woensdag 9 november 2011

Cor Eversteijn

Cor Eversteijn.
‘Who the fuck’ is Cor Eversteijn zult u denken. Cor Eversteijn is een bekende Rotterdammer. Hij is zowel herenkapper als bokser. Ooit is hij Nederlands kampioen boksen bij de amateurs. Hij is geboren en getogen in Spangen. Net als ik. We zitten op dezelfde kleuter- en lagere school. Op die lagere school staat geen onderwijzer voor de klas maar  een broeder, een katholieke geestelijke, gekleed in een zwarte pij.
Gedurende drie jaren, twee jaar kleuterschool en een jaar lagere school trekken Cor en ik vrij veel met elkaar op. Cor is niet zo'n eenstudiehoofd. Hij vindt het dan al leuk om te stoeien. Ook met mij. Hij is klein en heel sterk. Waarom weet ik niet maar meestal laat hij mij winnen. Hij blijft al in de eerste klas van de lagere school zitten. Later nog een keer. Ik verlies hem daardoor uit het oog. Jongens van de hogere klassen bemoeien zich meestal niet zo veel met de 'kleintjes' in de lagere klassen. Ik dus ook niet. 

De familie Eversteijn woont in vlakbij; op drie minuten lopen. We kunnen beiden, ieder vanuit ons eigen huis de profvoetballers van Sparta zien trainen. Cor zit al een tijdje bij mij in de kleuterklas. Maar hij is me in het begin helemaal niet opgevallen.
Twee zussen bij mij in de straat, brengen me elke dag naar de kleuterschool. Mijn moeder heeft daar zelf geen tijd voor. Vlak na mijn geboorte, ik ben de oudste thuis, krijg ik er een broertje en twee zusjes bij. Daar heeft ze haar handen meer dan vol aan; zeker omdat mijn broertje ernstig geestelijk gehandicapt blijkt te zijn.

Die zussen, vrijwilligers vanuit de kerk, helpen eerst alleen mijn moeder met mij naar de kleuterschool te brengen. Op een gegeven moment moet ook de moeder van Cor geholpen worden. Wat er precies aan de hand is bij Cor thuis? Geen flauw idee. Mijn moeder heeft  er nooit iets over gezegd dat Cor voortaan ook mee zou lopen naar school.Opeens zit hij bij ons aan de eettafel een hapje mee te eten. Hij drinkt meestal ook wat en loopt dan met mij en de zussen naar school.  Mijn moeder zegt alleen maar tegen mij dat Cor met mij meeloopt omdat zijn moeder ziek is. Wat ze heeft weet mijn moeder niet. In ieder geval moet Cor gewoon geholpen worden. Dus dat deed ze. Klaar! De werkelijke reden hoor ik pas vele jaren later: vader Eversteijn heeft toen Cor zijn moeder zwaar mishandeld heeft.  

Gewoonlijk loop ik hand in hand met de zussen. De een houdt mijn linkerhand vast de ander mijn rechter. Soms laten ze me dan tussen hen in zwieren, van hoog voor naar hoog achter ... van hoog voor naar hoogschter ...  Schitterend vind ik dat! Maar ja, dat is er met de komst van Cor niet meer bij natuurlijk. Allebei hebben we dan een eigen zus, die ons bij de hand neemt. Jammer, voor mij geen gezwier mee.

Cor is, net als ik, een heel verlegen ventje. Ik kan me niet herinneren dat hij bij ons thuis, onderweg naar school of op school, iets gezegd heeft tegen mij. Hoe ik ook mijn best doe, ik kan me zijn stem niet herinneren. Echt vrienden zijn we ook nooit geweest. Van 1958 tot 1979 vergeet ik zomaar dat er een zekere Cor Eversteijn bestaat. Zelfs zijn nationale  bokskampioenschap bij de amateurs in 1970 is aan mij voorbij gegaan. Door zijn boksprestaties en  helaas ook door zijn overmatig drugs- en drankgebruik wordt Cor rond 1980 voor mij aan de vergetelheid onttrokken.  Hij is populair. Cor is een markante Rotterdammer. De Rotterdamse Media volgen hem op de voet in zijn laatste jaren. In  1983, nauwelijks drieëndertig jaar oud, sterft hij.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten