Ik doe mee aan de Vriendenloterij. Met twee loten. Dertig euro. Vooral voor het goede doel. Ik steun daar ‘de Zonnebloem’ mee. Wat die doet? Ik zou niet weten. Als ik heel veel geluk heb dan win ik misschien wel eens een miljoen euro. Dan hebben we er weer een miljonair bij in Nederland. Vijftien jaar speel ik al mee. In al die jaren heb ik veel prijzen gewonnen. ‘Fopprijzen’ zoals een kaasmesje, placemats, een appelboor, twee Hema-tompoezen, drie theedoeken, een kookboek! Dat wil ik natuurlijk helemaal niet, want het enige wat ik wil is een héél grote geldprijs. Die miljoen euro bijvoorbeeld. Ik zit wel eens watertandend te denken wat ik er allemaal mee zou kunnen doen:
elektrische auto met chauffeur, een fiets, een boot, twee lux
huizen(één in Nederland en één in een democratisch land met een aangenaam
klimaat), dagelijks een drie gangenmenu in een goed restaurant, schoonmaakbedrijf
aan huis, privé bioscoop en … een lieve vrouw niet te vergeten … neen, niet
echt, voor dat laatste heb ik geen
Vriendenlot nodig … dan heb ik genoeg aan mijn eigen charmes.
Ik ben nu bijna drieënzeventig, dus ik denk dat ik dat geld bij
winst in zeven jaar moet opmaken, veel ouder dan tachtig zal ik niet worden.
Nou ja, wie weet word ik tweeëntachtig , dan zet ik veertigduizend euro opzij voor
die laatste twee jaar. Dat heb ik voor de komende zeven jaar nog 960.000 euro
over. Daar moet ik toch wel mee rond kunnen komen.
Het zal wel even wennen zijn want op dit moment ben ik nog
gewoon een minima. Mijn kloof met de maxima wordt de laatste jaren alleen maar groter.
Als je rijk bent dan heb je het best in ons land. Bijna alle huizen die gebouwd
worden, zijn veel te duur, dus voor hen, die het geld hebben.. Als minima
betaal ik relatief veel meer inkomstenbelasting dan de rijken. De rijken worden
steeds rijker, de armen steeds armer. Deze minima wil nu ook wel eens een
keertje rijk worden. De Vriendenloterij biedt mij die kans en niet alleen mij
maar talloze anderen.
In de krant lees ik vandaag over een plan om de rijken armer
te maken en de armen rijker. Er wordt heen en weer gerekend over hoeveel miljoenen een miljonair mag hebben tot
het genoeg is. Tot ie niks mèèr nodig heeft om zijn rijkeluisleventje tot zijn
dood te kunnen uitzingen. De plannenmakers hebben uitgerekend dat het
bestaansmaximum voor zo’n miljonair een
vermogen van 2,2 miljoen is. Alles wat ie
meer heeft wordt òf afgeroomd òf zwaar belast. Waar dat afgeroomde geld dan naar toe gaat? Ik zou het wel weten: naar
dak- en thuislozen, goede zorg en onderwijs. Dat heeft meer waarde dan dat een
rijkaard nòg rijker wordt.
Ook kan er dan en nieuw bestaansminimum berekend kunnen worden. Nu is de Nederlandse ondergrens
ongeveer elfhonderd euro per maand. Die moet na de miljonairs- en miljardairsafroming
toch minstens tweeduizend per maand
worden. Hèt grote verschil tussen arm en rijk blijft dan wel bestaan maar het gat
wordt alleen niet groter meer. Het zou helemaal mooi zijn als dit plan voor het
bestaansmaximum en de herverdeling van het afgeroomde geld wereldwijd zou
worden uitgevoerd. In een groot aantal
landen is het verschil tussen arm en rijk nog beschamender dan hier.
Vandaag win ik verdorie weer zo’n (fop)prijs in
Vriendenloterij: een (design) stoffer en
blik. Ik stop er mee.