donderdag 20 april 2017

SPORTEN

Het kost me tegenwoordig heel veel moeite om vroeg mijn bed uit te komen. Maar lang in mijn bed blijven liggen mag ik nou ook weer niet van mezelf. Vroeger was ik altijd ‘haantje de vroegste’ (…is niet goed, weet ik). Voor zevenen was ik er uit en om half acht zat ik te spinnen in de sportschool. 
Mijn vriendin Babs zegt dat ik mijn bed niet uit wil komen door de slaappillen die ik slik maar dat is gelul want die slaappillen slik ik nu al bijna 20 jaar (sorry hoor Babs). Ik denk dat ik wel weet hoe het komt dat ik er niet uit wil komen: als ik vroeg uit mijn bed kom moet ik van mezelf naar het zwembad, het zwembad met het veelste koude water (18 graden!). Daarom blijf ik dan ook liggen tot half negen, als het banenzwemmen (van 7 uur tot half 9) voorbij is.
Om half negen kom ik er uit, eet en drink wat en ga opgewekt naar de sportschool om te crossen, te handfietsen, te roeien, gewichten te tillen, (tot maar liefst 15 kilo) op een apparaat te zitten waar ik buik- en rugspieroefeningen op kan doen en tot slot gebruik ik dan nog wat ‘sportschoolmachines’ voor mijn liezen en bovenbenen. Dat vind ik dan wel heerlijk om te doen. Hiervoor hoef ik dus niet vroeg mijn bed uit ….. de sportschool gaat pas om half negen open.
Ik kan op de sportschool nog niet alles doen wat ik wil. Ik heb namelijk anderhalf jaar geleden een smak gemaakt en daarbij mij rechterarm en -schouder gebroken en een zenuwbaan beschadigd. Nu is eindelijk de tijd aangebroken dat ik eens iets anders mag gaan proberen dan de oefeningen die ik van de fysiotherapeut op krijg. De fysiotherapeut wil me namelijk niet meer zien … ik ben meer dan een jaar bij haar onder behandeling geweest dat vindt zij (en ook de verzekeringsmaatschappij) wel genoeg  en de rest van de schade moet al doende herstellen; door te wandelen, fietsen en bezig zijn in de sportschool onder andere. De fysiotherapeute heeft voor de sportschoolinstructeur opgeschreven wat voor oefeningen ze allemaal met mij gedaan heeft en samen met hem ga ik volgende week een trainingsschema opstellen. Eindelijk breekt de tijd aan dat ik ook met links weer een beetje kan gaan trainen. De revalidatie van mijn rechterkant heeft zo belachelijk veel aandacht opgeslurpt dat de spierbundels aan mijn linker-kantje, tot zielige slappe rimpelige theezakjes zijn verworden. Totaal verwaarloosd!
Maar vanaf volgende week gaat daar weer aan gewerkt worden. Overigens wil ik helemaal niet de indruk wekken, dat ik voor mijn val een body-builder pur sang was. Verre van dat. Ik was een normale tamelijk slanke man met redelijke, op de sportschool gevormde arm-, borst-, buik- en beenspieren, niet meer en niet minder.
De fysiotherapeute vindt, dat ik twee keer per week naar de sportschool moet gaan voor een voorspoedig herstel. Dat lijkt me persoonlijk wel wat weinig. Ik heb me voorgenomen vier keer per week te gaan en eigenlijk zou ik ook vier keer per week moeten gaan zwemmen, maar dat komt dan wel als het wat 

woensdag 19 april 2017

SPANGEN

Vannacht had Babs, mijn vriendin, bij me geslapen. Daar valt deze keer niets bijzonders over te schrijven en dat zal ik deze keer dan ook niet doen.
Als ik wakker ben vind ik het leuk om een ontbijtje voor ons te maken. Heel simpel: koppie thee, koffie en boterhammetjes met banaan, chocopasta en aardbeienjam …. en dat drinken en eten we dan smakelijk en gezellig naast elkaar op, gezeten op mijn rode twee-persoonsbankje. Dat rode bankje zit echt hartstikke lekker en dat komt waarschijnlijk omdat we het samen uitgekozen hebben. Bij Piekfijn, die tweedehandszaak, weetjewel. We vonden het gelijk allebei erg leuk en het kostte nog haast niks ook: 45 euro.  Echt geen geld voor zo’n bankje.
We gaan vandaag eens in Spangen kijken. Babs kent Spangen nog niet zo goed. Ik wel …ik ben er geboren en getogen. We gaan met de metro en stappen bij Marconiplein uit. Het eerste dat me opvalt is het Justus van Effenwooncomplex, tegenwoordig een heus architectonisch monument. Het woonblok is voor de tweede keer gerenoveerd en is nu een prachtig wooncomplex geworden. Het gebouw was in het begin van de dertiger jaren van de vorige eeuw het eerste complex  met heuse galerijen……….de bakker, de melkboer, de visboer enzovoorts konden met hun bakfietsen via de lift de galerij op om hun koopwaar aan de bewoners van de eerste verdieping te slijten.  Helaas was vandaag  de toegang tot de galerijen afgesloten. Een toevallig passerende huismeester was zo vriendelijk om ons, op ons verzoek, het woonblok binnen te laten zodat wij met de lift naar boven konden en de galerijen en woningen op de eerste verdieping konden bewonderen. De huismeester vertelde ons nog dat de woningen op de eerste verdieping tot de zogenaamde sociale woningbouw hoorden en dat op de begane grond uitsluitend koopwoningen waren. Nou, dat was ook wel te zien. Die begane grond zag er stukken verzorgder uit. Sorry, maar het was wel zo: veel leuke plantjes daar, netjes gestalde fietsen, mooie raambekleding`.
Aan de relingen van galerijen waren grote betonnen bloembakken vastgemetseld. Helaas was het nu de tijd nog niet dat deze bakken een fleurig aanzicht boden.. Slechts in één bak hadden de bewoners blijkbaar bollen geplant want daarin stonden mooie tulpen te bloeien…de andere bakken stonden vol met onkruid.  
Toen we het Justus van Effenblok wel gezien hadden moest ik ineens vreselijk plassen. Ik had al wat druppeltjes gelekt, ja zo erg is het tegenwoordig met mij. Gelukkig wist ik in de buurt een elektriciteitshuisje te staan waar ik ongezien tegenaan kon plassen. Ik zei tegen Babs dat ze maar even een eindje door moest lopen ….heel rustig …..dat wel.
Na de plas gingen we via de Bilderdijkstraat  naar de van Lennepstraat waar ik tot mijn dertiende jaar gewoond had. Ons nummer 8b bestond niet mee. Ons huis was nu nummer 6 geworden en had een rechtopstaand dak gekregen. Ik wees Babs van de overkant vandaan waar onze keuken was en waar mijn slaapkamer en hoe ik de voetballers van Sparta kon zien trainen als ik uit mijn slaapkamerraam keek.
Ik vertelde haar ook nog van mijn vriend Ger, die met honkballen in de Brederodestraat, hard tegen een fietser aan knalde en een dubbele beenbreuk opliep waar hij wel zeker tien jaar last van zou houden. Ook moest Babs nog weten van de dochter van de melkboer uit de Spartastraat……….. Karin, die altijd trammetje piepte …… totdat haar rechterbeen er door de tram werd afgereden; sindsdien loopt ze met een kunstbeen.

Het was een leuk uitje in Spangen. We aten nog een broodje worst, dronken een vruchtensapje en gingen naar huis, eerst een stukje met de tram en vervolgens verder met de metro naar die gezellige Maximapolder.

dinsdag 18 april 2017

SMARTPHONE

‘Goedemorgen buurman, wat zijn we weer sportief hè?’
 Ik loop zelf een beetje duf, slaperig de trap af. Het is gisteravond veel te laat geworden. Mijn vrouw (VOORAL MIJN VROUW)en ik hadden gisteravond gewoon eens zin in een lekker vrijpartijtje, om het maar eens netjes uit te drukken en daar wilde maar geen eind aan komen…… vandaar…
Hij dribbelt, met zijn doorzichtige vuilnisbakzakje ONDER ZIJN ARM GEKLEMD ……….ik zie eier- en mandarijnenschillen, fijngeknepen blikjes bier, Snelle Jelle en een Douwe Egberts fijngemalen koffie- verpakking ……. energiek naar beneden. We wonen allebei op de 6e verdieping van de Sodampioflat in de Maximapolder. Ik weet dat hij niet zo sportief is, als hij zich voor doet ….want we zullen zo gaan meemaken dat hij, wanneer hij zijn vuilnisbakzakje buiten gedumpt heeft, hij naar boven gaat met de lift.
‘Zwak! Naar beneden een vent dan naar boven ook een vent, vind ik persoonlijk tenminste.
Ik moet toevallig weer even terug naar mijn woning omdat ik merk dat ik mijn smartphone ben vergeten. En, zoals ik al schreef, mijn sportieve buurman stapt gelijk met mij de 6e verdieping weer op. Ik vanaf de trap, onze sportman vanuit de lift.

‘Wat is is dat  nou voor onsportief gedoe buurman? zeg ik misschien een beetje te sarcastisch … hoewel ik er absoluut geen ruzie met hem over wil hebben………………..  buurman mompelt iets nauwelijks verstaanbaars: … hij moet zo weer met een zware zak naar beneden, dacht ik dat ik hem hoorde zeggen ….. Afin, dat moet hijzelf maar weten. Ik ga mijn woning in voor mijn smartphone …. Nou dacht ik toch, dat ik hem op mijn bureau in mij slaapkamer had laten liggen maar daar lag van alles behalve mijn smartphone. Er stonden vier kaarsen, een leeg bier blikje, een vol glaasje jonge jenever, dat ik maar gauw even achterover sloeg, een wekker, een ‘lekker luchtje’ ………had ik alleen voor als mijn vriendin kwam ………..ik spoot vaak te veel op mijn nek …….. dan werd ze er misselijk van …….. een perforator, een nietapparaat, drie armbanden ….. een van leer , een MET witte en een MET roze kralen, een plastic tonnetje met veel pennen en potloden, een Raboscanner, een usb-stick twee linialen, de allergrootste stekkerdoos, die ik in huis had…….. een doosje met herrie stoppers (voor in me oren als de buren ’s avonds laat weer eens uit hun dak gaan met allerlei ‘gouwe ouwe’-muziek en een stapelstapel papieren, papieren met aantekeningen, papieren met advertenties, papieren met gebruiksaanwijzingen, papieren met lessen Nederlandse grammatica en verrek, wat lag daar onder de papieren Nederlandse grammatica EN .........Mijn smartmobile! Eigenlijk wel logisch ook want ik had gisteren mijn les voor Hassan, (mijn Somalische leerling Nederlandse taal) zitten voor te bereiden. Hassan wilde wat weten over tegenwoordige tijd en verleden tijd dus ik  had wat oefenstof uitgedraaid uit internet: komen-kwamen, lopen- liepen, zuipen-zopen, maken-maakten, gaan-gingen; dat leek me wel leuk voor hem om te weten. We hadden om 11.00 uur afgesproken in de bibliotheek maar om tien over elf was hij er nog niet. Ik belde  naar zijn smartphone, waar hij bleef …… ‘dubbel afspraak make mieneer Jos, sorry’. 
Was ik daarvoor nou voor lul vanuit Maximapolder naar het centrum gereisd…….. was ik daarvoor bezig geweest met die tegenwoordige en verleden tijd? Lulhassanhannes. Dit was toch alweer mooi de tweede keer dat ik voor jan lul naar het centrum was gereisd voor hem. Nog één keer en er gaat een dikke streep door de naam Hassan.















+

maandag 18 april 2016

LALLEN

We zitten in ‘Leuk’ een Rotterdamse kroeg in de buurt van de Bergweg. Volgens mijn vriend Iepe móét het daar nu wel gezellig zijn, want het is een Sparta-café. Mijn vriend is er duidelijk al eerder geweest want de barkeeper en hij noemen elkaar bij hun voornaam en ze feliciteren elkaar met het kampioenschap van Sparta. Het is een leuk open café met een warme uitstraling … het effect van het met oud, gebruikt  hout vervaardigd meubilair.  Tegen de ongeblindeerde ramen staat een zestal tafeltjes opgesteld. Daaraan zou gegeten kunnen worden.

Bij binnenkomst bestelde ik gelijk bier voor ons, een fluitje voor mij en vaasje voor Iepe. Hij is een echt zeikerd wat betreft glazen. Het glas van een fluitje moet ie niet, want dat is te breekbaar. Hij heeft al een paar keer zo’n glas kapot geknepen. Daarom neemt ie altijd een iets groter, steviger glas.

Aan de  bar treffen we de voorzitter van de Vriendenstichting van Sparta. Die stichting is eigenlijk een soort permanente lachen-vreten-zuipen vereniging, als ik de woorden van de voorzitter goed begrepen hebben. Ze huren een ruimte onder een tribune waar de feestelijke bijeenkomsten plaats vinden. Het mooiste van die stichting vind ik, dat de winst van al dat gefeest in zijn geheel naar de jeugdopleiding gaat … en dat zijn geen kleine bedragen hoor … dat zijn bedragen met vier nulletjes, vertelde de voorzitter openhartig en ladderzat..

De voorzitter gaat afrekenen, want het is bij negenen en hij moet negen uur thuis zijn. Dat had hij zijn vrouw beloofd; zijn vierde vrouw was dat …hij was nu al 17 jaar bij haar. Ze is nu al een paar maanden erg ziek. … gaatjes in d’r longen … de dokters vrezen voor longkanker; dat zijn ze nog aan het onderzoeken. De voorzitter is tevens haar enige mantelzorger … hij is in de AOW … doet alles voor haar …het hele huishouden … hij heeft nul komma nul hulp … wil hij ook niet.

Hij  moet al een tijd in de kroeg gezeten hebben, die voorzitter, want hij zwalkt behoorlijk als hij richting toilet gaat. Wat hij moet betalen is ook niet mis: 55 euro.  Nou is het wel iemand, die makkelijk een rondje geeft en dat loopt natuurlijk ook op … Hij zal niet echt voor 55 gulden in zijn eentje opgezopen hebben, dan was hij gelijk in elkaar gezakt toen hij van zijn kruk afgleed.

We nemen nog een jonge jenever van het merk Soof. Een Ooievaartje noemt Iepe het. Soof is de fabrieksnaam; Ooievaartje de naam van het jenevertje. Ik vind hem niet zo bijzonder; de dominante smaak van salmiakdrop bevalt me niet zo. Volgens mijn maat moet dit de lekkerste jongen jenever van de hele wereld zijn. Die jenever, die ik van mijn zoon kreeg voor de kerst is tien keer zo lekker. Een Zuiddam was dat.

We nemen om de avond af te sluiten beiden nog een Westmalle en we lallen wat over wie er nou de beste actrice van Nederland is. Mijn favoriet is Carice van Houten …volgens mij kiezen de meeste Nederlanders voor Katja Schuurman ….Iepe koos voor Moniek van der Ven (die is toch dood?!) Een vrouw, die stiekem achter ons had staan meeluisteren vond onze keuze maar niks. Volgens haar is dé actrice van het moment Georgina Verbaan.
Mijn vriend denkt, dat die vrouw zich met ons gesprek bemoeit, om mij te versieren … ‘Ja, zegt hij, ’ze staat al de hele avond zo naar je te kijken.’
En laat ik nou de hele avond nergens erg in gehad hebben. Jammer want ze ziet er best leuk uit: donkerblond lang haar, zachte  groen-bruine ogen en vriendelijk lach … ze neemt er uitgebreid de tijd voor om me te vertellen waarom Georgina Baan zo subliem is en Katja Schuurman zo ‘pet’. Jammergenoeg heb ik helemaal geen tijd voor haar gebabbel. We moeten betalen. Iepe gaat nù nog naar een andere kroeg. Ik moet de laatste trein naar Alexanderpolder zien te halen.



Jeejeepee stopt er even mee.
Voorlopig even geen schrijfsels dus.

Tot later.

zaterdag 16 april 2016

RELINGPOTTEN

Gisteren (vrijdag) wilde ik rond vier uur in de middag al wat planten voor op mijn balkon kopen op het marktje vlak bij mij in de buurt maar de plantjeskraam was al ‘gevlogen’. Ik vroeg nog aan andere marktkooplieden waar de kraam ineens gebleven was … ze wisten me te vertellen dat die jongens er altijd al vroeg mee ophouden. Ergens tussen drie en vier vertrokken ze meestal. Dus ik had een typisch geval van pech gehad .. net te laat.

Ik heb bij Action een zestal grote bloempotten gekocht voor op het balkon. Niet voor op de vloer maar om over de reling van het balkon te zetten. Ze heten dan ook heel toepasselijk relingbloempotten. Ik heb in mijn hoofd gezet om die potten dit weekend met aarde en planten te vullen, dus nu die markt hier niks te bieden heeft, moet ik naar de markt in het centrum op de Binnenrotte. Van mijn buurvrouw, die toevallig net zulke relingbloempotten heeft als ik, hoor ik, dat zij de plantjeskraam hier vlakbij nog wel had aangetroffen. Ze had er alleen niks gekocht want ze vond de geraniums (ze wil uitsluitend geraniums) te duur. Ze verkochten er daar drie voor een tientje. Drie geraniums.
Met die prijs in mijn hoofd val ik bijna achterover van verbazing van de prijs van de geraniums bij de eerste de beste plantjeskraam, die ik zie op de centrummarkt: drie geraniums voor drie vijfenzeventig. Ik wil niet alleen geraniums in mijn potten. Ik koop 12 geraniums; in elke pot komen er twee. Ik wil ook vlijtige liesjes hebben, daarvan gaat er in elke pot één. De vlijtige liesjes kosten een euro per stuk. Daar ben ik dus zes euro aan kwijt. In totaal kosten die plantjes me dus eenentwintig euro. Maar nu gebeurt het vreemde: meestal geef je als koper de verkoper fooi … maar nu krijg ik een fooi van de plantjesverkoopster: ‘Geef maar twintig euro,’ zegt ze … dat is nog eens boffen!
Binnen vijf minuten ben ik klaar op de markt en stap weer snel de metro in naar  Prinsenland. Het is heerlijk rustig in de Metro, tot dat een Antiliaanse moeder met twee volwassen dochters instappen. Zelden heb ik mensen zo hard in het openbaar vervoer horen praten. … ze hadden geen ruzie … oh nee … ze hadden,  aan het lachen te horen een heel amusant gesprek maar voor mij helaas onverstaanbaar …  maar wel leuk. Ik zat vlak achter die drie met die achttien plantjes op mijn schoot … die waren allemaal erg rustig … ze verlangden duidelijk naar hun relingpotten.
Eerder deze week kocht ik bij de Bazar, ook een leuke zaak, echt, lijkt een beetje op Action maar dan anders, twee zakken potaarde, heel redelijk geprijsd: 1,50 per zak.
Dus toen ik met de plantjes thuis kwam, moe van het gesjouw, want voor mijn gekwetste rechterarm is een klein beetje sjouwen al gauw zwaar, maakte ik eerst een kopje koffie. Snel daarna ging ik met plezier aan de slag om de potten te vullen met aarde en plantjes.

Vanachter mijn PC kijk ik nu uit op mijn balkon dat duidelijk opgefleurd is met dat zestal kleurrijk gevulde relingpotten. Ook de relingpotten zelf zien er blij uit nu ze eindelijk gevuld zijn.

donderdag 14 april 2016

FEIJENOORD

Nu de Marathon is gelopen en Sparta kampioen is geworden van de Jupiler League valt er voorlopig weinig meer te doen in Rotterdam. Tuurlijk: Feijenoord moet de KNVB-beker nog winnen maar ik moet nog zien of dat ook daadwerkelijk gaat gebeuren. FC Utrecht is ook niet de gemakkelijkste tegenstander. Ik dacht zelfs dat Feijenoord dit seizoen al twee keer verslagen was door dat team. Maar dat weet ik niet zeker. Misschien dat Feijenoord die beker kan winnen als Kuijt weer helemaal de oude is, want in de laatste twee wedstrijden werd hij gewisseld en dat zal trainer Giovanni van Bronckhorst niet voor niets hebben gedaan. Misschien was die wissel hem wel ingefluisterd door adviseur Dick Advocaat … hoe dan ook, je zag heel duidelijk dat Kuijt er zwaar de pest over in had.

Zoals de trouwe lezer van deze stukjes wel zullen weten houd ik meer van Sparta dan van Feijenoord en toch was er een periode dat ik om de veertien dagen in de Kuip zat. Dat was in de periode 1963 – 1970 toen ik vlakbij de Kuip woonde (in IJsselmonde).
In die periode zag ik dat langzaamaan een Europees top-elftal gebouwd  werd met kettingroker Ernst Happel als de eigengereide trainer van het stelletje Rotterdamse doordouwers.
Met de keepers: Pieters Graafland en Treijtel;
de achterspelers: Laseroms, Israël, Kerkum en Veldhoen;
het gouden middenveld: Jansen, van Hanegem en Hasil;
en de voorhoede: Wery, Kindvall en Moulijn.

Ik zie ze allemaal nog zo voor me. Ook zie ik voor me hoe makkelijk de veel hoger aangeslagen Italiaanse topclub AC Milaan in 1970 verslagen werd door Feijenoord  via de fenomenale afstandsschoten en combinaties van Wim Jansen en Wim van Hanegem. Na de winst op AC Milaan stond Feijenoord in de Europa Cupfinale, die dat jaar gespeeld werd in Milaan. Tegen de Schotse club Celtic moest Feijenoord het toen opnemen. Ik was inmiddels al zo veel Feijenoord-  supporter geworden dat ik besloot om Feijenoord liftend achterna te reizen naar Milaan. Zelfs kreeg ik mijn toenmalige vriendin, die helemaal niets om voetballen gaf, nog zo gek om samen met mij daarheen te gaan. De liftreis was een fluitje van cent; binnen twee dagen (en een doorreisde nacht) waren we in Milaan en toen we er eenmaal waren hoefden we de rood witte sjaaltjes, shirtjes, toeters en andere attributen maar achterna te lopen om op de feestelijke supportersverzamelplek voor de kathedraal van Milaan te komen. Het was trouwens niet alleen rood en wit wat daar de toon aangaf ook wemelde het van het groen en wit van de Celtic-aanhang. Het prettige was dat destijds beide supportersgroepen geen enkele agressie in zich hadden. Er werd op dat grote plein met elkaar gepraat, gelachen, gevoetbald en … gedronken. Er zijn daar vriendschappen voor het leven gesloten. Ook tijdens en na de wedstrijd die Feijenoord, na verlenging, uiteindelijk met 2 – 1  won, bleef de sfeer gemoedelijk. De Schotten hadden alleen wel heel erg veel alcohol nodig om het verlies van hun cluppie te kunnen dragen.
Mijn vriendin en ik hebben de volgende dag de eerste trein terug naar Rotterdam genomen, omdat we (… ik) de huldiging op de Coolsingel ook nog wilden meemaken maar daarvoor kwamen we net te laat. We hebben echt wel wat gemist gezien de bergen feestelijk afval voor het stadhuis en op het Stadhuisplein: flesjes, bekers, veel rood gekleurd kantenpapier, gescheurde Feijenoordvlaggetjes en niet te vergeten de penetrante urinegeur

dinsdag 12 april 2016

KAMPIOEN


Vandaag, 11 april 2016,  wordt Sparta kampioen. … althans dat hoop ik … zeker weten doe je zoiets nooit. We gaan vanavond  naar het Kasteel, de Sparta burcht. Met zijn vieren: mijn zus, mijn zoon en een vriend van me.  De kampioenswedstrijd Sparta  –  Jong Ajax, begint om acht uur. Mijn vriend  zie ik om kwart voor acht bij het eindpunt van lijn 8. Ik móét hem zien wat hij heeft het kaartje voor mijn zus. Hij had eerst iemand anders mee willen nemen maar die kon vanavond bij nader inzien niet. Die dacht dat het duel een week eerder was. Mijn zus ontmoet ik om tien voor zeven op het metrostation Prinsenlaan en mijn zoon zal rond kwart over vier bij mij thuis zijn. Hij werkt vlak bij mij in de buurt en ik heb hem uitgenodigd om een hapje bij mij mee te eten.  
Omdat het een lenteachtige middag is, heb ik besloten om witlofsalade met zalmburgers en puree te eten. Makkelijk en toch lekker … bovendien voordelig want de zalmburgers zijn deze week in de aanbieding bij Albert Heijn.
Het is altijd lekker om bij een ietsje warmer weer, zoals dat van vandaag bijvoorbeeld,  deze maaltijd voorgeschoteld te krijgen. Alleen in dit geval moet ik hem zelf bereiden. Nou, vooruit dan, even gauw het recept van witlofsalade voor twee personen.

4 witlofstronken klein snijden, harde stukken er uit halen.
2 appels schillen, in vieren delen, klokhuis eruit halen en de appelparten in kleine stukjes snijden
2 bananen (schil eraf natuurlijk!)in schijfjes snijden
2 flinke handen rozijnen

Dat allemaal in een grote pan doen, door elkaar scheppen en overgieten met twee kopjes sinaasappelsap.

De zalmburgers bakken volgens de aanwijzingen op het pak
De puree klaarmaken volgens de aanwijzingen op het pak.

Als de maaltijd is opgediend is het lekker om nog één of twee handjes  pinda’s door de salade te mengen.

Ik schreef het al: ‘Makkelijk en toch lekker’.

Ik kies bij deze maaltijd als toetje een Danoontje Muesli, trouwens ook al een aanbieding van Albert Heijn. Tja, ik moet, na mijn scheiding, op de kleintjes letten. Maar goed … wij hebben van deze licht verteerbare maaltijd genoten.

Mijn zoon blijkt erg moe te zijn geworden van zijn werkdag en omdat we toch vroeg klaar zijn met eten, half zes is het pas,  kan hij best wel even een dutje doen. Om half zeven zal ik wakker maken, zeg ik hem. Luid snurkend brengt hij dat uurtje door.  Vlak voordat ik hem wil wakker maken krijg ik een sms-je van mijn zus: ze staat al op het metrostation … twintig minuten voor de afgesproken tijd!! Daar word ik nu ‘un peu nerveux’ van. Goed, eerst mijn zoon wekken. Die komt tollend mijn bed uit en maakt zich gereed om met zijn auto richting Kasteel te rijden. Hij hoopt op een parkeerplekje dichtbij, tevergeefs denk ik. Samen stappen we om kwart voor zeven de deur uit. Hij naar zijn auto ik naar de metro waar mijn zus ongetwijfeld ongeduldig staat te wachten. Als ik bij het metrostation ben aangekomen, merk ik dat ik mijn OV-chipcard niet bij me heb. Die zit nog in mijn lentejasje, waar ik, gezien het aangename weer van vandaag, mee buiten heb gelopen. Omdat het nu, zo in de avonduren , wat frisser wordt,  heb ik voor alle zekerheid mijn winterjas maar aangetrokken … ja en je zit toch ook bijna twee uur roerloos naar dat voetballen kijken, dan kan je maar beter goed gekleed zijn dacht ik zo. Maar ja, die OV-chipcard zit thuis in dat lentejasje, dus ik kan wel weer mooi terug naar huis. Vijf minuten terug en ook weer vijf minuten heen. Het wordt al met al een zenuwachtige bedoening om nog op tijd in Spangen te zijn. Godzijdank waren wij op tijd … om kwart voor acht bij het eindpunt van lijn acht alwaar mijn zus het kaartje dat mijn vriend over heeft koopt.
Waar mijn zoon nu uithangt weten we niet maar we gaan gewoon het Kasteel in want we vinden elkaar toch wel: we hebben immers vier genummerde zitplaatsen naast elkaar.
Als ik de Kasteeltribune oploop zie ik mijn zoon al zitten, met drie lege plaatsen naast hem, die zijn voor ons natuurlijk. We zwaaien even naar elkaar. Mijn zoon koopt nog even wat te drinken voor ons vieren; drie bier en voor zichzelf een cola, want hij moet nog rijden.
Lang hoeven we niet te wachten voor de kampioenswedstrijd begint. Precies om acht uur.  Om een lang verhaal kort te maken: Sparta wint met 3 – 1 van Jong Ajax en is door dat resultaat kampioen van de eerste divisie en speelt volgend jaar weer eredivisie.  

Mijn zus, mijn zoon en ik keren na afloop blij verheugd huiswaarts en mijn vriend stort zich in de feestelijke drukte op het voetbalveld.