Het is ochtend. De man is in diepe slaap. Hij schrikt wakker van de bel. Draait zich om en slaapt door. Na een tijdje gaat de bel weer. Hij schrikt nu erger, slaakt een kreet, schudt zijn kussen wat op en draait zich weer om. Wéér klinkt die bel. Hij is nou klaarwakker. Zit rechtop in zijn bed. Hij wrijft in zijn gezicht. Kijkt op zijn horloge. Het is nog geen negen uur. Hij staat op en loopt naar de deur. Doet de deur open en kijkt het trapgat in. Eerst ziet hij niemand maar hij hoort wel voetstappen. Onder aan de trap staat een oude dame. Grijs haar. Ze is in het zwart gekleed en heeft een plastic tasje bij zich. Heel traag komt ze naar boven.
Plotseling krijgt de man een idee. Hij gaat naar zijn
slaapkamer, pakt zijn kussen, duwt het tegen de deurpost, houdt zijn hoofd
tegen dat kussen en doet net of hij slaapt.
Het duurt nog even eer de vrouw op de tweede verdieping is.
Ze ziet er moe uit. Ze moet even stoppen.
‘Hoeveel trappen moet ik op om de boodschap van God te brengen? Hier ben
ik dichter bij God. Die man daar boven is nòg dichter bij God. Inderdaad. Dat
wil nog niet zeggen dat hij Hem kan horen. God verspreidt zijn boodschap wel maar
niet iedereen hoort die. Waarom hoort niet iedereen de boodschap van God?’ Ze gaat
verder naar boven. Vanaf de eerste
traptrede ziet ze zijn blote voeten.“ O God is hij zó enthousiast om mij te zien.
Hij staat daar blootvoets op mij te wachten. ’Iets hogerop ziet de vrouw dat
hij een panty aan heeft.
“Oh God, mag ik Uw boodschap wel brengen bij een man in een
panty?’ Ze draait zich om en kijkt vol twijfel naar beneden. Zal daar iets over
in de bijbel staan? In welk boek dan? Neen, dat zal toch niet? “ Ze kijkt een
voor een naar de boeken in haar tasje. Deze
in het Arabisch: nee. Deze in het
Chinees, nee. Ik moet natuurlijk een
Nederlandstalige bijbel hebben.” Ze zoekt wat in dat boek maar vindt niks.
“Oh ja, nu weet ik hoe
ik het ga aanpakken’. Ze sluit haar ogen
en gaat verder de trap op. Als ze bij op zijn étage is aangekomen, begint ze
met het verkondigen van Gods boodschap. Met haar ogen dicht zegt de vrouw: ”Dag
meneer, ik breng u een blijde boodschap. De boodschap van God. Mijn Heer … uw
Heer. Luister goed naar Zijn woorden. U zult leven in vrede. Ellende komt in uw
leven niet meer voor.”
Terwijl de vrouw praat doet de man nog steeds alsof hij
slaapt. Omdat hij niks zegt, denkt de vrouw dat hij doof is of zich misschien schaamt
om te praten, zo in die panty. Ze gaat weer naar beneden maar op de derde tree schrikt
ze: ‘Oh mijn God, ik ben vergeten hem Het boek te geven’. Ze` pakt Het boek uit
haar tasje, kijkt om, maar zijn deur is dicht. Er is geen man meer te zien.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten