dinsdag 23 mei 2017

SOFTIJS

Vriendelijk was ik, dat wel,  maar zakelijk vriendelijk. Zò kocht ik de oubliehoorn met softijs: ‘Mag ik een softijsje van één euro, mijnheer.’
’ Dat wordt dat één euro,’ zei de verkoper van de  snackbar.
‘Ja,’ zei ik kortaf, maar niet onvriendelijk en ik overhandigde de verkoper één euro. ’ Alstublieft’ zei ik nog.
De verkoper gaf me mijn ijsje en zei: ‘Fijne dag nog.’
‘Dank u … , werk ze,’ zei ik en liep de snackbar uit terwijl ik een hap uit mijn softijsje nam. Het was eigenlijk een wat te grote hap … ik had zoveel trek in dat ijsje, dat ik helemaal vergat, dat ik wel eens pijn aan mijn hoofd zou kunnen krijgen, als ik een te grote hap ijs zou nemen. Iedereen die wel eens een te grote hap van een ijsje heeft genomen weet hoe venijnig de daardoor veroorzaakte hoofdpijn kan zijn …. maar…. die weet ook, dat die pijn godzijdank, meestal snel weer wegtrekt. Voor de rest at ik het ijsje met beleid op. Rustig dus.
Het was een rare dag. De zon scheen volop en soms was het zinderend warm en soms was er een noordelijk briesje en dan was het ineens weer een beetje fris. Door mijn voorzichtigheid met al te grote hapjes ijs en door de warmte smolt de ijsco sneller dan ik hem op kon eten, helaas. Het ging snel…. sneller dan ik me had kunnen bedenken en het ijs droop over mijn hand, mijn arm, mijn t-shirt en mijn korte broek. Ik beet het puntje helemaal onderaan de oubliehoorn af maar dat had tot desastreus gevolg dat er een plons gesmolten softijs via mijn kin en mijn hals op mijn borst en t-shirt terechtkwam. Heel vaak had ik al dat soort ijs gegeten maar nog nooit was ik daardoor zo in moeilijkheden gekomen. 
Ik had nu alleen nog een lege oubliehoorn in mijn hand. Even heb ik nog geaarzeld of ik die oubliehoorn nog zou opeten of zou weggooien. Uit ervaring weet ik dat je van die oubliehoorns op zich behoorlijke dorst kan krijgen, dus besloot ik hem maar weg te gooien in een afvalbak. Toevallig stond ik net naast een afvalbak.
Ik voelde me niet bepaald op mijn gemak met die kleverige lichaamsdelen en bevuilde kleding. Een geluk bij een ongeluk was, dat ik vrij dicht bij mijn huis was. Maar het was toch zeker tien minuten lopen en het was vrij druk op straat. Oude mensen, jonge mensen, mensen met hondjes. Ik zag al die mensen wel naar mij kijken maar ik deed net alsof ik dat niet zag. Ik keek zo half vooruit, half schuin naar de straatstenen. Soms hoorde ik mensen wel lachen maar ik wist natuurlijk niet of zij mij nu wel of niet uitlachten. Om mezelf gerust te stellen dacht ik maar dat ze mij niet uitlachten.

Ik was blij toe dat ik dat ik eindelijk thuis was. Mijn vuile kleren stopte ik in een emmertje sop. Ik stapte onder de douche en trok schone kleren aan.

dinsdag 16 mei 2017

DRUKKE DAG

Ik heb een drukke dinsdag. De wekker gaat al om zes uur. Ik was maandag om tien uur naar bed gegaan. Zoveel mogelijk die maandagavond al klaargemaakt voor de dinsdag: ontbijtje: een bord muesli …. een lunchpakketje: boterham met kaas…… boterham met chocopasta ….. een appeltje …… een banaantje …….. twee flesjes water …… dit allemaal in mijn rugzak gekieperd. …. rugzak bij de deur gezet …. klaar om dinsdag mee te nemen. Ook de ziekenhuispapieren moesten natuurlijk mee … die gingen in mijn binnenzak. Ik moest al heel vroeg in het Franciscus ziekenhuis zijn en ik wilde op de fiets gaan want het zou mooi weer worden die dinsdag. Om 8 uur was de afspraak in Franciscus dus moest ik zeker wel om kwart voor zeven van huis. Ik had overigens makkelijk later van huis kunnen gaan want ik was al om vijf over half acht bij het ziekenhuis aangekomen Volgende keer kan ik dus een kwartiertje later weg.
Ik moest naar het ziekenhuis voor de neuroloog. Ik ben namelijk zo ongeveer anderhalf jaar geleden gevallen en daarbij brak ik mijn rechterarm, mijn rechterschouder en er werd toen een zenuwbaan beschadigd. Die breuken zijn nu  onderhand wel redelijk geheeld maar die zenuwbaan nog niet, daar heb ik nog steeds last van. Het leek aanvankelijk de goede kant op te gaan: de bewegelijkheid van de hand ging vooruit maar de laatste tijd gaat het de verkeerde kant op: de hand is snel koud, ik kan niet zo goed meer schrijven en de fijne motoriek is verminderd. Daarom heb ik de neuroloog nog eens gevraagd  naar die beschadigde zenuw te kijken. Hij heeft  allerlei krachtoefeningetjes met mijn hand en vingers gedaan en zijn assistentes hebben  stroomstootjes (EMG)op mijn arm los gelaten. Vanmiddag om vier uur belt hij mij op mijn mobiel om de uitslag te vertellen. Misschien kan dat nog in dit stukkie.
En inderdaad: het kan nog in dit stukkie want de neuroloog heeft ontdekt dat er iets niet goed zit bij mijn ellenboog (bij het tinteldoosje), niets ernstigs, moet door rust overgaan. Over drie maanden moet er dan een nieuw EMG gemaakt worden  en aansluitend een afspraak om de nieuwe toestand te bekijken. Veel heil verwacht ik hier overigens niet van.
Tot slot van deze drukke dinsdag moest ik mijn vriendin Babs begeleiden naar het ziekenhuis ; er moesten foto’s van haar linkerknie gemaakt worden; ik mag daar niks over schrijven. Babs dacht dat ik in het ziekenhuis inspiratie op zou doen voor leuke anekdotes voor mijn stukjes, want ze vindt mijn stukjes de laatste tijd humorloos en zuur.
Op de afdeling waar Babs geholpen moest worden viel helaas weinig te lachen. Misschien is het leuk als ik schrijf dat er drie heel dikke mannen met baarden  achterelkaar in drie bedden voor een operatiekamer werden geschoven….of misschien is het leuk als ik schrijf dat er een verwarde man in de wachtkamer zat die riep, dat tbs moest worden afgeschaft: ‘gooi alle verwarde mensen die veroordeeld worden  meteen levenslang de bak in, net als in Rusland’.

Het allerleukst vond ik nog wel dat Babs in het ziekenhuis trakteerde op een reuze softijs met oubliehoorn. Maar voor dit stukje is dat eigenlijk niet om te lachen en ook niet echt leuk.

maandag 15 mei 2017

KAMPIOENSSCHAAL

En nu is alles voor Rotterdam op betaald voetbalgebied  ineens beslist. Feyenoord landskampioen en Excelsior en Sparta blijven in de eredivisie. Driewerf ‘hoera!’.
Dan was er vanochtend (ruim twee hele uren)op tv Rijnmond die happening te zien van de huldiging van het team van Feyenoord op de Coolsingel. Ik zat toevallig bij iemand thuis die dat graag wilde zien maar van mij hoeft dat niet. Ik zou daar never-nooit naar kijken. Dit is voor mij een typisch geval van hoofdpijnverwekking. Misschien, héél misschien, als Sparta kampioen zou worden van Nederland (hahahahahaha) en dan zo’n huldiging zou krijgen ……. wat toch nooit gaat gebeuren……………… maar probeer nou eens voor te stellen ….. dat dat gewoon gaat gebeuren ….. in dat geval zou ik misschien een samenvatting van 5 minuten in mijn hoofd kunnen toelaten.
Lee Towers, aardige man hoor, maar nog steeds moet hij zijn tot op het bot versleten liederen slijten aan het legioen, dat zich wel met heel erg weinig tevreden toont. Walk on, man!
De cameramensen weten van verveling niet wat ze met deze uitzending aan moeten. Tot vervelens toe zwaaien ze hun camera vanaf het stadhuis naar het Kruisplein en weer terug. Ik kreeg de neiging om tegen het televisiescherm aan te gaan lullen: ‘Ja, hoor, nou weten we het wel, dat er hier veel mensen zijn.’ Enkele keren tijdens deze life-uitzending ben ik trouwens in slaap gesukkeld, ik vond de uitzending te vergelijken met kijken naar groeiend gras. Een heel enkele keer, was er wat boeiends te zien, als ik dan tenminste wakker genoeg was om er van de genieten.
Op een gegeven moment zag een tamelijk oude vrouw, ik schat haar op 87, vrij slaapverwekkende dansbewegingen maken , de regisseur schrok daar kennelijk van en haalde de vrouw meteen van het scherm maar wat gebeurde er vervolgens de vrouw kwam weer in beeld nu met haar tamelijk oude dochter naast haar en samen stonden zij nu heel enthousiast en lachend te swingen.
Heel leuk vond ik ook het interview met de man die zaterdag van 8 meter hoogte op de grond gevallen was. Hij had bijna alles aan zijn linkerkant gebroken maar hij zou en hij moest bij de huldiging van Feyenoord zijn. Met een heleboel gips lag hij vanuit een ziekenhuisbed naar het stadhuisbalkon te staren. Hij had aan de val ook nog twee blauwe ogen overgehouden, deze bouwvakker en Feyenoordfan uit Helmond.
Zonder te vragen of hij welkom was, behoorde ook ineens de heer Opstelten tot de aanwezigen. Waarschijnlijk was de cameraman de enige die hem herkende want hij bleef Ivo Opstelten constant volgen. Opstelten wilde mensen een hand geven maar iedereen liep hem straal voorbij, hij wou een stukje kaas pakken maar de schaal werd bij hem weggetrokken.

Het moment waarop de meute had staan te wachten naderde. Trainer Giovanni van Bronkhorst en aanvoerder Dirk Kuijt gingen vanaf het balkon van het stadhuis de kampioensschaal aan de hunkerende massa laten zien.  Een aantal fotografen verdrong zich nogal stuitend voor het tweetal Feyenoorders zodat de mensen beneden vrijwel niks van de kampioensschaal kon zien. De fotografen werden opzijgezet en vrij snel voegden zich alle Feyenoorders bij van Bronckhorst en Kuijt op het balkon en  zij gingen allen staan springen. Een van de Feyenoorders, Toornstra, wilde een geintje uithalen en gooide de schaal van het balkon de massa in. Dat was even flink schrikken Sommige mensen moesten opzij springen anders hadden ze de schaal op hun kop gekregen. Maar het was gelukkig maar een lichte namaak schaal. Kuijt stond al snel weer op het balkon te zwaaien met de echte kampioensschaal, samen met Aboutaleb. Even tevoren had Aboutaleb Opstelten nog het stadhuis uitgeschopt. 

zondag 14 mei 2017

NESSELANDE

Terwijl ik dit stukje schrijf speelt Feyenoord om het voetbalkampioenschap van Nederland. Het is twee minuten over half vier en ik hoor iemand in de buurt vuurwerk afsteken …. zou dat uit blijdschap zijn om een door Feyenoord gescoord doelpunt?
Ik heb geen tv aan; geen radio … niks. Wat ik wil is helemaal niks weten, tot vanavond. Tot Studio Sport. Ik wil de samenvatting zien waarin bekend wordt of Feyenoord wel of geen kampioen wordt.
Vanmiddag ben ik met mijn vriendin naar Nesselande gegaan. We zijn met de metro gegaan. Daar werd steeds omgeroepen dat er geen fietsen in de metro mochten worden meegenomen vandaag in verband met Feyenoords kampioenswedstrijd. Misschien mocht dat morgen ook wel weer niet. Dat was omdat als Feyenoord kampioen zou worden de huldiging op maandag op de Coolsingel plaats zou vinden en dan zouden er dus ook weer geen fietsen in de metro mee mogen. Ook werd in alle metrostations omgeroepen dat in de hele binnenstad geen alcohol was toegestaan en dat alle alcohol zou worden afgepakt.
Het was een uur of een dat we dat hoorden. Ik was toen  dus met mijn vriendin op weg naar Nesselande. Nesselande is een chique woonwijk met een strand en een heuse boulevard. Het was helaas geen weer om over de boulevard te gaan lopen flaneren. Veel wind, tamelijk lage temperaturen en af en toe een dreigend buitje. We zijn op een terrasje gaan zitten aan die boulevard. Ik heb een tonic gedronken, dat drink ik meestal op een terrasje, ook wel eens een biertje maar dan moet het wat later op de dag zijn. Mijn vriendin nam eerst een koffie en toen ook nog een tonic. Het was wel een duur terrasje: 8 euro 30 voor 2 tonic en een cappuccino vind ik nogal aan de dure kant. Vòòr mij moest iemand, die daar was met zijn vrouw en twee kinderen, bijna zeventig euro betalen voor vier drankjes en vier hamburgers.
Vanaf het terras zagen we een hoge installatie staan die waterskiërs hielp snel door het water te  skiën. Er waren niet veel waterskiërs actief. Het was ook niet zulk waterskiweer.  De bedoeling was dat de waterskiërs zich hechtte aan een katrol en  een kabel. Vervolgens moest er over schansen gesprongen worden en twee scherpe bochten gemaakt worden….en dan kon er weer een nieuw rondje gemaakt worden.
Mijn vriendin vertelde dat het strandje hier in korte tijd een slechte naam had gekregen door vandalistische jeugd. Maar daar is tegen opgetreden door de overheid. Nu is het weer een net strand hoewel er nog steeds mensen rondlopen die niet weten hoe het hoort ….er komen  nog steeds mensen hun hondje op dit strandje uitlaten, met alle gevolgen van dien …..
Het is nu 16.00 uur. Nog een kwartiertje en we weten wie de nieuwe voetbalkampioen van Nederland is. Feyenoord of Ajax. Als inwoner van Rotterdam hoop ik natuurlijk van harte dat Feyenoord kampioen wordt.
Ook hoop ik, als Sparta-fan, dat Sparta wint en zich veilig speelt voor degradatie of nacompetitie. Maar het zal wel nacompetitie worden voor Sparta; het zal dan nog moeilijk genoeg worden voor ze want Sparta is geen ploeg met een vechtersmentaliteit en die heb je nodig in de nacompetitie

zaterdag 13 mei 2017

VURENHOUT

A:        Hé, hallo daar, jongeman, kan jij niet eens een leuke grote kast maken waar ik al mijn mooie kleren in kan doen? Een kast van hout …. het liefst van vurenhout, want dat is het goedkoopst en zoals je weet zit ik niet zo goed in de slappe was, knul, anders zou ik wel een notenhouten kast laten maken. Dan zou ik er ook meteen een vakman bij halen. Dan zou ik jou zeker niet vragen ….. want ik weet heus wel dat jij een prutser bent. Nee, ho, ho, ho voordat je wat gaat zeggen, jongeman ……Ik heb niet gezegd dat je tot niks in staat bent. Die kast van vurenhout kan jij best wel in elkaar zetten, knul, met wat boren, wat schroeven en hier en daar wat lijm, daar niet van, dat kan je wel want aan vurenhout stel je ook niet zulke hoge kwaliteitseisen  dan aan notenhout. Voor notenhout heb je gewoon een vakman nodig, jongen. Maar ja zoals ik al zei daar heb ik gewoon het geld niet voor. Jammer maar helaas
B:        Ik heb altijd wel gedacht dat u me een prutser vond, meneer. Maar als u in uw huis eens even in het rond kijkt, dan zou u zien, dat vrijwel alles hier door deze prutser in elkaar gezet is: de tafel, de stoelen, de lijsten van de schilderijen, de keukenkasten, het bed en dat alles staat er al jaren zonder een mankement te vertonen. Als u mij zou vragen dezelfde dingen te maken maar dan van notenhout, dan zou ik er het drievoudige voor vragen……jaaaaa dan zou deze prutser er het drievoudige voor vragen. Deze prutser kan namelijk net zo goed notenhout bewerken als vurenhout alleen het materiaal notenhout is drie keer zo duur. Die zogenaamde vakman die u wilt, heeft hetzelfde basisloon als ik.
A:        Dus jij bedoelt als het ware, beste knaap, dat het niks uitmaakt een prutser of een vakman, bedoel je dat? Dus als een prutser met notenhout werkt maakt hij net zulke mooie dingen als een vakman met notenhout?
B:        Wat ik bedoel te zeggen dat ik in uw ogen een prutser ben maar dat ben ik dus helemaal niet. Ik ben een eerste klas vakman een all-round timmerman die nergens zijn hand voor omdraait. U heeft nooit geld gehad voor notenhout dus heb u heeft mij nooit opdrachten kunnen  geven voor een notenhouten tafel, notenhouten stoelen, notenhouten wandmeubels en noem verder maar op. Dat lag echt niet aan mij maar aan uw beperkte beurs.
A:        Hahahahaha nou wordt ie mooi, hahahaha, nou komt het omdat ik geen geld beschikbaar heb. Heb ik je ooit iets tekort gedaan, knul? Heb ik je ooit ondergewaardeerd, nou, zeg het dan, kom maar op! Je heb altijd de mooiste vurenhouten dingen voor me gemaakt en ik was er reuze …..reuze blij mee en ik heb je er ook altijd uitstekend voor betaald Je kreeg van mij de prutsersprijs voor je prutserswerk. Daar had je recht op, knul.

Heeee, weet je wat …… jij mag wel blij wezen dat ik zo slecht in mijn slappe was zat, anders had je niet zo goed bij mij kunnen verdienen. Als ik goed in de slappe was had gezeten, had ik wel een notenhout-vakman gevraagd in plaats van een prutser als jij.

vrijdag 12 mei 2017

ADA

Ada (94 jaar) en Gerard (76 jaar) vormen samen een echtpaar. Joke is hun huishoudelijk hulp.

Ada:               Gerard, wil jij voor mij ook een kopje koffie inschenken?
Gerard:         Neen! Je mankeert toch niks aan je poten?!
Joke:              Wacht maar ik zal het wel voor je doen
                        En tegen Gerard zegt zij:
Wat ben je toch vieze gore bullebak …. Wat is dat nou voor moeite om voor haar ook een bakje koffie in te schenken?
Ada:                           Zo gaat het hier nu elke dag. Hij zegt dat ik niks aan mijn handen mankeer, dus dat ik makkelijk zelf een bakje koffie in kan schenken.
Gerard:         Ze mag verdomme blij zijn, dat de koffie al gezet is ….. ik zet elke dag de koffie en zo gaat dat al jaren en al die jaren weet ze al dat ze zelf de koffie in moet schenken …. Maar elke dag maakt ze er weer een scène van.
                        Je verdomt het dingen met je handen te doen terwijl je het makkelijk kan.  Wat je allemaal wel  kan maar ‘weet ik waarom niet’ doet is: aardappelen schillen, boontjes doppen, spruitjes schoonmaken, peentjes schrappen, andijvie en witlof  snijden en ga zo maar door. Ook iets simpels als je bed opmaken ….. je zou het liefst zien, dat ik dat allemaal voor je deed maar je kan de pot op  ……ik heb je in het verleden al te veel verwend.
Ada:               Ben ik daar nou 94 jaar voor geworden om zo grof behandeld te worden ….. geen greintje respect meer is er nog over …. doe je ook zo onbehoorlijk tegen de buurvrouw van hiernaast, waar je elke avond op bezoek gaat ……  avond aan avond zit ik hier alleen te zijn.
Gerard:         Die 94 jaren hebben daar geen mallemoer mee te maken. Ik ben 76 en ik kom ook niet steeds met mijn leeftijd op te proppen. Ik vind gewoon dat jij je aanstelt, een zijkerdje bent dat alles door mij wil laten opknappen terwijl ik juist vind dat je,  door zelf dingen te doen, lekker fit blijft.
                        En dat ik elke avond bij Maria, de  buurvrouw zit, dat klopt en zo af en toe zeur je me daarover aan mijn hoofd. Ben je soms jaloers? Dan vraag je me of ik ook zo ‘onbehoorlijk’ doe tegen haar, neen, dat doe ik niet en daar is ook geen enkele reden voor. Maria en ik hebben het uitstekend met elkaar naar de zin. Zij vindt het leuk om dingen voor mij te doen en ik doe graag dingen voor haar. We vinden het fijn om bij elkaar te zijn en als ik eerlijk ben hebben jij, Ada en ik, onderhand flink de pest aan elkaar. Jij zou het waarschijnlijk anders zeggen maar je bedoelt precies hetzelfde.
Joke:              Lekkere vent ben jij, zeg Gerard ….zou je niet meteen voor vast bij die Maria van hiernaast gaan wonen?    
Gerard:         Geen denken aan; en ook  als Ada straks dood is blijf ik gewoon in dit huis wonen. Maria blijft ook in haar eigen huis. Dan kunnen we allebei aanspraak blijven maken op de volledige AOW.
Ada:               Straks …….. straks……reken maar op nog een paar jaartjes, ik heb sterk het idee, dat ik jou ga overleven, mannetje.


dinsdag 9 mei 2017

LINKS RECHTS

Het is een tekortkoming. Met dansles vond ik het altijd het ergst. ‘Begin met rechts’ zei de dansleraar en prompt stapte ik met mijn linkerbeen naar voren, soms bovenop  het voetje van mijn danspartner. Ik heb nooit leren stijldansen. Ik kon links en rechts nooit zo goed uit elkaar houden. Ook kon ik met dansen, de passen niet onthouden. Op de stijldansvloer voelde ik me een verwarde man. Iedereen om mij heen was vrolijk aan het zwieren en zwaaien en ik, en natuurlijk mijn partner, maar vooral ik stond in verwarring stil langs de kant.
Stijldansen kon ik dus niet maar ik kon wel degelijk dansen: vrij dansen … dansen, zonder regeltjes, op muziek van Pink Floyd of the Soft Machine. Dan maakte ik op de dansvloer wilde bewegingen met mijn hoofd, mijn armen en mijn benen ….. springen deed ik ook en dan kreeg je het omgekeerde effect: de stijldansers stonden langs de kant beteuterd naar mij te kijken, naar mij, die verwarde persoon, die ineens wèl bleek te kunnen dansen …. alleen anders.
Behalve wild dansen was er nog een soort dansen dat ik uitstekend beheerste. Dat was ‘slijpen’. Veel regeltjes waren daar niet aan gebonden. De belangrijkste voorwaarde was de muziek. De groepen Moody Blues, Procul Harum  maakten mooie slijpmuziek. De muziek moest in een uiterst laag tempo zijn. En voor het goed slagen van het slijpen moest je het doen met iemand, die ook heel graag met jou wilde dansen. Je ging zo dicht mogelijk tegen je partner aan dansen, met je handen op haar billen en als het goed is (en je bent niet te lang) dan slaat zij haar armen om je heen ….. en naarmate het muzieknummer vordert, dansen jullie steeds dichter bij elkaar. Ook jullie kruizen zijn dan inmiddels stevig tegen elkaar aangedrukt en er worden schurende bewegingen gemaakt.
Wild dansen was eigenlijk het allerleukst maar slijpen was het allerlekkerst op de dansvloer. En het fijne was: links of rechts deed er helemaal niet toe.
Mijn tekortkoming was enerzijds bijzonder hinderlijk toen ik op moest voor militaire dienst, anderzijds kwam me dat wel goed uit, want ik wilde eigenlijk helemaal niet in dienst.

Alle soldaten wisten hoe dat moest met dat marcheren. Zo’n officier riep dan, veel te hard,  ‘Links, rechts’ en alle soldaten wisten toen direct wat ze te doen stonden: links beginnen met lopen ….. maar ik begon met rechts. Ze stuurden me binnen een week al naar huis. Daar was ik dan wel weer blij mee.

maandag 8 mei 2017

KAMPIOEN

Gisteren moest ik even terugdenken aan de dag dat Sparta voetbalkampioen werd van Nederland. Acht jaar was ik toen, bijna negen. Al weer bijna 60 jaar geleden. Heel Spangen stond op zijn kop. Uit bijna alle ramen wapperde de rood-wit gestreepte Sparta-vlag. Spontaan zongen jong en oud, in de feestelijke drukte op straat, het vrolijke Spartalied.
Er werd gedanst in de Brederodestraat, de Spiegelstraat, op het PC Hooftplein en vanzelf in de Spartastraat.
Ik heb er wel eens eerder over geschreven, dat ik uit mijn slaapkamerraam die kanjers van Spartavoetballers kon zien trainen en die kanjers waren nu in 1959 kampioenen geworden …wat een feest. Ik weet alle namen nog van die kampioenen: keeper van Dijk, de achterhoede bestond uit: van der Lee, Terlouw, Zaal en Villerius. Op het middenveld de Koning, Verhoeven, Daniëls en in de voorhoede liepen de Vries, van Miert en Bosselaar. Een geweldig elftal. Wat een feest was het in Spangen. De feestcommissie had bedacht om het kampioenselftal door Rotterdam te laten rijden in een drietal paard en wagens. Een machtig idee. Ook alle straten van Spangen werden door de paard en wagens aangedaan. Sommige voetballers van Sparta waren uit baldadigheid op de wagens gaan staan en sprongen uit vreugde in het rond, hetgeen natuurlijk best gewaagd was. Maar er gebeurden gelukkig geen ongelukken. Het was al behoorlijk laat geworden toen de rondrit afgelopen was. De rit eindigde bij het Spartakasteel. Ik was daar ook bij. In mijn hand had ik een schriftje. Ik wilde de handtekeningen van alle spelers van Sparta hebben, wat ook bijna lukte. Alleen speler Terlouw duwde me ruw opzij toen ik zijn handtekening vroeg. (‘Stommerik’, dacht ik, ‘bent u nou een kampioen?’) Voor de rest had ik alle handtekeningen, dus ik was best tevreden.
Sparta is verder nooit meer voetbalkampioen van Nederland geweest en zal het ook nooit meer worden ook, want daarvoor is de club te weinig kapitaalkrachtig. Maar gelukkig hebben we in Rotterdam Feyenoord en Excelsior nog. Nou, Excelsior kunnen we ook rustig vergeten als aanstaand kampioen want die club is nog armer dan Sparta. Maar hoewel Feyenoord niet de kapitaalkrachtigste club van Nederland is, is het toch wel een club die elk jaar weer een goede kans maakt om kampioen van Nederland te worden.
Zo ook dit jaar. Gisteren waren veel supporters van Feyenoord in de waan dat hun cluppie kampioen zou worden. Ze moesten spelen tegen Excelsior, die club zou met gemak verslagen worden, met gemak.
Gisterenmiddag was ik wat aan het fietsen in de stad. De wedstrijd moest nog beginnen en ik zag kinderen en volwassenen al in staat van vreugdevolle opwinding richting Woudestein (het voetbalstadionnetje van Excelsior) lopen. Er werd gezwaaid met vlaggen, het Feyenoord-lied ‘Hand in hand’ werd  luidkeels gezongen. Bij een café, waar ik langs moest fietsen, werd gedronken alsof het feest al was losgebarsten; ik kon met mijn fiets niet normaal over het fietspad …. het lag bezaaid met lege bierblikjes en -flesjes, plastic bekers, omver gegooide fietsen, er lag zelfs een bewusteloze (waarschijnlijk beschonken) supporter (met Feyenoord-shirt….) ….. en het geluid van opgewonden gesprekken klonk op van het terras en  vanuit de kroeg.
Het was natuurlijk wel18 jaar geleden dat Feyenoord kampioen werd, dat wel …. en de kans dat het vanmiddag zou gebeuren was wel heel groot. Het ging die middag helaas allemaal niet door. Feyenoord verloor van Excelsior met 3 – 0.. Maar niet getreurd let op wat er aanstaande zondag gebeurt. Dan wint Feyenoord thuis van Heracles en is het alsnog landskampioen. Hoera alvast.

Voor Sparta vrees ik, heel erg helaas, dat ze dit jaar te zwak zullen blijken te zijn voor de eredivisie en een stapje terug zullen moeten doen naar de Jupiler-league. 

zondag 7 mei 2017

STRAND

D e volgende ochtend ging ik vroeg naar het Centraal Station om de trein naar Hoek van Holland te nemen. Ik wilde die van half zeven hebben omdat alle latere treinen vol zitten met stoffige norse ambtenaren, die in een van die kleine achterlijke dorpjes aan de lijn Rotterdam-Hoek van Holland werken: Schiedam, Vlaardingen Maassluis. Je zou er voor je verdriet toch niet willen werken. Het komt een enkele keer wel eens voor dat zo’n ambtenaar tegen me aan begint te praten…..daar moet ik nou helemaal niks van hebben. ‘Meneer,’ zeg ik dan, ‘meneer, ik ben nog maar net uit mijn bed en u ook waarschijnlijk, laten we alsjeblieft allebei nog even een oogje dicht doen, alsjeblieft meneer, ik kan echt niet tegen uw geluid, sorry dat ik het zo cru zeg, maar zo is het nu eenmaal.’
Ik heb met niemand een afspraak op het strand. Ga alleen maar om even lekker in m’n eentje te zijn. Uit te waaien. Het is gelukkig redelijk weer en nu al 17 graden. Neem ik een trein later dan is de kans groot dat er veel schooljeugd in zit en daar word ik helemaal gek van: een kabaal van jewelste: de een praat nog harder dan de ander, de een lacht nog uitbundiger dan de ander, de een heeft zijn smartphone nog waanzinniger staan dan de ander. Ik heb ook kinderen in die leeftijd, met smartphones en zo maar die halen het niet in hun hersens om die krengen zo hard aan te zetten …..in ieder geval thuis niet ……ik weet natuurlijk niet wat ze in de trein doen.
Maar in deze duffe ambtenarentrein kom ik lekker relaxt in Hoek van Holland aan. Deze trein rijdt bijna helemaal door tot aan het strand. Ik zie god zij dank geen mens, alleen maar zand, zee en natuurlijk honderden meeuwen. Ik heb mijn laarzen aan gedaan en nu stamp ik door het rulle zand naar de branding. Het strand is nog niet schoongemaakt. Nog allemaal rotzooi van gisteren. Op mijn pad liggen, lege plastic limonadeflesje, papieren zakjes met de naam van een of andere bakker, een zeefje, een kapotte shuttle, een half opgegeten stuk stokbrood, een gescheurde vlieger en een goed gevuld condoom. Ik maak met mijn laars een gat in het zand, wip het condoom er in en trap het zand plat dat ik met mijn laars bovenop dat condoom geschept heb. Ik wil niet dat dat ding hier open en bloot ligt. Waarom Niet? Geen idee ….. of eigenlijk toch wel….ik houd niet van die dingen, ik wil ze gewoon niet zien..
Aan de horizon vaart een schip; een scheepje, lijkt het maar dat zal wel gezichtsbedrog zijn.
Bijna tuimel ik in een vrij diepe kuil, die daar waarschijnlijk door kinderen gegraven is maar daar moet dan hun vader of grote broer wel aan mee geholpen hebben, want hij is zo diep.
Ik kom aan in het nattere gedeelte van het strand, dat loopt gelijk een stuk makkelijker. Volop schelpen. Ik doe mijn jack uit. De zon wordt nu al warm. Half acht is het pas. Het is nog te koud voor in mijn blote body. D’r zijn al heel wat kwallen op het droge. Het is nog tweehonderd meter tot het naaktstrand. Daar is een tent met uitstekende koffie. Altijd vroeg open. Nu ook dus. Maar nog vóór de koffie,  ga ik daar op het strand uit de kleren en neem een frisse duik in het zeewater. Ik kan het me niet elke dag veroorloven maar als het even kan ga ik hierheen om echt lekker relekst en opgewekt wakker te worden.

zaterdag 6 mei 2017

VARKENSPOOTJES

Karel, een jongen van 17 jaar, staat bij de slager. Hij heeft een rood baseballpetje op met de moderne tekst: ‘fuck you’. Hij is aan de beurt maar de slagersvrouw staat op een trapleertje de ramen te zemen en de slager zelf staat, met zijn tong op zijn schoenen,  hard in te hakken op een dik stuk bot. Er vliegt een stuk van het bot af, over de toonbank, bovenop de kop van de Rotweiler, van de vrouw die voorlopig nog niet aan de beurt is. De hond is niet gewond maar aan het stuk bot zit nog wat vlees, dat de Rotweiler dankbaar op wil peuzelen. Het vrouwtje van die hond probeert het stukje bot en vlees uit de bek van de Rotweiler te sjorren (‘Af Wierdo! Af! Foei Wierdo!!’) maar daarvan wordt het beest alleen maar boos. Hij dreigt in haar hand te bijten. (Typisch een voorbeeld van een slecht opgevoede hond.) Na enige minuten spuugt de hond het schoongegeten botje op de vloer van de slagerij en lijkt smalend te kijken naar zijn vrouwtje dat nu bijna aan de beurt is, want de slager vraagt aan Karel:
Slager:           Zo jongeman, wat zal het zijn?
Karel:                         Dag slager, ik ben vandaag al bij veel slagers geweest maar overal ving ik bot: heeft ù misschien varkenspootjes?
Slager:           Maar natuurlijk heb ik die beste knul. De slager duikt in de koelcel en dan zegt de jongen, kraaiend van pret
Karel:                         Nou, slager dan zult u wel veel moeite hebben met lopen. En Karel stormt de winkel uit. Maar waar Karel niet op gerekend had was dat de Rotweiler van de vrouw, die nu eindelijk aan de beurt was, zich ermee zou gaan bemoeien.
De hond rukte zich los van de vrouw, die nu aan de beurt was, maar ze kon even niks zeggen, want ze lag opeens uitgeteld op de vloer. Toen zei de slager:
‘Zeg het maar mevrouw ………. zeg het maar mevrouw……… zeg het maar mevrouw ………. zeg het maar mevrouw’
….hij leek wel een robot …. De slager hield er pas mee op toen zijn vrouw, die inmiddels klaar was met ramen zemen, een doorregen varkenslapje in zijn nek legde.
De vrouw van de slager liep linea recta, zorgzaam, naar de gevallen vrouw. Ze bleek niets gebroken te hebben of zo; het was meer de schrik van het moment, dat Wierdo, de Rotweiler, Karel achterna ging. Het vrouwtje van de hond werd overeind geholpen door de vrouw van de slager. Net op dat moment kwam Wierdo binnengestormd. Zijn geblaf klonk enigszins schor, wat niet zo vreemd was, want hij had Karels baseballpet half ingeslikt en de viervoeter kreeg hem er zelf duidelijk zijn strot niet uit.
De slager had wel een idee:
                        Ik pak een stuk worst en vraag aan uw hond: wil je een stukje worst Wierdo? Mág dat mevrouw?
Vrouw:         Ja, dat mag, slager maar wat gebeurt er dan?
Slager:           Wierdo wil dat stukje worst zó graag hebben, dat hij eerst de pet uitspuugt en dan het hele stuk worst achter mekaar opvreet.
Nou, zo gezegd zo gedaan, het lukte wonderbaarlijk. Wierdo werd weer rustig.
De vrouw wilde verder alleen maar een doorregen varkenslapje van twee ons kopen. Met een geroutineerd gebaar trok  de slager het varkenslapje uit zijn nek. ’t Was precies het goeie gewicht.
Aan de overkant van de slagerswinkel stond Karel te springen: luid lachend en joelend  zong hij :
‘de slager, die heeft varkenspootjes hi ha ho, de slager die heeft varkenspootjes hi ha ho.’

Wierdo dreigt al weer helemaal gek te worden.

vrijdag 5 mei 2017

COLLEGAATJE

Ans:    Heb je zin in een lekker badje.
Ton:   Ik zit nu de krant even te lezen schat. Daar ben ik nog wel een uurtje mee bezig, denk ik. Daarna lijkt het me lekker een badje te nemen. Wil jij ervoor zorgen dat zo tegen die tijd het bad vol en warm is en ….. doe er maar wat van dat Nivea badschuim in.
Ans:    Ja, daaaaag Ton, alleen als je nu in bad wil, kan ik het voor je klaarmaken. Over een uurtje zit ik in de metro, op weg naar bioscoop Cinerama …….  maar eh … je kan toch best zelf wel je badje in orde maken?
Ton:   Welke film ga je?
Ans:    ’ The other side of hope’.  
Ton:   Waar gaat ie over?
Ans:    Over mensen die alles wat ze hebben op het spel zetten ……. Verliezen ……. weer een beetje opkrabbelen ……. er weer helemaal bovenop komen of overlijden … begrijp je
Ton:   Neen eigenlijk niet zo,
Ans:    Het gaat dus over een Syriër, die al zijn geld gebruikt om naar Europa (Finland) te vluchten. Hij laat zijn hele hebben en houden achter.  Verder is er een Fin. Hij scheidt van zijn vrouw en verkoopt alles wat ie heeft: …… huis, auto, winkel en gaat dan pokeren en heeft dan het beetje geluk waarmee hij een nieuw bestaan op kan gaan bouwen. Die Syriër heeft dat geluk niet: hij zal het in Finland niet overleven.
Ton:   Heb je die film al gezien?
Ans:    Neen, hoezo?
Ton:   ….. dat je het verhaal zo precies kent…….
Ans:    …. Ik heb alleen maar twee recensies gelezen ….. het leek me wel een mooie film om te gaan zien.
Ton:   Met wie ga je?
Ans:    Met Albert.
Ton:   Albert? Welke Albert.
Ans:    Albert de Boer, een collega van me … zit ook in de ondernemingsraad.
Ton:   Moet ik die dan kennen?
Ans:    Nee die moet jij helemaal niet kennen maar die ga je wel kennen want hij komt me zo ophalen.
Ton:   Ophalen? Hier?
Ans:    Ja, waar anders, ik woon hier toch?!
Ton:   Maar, lieve schat,  ik vind  het op zijn zachtst gezegd een beetje vreemd, dat je daar  uit jezelf helemaal niks over zegt. Als ik niet toevallig vraag ‘wat ga je doen’ en ‘met wie’ dan had ik mooi van niks geweten. Ga je misschien ook al met hem naar bed?
Ans:    Nou zeg, Ton schei eens uit ….. Albert is een sympathiek collegaatje en toevallig raakten we aan de praat over die film en toen besloten we daar samen eens naar toe te gaan ….. verder niks…..daar hoef je niks achter te zoeken, hoor!
De bel  gaat
Ton:   Ik geloof dat de bel gaat, schatje ….. dat zal Albert wel zijn
Ans gaat de deur open doen.
Ans:    Hallo Albert. Kom even binnen dan zal ik je aan mijn man Ton voorstellen. Ton, mag ik je even voorstellen aan Albert ….. Albert en ik zitten in de OR van onze zaak.
Albert is gekleed in een driedelig kostuum, hij is ruim een kop kleiner dan Ans. Hij heeft een stevig riekend parfummetje op.
Ton legt zijn krant weg, niest en stelt zich vriendelijk voor aan Albert.
Ton:   Hallo Albert. Ton … de man van Ans dus.

donderdag 4 mei 2017

KOKEN

Er zijn mensen, die wat dit betreft, een zwaardere taak hebben dan ik maar ik moet vier keer per week koken voor mij en mijn vriendin. Mijn vriendin Babs heeft een hekel aan koken …ze vindt dat een ongemakkelijke activiteit dus begint ze er niet meer aan.  Toch zorgt ze wèl drie keer per week voor warm eten voor ons. Dat eten koopt ze dan bij de slager. Die slager verkoopt verrukkelijke  maaltijden, variërend van macaroni tot Surinaamse schotel en asperges met ham tot andijvie met spekjes.
Ik kook dus wel zelf.
Nu vindt Babs alles lekker wat ik kook maar ik kan toch niet iedere week met hetzelfde komen aanzetten. Hoewel ….elke zaterdagavond eten we wel brood met gebakken ei en spek maar dat kan je toch eigenlijk geen koken meer noemen.
Ik probeer met koken behoorlijk te variëren en waar ik óók voor zorg is dat de maaltijden gezond zijn. Bij elke maaltijd, zorg ik er voor, dat er altijd iets vers en rauw bij geserveerd wordt, bijvoorbeeld….. heel simpel: sla, tomaat of komkommer…...
Het is allemaal niet zo ingewikkeld wat ik op tafel zet. Op vrijdag bijvoorbeeld mag ik graag worteltjes eten. Dat is nog een gewoonte van ‘huis uit’. Altijd aten we peentjes met gekookte kabeljauw of vissticks en boterjus met  ‘gewoon’ gekookte aardappelen. Dat laatste doe ik nauwelijks meer bij welke groente dan ook eet ik bij voorkeur gebakken aardappeltjes en de vissticks heb ik vervangen door verse gebakken vis: scholletjes of forelletjes ….een heel enkele keer koop ik voor de vrijdag wel eens Slavino’s van IGLO.
Wat ik, sinds ik met Babs ben, het meest gemaakt heb is chili con carne. Zij koopt dat trouwens ook vaak bij haar slagertje. Iedereen zal het recept inmiddels wel kennen maar omdat het zo lekker is en ik iedereen het beste gun, schrijf ik het hier nog even op:
Doe twee gesnipperde uien en twee in kleine stukjes  gesneden knoflookteentjes in een koekenpan met verhitte olijfolie. Bak de uien en de knoflook en voeg er circa 3 ons rundergehakt aan toe (doe er ook wat peper en zout bij) en bak dat gehakt tot het rul is. Snij dan drie tomaten en een rode paprika in partjes en voeg die bij mix in de koekenpan. Maak tot slot de pot met bruine bonen open en doe de inhoud daarvan in de koekenpan en breng aan de kook. Laat het geheel dan nog twintig minuten zachtjes doorkoken voor een heerlijke Chili-schotel. 
Het is nu tegen etenstijd, dat ik dit zit te schrijven en, wat eigenlijk vrij logisch is, het water loopt me, terwijl ik dit receptje alleen maar uittik, al uit de mond. Ja. het is echt smullen geblazen met chili con carne.

Vanavond, donderdagavond is een bijzondere avond. Dan eten Babs en ik altijd allebei iets anders. Ik neem dan meestal bij de Jumbo een kant-en-klaar maaltijd en Babs eet een boterhammetje met een dun plakje kaas. Zij eet de hele donderdag trouwens zowat niks: ’s morgens een boterhammetje, ’s middags een boterhammetje en ’s avonds dus ook weer. Dat komt omdat ze op een lijnclub zit en op vrijdagochtend moet ze daar op de weegschaal gaan staan ………. en door op donderdag heel veel minder te eten èn niet te snoepen, hoopt ze, dat dan op vrijdag,  de weegschaal, als een door een wonder, minder pondjes aan zal geven. Wie weet gebeurt dat wonder morgen.

woensdag 3 mei 2017

BLOTEBILLENBROEK

DE BLOTEBILLENBROEK.
In het voorjaar zie je hem al wat vaker: de blotebillenbroek. Tonia Voets uit Hoogzuur loopt tegenwoordig in het voorjaar, ‘s zomers en op mooie herfstdagen, altijd in haar blotebillenbroek: op haar werk, thuis, op straat, in de supermarkt. Wat zo’n tien jaar geleden als een trend onder hardlopers uit de Verenigde Staten overwaaide breidt zich langzamerhand uit naar andere groepen. Van spiritueel ingestelden tot nuchtere lieden. Op haar kantoor zijn ze er aan gewend en alleen als haar vriend een etentje van zijn zaak heeft of zo dan doet Tonia een gewone broek aan.
‘Het aller lekkerste is een zomerse dag tijdens een regenbui. Het warme water tikt dan zo heerlijk op de billen, dat is bijna onvoorstelbaar. Het is toch een sensatie die voorbij gaat aan de loper in de reguliere pantalon. Een vervelend verschijnsel is dat Tonia regelmatig een pets voor haar billen krijgt; voornamelijk van mannen natuurlijk. Maar in de loop van de tijd heeft ze steeds betere voelsprieten ontwikkeld om die petsen voor te zijn. ‘Het lijkt wel of je hersenen alerter worden als je in een blotebillenbroek loopt’. Nog voordat ze aangeraakt is draait ze zich als door een wesp gestoken om en geeft het brutale heerschap een oplawaai.  ‘Ja, je moet in deze uitdossing wel van je af kunnen bijten.
Volgens Tonia is de mens niet geschikt om in gewone broeken rond te lopen. Die gewone broeken vervormen onze billen en maken de spieren slap. Zeker erg strak zittende gewone broeken maken de billen lui en veroorzaken juist vaak klachten. Tonia heeft de afgelopen anderhalf jaar haar billen gespierder zien worden. ‘Ik was ook altijd een koukleum’zegt Tonia maar lopen in een blotebillenbroek zorgt voor een betere doorbloeding van je hele lichaam. Haar uitgebreide normale broekencollectie staat te verstoffen in de kast. en dat blijft wat Tonia betreft voorlopig zo. De opmerkingen en fronsende wenkbrauwen op straat deren haar niet meer: ’Je ziet mensen in de meest rare gewaden lopen, met kapsels in alle kleuren van de regenboog, maar als je heel eenvoudig in een blotebillenboek loopt ben je kennelijk een kermisattractie.
BLOTE BILLEN PADEN
Voor wie in de natuur met een blotebillenbroek aan wil gaan lopen zijn er speciale blotebillen paden aangelegd. Er zijn er dertien netjes verdeeld over heel Nederland (blotebillenpaden.nl en blotebillenwandelen.nl)De gemeente Hoogzuur kent een heus park voor dragers van dergelijke broeken. Vorige maand is dit officieel geopend. Er zijn daar zelfs coaches die de weg wijzen met cursussen en workshops. In sommige grote steden worden ook al speciaal voor deze groep dansfeesten georganiseerd.

BLOTE BILLEN INDERDAAD BETER?
Mensen met een blotebillenbroek blijken sneller te lopen. Bosjesmannen, die vaak in hun blote billen lopen hebben aantoonbaar minder schade aan hun bilbotjes. Marathonllopers die trainen in blotebillenbroekjes worden steeds meer als potentiële winnaar genoemd van prominente marathons; zo wordt nu al de bekende Portugees Willy Percuiq genoemd als mogelijke winnaar van de marathon van Rotterdam. Hij is nu al in staat gebleken een tijd neer te zetten van 2.06.34 (onder gunstige omstandigheden uiteraard)

Dat wordt ongetwijfeld billen knijpen voor de andere reguliere marathonlopers. 

dinsdag 2 mei 2017

BLAUWE DOLFIJNEN

Sinds een jaar ongeveer kom ik over de vloer bij Joop. Ik ken hem van het koor waar ik een blauwe maandag op zat. Joop was in de tijd dat ik  op het koor kwam de enige andere man; de andere leden, zo’n dertig in getal, waren dus vrouwen. Hij heeft me destijds op een vriendelijke manier ingewerkt. Hij hielp me bijvoorbeeld in de rommelige liedjesmap, die ik gekregen had, de juiste liedjes te vinden.
Joop is nu bijna tachtig jaar en al tien jaar  weduwnaar. Eens in de veertien dagen drinken we een kopje koffie bij elkaar , soms drinken we er ook wel eens een borreltje bij.  De ene keer zitten we bij hem en veertien dagen later zitten we bij mij. Deze keer zitten we bij Joop.
Joop heeft een tamelijk kleine driekamerwoning met een prachtig uitzicht op een grote vijver, een imposant standbeeld van een grote blauwe dolfijn en heel in de verte, zijn, behalve foeilelijke flats, ook de bomen van het Kralingse Bos te zien met daarbovenuit gepiept, het topje van de Erasmusbrug.
Joop is, misschien wel door dat standbeeld in de vijver, een groot liefhebber van dolfijnen, blauwe dolfijnen, want overal in zijn woning, althans op die plekken waar ik heb mogen komen, duiken deze sierlijke waterdieren op …. niet in levende lijve natuurlijk maar in de vorm van onder andere een spaarpot, een klok, een vaasje, een pollepel, een asbak, een handdoek, een theedoek, pannenlappen, ovenwanten, drie schilderijen en een half opgebrande kaars.
Joop is 21 mei jarig. Hij heeft er een  leuke gewoonte van gemaakt om op zijn verjaardag het koor een cadeautje te geven: hij zingt dan zelf voor het koor een leuk lied en wie mee wil zingen, zingt lekker mee. Vorig jaar, toen Joop 79 jaar werd dus, heb ik dat mogen meemaken. Hij zong toen: ’Brandend Zand’ van Anneke Grönloh en dat was een doorslaand succes. Iedereen kon meezingen, omdat ik toen de tekst speciaal voor alle koorleden had uitgeprint. Joop moest dat hele fijne liedje wel drie keer zingen………..zo’n succes was het. Toen hij uitgezongen was deelde hij zijn gebruikelijk versnapering uit; iedereen zat er al stilletjes op te wachten: jodenkoeken.
Over dat ‘Brandend Zand’ is later tussen Joop en de leiding van het koor, helaas enige consternatie ontstaan. Want, hoewel iedereen de tekst had en de melodie kende wilde de leiding (lees: de dirigente) niet dat het lied op de koorrepetities of de uitvoeringen gezongen werd. En dat stuitte Joop tegen het zere been. Hij had zich natuurlijk niet voor niets zo lopen uitsloven en nu zat die tekst daar maar ‘loos’ in de liedjesmap. Joop maakt van zijn hart geen moordkuil en spreekt de dirigente daar op aan: ’ik bent zekers in mijn kuif gewiekt dame de dirigente, dat nooit meer aan Brandend Zand gehoord wordt.’ (Het Nederlands van Joop is niet zo sterk maar dat maakt niet uit, want iedereen begrijpt hem toch wel.) ‘Het is een goed lied en ik hebt het graag en met bassie gezongen.’ Toen antwoordde de dirigente dat het een ouderwets lied was, dat Brandend zand en dat het negatief en depressief was.
‘Nou’ zei Joop daarop ‘Waarom zingen we dan wel: ‘Vuile huichelaar’ Of dat dan zo potief is ….ouwets is het zeker.’
De dirigente hield voet bij stuk. ‘Brandend Zand’ zou nooit meer door het koor gezongen worden; hetgeen Joop zeer verdroot.
Het is weer bijna 21 mei en Joop bereidt ondanks alle ‘Brandend Zand-sores’ een nieuwe verjaardagsong voor. Het wordt dit jaar de positieve titel: ‘O was ik maar bij  moeder thuis gebleven.’ Van de populaire maar inmiddels overleden zanger Johnnie Hoes. Vanmorgen heeft Joop me het hele lied laten horen. Hij kent het al helemaal uit zijn hoofd.

Hoewel ik al een paarmaanden van dat koor af ben ga ik Joop net als vorig jaar wel helpen met zijn cadeautje aan het koor: ik ga de tekst van ‘O was ik maar ….’van YouTube halen en maak weer kopietjes voor de andere leden van het koor, zodat ze mee kunnen zingen met Joop.

maandag 1 mei 2017

48 WC-ROLLEN

‘Zoooo dat is een mooie aanbieding van Albert Heijn,’ dacht ik. Met de bonuskaart: 48 pakken toiletpapier voor 9,98 euro. Als ik daar een beetje zuinig mee omga doe ik er misschien wel twee jaar mee. Want op het moment gebruiken ik en mijn ‘sporadische’ bezoek, één rol per twee weken. Dus reken maar uit: met 48 rollen ga ik, als er geen gekke dingen gebeuren, 96 weken doen. Dat  is toch bijna twee jaar! Maar ik realiseer me nu, dat ik een foutje maak. Ik redeneer nog vanuit de situatie, dat ik helemaal alleen woon in dit huis maar dat is niet helemaal juist. Mijn vriendin Babs komt hier namelijk ook regelmatig, zo’n drie dagen per week; en haar kan ik natuurlijk niet rekenen onder het ‘sporadische’ bezoek. Ik schat haar verbruik op ongeveer één rol per 8 weken. Dan heb ik dus wat minder dan twee jaar plezier van die rollen. So what!?  Ik zou nog kunnen overwegen om 96 rollen te kopen maar ik vind me al zo voor lul lopen met 48 van die rollen op mijn schouder, want ze passen niet in  mijn boodschappenkarretje of in mijn fietstassen en een auto kan ik me niet veroorloven ….. anders zou ik natuurlijk niet op dit soort koopjes jagen.
Maar er is nog een andere factor die het verbruik van het toiletpapier verhoogt: steeds vaker wordt het gebruikt voor allerlei andere dingen dan de bibs, de plasser, de wc-bril of de (heren-)druppels van de grond af te vegen.
Zo heeft de rol toiletpapier bij mij een vaste plaats veroverd: op mijn nachtkastje. Hij prijkt met enige trots naast de K-Y-gel, de Viagra-pillen en  de flesjes water. Ik zal beginnen met de rol van de toiletrol op het nachtkastje. Babs en ik vrijen vrijwel dagelijks ….dus….. met behulp van het toiletpapier, wordt het na het vrijen, vochtig geworden deel van het laken weer droog gewreven …… en daar zullen nog heel wat toiletrollen per twee jaar mee heen gaan, dunkt me. Hoeveel precies, daar durf ik nu nog geen schatting over te maken omdat wij, Babs en ik,  elkaar nog niet zo lang kennen (op 6 mei a.s. kennen we elkaar om precies te zijn 11 maanden)  en dus kunnen we nu nog niet voorspellen of wij wel dagelijks zo door zullen blijven gaan.
Wat de K-Y gel en de Viagra- pillen op mijn nachtkastje doen, daar wil ik het hier niet over hebben. Dat gaat niemand iets aan. Het gaat in dit stukje tenslotte met name over pleepapier. Zoek maar op google als je die dingen nog niet kent. Feit is, dat we er als ouwetjes tijdens het vrijen veel plezier aan beleven.
Ik hoef denk ik niet uit te leggen waarom er water op het nachtkastje staat??? … gewoon om te drinken want van een partijtje kroelen kan je zo af en toe behoorlijk dorstig worden.

Helaas heb ik één wc-rol al ‘verspeeld’. Ik liet hem bij het uitpakken per ongeluk uit mijn handen vallen …. ‘Plons’…… in de wc-pot. Zeiknat was die rol. Ik heb nog geprobeerd hem een paar dagen op de verwarming te laten drogen maar je kan hem beter meteen wegflikkeren want alle wc-papiertjes kleven aan elkaar vast. Niks meer mee te doen!