maandag 6 februari 2023

IFFR.

 

International Film Festival Rotterdam (IFFR).

Ik was op het IFFR. Met zeker 250.000 andere filmliefhebbers, waarvan er naar mijn eigen schatting vijftigduizend filmfreaks waren, want je moet toch wel een beetje gek zijn om in tien dagen tijd dertig á veertig films te gaan kijken. Ik ben er dus zo een. Zo af en toe ga ik met een vriend of vriendin maar geen van allen is zo gulzig als ik. Veel goeie films heb ik gezien. Ik zal na dit stukje iets meer over schrijven. 

Wat ik altijd weer prettig vind is om mensen te ontmoeten die ik eigenlijk al ken, sinds het begin van het festival tweeënvijftig jaar geleden. Soms zelfs nog van vòòr die tijd. Zo kom ik op de VPRO-dag Henri tegen die in 1970 bij mij op de toneelschool zat. In die periode heb ik hem ook voor het laatst gezien! Hij herkent mij gelijk. Ik moet wel even nadenken. Als hij zegt dat we samen nog in het toneelstuk Ubu Roi gespeeld hebben, weet ik het meteen weer. Hij vertelt me (trots)dat hij nog een rolletje gespeeld heeft in ‘Goede tijden, slechte tijden’. Dat vond ik echt een kutserie. Zonde van zijn talent. Dat heb ik hem maar niet gezegd. We hebben nog wel gezellig een pilsje gedronken en oude koeien uit de sloot gehaald. We hadden allebei nog toneelles gehad van de moeder van Rutger Hauer. Wat waren dat onvergetelijke lessen!

Verrassend vond ik het om Bettina tegen te komen, ze was met haar man. Ze waren net als ik op de Volkskrantdag.  Haar heb ik precies tweeënvijftig jaar geleden leren kennen. Ik werkte toen als docent dramatische expressie op een schooltje in Schiedam. Ik was toen eenentwintig en zij zeventien. Ik de leraar, zij de leerling. Ze was samen met haar man een kapsalon begonnen in Vlaardingen. Twee volwassen dochters hebben ze , even oud als mijn zonen: vierenveertig en tweeënveertig. We hebben het er nu natuurlijk niet meer over maar we waren destijds gelijk tot over onze oren verliefd op elkaar. Haar ogen stralen nu ook weer zoals toen en ik voel weer die kriebels in mijn buik. Ze ziet er nog steeds aantrekkelijk uit … achtenzestig zal ze nu zijn. We hebben destijds ook even wat met elkaar gehad, Bettina en ik.  Ik was toen al getrouwd. Mijn toenmalige, nu ex-vrouw kwam er achter en tot op de dag van vandaag is ze daar nog woedend over.

Toen ik in een rij stond te wachten tot ik de bios in mocht zag ik ineens Jan Willem staan. Ik zwaaide naar hem, hij naar mij. Vijftig jaar geleden werd hij mijn buurman samen met zijn vriendin Marja, een nichtje van mijn toenmalige vrouw. Maar ik kende Jan Willem al langer. We waren een jaar of twaalf; we woonden bij elkaar in de buurt. We voetbalden samen halverwege de zestiger jaren. Zestig jaar ken ik hem dus al. Hij komt in de bios naast me zitten. Begint  gelijk te pochen dat ie met z’n nieuwe ega een peperduurhuis heeft gekocht, vlakbij het Depôt. Dadelijk onder een pilsje vertel ik hem wel hoe het mij vergaat in die lockdownbuurt  waar ik nu woon ... en over mijn scheiding, want dat weet hij ook nog niet. Maar gelijk na die klotefilm gaat hij er als een speer vandoor terwijl hij zegt: ’Ik moet vreselijk piesen. Nou, tot ziens dan maar weer hè, Jee!’ Jan Willem bespaarde zich zo mijn klaagzang.

 

‘Dalva’ vind ik(en velen met mij) met afstand de beste film van het IFFR 2023.

Google:  Dalva IFFR 2023 voor een beschrijving en de trailer.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten