donderdag 19 maart 2015

Nederlandse les

Ik geef Nederlandse les aan een man uit Iran. Mehrdad heet hij. Hij is al meer dan tien jaar in Nederland. Toch spreekt hij nog niet zo goed Nederlands. ’Ik heb geen talenknobbel,’zegt hij.
Met een grammaticaboekje voor beginners begin ik met hem. Verder praten we elke week zeker een uur over allerlei onderwerpen, zoals theater, literatuur, cinema en politiek. Sinds een week of zes, lezen we samen een boek. Een avonturenroman.
Dat grammaticaboekje blijkt veel te makkelijk. Er moeten invuloefeningen in dat boekje gemaakt worden. Peanuts  voor hem. Waar heeft hij die kennis vandaan, vraag ik me af. Dan vertelt hij me dat hij een paar jaar geleden eens een cursus NT2 (Nederlands als tweede taal) heeft gevolgd en dat hij daar ook voor geslaagd is. Maar wanneer hij Nederlands spreekt, vergeet hij in zijn enthousiasme de grammatica. Zijn leuke verhalen moet ik nogal eens onderbreken voor correcties.
Ik corrigeer niet alles. Dat haalt de vaart maar uit zijn verhaal en het werkt niet bepaald motiverend. Voor mij gaat het er in zo’n geval om, dat ik weet wat hij bedoelt.
Mehrdad is een intelligente man met een veelzijdige culturele belangstelling, uitermate creatief ook.  Hij is lid van de bewonerscommissie in zijn woonbuurt. Op elke bewonersavond is hij present. Bij wijkactiviteiten, zowel voor jeugd als voor volwassenen, speelt hij een coördinerende rol. Vanzelfsprekend is het reilen en zeilen van de bewonerscommissie een van de regelmatig terugkerende gespreksonderwerpen.
Ook het leven in Iran komt ter sprake: ‘Iran gaat langzamerhand kapot aan de luchtverontreiniging. In Teheran bijvoorbeeld kan nauwelijks normaal geademd worden. Bijna alle mooie parken, die er enkele jaren geleden waren, zijn ontdaan van alle groen en veranderd in betonparken.’  
Mehrdad vergeet in zijn betogen consequent de lidwoorden, ‘de’, ‘het’, en ‘een’ te gebruiken. Lidwoorden bestaan niet in Farsi (zo heet de taal van Iran). Ook andere talen komen ook geen lidwoorden voor, zoals bijvoorbeeld in het Pools, Russisch, Fins en Latijn.  In Nederland wordt het gebruik van lidwoorden in de taal sterk teruggedrongen: gingen we vroeger naar ‘de  Aldi’, ‘de Hema’, nu gaan we naar ‘Aldi’ en ‘Hema’.
Nieuwe Nederlanders, die Nederlands spreken, gebruiken vrijwel nooit lidwoorden. Zo beïnvloeden ze, onbewust, anderen met wie zij praten, ook Nederlanders dus: ‘ik ga met bus.’ ‘Ik lees boek,’ ‘ik ga bril kopen,’ ‘Ik ga naar slager,’enz.
Bekend is misschien dat de Zuidafrikaanse taal van origine het Nederlands is. Nederland was daar de kolonisator en ‘schonk’ Zuid Afrika zo rond het jaar 1650,  onze prachtige taal. Er is natuurlijk veel veranderd in het Zuidafrikaans. Het gaat mij hier om de verandering in de lidwoorden: ‘de’ en ‘het’. Deze lidwoorden bestaan daar niet meer en zijn vervangen door ‘die’. Dus krijg je daar: ‘die boek’, ‘die bos’, ‘die gebouw’ en ‘die meisje’.
Samen met Mehrdad lees ik ook een avonturenroman. We lezen om de beurt hardop een bladzijde. Het gaat hier om het leren van de uitspraak. Met name de ‘ui’ en de ‘eu’ zijn razend moeilijk uit te spreken voor Iranezen. Het begrip van de tekst van belang; nieuwe woorden en uitdrukkingen worden geleerd.
Mehrdad is een gedreven leerling. Hij heeft die thriller al uit. Terwijl we samen, in de les, nog niet eens op de helft van ons boek zijn. 

‘Ik ga het boek nog een keer lezen,’ zegt Mehrdad dan.  

Geen opmerkingen:

Een reactie posten