zondag 9 december 2012

Bios (11)


Om kwart voor zeven zal de eerste avondvoorstelling beginnen. Het was duidelijk dat het gezellig was geweest in de Eend er was ook duidelijk iets te veel gezopen. Martin moest er op de weg terug naar Lumière van pissen en toen hij zijn behoefte stond te doen tegen een boompje kreeg hij van Petra een duw in zijn rug zodat zijn broek en zijn schoenen ook onder de zeik kwamen te zitten. Hilariteit alom dus. De stemming was ronduit jolig te noemen toen ze weer op hun werkplek aankwamen. Het stelde ze gerust dat Duusjo er nog niet was, want die had gegarandeerd opmerkingen gemaakt over hun iets tè uitbundige gedrag.

Bij Lumière aangekomen stond een man voor de gesloten deur te wachten. Toen hij zag dat Petra en de anderen aanstalten maakten om naar binnen te gaan, zei de man met een Brabants accent, dat hij zijn portefeuille kwijt was geraakt….waarschijnlijk tijdens de middagvoorstelling hier.
´Waar zat u dan.´ vroeg Petra.
´Ja, ik weet niet meer precies welke rij maar het was tamelijk achteraan, derde of vierde rij van achteraan en dan ongeveer in het midden.´
´Komt u maar mee, we hebben uw portefeuille waarschijnlijk gevonden …..hoeveel zat er ongeveer in?´
´0ngeveer driehonderd gulden.´
´Klopt zegt Petra´
´O, geweldig!´
´Als u even hier in de foyer wilt wachten dan komt mijn collega zo meteen uw portefeuille bij  u brengen.´
Marja, de enige met een kluissleutel haalt de portefeuille op en overhandigt die aan de man, die resoluut zijn portefeuille open doet, er een briefje van honderd uithaalt en dat aan Marja geeft: doe dat maar in jullie fooienpot, die hebben jullie toch wel, hè?
Zo, zegt marja, is dat niet een beetje veel.
Welnee, dat komt jullie zeker toe!
Houdoe en nogmaals hartstikke bedankt.´

Het is nu half zes en over drie kwartier start de verkoop voor de eerste avondvoorstelling. Tijd genoeg dus om nog even een beetje te sporten in de filmzaal. Petra gaat met Marja op de ruimte vlak voor het filmdoek badmintonnen; Martin en Gerrit trappen een balletje in de gang tussen twee stoelenrijen. Nu kon dat  nog, dat sporten in de bios, maar na de op handen zijnde verbouwing, als er meerder bioscoopzalen zullen worden gecreëerd in dit pand, zal er geen ruimte meer voor zijn. De oude Petra en de geile tweeling kiezen ervoor  nog even wat te roken en uit te buiken in de personeelsruimte.

De eerste avondvoorstelling van Saturday night fever is bijna zeker weer uitverkocht. Op de altijd rumoerige  zaterdagavond wordt, voor de zekerheid altijd een beveiligingsmannetje ingehuurd: Koos, gehuld in  een imposant uniform, is met recht een mannetje, want hij is hooguit een meter vijfenzestig groot en bijna even zo breed als hij hoog is. Hij oogt zo sterk als een gorilla. Verder een aardige vent, hoor, nooit te beroerd om bij gebrek aan een portier te helpen bij de kaartverkoop. Dan vraagt hij aan de wachtenden of ze gereserveerd hebben, hoeveel plaatsbewijzen ze willen en dat geeft hij  al zingend op populaire of zelf verzonnen melodietjes door aan de kassière.  Hij heeft zo’n mooie basstem. Operazanger had hij moeten worden; hij heeft zijn carrière misgelopen. Ook maant hij zingend een ieder om zo veel mogelijk met gepast geld te betalen. Daarbij staat hij altijd op een groentekist, die hij, toen hij met dit werk begon, zelf van huis mee had genomen. In de winter zet hij altijd voor zijn groentekistje een straalkacheltje neer om de ijspegels die steevast onder zin neus hangen te laten ontdooien. Op zijn groentekistje ziet iedereen in de rij de kleine Koos tenminste staan.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten