Posts tonen met het label zurig. Alle posts tonen
Posts tonen met het label zurig. Alle posts tonen

vrijdag 30 september 2022

VRIENDSCHAP? EEN ILLUSIE. (8) PIETJE.

 Pietje Fransen is een van de gassies op school met wie ik een bijzondere band heb. Hij kan absoluut niet leren. Is wel goed in sporten en het is een lefgosertje.

Hij springt op school uit het raam van de tweede verdieping.. Zijn hondje staat alleen aan de overkant van de straat. Daar moet ie gelijk op af. ‘Ik kom vanmiddag wel weer terug!’

Boeren en scheten laten in de klas, doet ie gewoon. En als de meester er wat van zegt, antwoordt Pietje dat hij zo’n vreselijk buikpijn heeft. Hij stinkt ook als ie géén scheet had gelaten …  ik weet niet precies wat voor stank … beetje zurig … ranzig. Niemand wil naast hem zitten of zijn jasje over Pietje zijn jas hangen. Ik doe het ook niet. De meester hééft hem wel eens een keer naar huis gestuurd: ‘Je gaat je eerst maar eens lekker wassen, Pietje, schone kleren aantrekken. Dan wil ik je hier weer terugzien.’ Na drie weken is hij er weer … in die zelfde kleren.

Piet zingt ook graag. Dat verwacht je niet van hem. Het klinkt nog aardig ook. Het liefst zingt hij ‘stoute liedjes’ zoals: tiet-en-kont, tiet-en-kont, tiet-en-kont-kont-kont enz. op de melodie van de Radetzky-Mars van Johan Strauss. Ook verzint hij ze zelf; over Elsje bijvoorbeeld, een lelijk,  peenroodharig klasgenootje van ons, zingt hij een zelf bedacht melodietje:

‘….en die Els,

die is zo’n rare,

kromme benen,

dikke billen

rooie haren…….’

Iedereen lachen en ach, die Elsje, ze schaamt zich dood. Zielig, hoor. Moet Pietje voor straf een tijdje op de gang staan van de meester. Vanaf de gang maakt hij ons in de klas aan het lachen door steeds met een andere gek gezicht voor het gangraam te springen.

Op een morgen, komt een grote man de klas in, ‘dat is een ‘stille’’, zegt de meester later. Onze meester en de ‘stille’ smoezen even met elkaar. Als die ‘stille’ weer weg is, zegt de meester, lijkbleek inmiddels, dat Pietje op zijn fietsje is platgereden door een vrachtwagen.

Een paar dagen later zitten we met de hele school in de kerk aan weerskanten van dat kleine witte kistje. Die eerste drie-en-een-halfjaar op school heeft hij  veel lol gemaakt. Ik zal hem niet gauw vergeten met zijn bolle, brutale stekelkop. Pietje Fransen is geen boezemvriend van mij; wel een toffe klasgenoot. Hij slaat Paultje de Jong voor mij in elkaar. Die Paultje loopt me steeds te zieken: ‘lelijke brillenjood’, ‘lelijke brillenjood’. Dat wil Pietje niet horen,  want ik ben zijn vriend. Daarom deelt hij gewoon een paar tikkies uit. ik hoef hem helemaal niks te vragen. Het enige dat ik voor hem terug kan doen is repetities, dictees en allerhande huiswerk maken in Pietjes slonzige handschrift. De laatste tijd ga ik ook gewoon naast hem zitten en hang ik mijn jas over zijn jas op de haak. Dat doe ik ruim een half jaar zo en dan ineens is Pietje  dood.