donderdag 2 december 2021

ADA

 

Elke donderdagmiddag ben ik in het buurthuis  bezig met mijn vrijwilligerswerk: een uurtje (een op een) Nederlands praten met  mensen die nog niet zo lang in Nederland wonen en de taal maar een heel klein beetje machtig zijn. Vanmiddag spreek ik met een  35 jarige Chinese dame: Ada. Dat is niet haar echte naam. Haar echte naam weet ik ook niet; ze heeft voor de naam Ada gekozen omdat alle Nederlanders haar echte naam niet kunnen onthouden of uitspreken.  Een Chinese die Ada heet, dat vergeten wij nooit meer.

Ada kwam twee jaar geleden met haar man en twee dochters (7 en 12 jaar) vanuit Shanghaj naar Nederland. Ze wonen hier in een eengezinswoning, een rijtjeshuis noemt ze het zelf, in Oosterflank. Haar man heeft een technische functie bij een Chinees bedrijf in de containersector.  Hij spreekt alleen Chinees en Engels. Hun dochters zitten op de basisschool en doen het volgens Ada goed. Haar oudste gaat waarschijnlijk naar het vwo. Het is niet bepaald het prototype van een armlastig migrantengezin. De kinderen zijn creatief getalenteerd en  krijgen schilder- en pianoles; Ada heeft me tekeningen van ze laten zien …. echt mooi.  

Ada heeft een mail gekregen van Eneco, de energieleverancier, dat ze het verbruik van gas en licht over de afgelopen periode moet opgeven. Lachend doet ze haar uiterste best om in het Nederlands te vertellen, hoe haar man op de grond lag om de verbruikcijfers van gas en electra op de meter hardop af te lezen zodat Ada ze weer  gelijk kon invoeren in de computer.  Ze denkt dat ze een hoge afrekening zal krijgen van Eneco. Ik schrik wel als ze me laat zien hoeveel voorschot per maand ze nu betaalt: 185 euro.  Als ze dan nog zou moeten bijbetalen dan heeft ze een gigantisch verbruik. Ze rekent er zelf op dat ze een maandelijkse termijn van 200 euro zal moeten gaan betalen ….. ’t is duur: elke dag vier personen douchen én dezer dagen een temperatuur in huis willen van minstens 23 graden. Ik vertel haar dat ik maandelijks slechts 50 euro aan Eneco betaal. Dat komt, omdat ik niet meer dan 22 graden stook èn maar één (!) keer per maand onder de douche ga. Daar moet ze hard om lachen … ze gelooft dat van het douchen niet ...’Je mag het aan mijn vriendin komen vragen,’ zeg ik haar.  

Ze heeft last van heimwee, zou graag (met haar gezin)  een tijdje naar China gaan maar ja … corona …

En zo passeren er in dat conversatie-uurtje verschillende onderwerpen, nu eens kort dan weer eens wat langer, nu eens leuk dan weer eens nog iets leuker,  de revu.

Ada en ik praten nu pas drie maanden met elkaar; ik merk dat het al steeds vlotter gaat: … mijn Chinees is echt stukken vooruit gegaan maar haar Nederlands nog veel meer!

Als ‘de les’ er op zit krijg ik van het buurthuis, als dank voor mijn vrijwilligerswerk, een Sinterklaasverrassingsamandelspijsboterletter … wel lekker ja maar ik ben alleen … die krijg ik nooit in mijn eentje op.   

   

woensdag 1 december 2021

MONDKAPJE

 

Vandaag moet ik naar het Franciscus Gasthuis. Als ik uit de metrotunnel de Coolsingel op loop, zie ik uit mijn linker ooghoek  tram 25 richting Schiebroek aankomen.  Het voetgangersstoplicht  van de zebra die ik over moet , staat op rood en blijft net zo lang op rood staan, totdat mijn tram alweer op weg is naar de volgende halte.  Ik heb me er al bij neergelegd dat ik minstens tien minuten moet  wachten op de volgende tram.  Maar tot mijn stomme  verbazing komt er binnen twee minuten alweer een lijn 25 aan.  Dat is nog eens boffen.  Ik check in. Zie dat de tram zowat leeg is. Hooguit tien reizigers. Zitplaatsen zat dus. 

Wat een verschil  met die metro van daarnet. Sardientjes in een blikje. Tot en met station Schenkel gaat het nog wel … is de metro nog maar half vol … maar in Capelse brug … het is nu kwart over acht in de ochtend … stroomt me er toch een massa in  … niet eens iedereen kan mee! De situatie daar is rijp voor Japanse toestanden, waar zogenaamde pushers de reizigers zo ver mogelijk de metro in duwen.  In feite moet de RET langere metro’s inzetten of de frequentie verhogen in de spitsuren.  En nu ik toch aan het mopperen ben: dat station Beurs moet gewoon op de schop want het is daar af en toe een gekkenhuis; vooral in de spits.   

De conducteur van lijn 25 tikt me zachtjes op mijn schouder en gebaart, dat ik mijn mondkapje nog moet op doen. Helemaal vergeten. Het kapje zit half over mijn kin half over mijn hals. Ik trek het over  mijn mond, neus en kin. Mijn bril beslaat  gelijk. Vaag zie ik de conducteur zitten. Vlak bij mij.  Ik doe mijn bril af. ‘Die twee 25-en zitten wel heel kort op elkaar,’ zeg ik tegen hem.

‘Ja, klopt … tram hiervoor, zeven minuten te laat … op rails stond auto  … van moeder brengen naar school kind .’ Vlekkeloos Nederlands spreekt hij nog niet … ik begrijp hem wel. ‘

‘U houdt ook in de gaten, dat iedereen een mondkapje op heeft hier.’

‘Ja, niet makkelijk  … bijna altijd goed … soms mensen boos … agressief ook.’ Hij wijst een vrouw, die instapt  erop dat ze nog moet inchecken. ‘O, dank u wel,’ zegt ze, ‘ik had er niet aan gedacht.’

‘Beter, mensen in tram zeggen: jij mondkapje op, anders ik ziek en jij ook.’

‘Nou, ik vergeet het nogal eens en dan ben ik blij dat iemand met wie ik reis me erop wijst. Roept u er trouwens wel eens politie bij?’

‘Nee, niet meer nu …  ja, bij begin … politie toch niet komen … weinig politie … ik niet veel doen kunnen  … laten maar gaan … jammer …’

Halte Franciscus Gasthuis, hier moet ik er uit. Ik zeg de triestige conducteur gedag en wens hem veel sterkte.

In Franciscus moet ik bij orthopedie zijn: ik heb weer last van mijn destijds gebroken schouder. Ook in dat ziekenhuis geldt de regel: mondkapje op. Mag alleen af met koffie drinken.

dinsdag 30 november 2021

CABARET

Door de laatste coronamaatregelen  loop ik jammer genoeg het optreden mis van Herman van Veen in het Isala theater (in Capelle aan den IJssel). Ik had, al zeker drie maanden geleden,  twee kaartjes gekocht voor mij en mijn vriendin Cisca. We hadden ons er zo op verheugd …   op 2 december om half 9 … maar het theater moet nu om vijf uur sluiten. Dat wordt dan uitstel of misschien wel afstel. De  voorstelling was helemaal uitverkocht en ook de anderhalve meter regel geldt weer dus zal er ook een extra voorstelling geregeld moeten worden. Dat zie ik niet zo gauw gebeuren want Herman van Veen had maar één voorstelling in Capelle gepland.  Ik zal nog wel bericht van het theater krijgen.  Echt jammer vind ik het, omdat ik Cisca nou net een beetje enthousiast heb weten te krijgen voor cabaret.  Ze kijkt wel eens met me mee als Hans Teeuwen, Theo Maassen, Freek de Jonge of  hoe heet die druktemaker ook al weer …. o ja, Bert Visscher, op de tv is, maar Hans Teeuwen vindt ze te goor, Theo Maassen te grof, Freek de Jonge te lelijk en van Bert Visscher wordt ze helemaal gestoord. Bert Visscher is ook mijn type niet, hoor maar die andere drie vind ik geweldig. 

Ook Martijn Koning is een van mijn favorieten. Hij trad eind november  in het Isala op en  Herman van Veen, ook een topper,  zou daar dus begin december komen. Ik stelde Cisca voor die twee voorstellingen te gaan zien en ik was blij verrast dat ze het wel leuk vond om met me mee te gaan.  Ze hoopte al bij voorbaat dat Herman ‘Suzanne’ en ‘Opzij’ zou zingen.  Van Martijn Koning wist ze nog niks. Ik had al twee shows van hem gezien. Prima! Hij is tamelijk hard … vind ik juist leuk. Ik hoop dat zij na het zien van zijn show niet gelijk klaar is met cabaret.

Martijn Koning is onlangs in het nieuws geweest door zijn optreden In het praatprogramma van Eva Jinek op RTL4. Daarin richtte hij op uitzonderlijk hatelijke wijze het woord tot de andere talk-showgast Thierry Baudet. Koning zei o.a. dat B. al zijn anti-semitische kiezers gelijk weer zou verliezen als ze hoorden dat hij getrouwd is met een Joodse vrouw … zijn racistische kiezers (B. wil immers alle zwarten het land uit hebben) lopen bij hem weg als ze vernemen dat er heel wat Aziatisch bloed door zijn aderen vloeit. (Als je ‘Jinek     Martijn Koning’ googlet, kan je genieten van de hele toespraak van Koning.) Als reactie hierop kreeg hij tienduizenden (doods)bedreigingen op de sociale media. Eva Jinek verontschuldigde zich (heel laf) bij B. voor de woorden van Koning.

 In de show die Cisca en ik eind november van Martijn zagen: ‘Koning van de toekomst’, was een van de grappen dat B. verontschuldigingen kreeg aangeboden   (niet van Eva Jinek) maar van Eva Braun.  Wij vonden dat allebei wel leuk gevonden.  Nogal onsmakelijk vond Cisca zijn verhaal van het mondkapje.  Tegen sluitingstijd moest hij nog wat halen bij Albert Heijn. Maar hij kwam de winkel niet …. hij had geen mondkapje op en er ook geen bij hem. Toen viste hij uit de eerste de beste vuilnisbak een mondkapje, deed het op en rende de AH-winkel in. Meer grappen mag ik helaas niet verklappen. Ga kijken zou ik zeggen (10 maart 2022 in theater Zuidplein, Rotterdam).   

Gelukkig had Cisca zich goed vermaakt en gaat ze de volgende keer weer graag met me mee naar een cabaretvoorstelling. De vraag is alleen wanneer.

 

     

maandag 29 november 2021

ANNETTE (2)

 

Wim staat op en pakt de rollator, die naast hem staat. Ik schrik een beetje van hem: hij is zó dik geworden … achteraf gezien had ik beter wat fruit voor hem mee kunnen nemen in plaats van dat pak stroopwafels … en wat loopt ie slecht, zeg ... ook achter die rollator waggelt hij. We gaan naar Wim kamer. Zijn deur is niet op slot. Vreemd.  Ik weet niet beter of hij sluit zijn kamer altijd af, ook al is hij maar even weg.

Ik hang mijn doorweekte jas over een stoel en loop naar de badkamer om mijn haar een beetje te drogen en te kammen.

‘Waar wil je zitten, Carolien?’

Veel keus is er niet: het is òf op zijn bed òf in de makkelijke stoel  nààst zijn bed.

‘Kies jij maar, hoor, Wim, jij moet er  tenslotte  met je rollator goed bij kunnen.’

Hij gaat op zijn bed zitten.

Op het kozijn bij het grote raam, staat een vaas met een ‘bos’ verlepte gelig-witte kunstrozen; verder zie ik foto’s van zijn familie: zijn vrouw Riek, die al vijftien jaar dood is, één van zijn twee dochters Carolien (51) en zijn twee kleinkinderen Lars (24)en Peter(27).  Van zijn tweede dochter  Frederiek (48) heeft Wim geen foto staan; met haar mocht hij geen contact meer hebben … er was iets misgegaan  in het verleden …  ik weet niet precies … zij woont nu in een zorgcentrum ergens in Utrecht.

 Carolien en ik zijn de enigen die hem hier af en toe komen bezoeken.

Ik zit te rillen van de kou…mijn bloesje is ook nat.

Langs de wand naast het keukenblok staat Wim zijn trots en glorie: zijn pick-up, met twee koffers langspeelplaten en verderop zijn bandrecorder  met supergrote banden. Hij was gek op muziek, vooral Nederlandstalig, uit de vijftiger en zestiger jaren. Ik heb Wim leren kennen in een koor. Samen hebben we ook nog als duo opgetreden voor de andere leden van het koor. Het werd een grandioos succes; we zongen ‘Mexico’ van de Zangeres zonder naam …’Ik ben in Mexico geboren ….’

‘Luister je nog wel eens naar je muziek,? vraag ik hem.

‘Neen, het is er tot nu toe nog niet van gekomen, Carolien.

Héél moeizaam komt hij overeind: ’plassen.’ Hij waggelt naar de badkamer waarin ook de wc. De deur van de badkamer laat hij wagenwijd open staan. Ik hoor een enorme scheet gevolgd door het geluid van een drol die in het wc-water plonst …. een duidelijk geval van decorumverlies.

‘Sorry hoor, dat het zo lang duurt, roept Wim, maar ik moet ook mijn kont nog even afvegen. Ik kom zo hoor.’

 

Of ik wat wil drinken, vraagt hij, even later.

‘Wat heb je?’ Hij schenkt sinas in een vuil koffie kopje en legt er een stroopwafel naast uit het pak dat ik hem net gaf. O god, zou Wim zijn handen wel gewassen hebben. Ik heb er niet op gelet.‘Dank je Wim, die stroopwafel eet ik thuis wel op, ik zit nog vol van mijn lunch.’  

Ik vertel hem nog over de sloop van de kantoorpanden in de buurt van het appartement waar hij woonde toen het nog goed met hem ging … en dat ze daar woningen gaan bouwen, dure woningen maar ook sociale woningbouw.  Het lijkt hem niet te interesseren …. dan vraagt hij hoe oud ik ook al weer ben. ‘Eenenzestig’, zeg ik.

‘O ja? Zo oud alweer … ik ben moe, Carolien … moet even gaan liggen. Je moet nu maar gaan … Ik roep de zuster wel even om je  uit te laten.

De stroopwafel prop ik gauw in mijn tasje. Van het kopje sinas blijf ik af.

Daar is de zuster.

‘Nou, dag Wim, welterusten en tot de volgende keer, hè.’

De zuster laat me uit.

Godzijdank regent het niet meer.

zondag 28 november 2021

ANNETTE

Het is een kwartier lopen. Vijf minuten ben ik onderweg als het begint te stortregenen. Geen paraplu bij me; mijn jas is niet waterdicht. Als een verzopen kat kom ik aan bij het verpleeghuis ‘Zorgwat’.  Mijn vriend Wim zit daar. Vierentachtig is hij; bijna tien jaar ouder dan ik. Hij zit hier nog maar net. Wim is al een tijdje aan het dementeren maar er was nu pas een plekje voor hem in Zorgwat.  Het is zaterdag, weekend dus. Dan zit er nooit iemand bij de receptie. De toegangsdeur zit dicht. Ik moet me melden door op een bel te drukken die een endje verderop staat. Het blijft maar gieten.  Ik druk op de bel. Een mannenstem klinkt uit het luidsprekertje boven de bel:

‘Ja, waar komt u voor’ (‘waar , waar, waar,’ resoneert het in mijn hoofd; ik kom niet voor íéts … ik kom voor iemand!) ‘ik kom op bezoek bij Wim Slootkamp’ zeg ik lichtelijk geïrriteerd.

‘Een momentje geduld alstublieft, mevrouw.’ 

Als na drie minuten die deur nog steeds niet geopend is bel ik nog eens aan.

‘Ja, waar komt u voor?’

‘Ik heb vijf minuten geleden ook al gebeld  en u heeft de deur nog niet voor mij open gedaan, ik sta hier wel midden in een plensbui ... ik kom voor Wim Slootkamp.’

‘Oh, neem me niet kwalijk mevrouw, er was hier een bijna noodsituatie op mijn afdeling, één van mijn bewoners moest hals-over-kop naar de wc .. ‘

‘Meneer, ik  ben zowat doorweekt, doe alsjeblieft die deur voor me open.’

‘ … daardoor was Ik u even helemaal vergeten.  Ik ga gelijk voor u open doen. Waar kwam u ook alweer voor?’

‘Voor mijn vriend, Wim Slootkamp!’

‘Op welke kamer zit hij?’

‘Op de vijfde verdieping, kamer 36.

‘Ja, dat klopt, ik zie hem hier staan. U kunt nu naar binnenkomen, hoor mevrouw.’

Het is erg warm in de entreehal van het verpleeghuis.  Ik zie gelijk zowat niks meer door die beslagen brillenglazen.  Heb  ook niks om de wasem mee weg te poetsen.  Alles is nat. Bijna op de tast begeef ik me naar de lift. Als ik op de vijfde ben, zie ik dat ik weer moet bellen om de afdeling op te kunnen … logisch wel, want Wim zit op een gesloten afdeling.  Onder de bel is een briefje geplakt: ‘Het kan zijn dat u even moet wachten voordat er iemand komt om de deur open te doen. Een momentje geduld.’ Dit keer gaat het vlot. Een zuster doet open. ‘Ik kom op bezoek bij Wim Slootkamp,’ zeg ik maar uit mezelf.

‘Regent het buiten nou zo?’, vraagt de zuster aan mij… en zonder mijn antwoord af te wachten zegt ze blijig ‘Kijk eens Wim, je hebt bezoek, jongen.’  Wim zit aan een grote tafel samen met een paar medebewoners tv te kijken. Wim kijkt om en begroet me hartelijk: ’Hallo, Carolien, ik dacht dat je zaterdag zou komen.

‘Het ís vandaag toch zaterdag Wim.’ zei ik.

‘O ja, dat is waar ook Carolien, als je hier zit lijken alle dagen hetzelfde.’

Tja, ik hield mijn mond, maar Carolien is zijn oudste dochter. Ik heet  Annette.

zaterdag 27 november 2021

MOOIE BOULES

Elke zaterdagmorgen geniet ik volop van Johan Derksen, ja, die voetbal analist. Maar dan zit hij bij Radio Rijnmond in een andere rol. Hij laat daar tussen negen en twaalf uur blues, rock en rhythm & blues horen  … en nou net niet de bekende hitnummers maar juist die onbekende oude juweeltjes, speciaal voor  oudere jongeren en fijnproevers.  In een van zijn laatste uitzendingen stonden de Rolling Stones centraal. De Stones hebben veel hits gescoord met covers van muziek uit de veertiger en vijftiger jaren van de vorige eeuw. Johan Derksen laat dan het origineel horen. Vaak heel verrassend.

Mijn broer Marco is gisteren tweeënvijftig geworden; dat zou morgen, zondag dus, met de hele familie gevierd worden in Mooie Boules, een heel leuke ‘tent’, waar je kan Jeu de boulen, dansen, karaoken, tafeltennissen èn …  heel lekker eten. Het is in de Vijverhofstraat. Kijk maar eens op hun Facebook pagina. Maar … jammer genoeg kan het hele feest morgen niet doorgaan omdat er in het tehuis waar Marco woont (hij heeft het Syndroom van Down) corona is uitgebroken. Ze moeten daar nu allemaal een paar dagen in quarantaine. Het feest in Mooie Boules houden we tegoed.  

In plaats van feestvieren ga ik zondag maar naar de bioscoop. Eigenlijk wandel  ik liever maar daarvoor is het geen weer: regen, koud, wind.  In Cinerama draait een Deense film die mijns inziens wel de moeite waard is. Het draait in die film om pesterij en wraak.  De titel is ‘Persona non grata’.  De film begint om half twee en is gelukkig vóór vijf uur afgelopen … dat moet ook wel hè, gezien de corona-maatregelen.

Pesten is akelig. Ik ben er zelf ook wel het slachtoffer van geweest. Toen ik  jong was, zo tussen de zeven en twaalf jaar, was ik erg verlegen en bloosde heel gauw. In de taalles deden we spreekwoorden: ‘ Hij werd zo rood als een boei.’ De meester van de vierde kon het niet laten om tegen de klas te zeggen:’ Als jullie willen weten wat dat spreekwoord betekent moet je nu naar Jos Mastwijk kijken’. Iedereen lachen natuurlijk, die klootzak van een meester voorop. Hij was een gefrustreerde katholieke geestelijke: broeder Lambertus. Na mijn twaalfde is dat blozen langzamerhand verdwenen.

Ik was negen en nota bene twee van mijn beste vriendjes op de lagere school, pestten me met de vorm van mijn achterhoofd; dat steekt tamelijk puntig uit naar achteren.  Als we met de klas film gingen kijken stond de projector,  als de film nog niet begonnen was, soms op  mijn hoofd gericht. Mijn puntige achterhoofd werd dan tien keer zo groot geprojecteerd op het filmdoek. Mijn goede vrienden René en Cees kwamen niet meer bij van het lachen … toen ik door kreeg waar ze om lachten, stond ik op, rende de klas uit, huilend naar huis. Mijn moeder liet me vertellen en uithuilen. Binnen het half uur stond Cees voor de deur. Hij moest van de meester zeggen dat hij spijt had en … ik moest weer mee naar school komen. Daar gaf René me een hand. ‘Sorry’, zei hij. We zijn tot en met de lagere school vrienden gebleven, Cees, René en ik.  Cees en René gingen naar de mulo; ik naar de hbs en ik verhuisde naar een ander deel van de stad. Vóór dat gepest was ik me nooit bewust geweest van mijn bijzondere achterhoofd. Sedertdien ben ik het nooit meer vergeten. 

vrijdag 26 november 2021

JAMMER MAAR HELAAS

 Eindelijk voel ik me weer wat beter. Heb gordelroos gehad. Ben er drie maanden mee zoet geweest.  Vreselijk veel pijn en jeuk.  Bijna geen slaap in het begin.  Ben nog naar de pijn-poli geweest in het ziekenhuis. Daar kreeg ik goeie pijnstillers. Ik slik ze nog steeds … ben ze nu aan het afbouwen. 

Fietsen, wandelen, vrijwilligerswerk,  bioscoop en theater heb ik toch wel steeds gedaan … thuis blijven zitten of liggen  is niet nodig bij deze aandoening.  Alleen stukjes schrijven, daar kon ik me, tot nu toe dan, niet op focussen. Werd te veel afgeleid door pijn en jeuk.

Vanmiddag doe ik vrijwilligerswerk: ‘Samenspraak’ dat houdt in dat ik een uurtje  converseer met een nieuwkomer in Nederland. Voorwaarde  is dat de nieuwkomer zich al een beetje verstaanbaar kan maken in onze taal. Een Chinese dame (Kelly, 34) en een Syrische heer (Ibrahim, 26)krijg ik vanmiddag.  Ze zijn allebei pas twee jaar hier en kunnen zich verrassend  goed verstaanbaar maken in het Nederlands.

Hèt  onderwerp van gesprek vanmiddag is het ‘dwazenoproer’ van vorige week vrijdagavond in Rotterdam.  Kelly en Ibrahim wisten allebei niet wat er aan de hand was daar op de Coolsingel en omstreken. Ze hadden niet gedacht  zoiets in Rotterdam mee te zullen maken.

Ibrahim maakte gewoonte getrouw zijn wekelijkse rondje door het centrum en dacht eerst dat al die drukte en het geschreeuw  iets met voetballen te maken had maar toen hij zag dat er met stenen gegooid werd en auto’s in de fik stonden wist hij niet hoe gauw hij zich uit de voeten moest maken. Kelly hoorde ervan via haar zesjarige  dochter die op YouTube beelden van de rellen had opgevangen.  Zelf woont ze in Ommoord, Kelly, en ze hoopte van harte dat die dwazen uit haar buurt zouden blijven.

Woensdagmiddag moesten twee relschoppers al voor de rechter verschijnen, snelrecht heet dat.  Het waren twintigers, een man van zesentwintig en een vrouw van drieëntwintig. Ze kregen allebei een tamelijk lichte straf: 5 maanden gevangenisstraf waarvan twee maanden voorwaardelijk… en die vrouw kreeg nog eens een boete van duizend euro omdat ze stenen naar een politiewagen had gegooid. Nog een vijftigtal dwazen moet later voor de rechter komen, die waren blijkbaar niet geschikt voor het snelrecht.

Straks om zeven uur is er weer zo’n persconferentie van Hugo en Mark; ik kijk er nooit naar. Duurt een uur! Mij te lang. In het acht uur journaal zie ik het in tien minuten. Ze komen met nieuwe maatregelen. Er zijn er al wat uitgelekt ..  de bioscopen en theaters moeten sluiten van 5  tot 5. Persoonlijk vind ik de sluiting van de bioscopen van vijf tot vijf niet zo erg want daar zit ik toch alleen maar tussen één en vijf uur ’s middags. Dat de theaters moeten sluiten vind ik zwaar klote. Daar kan ik alleen maar ’s avonds terecht. Heb ik net een kaartje gekocht  voor de voorstelling: ‘’Herman van Veen 76: dat kun je wel zien dat is hij’’ … op donderdag twee december a.s. zou dat zijn. Daar had ik me nou zo op verheugd. Jammer maar helaas.