Ik kon uiteindelijk geen uitvluchten meer bedenken en dus kwam mijn vader voor de eerste keer van Rotterdam naar Driebergen om mijn kamer te bekijken. Het was in het begin van de zeventiger jaren. Met nog dertig anderen, merendeels studenten uit Utrecht, hadden we een oud, al jaren leegstaand klooster gekraakt. Mijn vriend Bruin (zijn echte naam) en ik woonden met tien anderen in een kolossale kamer van het gebouw. Die kamer was zo groot als een gemiddeld klaslokaal. Veel ruimte voor onze spullen hadden we niet nodig. Want we hadden gewoon niet veel. Kleding, boeken, schriften, een transistorradio (toen nog!) en een wekker. We wilden eerst tweedehands matrassen en slaapzakken kopen maar toen we hoorden, dat er schurft in het klooster heerste, hebben we nieuwe aangeschaft. Onze matrassen lagen op ongeveer een meter afstand van elkaar. Daartussen lagen onze spulletjes; die van mij bij het voeteneind en die van Bruin bij het hoofdeind. Bruin en ik wilden wel graag bij elkaar in de buurt slapen. Bruin liever dan ik, maar daar kon hij verder ook niets aan doen.
Mijn vader wilde behalve mij, mijn kamer en mijn vriend wel eens ontmoeten, hier in dat klooster.
Bruin vond het leuk om met mijn vader kennis te maken. In die tijd was hij mijn
beste vriend. Hij zat bij mij op de toneelschool en als we toevallig samen in
een groepje zaten maakten we de meest
hilarische (soms beschamende) toneelstukjes. Bruin was overduidelijk
homoseksueel; wat je noemt een relnicht. Alleen al van zijn overdreven
verwijfde van manier van praten, lag
vrijwel iedereen onmiddellijk in een
deuk.
Hij was begin twintig. Op zijn vijftiende al uit de kast
gekomen. Geen probleem bij hem thuis. Zijn ouders hadden het al lang gezien
maar wilden er zelf niet over beginnen met hem. Volgens Bruin was zijn vader ook homo, alleen had hij dat zelf
nog niet in de gaten.
In mijn familie moesten ze helemaal niks hebben van homo’s.
Mijn vader gebruikte zelfs de verachtelijk scheldnaam ‘strontneukers’ voor hen. Mijn hart kromp ineen als ik hem dat woord hoorde
zeggen maar ik was te laf om hem daar op aan te spreken.
Halverwege de middag stapt m’n pa onze superkamer binnen. Zoals
altijd al was Bruin, waarschijnlijk van de zenuwen, nogal lichamelijk met mij:
arm om heen slaan , over mijn rug strelen, met twee handen mijn hand vasthouden.
Vond ik geen probleem. Mijn vader werd door mijn vriend uitbundig opgewekt
begroet met drie luchtkusjes. Ik zag mijn vader al wit wegtrekken en Bruin was steeds
meer in zijn element. Hij vertelde honderduit over wat ik voor hem betekende:
nog nooit had hij zo’n goede vriend (‘vrind’, zei hij) gehad. Ik zag mijn vader
tot zijn ontzetting denken: ‘Die jongen
van mij zal toch ook niet zo zijn?’
Ik hield die middag mijn lippen stijf op elkaar. Mijn
voorkeur is eigenlijk altijd uit naar vrouwen uitgegaan. Ik vond het alleen grappig
om mijn pa een beetje pesterig in de waan te laten dat ik ook zo’n strontneuker
was.
‘Prachtige kamer heb je , jongen. Gefeliciteerd daarmee,’ zei
mijn vader toen hij weer op Rotterdam aan ging. Handen schudden sloeg hij deze
keer over.
Drie aanraders van het IFFR:
Blue Jean: google: Blue Jean – IFFR
Over een moeilijke periode in het
leven van een lesbische gymjuf.
Aftersun: google:
Aftersun – IFFR
Vader
en dochter (11/12) samen op zonvakantie. Heerlijke film.
Saint Omer: google:
Saint Omer - IFFR