Posts tonen met het label gekwetter. Alle posts tonen
Posts tonen met het label gekwetter. Alle posts tonen

donderdag 15 december 2022

ONDERSTEBOVEN GELOPEN

 Het is een mooie winterse dag in december. Strak blauwe lucht. Ik ben op het strand van Hoek van Holland. Drie graden onder nul. Dat voel ik aan mijn water. Ben met de metro gekomen.  De laatste twee haltes zit ik in m’n uppie in het treinstel. Wat een luxe! Met de metro kom ik nog steeds niet verder dan Hoek van Holland Haven.

Naar het Rotterdamse strand  gaat  de metro ‘ergens volgend jaar’ pas rijden. De gemeente durft  inmiddels niet eens meer een streefdatum vast te stellen, nadat  de startdatum van het traject keer op keer niet werd gehaald. Vandaag betekent dat voor mij, dat ik een half uurtje moet lopen naar het strand. Toch goed dat vriendin Els niet is meegegaan. Zij is niet zo van het wandelen.  Ik zou ook de pendelbus kunnen nemen. Dat is nu helemaal niks voor mij: die bus zit stampvol met een klas tieners en een  ruime verzameling grijs en kaal. Te veel zinloos gekwetter om me heen, vrees ik. Nee, ik ga wel lopen. Fijn met dit weer. Doet me goed. Een weldaad  voor mijn lijf. Maakt mijn hoofd fris.

Mijn zware bergschoenen, met zo’n diep profiel, wil ik droog houden. Dat betekent wel goed opletten, want de golven rollen steeds iets verder  mijn kant op. Het is duidelijk vloed. Grote schuimkoppen drijven op  de golven mee naar het strand. Bij de eerstvolgende terugslag moeten ze weer snel mee naar dieper water.  In een mum van tijd zijn de schuimkoppen opgegaan in lucht en water. Nieuwe schuimkoppen zijn dan alweer in de maak.

Druk discussierend, wild gebarend, luid lachend en hun honden commanderend, passeren mij vier personen, gehuld in ogenpijnigende  winterkledij. Twee mannen, twee vrouwen. Een van de vrouwen roept plotseling : ’Hector!’. Dat blijkt toch niet de naam te zijn van haar man of vriend. Hector is de afgetrainde hazewindhond, die als een speer op haar afkomt. In één moeite door rent de hond achter het tennisballetje aan, dat de vrouw, waarschijnlijk geheel per ongeluk,  tegen mij aan gooit. Dat beest heeft in de gauwigheid niet in de gaten, dat ik vòòr dat balletje sta, want hij knalt me met een rotvaart onderste boven. Met een natte broekspijp tot gevolg.  Ik steek mijn hand vlug op naar de vrouw, ten teken dat ‘alles okee  is’. (‘Loop alsjeblieft gauw door lawaaipapegaaien. Verdwijn zo gauw mogelijk uit mijn comfort-zone, please!’). Die arme hond zal er denk ik meer pijn van over houden dan ik. Ik heb alleen maar last van dat natte, koude been.

Naast me in de branding zijn tientallen strandlopertjes voedsel uit het natte zand aan het pikken. Snel rennen ze nu in zuidelijke richting weg als er een golf aan komt rollen.  

Ik loop nu ook in zuidelijk richting. Naar de zon toe. Die geeft me wat warmte.

Op mijn dooie gemakkie loop ik naar de pendelbus richting metrostation Hoek van Holland Haven. Ik bof, ben de enige passagier.  Als ik thuis kom is mijn broek alweer bijna droog.  Heerlijk rustig thuis. Bijna zoals aan het strand.

Neen, eigenlijk is het hier toch nog net een Ietsje rustiger. Els zie ik voorlopig even niet. Ze heeft een paar dagen voor zichzelf nodig. Prima toch!?  Ik kan zelf goed (en soms graag) alleen zijn. Els ook trouwens.