Posts tonen met het label elektrische deken. Alle posts tonen
Posts tonen met het label elektrische deken. Alle posts tonen

dinsdag 12 april 2022

UIT BED GEROLD

 

Het is me nog nooit eerder overkomen. Maar eens moet natuurlijk de eerste keer zijn: vannacht ben ik uit mijn bed gerold. Naar mijn gevoel was het midden in de nacht. Het was in ieder geval nog donker. In mijn verbouwereerdheid ben ik vergeten op de klok te kijken.

Met een doffe dreun kom ik met mijn hoofd op het zeil terecht.  Op datzelfde moment kreeg ik mijn ogen nog niet open. Even later zie ik dat ik met mijn hoofd tussen de poten van de stoel naast mijn bed lig. Mijn schoenen, die daar altijd staan, kan ik nu veel te goed ruiken.  Aanstalten om op te staan, maak ik nog niet. Normaal als ik val sta ik altijd zo snel mogelijk weer op, nu niet. Kennelijk is er een automatisch pilootje uitgeschakeld. Het daagt me nu, dat ik er aan de rechterkant van mijn bed ben uitgerold. Raar, omdat ik altijd zo ver mogelijk aan de linkerkant slaap.  Op filmpjes van slapende mensen heb ik heb wel eens gezien dat ze driftig liggen te woelen. Alleen kan ik niet geloven, dat ik zelf ook zo druk bezig ben in mijn slaap. Het bewijs is nu wel geleverd.

Ik lig nog steeds op de grond. Vreemd genoeg voel ik geen pijn; ook geen bult. Zal morgen dan wel komen. Blijkbaar ben ik in alle opzichten een secundaire reageerder.  Want toen ik een paar weken terug, bij de gym, met mijn nek op een stoeltje viel, voelde ik pas twee dagen later de pijn. Maar dit even terzijde, want ik lig nu nog wezenloos onder die stoel. Een stukje droom denk ik me te herinneren: ik word achterna gezeten, niet door een mens maar door iets groots, bruins, snels, engs en grommends. Bijna heeft het mij te pakken  … maar dan spring ik over een sloot …  en vervolgens knal ik hard met mijn hoofd op de vloer.

Na vijf misschien tien minuten pas krijg ik de aandrang om op te staan.  Ik krijg nauwelijks beweging in mijn lijf. Mijn rug en benen hebben er duidelijk geen zin in: ‘blijf maar lekker liggen daar’  lijken ze uit te schreeuwen.  Maar dat vind ik wat overdreven. Met moeite til ik mijn bovenlijf op en stoot gelijk mijn kop tegen de onderkant van de zitting van de stoel.  Weer even liggen, de stoel wat wegschuiven en dan  nog eens proberen. Zo lukt het. Ik slaap nog half en schuif mezelf, bijna snurkend, mijn bed in en trek het dekbed over me heen.  Dan voel ik ineens de elektrische deken. Die had ik, koukleum die ik ben,  toen ik ging slapen aangezet. Op de hoogste stand nog wel. Was dus bijzonder warm; zeg maar gerust heet. Nu ik er vanochtend nog eens over nadenk, zou het me niks verbazen, als ik vannacht in mijn slaap wegrolde  van mijn veel te warme elektrische deken en op de grond terecht kwam.

Achteraf ben ik maar wat blij dat er niet iets groots, bruins, snels, engs en grommends  achter me aan zat.

 

        

vrijdag 11 maart 2022

SLAPELOZE NACHT

Wilma heeft slecht geslapen vannacht. Haar slaappillen heeft ze toch normaal ingenomen. Meestal slaapt ze dan binnen het kwartier. Ze telt dan haar uitademingen van één tot tien … zo af en toe leiden haar gedachten haar wel af … maar mèèr dan een kwartier is ze nooit aan het tellen. Nu ligt ze al zeker  een uur wakker. Ze heeft het gevoel dat ze kan tellen tot ze een ons weegt. Koude voeten kunnen haar soms ook behoorlijk lang uit haar slaap houden maar nu ze de elektrische deken aan heeft, zijn haar voeten in een mum van tijd warm.  Dus daar kan het niet aan liggen.

Het is die klote-oorlog die haar wakker houdt. De journaalbeelden, de foto’s en artikelen in de krant. Ze zou er niet zo veel naar moeten kijken, over moeten lezen. Tegenwoordig staat de hele dag de tv bij haar aan. Het is dat ze wel eens wat moet halen bij de supermarkt, anders zat ze de hele dag kassie te kijken. Sinds die 22e februari, toen Rusland onder leiding van ‘Paranoia Poetin’, Oekraïne binnenviel komt er niks meer uit haar handen.  Terwijl er toch zat te doen is in haar huisje. Ramen zemen, stofzuigen, wassen het schiet er allemaal bij in. Zij staat er hier, sinds ze van haar man af is, wel mooi alleen voor. De kaboutertjes komen het echt niet voor haar doen.

Wilma moet erg huilen als ze de foto in de krant ziet van die zwaar getroffen man, voor zijn plat gebombardeerde huisje. Hij vond zijn zwangere vrouw  dood  terug onder het puin. Hoe wreed is deze oorlog. Vluchtende mensen, veel oude mensen ook, gehandicapten, rolstoelgebruikers. Zij moeten een rivier over. De originele brug is nota bene door de Oekraïners zelf kapot geschoten, zodat de Russen er geen gebruik van kunnen maken. Over een geïmproviseerde ‘brug’ ,een smalle plank, moeten ze de overkant zien te bereiken. Rolstoelen zijn te breed voor die plank. Er zit dus voor rolstoelgebruikers niks anders op dan te lopen ... ook al zijn ze er nauwelijks toe in staat. Het moet; het kan niet anders. Hun rolstoel wordt achter hen aangesjouwd door behulpzame medevluchtelingen.

Ze ligt nu al de halve nacht onrustig  te woelen en te piekeren  onder haar dekbed.  Een helikopter vliegt midden in de nacht over … zal wel een noodheli zijn. Normaliter doet zoiets haar niks maar nu , deze nacht, schrikt ze er toch wel van. Wilma moet gelijk denken aan die gebombardeerde flat, waar de vlammen uit sloegen … en de panische angstkreten van de getroffen bewoners te horen zijn.  Die flat is ook net zo’n gebouw als háár flat. Ze moet er niet aan denken dat hier ooit een bom op gegooid wordt.  Oekraïners zullen het ook nóóit voor mogelijk hebben gehouden, dat er zo’n crimineel als Poetin, president zou worden van Rusland. Onmenselijk gewelddadig zijn de bevelen die zijn troepen moeten opvolgen.

Ze maakt zich zorgen over haar zoon en schoondochter en haar  kleinkinderen.  Als ze maar nooit oorlog hoeven mee te maken. Maar Wilma is realistisch genoeg om te beseffen dat er altijd weer nieuwe  Hitlers, Mladicen en Poetins op zullen staan. 

Ze hoopt dat haar kinderen en Sera en Anna, haar kleinkinderen, rustig  slapen. Het is nu zes uur. Wilma moet plassen;  blijft gelijk uit bed. Ze slaapt nu toch niet meer.