Posts tonen met het label onschuldig. Alle posts tonen
Posts tonen met het label onschuldig. Alle posts tonen

woensdag 8 maart 2023

PESTEN

Pesten is nutteloos. Puur negatief. Tja, positief pesten bestaat natuurlijk niet … hoewel, plagen, dat zou je positief pesten kunnen noemen. Plagen  kan wel wat nut hebben.  Het is iets waar je tégen moet leren kunnen. Het heeft iets onschuldigs. ‘t Is meestal wel grappig; niet kwetsend en niet altijd naar dezelfde persoon toe. Voorbeeld: ‘Je veter zit los. Één april.’ Of: ‘Kijk, een vlek. Neusie trek!. ’en ‘Er zit iets op je lip, vlakbij je oor.’ Je leert zo ergens tegen kunnen in hert leven. 

Iemand kan op school, in de buurt, op zijn werk of op een club, het mikpunt  worden om zijn gedrag of uiterlijk. Van pesten is het de bedoeling dat het iemand sloopt en dat de pesters, er sadistisch genoegen aan beleven. Voor de pesters heeft pesten nut.  Zij slagen er in hun negatieve doel te bereiken.  Ze voelen machtig als ze hun slachtoffer raken. Voor de gepesten is het een ramp.

Één op de tien scholieren wordt vaak gepest. Drie op de tien zo af en toe.  Waar kan je aan zien dat kinderen gepest worden? Onder andere: vaak hoofdpijn en buikpijn, verandering in de vriendenkring, onrustig slapen, sterke emotionele reacties, thuis stiller als anders, kapotte kleren, blauwe plekken. Gepesten hebben er vaak hun hele leven lang  last van. Op latere leeftijd zijn zij vaker dan gemiddeld depressief.

Niet alleen voor het slachtoffer heeft pesten gevolgen. Daders van pesten komen vaker in de problemen door alcohol- en drugsverslaving, gewelddadig gedrag en ze kunnen eerder in het criminele circuit terecht komen.

Ik weet niet hoe het is afgelopen met degenen, die er zo’n lol in hebben gehad om mij in mijn prille jeugd te lopen zieken. Ik hoop heel slecht!  In de tweede klas van de kleuterschool, poep ik, onder schooltijd, in mijn broek. Ik mag naar huis om me te verschonen. Maar vanaf die dag loopt er op weg naar huis een clubje van vier pestkoppen achter me aan dat  in koor jent: ‘Jossie is poepbroek!’ Dat duurt zeker een half jaar. Met opgekropte woede loop ik naar huis.  Thuis zeg ik er niks over. Op een dag ben ik het zat. Ik draai me om en sla de aanvoerder van het clubje (Hans de Jong) zo hard ik kan op zijn bek. Hans heeft een bloedneus en zijn bril is geknakt. Nooit meer last van dat clubje gehad.

Meer last heb ik gehad van de onderwijzer van de vierde klas van de lagere school. Een katholieke school: de Sint Nicolaasschool. Ik was tien jaar oud en een heel verlegen. Hoe goed ik een spreekbeurt ook voorbereidde, als ik voor de klas stond blokkeerde ik. Als ik een vraag van de meester moest beantwoorden bloosde ik altijd. Deze meester (meester Lambertus) schepte er een satanisch genoegen in om mij voor de hele klas voor lul te zetten. Als woorden als ‘vuurrood’ en ‘zo rood als een kreeft’ in de les voorbij kwamen,  zei hij altijd met duivelse genoegen tegen de klas:’ Als jullie willen weten wat die woorden betekenen, moeten jullie nu allemaal even naar het hoofd van Jos Mastwijk kijken.

Ik krijg het er nu ik dit schrijf nog benauwd van. Ik was al tegen de twintig toen ik dat blozen en blokkeren pas kwijt raakte. Vòòr die tijd ben ik bij vlagen wel depressief geweest. Ik heb nooit uitgezocht of die sadistische onderwijzer er wat mee te maken had. Ik vermoed eigenlijk van wel.  Moge hij branden in de hel. 

      

 

dinsdag 2 augustus 2022

GEERT EET NIET MEE

 ‘Geert? Ken ik die? Is dat die homo?’

‘Nee, ik denk het niet. Ik denk eerder dat hij pedo is.’

‘Ja, daar heb ik eerlijk gezegd ook zo’n vermoeden van … en dan is het volgens mij ook nog zo’n type dat alleen op kleine jongetjes valt  … hij is tenslotte niet voor niks bij de padvinderij … of zitten daar tegenwoordig ook meisjes bij?’

‘Dat weet ik niet, hoor. Geert is gewoon een  aardige vent en ik heb nog nooit een kwaad over hem gehoord... behalve nu dan.’

‘Oh nee. ik geloof ook niet dat hij ooit een klein onschuldig mannetje zal lastig vallen. Het  is een schat van een man.  Hij eet dadelijk met ons mee.’

Geert is ziek. Angst voor harde geluiden. Daar gaat hij van hyperventileren … hij is gauw moe … geen energie. Het is hem ook aan te zien. Zijn gezicht is wat opgeblazen, van de medicijnen … hij heeft flinke wallen onder zijn ogen. Zelf denkt Geert dat het komt doordat hij al die jaren veel te hard gewerkt heeft.

Maar er speelt meer … Geert ergert zich al jaren aan collega Coenraad. Die wipt regelmatig op de afdeling langs. Hij komt dan op luide toon de afdeling vermaken. Dan wordt Geert  heel licht in zijn hoofd. Hij wordt moe, krijgt het benauwd,  gaat hyperventileren … dan moet hij weg…meestal gaat hij dan een stukje lopen, in het parkje vlakbij de zaak ... langzaam zakt het een beetje.

Geert zit met zijn ex Leonie en Coenraad in zijn auto. Ze zijn op weg naar huis. Op een druk, lawaaierig verkeersknooppuntpunt … en weer is daar dat gevoel. Hij moet zijn auto op de vluchtstrook zetten, omdat ie het benauwd krijgt, hyperventilatie dreigt … en dan is het beter om niet te rijden.

Het is al te eenvoudig om te concluderen dat Geert onwel wordt van de drukte en het lawaai van het verkeersknooppunt. Deze plek doet het. Altijd slaan benauwdheid en hyperventileren toe nabij het knooppunt Zwijndrecht. Die plek moet hij mijden. Dat kan ook makkelijk. Maar hij doet het niet. Diep onverwerkt verdriet van Geert komt in deze omgeving naar boven. Hier zei zijn vrouw, dat ze van hem af wou … drie maanden na de huwelijksvoltrekking nota bene. Binnen een week al trekt zij in bij Coenraad  nota bene… in zijn huisje in Zwijndrecht. De oplossing die hier het meest voor de hand ligt is: stop met Leonie en Coenraad naar huis te brengen … waarom doet hij dat nog?

De meest helende oplossing voor Geert is misschien wel het duo ergens halverwege Schiedam en Zwijndrecht de auto uitgooien en ze achterlaten op de vluchtstrook. In bittere kou of zware slagregens:  'Zorg vanaf nu maar zelf voor je woon-werkverkeer! Coenraad en Leonie, aju!

Geert durft deze rigoureuze oplossing niet aan. Zo is hij niet. Nog steeds rijdt het tweetal met hem mee.

Geert eet vanavond toch niet mee: last van zijn hoofd, chronische vermoeidheid en hyperventilatie.