zondag 12 februari 2023

EEN OPENHARTIG GESPREK (1).

Dit is de weergave van een openhartig gesprek van free lance journalist Jacob Mensch met Halle Stappen, oud-Nederlands kampioen 'Sneldammen' bij de heren. In dit uitgebreide gesprek, waarvan hier deel een, hebben ze het niet over zijn onnavolgbare spel maar leren we een geheel andere kant van Halle kennen.  

Waarom, Halle,  maak je het jezelf, qua uiterlijk ,  toch altijd zo moeilijk, zeker wanneer het best ook makkelijk zou kunnen? Nu eens vertoon je je als een net heertje, dan weer als een soort clochard. En daarbij wek je regelmatig de indruk, een actieve relnicht te zijn, met je strakke broeken, je dandy jasjes, je sjaaltjes en je schoenen in allerlei ogen pijnigende kleuren. Nù zie ik je weer lopen met een iel paardenstaartje achterop je hoofd. Nog niet zo héél lang geleden had je een  warrige ‘krullenbol’ en daarvòòr trok je de aandacht met een glimmende kale knar. Nu ben je glad geschoren en morgen ben je weer baarddrager. Allemaal moeilijk te rijmen!  Waarom vertoon je je nu eens schreeuwend uitbundig en dan weer verstikkend  saai?

Uitbundig? Saai? Nicht? Je stort nu wel ineens een heleboel bagger over me uit, zo aan het begin van dit gesprek! Wat wil je van mij?

Welnu Halle, reageer om te beginnen eens op je wisselende ‘haardracht’ .

Nou, ik kies steeds voor een andere haardracht; als je kaal tenminste ook een ‘haardracht’ mag noemen. Die kale kop, ja, dat was destijds tamelijk impulsief. Het begon in het jaar 2001 in de TGV op weg naar Frankrijk. Ik maakte me in de trein een voorstelling van hoe ik er zonder hoofdhaar uit zou zien. In mijn lichtelijk manisch optimisme van destijds, zag ik er kaal wel redelijk goed uit; beter in ieder geval dan met dat kortgeknipte grijze kransje, dat toen op mijn hoofd groeide.

De hotelkamer in Lyon had een ruim ligbad, alsof  ik een half jaar terug, toen ik deze kamer boekte al wist wat hier zou gaan plaatsvinden. Zoals altijd had ik mijn elektrisch scheerapparaat meegenomen. Ook  had ik de spulletjes om me nat te scheren bij me: scheerzeep, de -kwast, -mesjes en het -apparaatje en last but not least: aluin. Aluin stond bij alle mannen vroeger op de wastafel. Het is een bloedstelpend middel en het gebeurde nogal eens, dat bij het scheren per abuis een stukje hoofdhuid gescalpeerd werd. Met de toename van het elektrisch scheren is het aluingebruik omgekeerd evenredig afgenomen.

In Lyon onthaarde ik niet  alleen mijn hoofd, ook de rest van mijn lijf. De details hiervan zal ik je besparen.   

Goed en toen was je helemaal kaal, Halle. Je stapte daar Lyon in en alle vrouwen vlogen je om je nek? Je hoefde alleen maar op een willekeurig plein in Lyon  te gaan staan en van alle kanten komen lieftallige Franse dames aangerend, roepend: ‘Oooooh, kijk daar nou toch eens een allemachtig leuke kale man staan!’ Je moet het op een lopen zetten om niet door ze verpletterd te worden.

Proef ik hier enig sarcasme, Jacob?  Natuurlijk gebeurde dat niet! Ik was destijds vijftig. Een ouwe man. Heb jij wel eens gezien dat vrouwen in katzwijm raken van kale vijftig plusser? Nee toch zeker? Zelf vond ik dat ik er een ietsiepietsie beter uitzag zònder dan  mèt haar. Het maakte me iets jonger. Wat ik verder had weggeschoren wist en zag niemand nog. Pas later, op het strand, in het zwembad of in bed hoor ik wel, wat anderen van die verdere ontharing vinden. Als ik af ga op alle reacties is mijn conclusie, dat de ene  helft het leuk en de andere helft het nogal raar vindt

Geen opmerkingen:

Een reactie posten