dinsdag 2 mei 2023

ZWIJGEND.

Zwijgend.

Het eerste uur zeggen ze vrijwel niets, Rien en Rita. Het is ook niet normaal om op dit tijdstip van de dag veel te zeggen.

Heel even kijken ze elkaar aan ... ‘lekker bakkie’ … is het enige dat ze tot nu toe gezegd hebben, na het kopje koffie, dat hen is aangeboden door de organisatie. Het is half zes in de ochtend. Het lijkt klaarlichte dag. De zon is bijna op. Het wordt een hete dag. Nu al is het warm. Twee anderen zijn een half uur eerder vertrokken. Toen was het ook al licht, zij het iets minder.  De rest van de groep mag pas weg rond zeven uur. Die zijn niet te benijden, want dan zal het al bloedheet zijn. De rest van de groep wandelaars is veel rapper dan de vier, die eerder mochten vertrekken. Weldra zullen zij worden ingehaald door die rest, net als zij binnenkort die twee vòòr hen zullen inhalen. Toch gaat het hen er niet om voorop te lopen. Winnen was geen doel, voor geen van de wandelaars trouwens. Meedoen was belangrijker dan winnen.

Gisteravond laat hoorde Rien, dat zijn dochter Helma morgen naar huis mag. Zij is zo blij als een klein kind. Eindelijk weer ‘eigen baas’ na een ziekenhuisopname van bijna vier weken. Na een val van haar fiets, ze viel op haar hoofd, wordt Helma depressief. Na enige dagen wordt de diagnose ‘postnatale depressie’ gesteld. Zeer tegen haar zin, maar voor haar eigen bestwil en dat van haar drie maanden oude dochtertje  Marieken, moet ze worden opgenomen in het psychiatrisch ziekenhuis Sancta Immaculata in Oegstgeest. Marieken moet ze bij haar man laten. Woedend gooit ze een stoel door de ruit van haar kamer. Net voor ze met een stuk glas haar pols door kan snijden, wordt Helma  ‘gered’ door de verpleging.

Rien wandelt samen met zijn oudere zus Rita. Haar gezicht verraadt een binnenpretje.  Ze denkt aan het sigaretje dat ze straks, zo over een half uurtje, gaat opsteken en waar ze intens van gaat genieten. Hoewel haar longen het met kunst- en vliegwerk (puffen, pillen en injecties) blijven doen, is er voor haar geen groter genot denkbaar. Eigenlijk is dat sigaretje haar grootste vriendin. Het interesseert haar geen reet dat de roentgenfoto’s van haar longen alsmaar donkerder worden. Ze vraagt zich wel eens af of haar partner Dien zal weten dat ze zo af en toe stiekem zit te paffen. Zonder twijfel weet Dien dat. Ze is niet achterlijk en bovendien … ze heeft een uitstekende neus.

De voornaamste reden van die glimlach op Rita’s gezicht zal het aanstaande huwelijk van haar zoon Leo zijn. Haar trots, Leo. Hij woont alweer een paar  jaar in Nieuw-Zeeland. Ze mist hem. Over drie weken stapt hij in het huwelijksbootje met de Iraakse Parvanan, wat vlinder betekent.

Het allermooiste is dat zij er samen met haar Dien bij zal zijn daar in Wellington. Wat verheugt ze zich op die bruiloft en wat is ze blij met haar vriendin, die toch maar mooi haar vliegangst gaat overwinnen.

De twee die vòòr hen liepen hebben ze inmiddels ingehaald. Als ze achterom kijken, zien ze de grote restgroep met rasse schreden naderen. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten