donderdag 29 december 2011

Ouwe Zus

Er zit, op mij en mijn vrouw na, niemand in  bus 5 van de gemeente Roosendaal. De chauffeur is als een kind zo blij dat hij voor ons mag stoppen.
‘Goedenavond, mevrouw, meneer!’ Voor de gezelligheid zet hij meteen zijn radio iets harder en begint met de song die te horen is mee te fluiten:  ‘een beetje verliefd’  kots, kots.  
Ik vind het iets sneus hebben. ’t Is dat wij nu in die bus zitten. Maar stel je voor dat wij hier niet zouden zitten…..dan rijdt zo’n man maar doelloos een aantal keer per avond zo’n traject van een uur heen en weer met die lege bus. Hoe zal de chauffeur dat ervaren.  Mij lijkt het onnoemelijk deprimerend, zelfs al zou ik er voor betaald zou krijgen.

We zijn in Roosendaal. Op bezoek bij Thea, de ouwe zus van mijn vrouw; 84 is ze inmiddels. Thea is ruim twintig jaar ouder dan mijn vrouw, Carola.  Er is nog een ouwe zus in mijn schoonfamilie: Hanny van 83. Broers zijn er niet en de schoonouders zijn al tientalle jaren  dood.

Destijds, ruim 40 jaar geleden, toen ik voor het eerst bij Carool over de vloer kwam, vond ik het een heel vreemde gewaarwording, dat zij zussen bleek te hebben, die beiden ouder zijn  dan mijn ouders. Het wende al met al toch redelijk snel. We zijn nu op  kerstbezoek bij Thea. Ze ziet er tot in de puntjes verzorgd uit; ik ken haar niet anders.  Ze heeft er blijkbaar alleen wat meer tijd voor nodig om zich zo te vertonen. Want ons oorspronkelijke voorstel was om op derde kerstdag zo rond elf uur ‘s ochtends bij haar te zijn maar dat ketste ze vlotjes af:
‘Kom maar om een uur of een, ik moet nog het een en ander doen.’ Zich optutten, bedoelt ze natuurlijk, die ijdeltuit maar dat zegt ze wijselijk niet tegen me. Aan d’r haar en zeker aan haar make-up te zien heeft ze die ochtend handenvol werk gehad. Ziet er allemaal keurig uit. Toen ik Thea leerde kennen was ze  vierenveertig en beeldschoon; zelfs voor mij als twintiger een aantrekkelijke vrouw. Tot op hoge leeftijd is ze dat ook gebleven. Mijn Carool heeft zich er niet altijd zo gemakkelijk bij gevoeld dat ik haar ouwe zus óók een stuk vond.
Bij Thea, is onderhand, op 84 jarige leeftijd, het betoverende er wel vanaf. Toch heeft ze nog elke dag weer die drive om een mooi ‘Thea-plaatje’ te maken. Zeer zeker als haar zus en haar man uit Amsterdam op bezoek komen.  Behalve dat ze haar haar en haar gezicht verfraait, kleedt ze zich ook uitermate modieus. Nee, niet grijs, of zwart, dat soort kleuren haat ze: een keurig felrood broekpak, een witte blouse verfraaid met borduursel en ze heeft een geborduurde blouse aan en een klein fel gekleurd sjaaltje.
Ondanks wat hinderlijk gebreken aan haar lijf: knieën, bloeddruk, doet ze nog van alles. Ze gymt, zingt en kaart. Zo’n Rietje Precies als ze vroeger was met allerlei huishoudelijke taken is ze niet meer, kan ze ook niet meer, wíl ze ook niet meer. Ze laat haar huishouden niet versloffen, maar dat een beetje minder inspanning vindt ze het  resultaat nu ook prima.
Koken deed ze vroeger als de beste. Vooral Indisch. Rijsttafel voor twaalf personen bakken en koken was geen enkele probleem voor haar. Het was haar specialiteit maar daar heeft ze nu  geen zin meer in. Ze heeft een pakje Conimex Nassi Goreng gekocht en ze maakt er, met wat kip, rijst, komkommer en kroepoek, toch nog wat smakelijks van voor ons drietjes.

Haar twee kinderen hebben haar verwend met zes klein- en drie achterkleinkinderen; de vierde is in aantocht. Een supertrotse oma. Bij de kleinkinderen is oma populair en andersom ook. Vrijwel op elke wand van oma’s appartement hangen foto’s van haar kleinkinderen. Haar kinderen, Hans en Olga,  zijn inmiddels gescheiden, iets dat haar veel verdriet heeft gedaan. Het is ruim tien jaar geleden maar nog steeds voelt ze de pijn. Dat heeft vooral te maken met het einde van haar eigen huwelijk. Dat was een uitstekend huwelijk  met de door Thea zo beminde Felix. Een huwelijk dat veel korter duurde dan ze wilde: Felix stierf 21 jaar geleden al op 67 jarige leeftijd aan strottenhoofdkanker.

Na de nassi goreng gaan we Thea weer verlaten. ´t Was goed elkaar weer even gezien te hebben. Het is rond een uur of zeven. Bus 5 is weer leeg. Op ons na. In de NS-sprinter zitten behalve wij, twee meisjes, die het opeens nodig vinden hun muziek keihard door de wagon te laten schallen. Van welke band weet ik niet. Ik schrik er wel van en roep misschien wel veel harder en bozer dan nodig:
‘Hé, kan het een beetje zachter?!’…………en zowaar, ze keken even om naar mij en deden het geluid nog zacht ook. Brave meisjes. Heerlijk!



    



Geen opmerkingen:

Een reactie posten