Onderweg.
Om 11.40 uur ga ik naar de fysio. 12.00 uur
moet ik er zijn. ‘t Is twintig minuten lopen. Het miezert. Mijn zwarte
herfstjas is gelukkig waterproof. Ik trek
de capuchon over mijn pet. Pas op! Een úítstekende trottoirtegel. Ben er al
eens over gestruikeld. Nu extra opletten met die nieuwe schouder. Als ik val is die naar de
gallemiezen.
Buren Herman en Patricia stappen in hun auto.
Ze zwaaien naar mij. We mogen elkaar. We zijn alle drie voor Sparta. Grote
herfstplassen op de rijweg. Bladeren stremmen de afvloei van het hemelwater.
De zolen van mijn gloednieuwe Nikes zijn
poreus. Na drie minuten lopen zijn mijn sokken en voeten nat en koud. Over de
schoenfabrikant maak ik me kwaad. Waterdichte schoenzolen … dat lijkt
tegenwoordig te veel gevraagd. Kom op, Jos! Laat je niet gek maken door die lullige
zolen.
Hé! Daar staat Gerda, zeventig al weer. In
haar portiek. Achter glas. Ze is net zo hoog als ze breed is. We weten nog hoe
we heten. Ze lacht me gedag. Ik liplees: ‘Ha Jos!’.
Ik steek schuin over. Daar wordt een
verhuisdoos klein gescheurd. Het karton moet in de papierbak passen. Een ander staat
zo’n doos plat te springen. Denk aan je adem, Jos. Op de weg letten ook. Het wegdek hier is
schots en scheef. Verziekt door bijna twee jaar bouwverkeer. Aan weerskanten
van de straat is de bouw bijna klaar: een kleine tweehonderd woningen. Huren
van 800 tot 1200 euro … allemaal onbetaalbaar dus voor de minima. ‘Maak je niet
boos Jos, dat leidt alleen maar af’.
Daar komt een pitbull. Ben ik bang voor. Die
hond loopt op de stoep in plaats van in de blubberzooi. Ik word door dat beest
naar de drukke autoweg gedwongen. Heb
echt geen keus.
Een bedrijfswagen van ‘Al uw Electro’ stagneert
de vrije doortocht van mij en de dame die in haar scootmobiel als een dolle op
me af komt. Die aso van ‘Al uw Elektro’ heeft zijn kar half op de stoep
geparkeerd. Ik kan hier gewoon oversteken. Die dame niet. Zij loopt vast in de
blub als ze doorsjeest.
‘Zal ik u even naar de overkant loodsen,
mevrouw?’
‘Ja,
doe maar,’ … als ogen konden doden ...’ Maar waarom??
I really don’t know!
Ga naar de rotonde. Bijna op het zebrapad
staan drie Felix-scooters lelijk in de weg.
Een moeder met een Hauck Atlantic Twin kan niet verder. Impulsief spring
ik op en trap die scooters in één keer omver.
Zo … opgelost … die moeder kan door met haar tweeling.