donderdag 14 april 2016

FEIJENOORD

Nu de Marathon is gelopen en Sparta kampioen is geworden van de Jupiler League valt er voorlopig weinig meer te doen in Rotterdam. Tuurlijk: Feijenoord moet de KNVB-beker nog winnen maar ik moet nog zien of dat ook daadwerkelijk gaat gebeuren. FC Utrecht is ook niet de gemakkelijkste tegenstander. Ik dacht zelfs dat Feijenoord dit seizoen al twee keer verslagen was door dat team. Maar dat weet ik niet zeker. Misschien dat Feijenoord die beker kan winnen als Kuijt weer helemaal de oude is, want in de laatste twee wedstrijden werd hij gewisseld en dat zal trainer Giovanni van Bronckhorst niet voor niets hebben gedaan. Misschien was die wissel hem wel ingefluisterd door adviseur Dick Advocaat … hoe dan ook, je zag heel duidelijk dat Kuijt er zwaar de pest over in had.

Zoals de trouwe lezer van deze stukjes wel zullen weten houd ik meer van Sparta dan van Feijenoord en toch was er een periode dat ik om de veertien dagen in de Kuip zat. Dat was in de periode 1963 – 1970 toen ik vlakbij de Kuip woonde (in IJsselmonde).
In die periode zag ik dat langzaamaan een Europees top-elftal gebouwd  werd met kettingroker Ernst Happel als de eigengereide trainer van het stelletje Rotterdamse doordouwers.
Met de keepers: Pieters Graafland en Treijtel;
de achterspelers: Laseroms, Israël, Kerkum en Veldhoen;
het gouden middenveld: Jansen, van Hanegem en Hasil;
en de voorhoede: Wery, Kindvall en Moulijn.

Ik zie ze allemaal nog zo voor me. Ook zie ik voor me hoe makkelijk de veel hoger aangeslagen Italiaanse topclub AC Milaan in 1970 verslagen werd door Feijenoord  via de fenomenale afstandsschoten en combinaties van Wim Jansen en Wim van Hanegem. Na de winst op AC Milaan stond Feijenoord in de Europa Cupfinale, die dat jaar gespeeld werd in Milaan. Tegen de Schotse club Celtic moest Feijenoord het toen opnemen. Ik was inmiddels al zo veel Feijenoord-  supporter geworden dat ik besloot om Feijenoord liftend achterna te reizen naar Milaan. Zelfs kreeg ik mijn toenmalige vriendin, die helemaal niets om voetballen gaf, nog zo gek om samen met mij daarheen te gaan. De liftreis was een fluitje van cent; binnen twee dagen (en een doorreisde nacht) waren we in Milaan en toen we er eenmaal waren hoefden we de rood witte sjaaltjes, shirtjes, toeters en andere attributen maar achterna te lopen om op de feestelijke supportersverzamelplek voor de kathedraal van Milaan te komen. Het was trouwens niet alleen rood en wit wat daar de toon aangaf ook wemelde het van het groen en wit van de Celtic-aanhang. Het prettige was dat destijds beide supportersgroepen geen enkele agressie in zich hadden. Er werd op dat grote plein met elkaar gepraat, gelachen, gevoetbald en … gedronken. Er zijn daar vriendschappen voor het leven gesloten. Ook tijdens en na de wedstrijd die Feijenoord, na verlenging, uiteindelijk met 2 – 1  won, bleef de sfeer gemoedelijk. De Schotten hadden alleen wel heel erg veel alcohol nodig om het verlies van hun cluppie te kunnen dragen.
Mijn vriendin en ik hebben de volgende dag de eerste trein terug naar Rotterdam genomen, omdat we (… ik) de huldiging op de Coolsingel ook nog wilden meemaken maar daarvoor kwamen we net te laat. We hebben echt wel wat gemist gezien de bergen feestelijk afval voor het stadhuis en op het Stadhuisplein: flesjes, bekers, veel rood gekleurd kantenpapier, gescheurde Feijenoordvlaggetjes en niet te vergeten de penetrante urinegeur

Geen opmerkingen:

Een reactie posten