Het is deze zondag weer Marathon
in Rotterdam; lekker weer ook.
Gisteravond werd ik gebeld
door vriendin Mies of ik samen met haar iets wilde doen. Op zich doe ik altijd
graag iets met haar maar nu had ik al in mijn hoofd gezet dat ik ‘Marathon’ zou
gaan kijken. Dat zei ik haar ook en ik kreeg het antwoord, dat ik al min of
meer verwachtte:
‘Oeps. Dus jij wilt morgen
de drukte in … nou, ik had meer het idee
de richting van Vlaardingen op te gaan … meer de rust op te zoeken dus. Maar aan de andere
kant , Jee, ik vind het wel weer leuk om jou weer eens te zien, het is alweer een
tijd geleden… weet je wat, ik laat je morgenochtend
wel weten wat ik doe.’
Ik haal een slavinkje en
geblancheerde snijbonen uit de vriezer voor het avondeten. Even na twaalf uur
ga ik naar buiten. Ik ga lopen naar het Kralingse Bos, waar omheen veel Marathon
is. Mijn rugzak heb ik gevuld met drinken, fruit en brood en al gauw moet ik
mijn jasje er ook nog bij proppen.
Twintig minuten lopen is het
van mijn flat naar de Boszoom. Die Boszoom oversteken is nog een hele toer. Een
oneindige stroom hardlopers maakt dat vrijwel onmogelijk. Ik moet zeker tien minuten wachten eer zich
een mogelijkheid voordoet om over te steken. Het enthousiasme van zowel het
publiek als de lopers is hartverwarmend.
Op het deelnemersnummer voor op het shirt van de loper, lees ik zijn of
haar voornaam. Het leuke daarvan is dat
het toejuichende publiek, de naam van de loper gaat scanderen. Langs de Boszoom
wordt luid geapplaudisseerd voor een loopster met de naam
Leida op haar shirt. Als haar naam langs de kant wordt gescandeerd, geniet ze
daarvan; het is voor Leida duidelijk een stimulans.
Maar goed, ik ben
overgestoken en wandel nu door het bos naar Crooswijk waar ook hele hordes hardlopers
en toeschouwers actief zijn.
In het Kralings Bos is het
rustig. Ondanks het fraaie weer.
Ik zie een zwaan met zijn kop
voor voedsel naar de bodem van de plas duiken; zijn achterste helft steekt
boven het water uit. Twee grote ganzen passen
samen langs het water op hun elf kleine donzige ganzenpropjes en een eindje
verder, op een afgezet grasveld, staat een vijftigtal schapen het gras kort te
grazen. Het valt me op dat veel van die schapen hier een vieze kont hebben
alsof ze zich nog even in hun stront hebben rondgedraaid.
Ik check even mij
smartphone. Mies heeft geprobeerd me te bereiken toen ik in de herrie langs de
Boszoom stond. Ze heeft uiteindelijk een smsje gestuurd.’ ‘Sorry dat ik vanmorgen niet gebeld heb, maar
nu je toch in de buurt bent eet je toch
lekker bij mij mee, ik heb allemaal l;ekkere verse dingen in huis.’
Ik antwoord, dat Ik het heel jammer vind dat ik haar
aanbod moet afslaan; thuis staat mijn avondeten al te ontdooien en aan eten weggooien
begin ik niet. Misschien kunnen we
volgende week wat kunnen afspreken?
Ik ben nu op de dolle
Marathonkermis op de Boezemweg. Een veel te luidruchtige deejee. Toeschouwers
die door lopers gezien wil worden staan met grote en kleurrijke ballonnen in
hun hand te springen; sommigen uit het publiek zijn op vuilcontainers gaan
staan en zwaaien lachend met erg grote, fel gekleurde nephanden.
Wat me wel het meeste van
alles deugt doet is dat ik zowel onder de lopers als bij het publiek veel meer dan
andere jaren, duidelijk herkenbare aanhangers zie van de Rotterdamse voetbalclub Sparta.
Dat is ook wel een beetje logisch nu Sparta morgen (maandag) kampioen zal worden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten