dinsdag 19 april 2022

LIFT IN MINIROK

In een portiek op de Oude Gracht in Utrecht trekt Laurie haar spijkerbroek uit. Snel trekt ze het rode minirokje aan, dat in haar tas zit. Haar benen zijn mooi…. mooi bruin ook. Ik sta vòòr Laurie, zo onttrek ik haar aan het zicht van de voorbijgangers. Het is hier gelukkig niet zo druk. Haar lijf is ècht mooi. Atletisch. Slank, borsten cup C, ronde, niet al te grote billen. Haar benen, als gegoten bij dat lijfje van een meter zeventig. Ze kijkt me aan, met een wat ondeugende blik in haar ogen. Ik voel de tinteling, ze lacht haar tanden bloot … hmmmm wel een beetje veel tandvlees … nou, niet zo kritisch Ton …  het s gewoon een leuke meid! Haar grote zwarte pupillen vragen of ik kom. Ik kom maar tegelijkertijd aarzel ik ook. Laurie praat vandaag veel over haar vriend Maarten in Schiedam. Ze vertelt over hun waterpoloclub. En dat ze hem soms helpt met nakijken van rekensommen van zijn leerlingen. Maarten geeft les aan groep zes van de basisschool. Nee eh…..of eh eigenlijk ja, ik voel me aangetrokken tot Laurie. En nee ik ga niet tussen die twee in zitten. Zou ik ook niet leuk vinden, als ik Maarten was. Ik zou dan óf heel erg boos óf heel erg verdrietig zijn. Daar ga ik niet aan beginnen.  Dat schiet zo door me heen als ik in die portiek met een opkomende erectie voor Laurie sta. Ik dwing mijn boreling weer te gaan liggen.

Met Laura in dat geile minirokje hebben we binnen de kortst mogelijke tijd een lift richting Rotterdam. Ben ik van overtuigd. Met een viltstift schrijf ik op de binnenkant van een Chiquita-doos ‘Rotterdam’. Aan Laurie zal het niet liggen. Ze neemt een houding aan die borsten, billen en benen accentueert. Het bordje met ‘Rotterdam’ houdt ze iets boven haar hoofd. Ik word vrijwel volledig door haar aan het zicht onttrokken. Zo gooit Laurie alles uit de kast om voorbijrijdende automobilisten te verleiden haar mee te nemen. Ook al moeten de chauffeurs helemaal niet naar ‘Rotterdam’. Ter wille van het rode minirokje rijden ze graag een eindje om. Binnen vijf minuten zitten we in een paarse Ford Mustang richting de Maasstad. Laurie kruipt vliegensvlug op de achterbank en de bestuurder van de auto moet zich tevreden stellen met mij naast zich. Hij neemt zijn verlies sportief en we vullen de tijd tot Rotterdam met het uitwisselen van wetenswaardigheden over onze gezamenlijke liefhebberij: de grote libelle.

Dat jaar liften Laurie en ik geregeld op en neer tussen Utrecht en Rotterdam. We zitten bij elkaar in de klas … fysiotherapie … we oefenen op elkaar … met veel lol … tot ze zo maar ineens niet meer op school verschijnt.

Drie jaar later, ik werk inmiddels op een schooltje in Vlaardingen, als sportleraar, komt in de pauze een collega naar me toe. Hij vraagt of ik Laurie Toop ken.

‘En óf ik die ken,’zeg ik.

‘Laura is mijn vrouw’, zegt Maarten.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten