maandag 7 november 2011

Tot in de kleine uurtjes (14, slot)

Inmiddels is de zaak door een anoniem telefoontje van een bewoonster van de  Spangense Kade in een stroomversnelling geraakt.  Zij meldde dat zij tussen drie en vier uur die nacht heftig  geblaf hoorde. Ze had er eerst nog maar weinig aandacht aan geschonken maar toen het blaffen overging in amechtig janken,  ging ze toch even kijken wat er nu  aan de hand was.  De honden stonden daar beneden niet aangelijnd voor hun baasje en dat baasje schopte die arme beesten waar hij ze maar raken kon.  Dat kon zo niet lang doorgaan; dat pikken pitbulls niet. Het baasje pleegde  zijn sadistisch handelingen in doodse stilte. Toen de honden het welletjes vonden, sprongen ze in eerste instantie naar zijn kuiten en zo successievelijk naar andere lichaamsdelen. Ze trokken de man naar de grond en toen pas zag ik dat het ome Bram was.  Bram, de Graaier. Weinigen wisten dat hij ook de boekhouder van de Rotterdamse onderwereld was.  Daar wisten ook de honden niks vanaf maar desondanks gingen ze te keer. Ze rukten zijn armen, benen en hoofd, los van zijn romp. Ze wisten zelfs Brams onderlichaam van zijn bovenlichaam te scheiden.

Waarom ik de politie toen niet waarschuwde? Bang voor mijn eigen hachie. Wat dacht je? Je denkt toch zeker niet dat  ik de penose op mijn dak wil krijgen. Misschien was het wel een soort afrekening.  Ja, dat kan toch best? Die lui verzinnen van allerlei rarigheid.
Nu het onderzoek naar de moorden vast dreigt te lopen, dat lees ik tenminste in de krant,  wil ik anoniem wel laten weten wat ik gezien heb.  Volgens mij heeft Bram de hand aan zichzelf geslagen. Volgens mij heeft hij de honden zo getergd dat ze hem aanvielen. Op een gegeven moment bewoog er niets mee aan ome Bram. De honden zaten ieder met een arm van hem Bram in hun bek. Toe kwam er een kerel aangelopen, ogenschijnlijk stomdronken. Hij  liep een beetje wezenloos heen en weer door  de bloederige troep op de stoep. De honden leken hem niet eens in de gaten te hebben. Ze bleven althans roerloos met hun superbot in hun bek zitten en gaven geen kik. De man zwalkte in de richting van de romp van Bram en pikte de portemonnee uit diens jasje vermoed ik. De dronkaard stopte  die portemonnee in zijn eigen jack en zwalkte verder naar zijn huis, iets verderop de Spangense Kade. Ja, hij woont heel dicht bij mij zag ik.
Ik kon die nacht de slaap niet vatten. Geen wonder eigenlijk ook, op de keper beschouwd.
Die honden bleven de rest van de nacht in de buurt van de verslonden ome Bram hangen, alsof ze wilden aangeven het  allemaal niet zo dodelijk bedoeld te hebben. Tot de vroege ochtend, het zal half negen geweest zijn, was er behalve die twee pitbulls dan, verder geen hond te bekennen geweest op de kade.  Toen naderden twee mannen met gleufhoed en lange regenjas …..rechercheurs…….  De honden liepen nieuwsgierig op hen af en besnuffelden het duo. De heren zijn daar niet van gediend en  halen beiden flink uit naar de beesten, die bangelijk jankend afdruipen.   De heren bellen verderop  aan bij het dronken droppie dat vannacht die portemonnee uit de jas om de romp van wijlen Bram viste.
Het duurt even maar na een kwartier doet de man al open.

Ik vind dat die honden niet langer op straat moeten blijven zwerven, daar zijn ze veel te gevaarlijk voor.  Naar die dronken droppie breng ik de schatjes, die zoekt het maar uit met die kutbeesten.   Toen die vent vannacht in hun buurt was waren de honden zo mak als lammetjes.  Ik zie die beesten nog  als dolle de trap op stormen bij die gozer . Gelijk zetten ze hun tanden in de rechercheurs. De rechercheurs hadden de pech dat deze twee pitbulls uitstekend getraind waren om iemand af te maken. De honden hadden het allemaal geleerd van ome Bram zelf.  Daar komt dan nog bij de opgekropte woede van  van de beestjes van toen ze zo intens gemeen door de rechercheurs getrapt werden.  Ik kan van een dergelijk schouwspel niet genieten, keer me er vanaf  en loop in de richting van mijn woning. Nog geen twee minuten later haalt mijn 'buurman' me in,  rennend in de richting van de taxistandplaats. Hij is duidelijk niet meer onder invloed van alcohol.

De identiteit van de  anonieme dame, van het relaas van hierboven, is al snel achterhaald. Ten overstaan van zowel Staal als Kozijn heeft ze haar verklaring bevestigd en ondertekend.
Niet alleen de verklaring van deze buurvrouw  wees in de richting van suïcide. De notaris die het testament afhandelde was in het bezit van een brief van Bram waarin hij schreef dat hij zich ’s nachts, op straat,  door twee pitbulls wilde laten verslinden. Hij was al bezig de honden daar op af te richten.

Dus was het toch niet de doldwaze elektrische fietser en Bram-hater Chiel;  Chiel krijgt een flinke boete voor zijn roekeloze rijgedrag; alle schade aan café de Draaitol en de daar aanwezige mensen zal hij moeten vergoeden.
Ook was het  Thijs niet, de man van Janneke, die zo jaloers is op Bram.
Of  Janneke,  Brams minnares (in ruil dikke fooien).
En ook niet Sonja, de ex van Chiel  of Brams verongelijkte zoon Miech;  die laatste moet wel onmiddellijk zijn honden laten afmaken.
KeesJan kon gewoon de portemonnee aan Brams erfgenamen teruggeven. Hij had helemaal niks van het geld gebruikt. Nog net niet. Wel krijgt hij een taakstraf voor lijkenpikkerij.

Ome Bram sloeg dus via de hondjes van zijn zoon Miech heel gewoon de hand aan zichzelf! De dood van de twee rechercheurs was te verklaren als botte pech. Ze waren op het verkeerde moment op de verkeerde plek.




         

Geen opmerkingen:

Een reactie posten