dinsdag 7 juni 2022

NAAR DE APOTHEEK

 Ik fiets over de Noordsingel. Moet naar de apotheek. Tweeënzeventig ben ik nu. Zeg maar gerust een ouwe man. Als tiener vond ik mensen boven de dertig al oud. Als ik 15 ben, is mijn moeder 34 en mijn vader 32.  Ouders zijn voor hun eigen kinderen per definitie oud, ook al zijn ze nog relatief jong. Bekakte studentjes, hoor je, als ze naar hun ouders gaan,  niet voor niks zeggen: ‘Ik ga dit weekend naar Wassenaar, Kralingen of Bloemendaal: naar mijn ouwelui.’ 

Het beeld dat ik als jongeman heb van een zeventiger, komt toch wel een beetje in de buurt van hoe ik mezelf nu voel. In mijn beleving is die ouwe man van toen passief, dor, geplaagd door vele grote of kleine gebreken, doof, blind, stram, niet sportief en a-seksueel. Zo erg is het nou ook weer niet! 

Ik ben sinds mijn zestigste met pensioen en voel me nu nog steeds behoorlijk fit. Goed, mijn conditie is heus wel eens beter geweest. Door blessures kan ik momenteel mijn rechter arm en knie maar beperkt gebruiken.

Vooruit dan, laat ik het niet mooier maken dan het is: het enige waar ik echt goed last van heb is aambeien. Wat zijn aambeien nou helemaal, zou je zeggen? Geregeld een beetje sperti smeren en ze verdwijnen als sneeuw voor de zon. Ik moet alleen nooit vergeten om een inlegkruisje in mijn onderbroek te plakken, want anders sijpelt die vette sperti-troep via mijn slip en mijn spijkerbroek op de bekleding van de bank. 

Sportief? ‘Nou en of! Op de sportschool sloof ik me zo goed als ik kan uit op de fiets. Een goeie beweging voor mijn geblesseerde knie is dat: fietsen.  Spinnen noemen ze dat op de sportschool. Spinnen is trouwens een werkwoord … geen meervoud van het zelfstandig naamwoord ‘spin’. 

Als twintiger weet ik overigens niet beter of de  man boven de zeventig is seksueel opgedroogd. Met mijn buren, mijn opa’s en op den duur ook mijn eigen vader kan ik niet anders dan diep medelijden hebben. Over vrouwen hoor ik vooral dat zij na hun vijftigste nog nauwelijks belangstelling hebben voor ‘dat seksgedoe’. Inmiddels weet ik dat dit met een korreltje zout genomen moet worden. 

Tsja, de ‘vriendinnetjes’ zijn nu wat minder talrijk. Ze zijn wel lief maar op een enkele uitzondering na, wat minder mooi. Net als ikzelf  trouwens. Godzijdank ben ik gezegend met een rijke fantasie, die me er op gezette tijden doorheen helpt, wanneer de hormonen opspelen. Qua seks is er wel enig verschil tussen nu en toen ik twintig was. Niet alles gaat nog gewoon op ‘rolletjes’. Ik ben nu, zoals ik al schreef,  op weg naar de apotheek voor een middeltje tegen aambeien maar stiekem ook voor wat noodzakelijke viagra pillen.     

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten