Met een banaan en een glas appelsap achter de kiezen stap ik
deur uit richting sportschool. Tja, maandag-, woensdag- en vrijdagochtend is
het vaste prik: sportschool. Het is
kwart voor negen als ik daar incheck; om deze tijd wordt het er weer lekker
rustig. Daar houd ik van: sporten in alle rust. Hé, Keith is er ook nog;
normaal gesproken begint hij al om 6 uur
’s ochtends en is hij tegen acht uur al weer pleite. Keith is een excentrieke Engelsman (een ouwe
zeerot) die al een aantal jaren op deze sportschool rondloopt. Hij sport altijd
in zwarte kleding en heeft daarbij een eveneens zwarte muts op zijn kop, waar
een grijs paardenstaartje onderuitkomt. Al zijn verrichtingen in de sportschool
houdt hij minutieus bij in zijn
onafscheidelijke, minuscule schriftje. Keith en ik hebben elkaar leren kennen
op de sportschool een jaar of vier geleden en sindsdien maken we zo af en toe
eens een praatje, drinken koffie en als een van ons er een paar keer niet
geweest is, en we weten niet wat er aan de hand is, gaan we voor de zekerheid eens
poolshoogte nemen.
Toevallig was ik van plan om vanmiddag bij hem langs, omdat
ik hem hier al drie weken niet gezien had. Het had hem natuurlijk best mis
kunnen lopen omdat ik nu eenmaal wat later sport dan hij. Maar neen, het klopte
toch, hij was twee weken in de lappenmand geweest …had zelfs vijf dagen op
krukken gelopen … had geen gevoel meer in zijn rechter onderbeen …
‘Maar in dat been had je de laatste jaren tóch al geen gevoel
meer, Keith?’ merkte ik op
‘Nee, man, in mijn linkerbeen heb ik al jaren geen gevoel
meer, nu komt mijn rechter er verdomme ook nog eens bij …’
Hij heeft ook een paar dagen niet op dat rechterbeen kunnen staan,
vandaar die krukken natuurlijk. Maar nu ging het wel weer een beetje; hij was ook
al drie dagen in touw op de gym.
Keith vond het een prima idee om elkaar vanmiddag te zien
bij hem thuis. Praten we dan onder het genot van een kopje thee verder.
Keith woont net als ik langs de Rotte; we wonen hemelsbreed zo’n
driehonderd meter van elkaar. Op weg naar zijn huis kom ik langs ‘Olala
Chocola’ ambachtelijke chocolademakers en
daar hebben ze me toch lekkere bonbons en het leek me nou eens een goed idee om
dat koppie thee van straks daar eens mee op te leuken. Ze zijn goed aan de
prijs hoor: tien bonbons voor zeven euro maar daar heb je ook wel wat voor.
Om kwart over vier tikte ik tegen Keith’s raam (hij woont op de begane grond) …. geen reactie …. nog es tikken … ja hoor
daar kwam hij aan gehold … dàt kon hij in ieder geval weer …hollen … scheerschuim
nog op zijn gezicht …liet me binnen … veel
te gehaast maakte hij zijn scheren af …en
uiteindelijk had ie op verschillende plekken zijn gezicht open gehaald.
Ik moest de waterkoker aanzetten voor de thee en voor ons
allebei een theetje uitzoeken. Hem maakte het niet uit wat voor thee. Ik schonk
het water in de theekoppen. Keith was verrast door de bonbons. Met zijn
bloedende kop zat hij zichtbaar te genieten van de handgemaakte cocosbonbon. Normaal
ben ik helemaal niet zo van die zoetigheid … maar deze handgemaakte kersenbonbon
… Olala!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten