dinsdag 3 mei 2022

DE POETIN

 Youri is er na al die jaren wel aan gewend dat hij en Boris op straat nagekeken worden. Wanneer ze zoals vandaag gaan wandelen, voelt hij zich ongemakkelijk. Dat is niet zo vreemd want Boris heeft zijn beste vriend en beveiliger meegenomen. Een wrede, walgelijke, gevaarlijke, tot krokodil gemaakte.  Het is een poetin. Zijn bolle ogen met flitsende blikken zijn als stroomstootwapens, die alles en iedereen vernietigen dat hem niet aanstaat. Zijn brede bek vol grote vlijmscherpe tanden verslindt graag en meedogenloos wat voor zijn bek komt. De poetin spuwt ook vuur over een afstand van tientallen meters, daarmee kan hij grote flatgebouwen in vlammen doen opgaan.  Niet voor niks voelt Youri zich ongemakkelijk.

De poetin moet elke dag minstens anderhalf uur  aan één stuk uitgelaten worden, anders richt hij zijn agressie op het huis van  zijn verzorgers. Met de poetin hebben de jongens de grootste moeite. Zelfs met riemen en CAL-halsbanden lukt het ze amper hem in bedwang te houden. Is hij eenmaal los dan is hij niet meer te houden.

De poetin is erg verzot op kleuters, de gemakkelijkste slachtoffertjes. Hij aarzelt geen moment om ergens in een winkelcentrum, vliegensvlug  zo’n exemplaar uit een wandelwagentje te grissen. Het is beslist niet zo dat Youri en Boris daar op uit zijn. Het is gewoon de in en in verdorven aard van de poetin. In één vloeiende beweging slokt hij het jongetje naar binnen. Die heeft hij het liefst … kleine jongetjes. Geen spoortje, geen druppeltje bloed is er te zien. De moeder heeft het niet eens gemerkt. Alleen Youri met zijn scherpe gehoor kan het kleutertje in de buik van de poetin nog horen krijsen. 

Als het al zo ver gekomen is, is er voor Youri en Boris geen houden meer aan.  De poetin ontworstelt zich aan hen. Meestal gaan ze na zo’n actie van het beest onverrichterzake  naar huis. De poetin echter blijft onverdroten dood en verderf zaaien.

De moeder van de kleuter is met stomheid geslagen. Minuten later begint ze om hulp te gillen. De  poetin doodt haar rücksichslos met het vuur uit zijn bek.  Met zijn machtige wapens  verlamt hij zijn omgeving. Hij is goed bezig, hij gaat door. Teruggaan kan niet meer. Stopt hij, dan wordt hij door de anderelanders afgeslacht. Hij loopt een bos in en met zijn dodelijke vuurwapen rasiert hij de kleine lieve bosdiertjes aus. Vogels hebben geluk, zij kunnen wegvliegen. De poetin zet bomen en struiken in de fik; drijft de konijntjes en andere dieren naar de snelstromende rivier … de verdrinkingsdood in.

Maar ook de poetin gaat er aan. Achter hem staat het bos in lichterlaaie. Hij kan het vuur niet ontlopen. De snelstromende rivier is enige kans voor de poetin om te overleven.  Hij spingt er in. Het water voert hem naar de andere landen. De uitgeputte poetin wordt gesignaleerd door andere landers. Hij wordt met de modernste wapens gefusilleerd: alsof er midden in de rivier een zware bom explodeert. Van deze poetin wordt nooit meer iets vernomen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten