Het was
rustig in het Rawhide-kampement. Het was dan ook nacht en iedereen sliep behalve
Randolph. Randolph was een kleine corpulente cowboy van ongeveer 42 jaar, hij
had een korte zwarte baard, een blauw cowboypak en in zijn riem staken twee
lijvige pistolen van het merk Kiljoo. Hij had van Pete, de baas van Rawhide, de
beurt gekregen om op te letten, want het gebeurde nogal eens dat rovercowboys
‘s nacht hun slag kwamen slaan. Want er waren altijd boeren (farmers) die er
wel in voor waren tegen een zacht prijsje een handvol paarden van een groep
paardenrovers te kopen. Iedereen in de groep had het volste vertrouwen in
Randolph. Maar toch was dat niet helemaal terecht. Want Randolph had een paar
broers in het bandietencircuit zitten en aangezien Randolph flinke gokschulden
had opgebouwd bij verschillende leden van die criminele bendes kon het haast
niet anders of Randolph Wize moest haast wel omkoopbaar zijn om niet geheel in
een persoonlijk faillissement weg te zakken.
Niemand
binnen de Rawhide club wist daar vanaf anders had Randolph nooit zo’n groot
vertrouwen gekregen. Dus niemand binnen de Rawhideclub kon ook weten dat
Randolp een geheime deal had gesloten met de Jark-gang een voor niets en
niemand terugdeinende groep paardendieven.
Randolph had
met de boeven afgesproken dat hij de hekken open zou zetten als hij een hard
drietonig fluitsignaal zou horen. Fluit!-fluit?-fluit! Zoiets. Een tijd hadden
ze niet afgesproken. Meestal gebeuren deze zaken zo rond drie uur ‘snachts. Dus
dacht Randolph: ik ga maar eens een whiskey flesje opentrekken ……iets wat
uitdrukkelijk verboden was voor de hele Rawhide-crew. Maar Randolph was het wachten
beu en hij vond het maar flauwekul waarom hij van die whiskey af moest blijven
want waarom hadden ze zo’n grote hoeveelheid bij zich en bovendien als hij weer
geld had van die paardenroof ging hij het gelijk terugbetalen.
De afspraak
met de Jark-gang was dat zodra het laatst paard uit de Rawhide stal was geroofd
zou Randolph drieduizend dollar krijgen…..genoeg
om zijn gokschulden en die fles whiskey van te betalen.
Maar het was
inmiddels vijf over half vier en er was nog steeds geen fluitsignaal te horen
geweest en inmiddels lag Randolph
stomdronken van die fles whiskey, luidkeels snurkend tegen het hek te maffen.
Ondertussen
was Rowdy Yates wakker geworden van dat gesnurk…..hij wist niet wat hij hoorde
…..hij wist niet wat hij zag en hij ging Pete de Baas er bij roepen en wees hem
op de staat van de beveiliger van deze nacht. Pete en Rowdy hoorden Randalph
luid snurken met een lege Whiskeyfles in zijn hand. Dat kan toch niet hè,
zeiden die twee tegen elkaar en om beurten gaven ze hem een schop totdat hij
eindelijk wakker is. Opeens was er zo midden in de nacht een heldere drie
–fluit-toon te horen. Rowdy en Pete begrepen er niets van maar voor alle
zekerheid trokken ze hun Kiljoo, want ze waren ook niet van Lotje getikt. Kort
na het fluitsignaal verscheen een aantal onguur uitziende cowboys voor het
Rawhide hek: de Jark-gang.
Een van die
groep zei: ‘Een van jullie had beloofd het hek open te zetten zodat wij jullie
paarden mee konden nemen.’
‘O ja, wie
dan?’ zei Baas Pete
‘Namen
kennen we nooit’
Nou maak dan
maar dat jullie wegkomen voordat we echt kwaad worden, want we zijn echt niet
mals.
Randolph
Wize had inmiddels zijn paard gezadeld en had zich aangesloten bij de Jark-gang
en vluchtte met de bende de prairi in. Rowdy Yates en Baas Pete wisten
natuurlijk allang hoe laat het was.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten