maandag 1 april 2024

NU IS ZE WEG.

Wat jammer. Ze is weg. Ik zie niet elke dag alles wat er op mijn balkon (op twee hoog) gebeurt. Er hangt luxaflex voor mijn slaapkamerraam, dat uitkijkt op het balkon. Ik ben er bijna nooit. Òf het regent, òf het is koud òf het is er niet uit te houden van de hitte. Die paar keer per jaar dat er een lekker briesje staat, hang ik er neuriënd de was op.



Hoe ze er gekomen is, is me een raadsel. Op een dag stond ik zo maar even op het balkon. Getver! Ik zie een knalgrote vogelpoep. Dacht al dat ik wat had zien wegflitsen naar het balkon van Karina, mijn buurvrouw. Moet gezichtsbedrog geweest zijn.


Ik zet de potten op de reling van het balkon, waar de geraniums al jaren staan te pronken. Ik hoop dat ze ook dit jaar de ijsheiligen weerstaan. Eigenlijk ben ik wat te vroeg.


Dan hoor ik plotseling een vreemd geluid van binnen komen. Uit de keuken lijkt het. Naast een omgekieperd dessertbakje zit een magere kikvors driftig het op het aanrecht gekieperde water op te slurpen. Zij moet wel uitgedroogd wezen want ze blijft onverstoorbaar doorzuipen. Ook toen ik naast haar bij het keukenblok stond.
‘Zo, kikkertje, had jij zo’n dorst?’ zei ik op een zoetig toontje. Ze keek me aan, ook wat zoetig. Ze bleef gewoon zitten. ‘Je wilt zeker nog wel meer eten, kikkertje?’ Alleen weet ik bij god niet wat jullie, kikkers eten. Dat wordt dus googlen.


Wormen. Kikkers eten dus wormen. Nou, da’s nogal makkelijk. Beneden in onze binnentuin ... wormen zat. ’t Is een tam kikkertje. Ik zette haar met een schoteltje water weer op het balkon.


Ik zit, in het binnenterrein, op mijn knieën wormen te zoeken. Loopt een buurvrouw met haar nerveuze hondje langs. ‘Voor mijn kikker,’ zeg ik verontschuldigend. Dan vertelt die buurvrouw (toch bijna ten dode opgeschreven), dat ze vanmorgen een reiger zag over vliegen. ‘Ter hoogte van uw balkon. Hij liet hij iets vallen’, zei ze, ‘poep of wat anders’.


Allebei dus!


Ik zag dat mijn kikkertjes ruggetje beschadigd was. Een snijwondje. Niet bloederig. Eerder slijmerig. Kan ik haar helaas niet bij helpen. Pleisters, zalf, poeder? Bij een kikker? Ho maar! Moet uit zichzelf helen.


Ik verzorg haar zo goed als ik kan. Toch ging ze al na zeven dagen onrustig kwaken en springen op mijn balkon. Ze moest er duidelijk vandoor.


Ik zette haar in een hangpot. Wat water en wormen erbij. Bond een meterslang vliegertouw om die pot, aaide haar over haar glibberige bolletje en liet haar in die pot voorzichtig van mijn balkon zakken. ‘Dag lief kikkertje.’


De pot was nog nauwelijks geland of ze plonsde in het doorweekte gazon. Of ze nog wat te kwaken had kon ik niet meer horen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten