.  Hans, die een ruime voorsprong had opgebouwd, moet nu Carole voor zich dulden. Ze staat nu acht punten op hem voor. Hij wrijft met duim en wijsvinger over zijn kin, zucht eens diep, neemt een slokje van zijn borrel en legt de letter ‘e’ neer voor de ‘b’ van het verticaal gelegde woord ‘beschaafd’.
‘Eb,’ zegt Hans, ‘tsja, één schamel puntje … maar straks ga ik ‘vloed’ neerleggen, dat scoort beter. ’
Het spelletje kakt een beetje in. Jee zegt dan:

‘Ik ga een cd’je  van Jack Johnson opzetten, jongens.  Bruisende muziek! Ik zweer het. Moet je maar eens horen!’ En in ‘no-time’ staan de twee voormalige flower – power stellen ouderwets met elkaar te swingen … er wordt gelachen en gezongen. Hans zwiepte toen hij opstond om mee te gaan dansen het scrabblebord ‘per ongeluk’ van de tafel; daar staan ze nu gewoon op te dansen. Ze dansen zoals dat vroeger deden, in de sixties, met weidse wilde armbewegingen. Met z’n vieren staan ze te springen en te swingen; ze zijn  niet langer koppeltjes meer. Met z’n vieren gaan ze uit hun dak op de opgewekte surf-sound. Het dansen wordt steeds intiemer. Hun oude bezwete lijven smelten zowat samen. Het is een opwindend doch beschaafd, erotisch tafereel, totdat Jee hem op een gegeven moment niet meer in  zijn broek kan houden.     

Geen opmerkingen:

Een reactie posten