Posts tonen met het label hoofddoekje. Alle posts tonen
Posts tonen met het label hoofddoekje. Alle posts tonen

maandag 12 december 2022

MIJN HOMETRAINER

M’n hometrainer.

 

Ik zit thuis de Volkskrant te lezen, als er op mijn bel wordt gedrukt. Het is Hasna, mijn Iraanse buurvrouw, 62 jaar, hoofddoekje, brilletje, tamelijk klein , dik,  breed maar heel erg aardig. Ze is me al heel vaak eten komen brengen. Meestal nog lekker ook. Hasna staat vrolijk lachend te zwaaien op de galerij achter mijn keukenraam. Ook nu heeft ze weer een bordje eten voor me in haar hand.  Ik zwaai glimlachend  terug en open de voordeur.

‘O wat heerlijk, kom je me nu alweer verwennen?!’ zeg ik. Ik zie op de berg rijst een kippenpootje, een paar stronkjes bloemkool en eetlepel spinazie liggen. Hasna duwt me het bord in mijn handen en ze probeert me  met een lachend en tegelijk vragend gezicht, in haar onbegrijpelijke mengeling van Farsi en Nederlands, iets duidelijk te maken. Het enige woordje dat ik in haar hele verhaal  versta is ‘fiets’.

En weer volgt er een hele riedel van Hasna, wederom met het woord ’fiets’ centraal en nu wijst ze met haar wijsvinger naar zichzelf. ‘Oh, zal dat het zijn?’ denk ik.  Zij rijdt zelf op een driewieler, zo’n grote driewieler voor volwassenen, die niet (meer) goed kunnen fietsen. Ik denk dat ik haar nu begrijp: ik mag haar driewieler lenen.

‘Nee, nee, dat hoeft echt niet, hoor, ik heb zelf een heel goeie fiets.’ zeg ik. Het bordje eten zet ik even op de keukentafel.

 

Hasna volhardt in haar verhaal. Meer elementen worden me nu duidelijk. Ik hoor haar zeggen ‘zoon’ en ‘één maand’ en dan wéér ‘fiets’. Ik kan daar toch ook niet direct chocola van maken. Dan heeft ze plotseling genoeg van mijn onbegrip, duwt me zachtaardig doch resoluut opzij, loopt brutaalweg mijn woonkamer in en stapt meteen op mijn hometrainer af. Hasna doet een poging het ding op te tillen maar die is veel te zwaar voor haar alleen. 

 ‘Ik dik … ik fietsen thuis …   zoon kopen fiets … één maand,’ zegt ze en kijkt me bijna wanhopig aan. Nu pas begrijp ik haar verhaal. Ze wil mijn hometrainer voor een maandje lenen, tot haar zoon er een voor haar gekocht heeft.  

 

Helaas moet ik haar teleurstellen. Ik gebruik die hometrainer zelf iedere dag,  omdat ik anders dichtslib. ‘Maar,’ zeg ik, ’je mag hier wel  elke dag komen fietsen, hoor,  als je wil.’ Hasna verstaat kennelijk het Nederlands beter dan dat ze het spreekt, want ze moet hard om mijn voorstel lachen. ‘Nee, nee,’ zegt ze en ze gaat in het haar typerende schommelende loopje weer naar buiten. Ik excuseer me nogmaals dat ik de hometrainer echt zelf nodig heb. Dat begrijpt ze wel. Ze wijst nog naar het bordje eten op de keukentafel en zegt: ’Eten ….eten …lekker warm.’

‘Ja, lekker, nog bedankt, hè, Hasna.‘

 

Alléén het kippenpootje eet ik op, lekker, lekker. De rest van dat eten heb ik in de wc geflikkerd. Ik houd namelijk helemaal niet van de combinatie bloemkool en spinazie.

 

Dan duik ik weer snel in mijn krantje.