zondag 17 augustus 2014

REGENZONDAG

De hele dag binnen zitten, omdat vandaag de ene na de andere stortbui losbarst, daar heb ik trek in. Ik ga eerst even douchen, mijn haar wassen, me scheren en dan ga ik naar buiten. Sjiesus Mina, wat stort het als ik de douche uitkom. Ik zie de regen neerstorten in de Rotte en dan weer een flink eind opspatten. Vandaag doe ik een rood t-shirt aan en de broek van mij Adidas trainingspak. Gelukkig heb ik voor de vierdaagse een paar waterdichte loopschoenen aangeschaft (bij de LIDL, voor nog geen 20 euro) en eindelijk had ik vandaag ook mijn regenpak weer eens nodig. Een half jaar geleden kocht ik het en die zelfde avond al had ik het nodig. Het goot en toevallig moest ik op de fiets helemaal van Rotterdam Noord naar Rotterdam West. Nog nooit was ik zo nat! Het bleek zo’n regenpak te zijn dat niet ademt … alle uitademing van mijn lijf tijdens de route van Noord naar West was in mijn pak blijven drijven.
Dat weet ik natuurlijk als ik het pak vandaag aantrek. Maar dat het pak toen zo nat van binnen geworden was kwam natuurlijk doordat ik zo vreselijk hard gefietst had, want als ik niet door zou fietsen zou ik te laat komen op de toneelrepetitie en dan zou ik de wind van voren krijgen.
Vandaag is dus de  tweede keer dat ik dat regenpak gebruik … nu ga ik me niet haasten en zal er geen sprake zijn van nattigheid aan de binnenkant, hoop ik. Er zit ook een capuchon op de jas, die zet ik alvast op voordat ik de deur achter me dichttrek.
Halverwege het trappenhuis kom ik de buren tegen die me  verbaasd aankijken en vragen:
‘Ga je wandelen met dit weer?’
‘Ja, zeg ik, ik heb echt eens zin om me helemaal te laten verzuipen.’
‘Getver.’ zegt de buurvrouw.
‘Nou buurvrouw, ik heb er ook helemaal geen zin in om de hele dag binnen  te blijven hangen. Ik wandel even naar mijn volkstuin, compost wegbrengen.’
‘Ja, eigenlijk heb je wel gelijk ook.’ zegt de buurvrouw.
De buurman, nog steeds in zijn korte broek, gromt met zijn blik gericht op zijn blote harige beentjes iets onduidelijks ..het klonk als:
’gmggg s.’
Als ik eenmaal buiten sta is het noodweer voorbij. De eerste meters wandel ik nog met de capuchon op mijn kop maar doordat dat al gauw te warm wordt, gaat die snel weer af.
De straten zijn nat, logisch en niet overal heeft het regenwater goed de weg weten te vinden naar het riool. Grote plassen liggen langs de Noordsingel. Er is heel weinig verkeer. Nauwelijks wielrijders, sommigen met poncho’s, een enkele ‘dwaas op de fiets’ met een plu, en sporadisch komt een auto me tegemoet.  Een enkele automobilist kan de verleiding niet weerstaan  en rijdt hard door een plas regenwater zodat ik zeiknat wordt. Het is dan mijn lol dat die infantiele automobilist niet weet dat ik zo’n uitstekend waterdicht regenpak aan heb.
Aan de waterkant zie ik een, naar ik aanneem Marokkaanse man, spijkerbroek, grijs katoenen jack, capuchon op, een zeer lange scherpe neus, waaronder een Hitlersnorretje prijkt. Hij voert brood aan de eendjes. Dat zal wel het brood van gisteren zijn, want ik heb wel eens gehoord dat van de islam geen oud brood gegeten mag worden. Wel vreemd, alleen de eendjes hebben belangstelling voor het brood van de Marokkaan. Om hem heen zitten tientallen meeuwen die er niet naar talen. Ook de ganzen achter hem geven geen sjoege, hoewel ze doorgaans als er brood te snaaien valt haantje …. nou ja oké …. haantje de voorste zijn. De enige aalscholver in het gezelschap blijft met zijn vleugels gespreid op de rand van singel zitten opdrogen.

Eindelijk denk ik dan toch de regenbui te horen die ik al verwachtte toen ik naar buiten ging … maar  het blijkt  de luid klaterende fontein in de Bergsingel te zijn. Het blijft voorlopig nog droog. Het regent nu alleen nog  af en toe wat druppels op me kop van de bomen waar ik onderdoor loop. Een enkele keer hangen takken van struiken zo laag, dat ze over mijn hoofd scheren.
Na drie kwartier wandelen arriveer ik bij mijn huisje op de volkstuin Op het moment dat ik de inhoud van de compostzak leegschud  in de compostbak laat een plotseling opspringende pad mij behoorlijk schrikken. Die pad zal zelf ook wel geschrokken zijn.
Nu alleen nog even piesen en dan weer naar huis. In de spiegel in het huisje zie ik een rode veeg over mijn voorhoofd en mijn grijze haren. Het is geen bloed, ik ruik al gauw dat het het sap is van vlierbesjes; ik was er zojuist nog onderdoor gelopen. Even wassen en op naar huis …. en er dreigt nog steeds geen druppel regen te vallen.







Geen opmerkingen:

Een reactie posten