zaterdag 9 maart 2024

DE VIER VAN DE HOEK. (3) BRAM

Therèse, altijd maar in de weer met die camera en die stinkpeuken. Zelfs op deze 8e maart. Internationale vrouwendag. Ze port mij en Harm: ’Hé, wat denken jullie? Is er een romance tussen Fritsje en An?  Kijk toch eens hoe frivool …., babbelen, lachen ... ze kunnen niet van elkaar afblijven … de tortelduifjes.  Ik houd mijn mond  over wat ik voel voor Harm. D’r is zo weer een nieuwe roddel geboren. Wat een bloedhitte. Ik drijf. Mijn Happy Earth deo spray is uitgewerkt en op ook.

Verdomd als het niet waar is, ik had niks door van een romance.  An, die toch al een pesthekel heeft aan Therèse, wil dat ze ‘ontmiddellijkt stop met dat ‘Story’-gelul’. Ze belt er gelijk over met haar.  Therèse loopt bij mij voorop. Ze vroeg me of ik ‘de Stranddance’ gereserveerd had voor vijf personen. Voor de koffie en de vergadering over het probleemgeval Fritsje.  Helemaal vergeten! Stom, stom, stom!  Ik hoor An vreselijk te keer gaan aan de andere kant van de ‘lijn’. Uit Therèse’s mobiel hoor ik tot vervelens toe het woord ‘romance’. Ze klikt het gesprek weg en gaat zich, waar ik bij sta uitkleden. Topless, in haar H&M Triangelbikinibroekje,  wandelt ze gewoon verder in de duinen. Staat haar prima overigens. Maar haar tieten zijn helemaal niet zo dik. Daar loog ze vanmorgen over. Ik word er in ieder geval niet warm of koud van.   

Fritsje dagdroomt. Geen flauw idee wat hem te wachten staat. Hij houdt van vlinders (in zijn buik zeker). Want in maart zijn d’r nog niet zo veel in de natuur. In de duinen zeker niet … nergens niet in heel Nederland niet. Die komen in mei pas. Alle vogels leggen dan een ei pas. Vlinderlarfjes … zijn dan lekkere hapjes voor jonge vogels. Zou me niets verbazen als Fritsje zonnesteek heeft. Zonder Nike petje, zonder zonnebril en ook zonder Salt & Stone SP Factor 50 crème . Van mij mocht hij die Ray-Ban, mijn reserve bril, wel ff lenen … niet nodig vond het eigenwijze mannetje.   

An wil met me dansen.  Ga ik doen. Ik ben wel geen John Travolta, maar dat maak niet uit. Ik zie d’r verzorgd uit (doe een andere broek aan)… heb humor, een mooie, lage stem … goed ritmegevoel ... alleen die deo, hè … shit. Maar eigenlijk heeft ze weinig keus … Fritsje is te stram en Harm is een flikker . Hoewel … ze zeggen dat alle mannelijke dansers homo zijn. Dat is natuurlijk niet waar. Homo’s zijn over het algemeen wèl dol op dansen. Zelf ben ik er nog steeds niet uit of ik nou wel of geen homo ben. Maakt verder ook niet uit. Ik ben blij dat ik mijn Werner Kerns heb meegenomen. Die dansen me toch lekker!

donderdag 7 maart 2024

DE VIER VAN DE HOEK. (2) AN

Na een jaar kent ik Harm zijn smoesjes onderhand wel. Ik smeert nog effe vet Tom Ford Lip Color in Scarlet Rouge op me lippen. Doet ie net of zijn neus bloedt. Zegt ie expres niks van me dikke rooie hazenlip. Loopt op z’n elf-en-dertigst, die homo. Hij stopt bij de bramenstruik om te pissen of … statie daar wat anders te doen? Neen, hij state pissen. Z’n Calvin Klein boxershort op z’n schoenen, z'n plasser in z’n hand. ‘Die Harm …hmm … een leuke gosert, mooi lijf, beetje smalletjes, dat wel, maar ja, je kennie alles hebbe, toch? Wat gatie nou daar staan doen? Ik ziet hem bezig … hij mij ook? Ik blijft kijken .... shit hij ziet me, shit, shit! Stoptie hem vingersvlug terug in z’n broek.’ ‘Moet je je handen niet effe wassen, knul?’ ‘Hoezo?’ ‘Omdat je heb staan zeiken natuurlijk en ... weet ik veel … wat verder. Maar daar heeft ik het nou niet over. Hier … een papieren zakdoekie. Droogt je handen nou maar!’



Dat slappe lulletje moet me lopen beloeren, stalken. Dat is het spel. Moet er niet te dik boven op leggen! Op een verborgen duinpaadje staat hij minutenlang ‘over me te fantaseren,’ lijk wel.’ Ik smeert hem … ’t blijft een eng mannetje.


Alleen ik, Therèse en Fritsje kennen het spelletje. ’Is Therèse wel goed bij d’r hoofd, als ze dreigt Fritsje uit de groep te gooien? Hij is de hoofdrol samen met mij. Ze dolt die andere twee. Voor Bram geen denken aan. ‘Waar is Therèse? Bram zijn broek zakt tot op zijn enkels. Hij is witheet. Harm gaat voor hem staan, met zijn fragile lijfje. ‘Rustig Bram’. Harm geeft hem per abuis een zetje. Hij kukelt met z’n reet in de blub.
‘Effe rustig luisteren jullie. Iedereen moet het nu onder de hand wel weten. Ik en Fritsje spelen onze rollen met verve. Ik laat hem niet de groep uitflikkeren. Ik hebt gehoord dat hij over mijn hebt lopen lullen. Slappe koetjes. Kalfjes ook. Dat ik eenenzestig bent, een sappig lichaam heeft en opgewonden. Dat hebt ik gehoord. Jaaa, dat kwam uit Fritsjes mond. Maar … moet hij daarom weg? Therèse, die kettingrookt (Marlboro) en alles filmt (Canon XF605), steekt haar duim omhoog. Hij kijkt beteuterd. Wat gebeurd is, is dat nou ech zo errug? Zo benne we lekker bezig met mekaar. Dat is geen stalken maar spelen? Ik smeer met liefde wat Garnier Ambre Solaire Beschermende Zonnemelk faktor 30 op Fritsjes verbrande nek en beentjes. Harm en Bram zijn uit het lood geslagen. Harm is stilletjes. Hij heeft niet zo veel op met dat ‘damesgluren’. Zijn geaardheid zeker.

DE FLAT.

De flat (1)


Zij heeft geen haast die ochtend. De wekker loopt af maar ze draait zich nog even om. Kwart over acht schrikt ze wakker. Over een kwartier moet ze op school zijn. Vader, moeder, broertje en zusje zijn de deur al uit. Geen tijd meer om te douchen. Eten, vlug aankleden en wegwezen dan haalt ze het net.
Schoon ondergoed ligt al klaar. Naast de zak met Mini Marsen. Ze trakteert. Twaalf is ze vandaag geworden. Die broek van gisteren kan ze niet meer aan. Chocolademelkvlekken. Voor het bloesje dat ze gisteren aan had, heeft ze geen bijpassende broek. Een ander bloesje dan ook maar. Snel neemt ze een paar slokken drinkontbijt. Pakt een banaan en twee mandarijnen van de fruitschaal.
Hup: schriften, boeken, agenda de tas in. De Marsjes mee. Jas aan. Wegwezen. O, make up tasje nog!
In de lift van de 11e naar de begane grond schrokt ze de banaan en de mandarijnen weg. De schillen gooit ze in de hoek van de lift. Rent het flatgebouw uit. Het is drie minuten voor half negen. Ze redt het net die ochtend.

De flat (2)

Hij heeft geen zin om op te staan. Zijn vrouw, Hannie, gaat om negen uur de deur uit. Hij draait zich nog eens om. Beetje wegdommelen. Hij is niet zo lekker. Is al weer een paar maanden thuis. Stukje bij beetje verliest hij de structuur.
Half elf komt ie d’r uit.
Veel te laat, eigenlijk.
Piesen, boterhammetje, koffie, krantje.

Vijf minuten wachten op de lift. Op de 15e woont ie.
In de hoek van de lift: banaan- en mandarijnenschillen.
Weer zo’n aso die de lift als vuilnisbak gebruikt.
De lift is in drie minuten beneden. Krantje pakken. Ook die kutzooi aan reclameblaadjes. Hannie wil niet zo’n ja/nee sticker op de brievenbus. Zij vindt reclameblaadjes juist leuk.
De krantenkoppen kan hij niet lezen. Heeft zijn lenzen nog niet in. Terug naar de lift. Die staat er nog. De schillen liggen er ook nog. Van die schillen en reklameblaadjes maakt hij een prop.
‘Niet te geloven.’ mompelt hij.

Thuis, gooit ie de prop in de vuilnisbak. Doet zijn lenzen in. Gaat zijn krantje doen. De kop van de dag:
‘Burgers moeten elkaar aanspreken op ongewenst gedrag.’
'Wie van de honderd liftgebruikers spreek ik in Godsnaam aan voor dat fruitafval?'

Hannie spreekt hem diezelfde avond nog aan: ‘Je hebt dat Kruidvatblaadje in een prop in de vuilnisbak gegooid’. Of tie dat nooit meer wil doen!

De flat (3)

Zij komt moe thuis. Een zware dag, veel vergaderingen; veel gezeur. Even de post. Onder de brievenbussen ligt een stapel papiertroep. Iemand heeft zijn belangrijke post uitgezocht. De rest, reklameblaadjes enzo, heeft die uit zijn handen laten vallen.

Ze pakt de stapel op. Er zitten zowaar ook urgente brieven tussen. Van de Sociale Dienst, aanmaningen ook. Ze weet nu wel gelijk wie die rotzooi maakt. Daar gaat ze zo even aanspreken. De meeste troep neemt ze mee naar boven voor in haar eigen papierbak.

DE VIER VAN DE HOEK (1) HARM

 De Vier van de Hoek.

(1) Harm.
Therèse, in haar donker groene fleece vest en haar blondgroene haar, zegt dat ze vroeger op school bekend stond om haar grote bek en dikke tieten. Ze laat ons fotootjes van haarzelf zien. Altijd zonder d’r hoofd. Geloof er niks van. Ik heb sowieso niet zo veel op met vrouwen. Ze is nu in ieder geval zo plat als een dubbeltje. Reuzenstappen neemt ze. Altijd met die camera in d’r vingertjes. Reuzenstappen over die super regenplassen van vannacht. Op haar slippers nog wel. Lekker handig! Ik ben op Ecco’s. Ik ga met een stel duinwandelen. Zit één lekkere vent bij. Therèse filmt ons. Haar vest heeft Therèse al ergens gedumpt. Bloedheet vandaag. Schijnt ook zo te blijven de komende dagen. Ik heb een strakke broek aangetrokken. Die rose.
Therèse zeurt, dat we hier onze ogen goed de kost moeten geven. (Irritante stem dat wijf). Het is het mooiste plekje van Rotterdam. Prachtig hier die duinen. Helmgras. Volop vogels. Boeien … alleen schijtende en krijsende meeuwen. An laat haar gewoon lullen: ‘Wat kijkt jij rottig uit je ogen Therèse? Bejje niet goed geworden somps?’ Ze loopt met een bril met grote donkere glazen, om te verbergen dat ze tikkies heeft gehad. Niemand hoeft te weten wat er gebeurd is. Ik verdenk An. Die heeft een kort lontje en stevige knuisten.
Gaat Therèse haar weer lopen commanderen? Ja, daar is ze goed in: ’Nu moet het maar eens afgelopen zijn met dat gezeur van je, An. Wacht hier tot wij tien minuten op weg zijn. Dan kan je gaan lopen. Je bent een ellendeling, met die belachelijke hazenlip van je. Je blijft daar verdomme staan, hoor je! Pleurt toch op trut! Krijg de tering. Als ik hetero was en An een vent, zou ik, eerlijk waar, kicken op haar billen: net zo lekker stevig als d’r vuisten en d’r teksten.
Bram, kaal en dik is toch mijn favoriet. Hij weet dat Therèse zo flink is omdat ze vaak in de gym rondhangt. Blonde Fritsje, vel over been, het ‘trutje roer me niet’ van de groep, probeert al van acquit de dames te ‘pleasen’... vooral An … hij loopt haar met z’n ogen uit te kleden.
We staan nu al een tijdje te wachten voor rood. Stom eigenlijk. Hier in de duinen?! Nou ja. Daar staan we dan. Therèse, Fritsje, wat is tie toch al lelijk verbrand, ik en Bram. Hij kan nooit van mijn kont afblijven … daar kan ik wel inkomen …. maar nu effe niet. Die stiekemerd, altijd weer met dat bouwvakkersdécolleté, blijft maar naar me lopen loeren. An heeft ons weer ingehaald. Pesterig schopt ze een zooi stinkend blubberwater naar Therèse. ‘Gatverdamme! Krijg de tering, klère wijf!!’

maandag 4 maart 2024

LENTE.

Hoewel 21 maart officieel de lente pas begint, heeft deze maandag alle eigenschappen van een officiële lentedag: 16 graden, volop zon en weinig wind. Met de groep ‘Wandelen met Sonja’ ben ik in Hoek van Holland. Bij weinig mensen is klaarblijkelijk het besef doorgedrongen dat het vandaag zo mooi zou worden. Het is eigenlijk tè rustig op het strand. Ook op de terrassen. Sommige ‘tenteigenaren’ hebben het zelfs nog niet aangedurfd om hun zaak open te gooien.



Eerlijk gezegd zijn ook wij, wandelaars niet in topvorm. Al na twee minuten wandelen klinkt de roep om wat te gaan drinken of eten. Dat zal wel te maken hebben met de vroege start van deze wandeling. We hadden de metro van tien over twaalf al. De meesten van ons liepen daardoor hun lunch mis. Geen wonder dus achteraf die vroege ‘trek’ in de Hoek.


Gisteren, en ik heb het nu over zondag, zou het ook mooi weer worden. Volgens het KNMI. Dat viel nogal tegen. Voornamelijk bewolkt bij een lage temperatuur. Ik ben toen in de buurt een eindje gaan fietsen. Daar was het nou net goed weer voor. Twee uurtjes heb ik lekker langs de Rotte gefietst. ‘Lekker’, ja, dat zèg ik nu wel, maar vergeleken met vroeger, is het eigenlijk helemaal niet zo lekker meer. Destijds fietste ik ontspannen langs de Rotte, met vrouw en twee jonge kinderen (soms was zelfs de hond ook mee). Helaas is dat tegenwoordig voor de eenzame fietser een stressvolle aangelegenheid. Dat komt met name door de vele luidruchtige wielrenners. Maar … ik dwaal af … na het fietsen heb ik die zondag tickets gekocht. We gaan binnenkort met de wandelclub naar het theater.


Pootje baden. Fijn! Dat frisse zeewater heeft mijn schimmelnagels merkbaar goed gedaan. Ook Trudie’s schelpen knapten op van mijn schoonmaakbeurtje in het zilte nat. Elisabeth komt net te laat bij me aankloppen met haar zanderige schelpen.


Het is inmiddels drie uur. Tijd voor een drankje en een hapje. Kunnen we het gelijk nog even hebben over 10 april: dat uitstapje naar ‘Who is afraid of Virginia Woolf?’ Dertien wandelaars gaan die avond mee. Naar het Theater aan de Schie in Schiedam. Voorafgaand aan dat toneelstuk zouden we samen, ‘voor wie dat wil,’ wat kunnen eten. Naast het theater is een sjieke eettent maar die wordt unaniem te duur bevonden.


Verrassend, dat 'onze' wandelaarster Debbie haar neus laat zien. Ze is hier op stap met haar zus. Komt alleen even gedag zeggen.


Moeten we ons aan het slot van deze mooie middag nog de benen uit ons lijf lopen om de metro te halen. O ja, in de metro zie ik het pas ... ze zit vlak achter me: ‘Leuk jasje, Sonja'. Tsja, beter laat dan nooit, toch?.

STRANGERS.

Een hele dag binnen zitten vind ik helemaal niks. Dus toen ik om 2 uur vanmiddag met alle zondagse klusjes klaar was, heb ik de fiets gepakt. Het is lang zo lekker weer niet als voorspeld.  Maar wel goed fietsweer. Onderweg, in het Kralingse Bos bedacht ik me heen en weer naar Blijdorp gaan. Anderhalf uur fietsen bij mekaar.

Ik heb het vaak niet eens zo in de gaten maar mijn gedachten gaan al fietsend vaak onbewust linksaf.  Dan rij ik op de Gordelweg en zit ik tegelijk midden in een film, die ik van de week zag. Toch blijf ik wel trouw stoppen voor rood, verleen en geef ik, overal waar het moet voorrang  en vermijd zorgvuldig alle hobbels en bobbels.

Ik  heb van de week de film ‘All of us strangers’ gezien.  Prachtig! Soms zit ik ineens even in Londen. Zie die  skyline. Vier kanjers van acteurs. Ik heb nog nooit van ze gehoord. Nou, hoewel … Adam Scott is een van de vier. Hij speelde een hoofdrol in Aftersun, herinner ik me nu. Aftersun … een IFFR-2023 hit. Ook zo’n kanjer.

’t Is niet zo druk hier. Ben nu vlakbij het Vroessenpark. Het is niet bepaald een pretje hier te moeten fietsen in die vet-muffe Blijdorpstank. Ik hou niet van dierentuinen.  Af en toe sjeest er zo’n fiets met van die imponerende banden voorbij. Ook een e-bike? Zal wel. Tegenwoordig ben ik, geloof ik, de enige, die op de pedalen staat. Op die racende schreeuwlelijkers na dan, ja, die wielrenners bedoel ik.

Die acteurs … wat is dat genieten! Zo’n goeie samenwerking! Ze zijn alle vier sterk in gelaagde emoties en weggestopte tranen. Er gebeurt zoveel in hun ogen. Die uitwisseling van blikken vergeet je niet gauw. Scott is dan wel veertig plus, in zijn ogen zie je nog het jongetje dat op school gepest werd. Het kind, dat toen hij elf was, zijn ouders verloor en zich daarna verstopte voor de buitenwereld.

O, God, pas op, Jos! Daar hebbie een zwangere bakfietsmoeder. Èèn hand aan het stuur. ~Eèn hand aan haar mobieltje … en een lol dat ze al babbelend heeft met weet ik wie. In de bak: drie peuters en een Gordon Setter (een lieve, nerveuze  hond). Dalijk knapt die bak nog vlak voor mijn neus ineens in tweeën. Nee, een Babboe kan het toch niet meer wezen. Die zijn onderhand allemaal geknakt of van de weg gehaald.

Het verhaal van die film is zo uniek, dat hij bij iedere kijker een gevoelige snaar zal raken. Heelt misschien zelfs wel gebroken harten. Een pakkende film. Hoe oud je ook bent of wat je ook doet. Ga hem zien.

Tenzij je aan de ‘emotionele stop’ lijdt of het gevoelsleven hebt van een stoplicht. Dan kan je toch beter anderhalf uur gaan fietsen.

 

zaterdag 2 maart 2024

DROOG.

Òf hij spreekt geen Nederlands, òf hij heeft misschien die bank liever voor zichzelf alleen. Hoe het ook zij, die ouwe Chinees kijkt demonstratief de andere kant op als ik naast hem kom zitten. Ik pak mijn laatste kauwgommetje en de ochtendkrant.



Ben al gauw aan de beurt. Ik moet bij de uroloog wezen. Gedurende de afgelopen drie weken heb ik moeten bijhouden hoeveel ik drink en plas. Nu eerst even m’n piemel poetsen. Daarvoor krijg ik van de zuster een bekertje lauw water en een warm doekje (net zo’n warm doekje als je na het eten bij een Chinees wel es krijgt). Dan geeft ze me een ampul, die ik vol moet plassen.


De laatste tijd heb ik urineverlies. Doe het soms in mijn broek. Soms ook in mijn bed. Gelukkig niet elke dag. Maar een paar keer per jaar is al erg genoeg! Ik heb niet het idee dat het iets ergs is. Hoop dat het ze er wat voor hebben.


Ik moet van de uroloog even voorover gebogen gaan staan, met mijn handen op de behandeltafel. Broek en onderbroek afgezakt op mijn schoenen. Razendsnel trekt ze een plastic handschoentje aan. Roert dan met een vinger in een potje met glijmiddel. Vervolgens steekt ze die vinger loepzuiver in mijn anus. Ze bevoelt mijn prostaat en stelt me onmiddellijk gerust: ‘Die kan nog wel even mee, meneer Mastwijk.’


Pijn deed het niet. Nu schrijnt het alleen een klein beetje. Die Chinees zit er nog steeds! Ga heel voorzichtig naast hem zitten. Stuurs blijft hij naar de ingang kijken. Ik hoor een kind wat roepen. Opeens schiet die man als een veer omhoog. Loopt naar een kind van een jaar of vier, dat waarschijnlijk het Chinese woord voor ‘opa’ roept. Hij verandert van een stuurse bankzitter in een gezellige opa. Bukt zich naar de kleine jongen. Tilt hem op en lijkt, vrij vertaald te zeggen ‘Hallo kleine man, wat ben je groot geworden!’ Enkele passen achter de jongen komen de ouders er aan. Lachend slaan ze het tafereel van opa met kleinzoon gade. De Chinees heeft alleen maar oog voor die kleine. Hartverwarmend. Het maakt me vrolijk. Onwillekeurig glimlach ik. De vader van de kleine jongen ziet het. Hij knikt me vriendelijk toe. Verlegen wendt hij zijn blik dan weer af. Kijkt naar zijn familie. Met z’n viertjes lopen ze de gang in naar de ‘intensive care’.


Met mij is niks aan de hand. Alles doet het goed, volgens de zuster. Ik drink alleen wat te veel zo kort voor het slapen gaan.
‘Gewoon afblijven van die late pilsjes , meneer Mastwijk. Dan gaat u het vanzelf wel merken’.