Posts tonen met het label chagrijnig. Alle posts tonen
Posts tonen met het label chagrijnig. Alle posts tonen

vrijdag 22 december 2023

SERIE 'OPA & OMA' DEEL 49. HELPEN VERHUIZEN.

 


Voorgaande delen van de serie ‘OPA & OMA’ nog eens lezen? Dat kan! Deze serie wordt ook gepubliceerd op mijn blog: ‘stukkiejee.blogspot.com’.  Daar kan de serie ‘Opa & Oma’ vanaf deel 1 nog eens gelezen worden. Door daar op de knop ‘oudere blogs’ rechtsonder te drukken krijg je telkens meer voorgaande afleveringen van de serie te zien. Ook eerder ‘werk’ van mij kan je daar lezen. Met de knop ‘homepage’ kom je dan weer terug bij het meest recente verhaal.

 

Deel 49. Helpen verhuizen.

Wat hier aan voorafging.

Maria’s zoon Kareltje brult iedereen wakker èn … hij ligt niet in zijn bedje. Waar is hij?

Maria’s vriend Joop rijdt haar naar haar moeder in Brabant.  Er wordt geroddeld over hem. Hij zou pedofiel zijn. Joop kent de roddel.

Maria’s moeder herinnert zich ‘verplaatsingen’ van dieren bij haar thuis. Lijkt op wat er nu met Kareltje gebeurt. Maria is altijd dichtbij. Hij ligt alwèèr niet in zijn bedje. Heeft die verkrachting er wat mee te maken?

Maria gaat naar de huisarts… ze slaapwandelt. Ze krijgt medicijnen en  een verwijsbriefje voor de psychiater.  

Joop wordt mishandeld.  Buurman Klaas getuigt: het zijn de gebroeders van Ooijen. De misbruikte  jongens doen aangifte ... getuigen mogen ze echter nog niet ... want: ze zijn minderjarig. 

Joop wordt vrijgesproken. Maria vertrouwt hem. Haar woonwens kan nu verwezenlijkt worden. Joop wil met Maria gaan samenwonen.

Hun huis moet opgeknapt.  Maria verwent de hulpploeg. Te véél, volgens een jaloerse Joop.

Maria is zwanger. Tot de 6e maand is de zwangerschap voor Maria fijn. Ze praat veel  met Engeltje, haar ongeboren kindje. Die 6e maand eindigt in een drama.

Maria en Joop krijgen 4 dochters. Het is oorlog; Jodenvervolging en laffe Rooms-Katholieken. Karel en Joop zijn als water en vuur. Joop zet hem uit huis.

Joop treft het met de Arbeidseinsatz in Duitsland. Hij logeert bij een Joods muzikantengezin. De Joden in de Wattstraat in Schiedam zijn rücksichtslos uit hun huis gesleurd.

De familie gaat shoppen. Een Arbeidseinsatz-medewerker  fluistert Joop wat in. Joop wordt lijkbleek. Hij moet komen praten.

Joop misdraagt zich. Zijn stiefzoon Karel pleegt zelfmoord.

Er is een roofmoord gepleegd op de Joodse muzikale familie. Joop is verdachte. 50.000 D.M. is zoek. Hij geeft toe dat hij 10.000 D.M. gestolen heeft. Twee jaar cel krijgt hij. Voor de trouwdag van zijn dochter Els krijgt hij een dag verlof. Maria haalt hem op. Het bruidspaar is prachtig. Joop en Maria zijn op de bruiloft. Aanvankelijk is Joop kopschuw maar later danst hij mee.

Wien zit in ’t klooster. Maria heeft veel last van haar benen … (en ook van Joop). Maria is jarig: eten, drinken en spelletjes doen.

Opa Joop leert kleinzoon Siem verven. Dat gaat fout. Anna, Siem’s moeder,  breekt met haar vader.

Anna’s neefje Bob is ook misbruikt door Joop. Samen met zus Hennie, Bob’s moeder, rekent Anna af met Joop.

Joop blijft vrij rondlopen:  geen volwassen getuige. Hij is gevaarlijk, want hij weet van de prins geen kwaad. In het klooster krijgt zus Wien het te stellen met gesar en geweld van haar mede-nonnen.

Als Wien (zuster Ephraïm) betrokken raakt bij een gezin in Oss, dat net de moeder verloren heeft, lijkt voor haar het ergste kloosterleed geleden.

Maria gaat zowel geestelijk als lichamelijk snel achteruit, Wien redt het niet meer haar goed te verzorgen. Wien’s echtgenoot Tienus en haar stiefkinderen helpen bij het huishouden.

Els spreekt op Maria’s begrafenis. Ze zwijgt over ‘het ergste‘ van Joop. Na verloop van tijd gaat Joop met schoonzoon Tienus de bloemetjes buiten zetten.

 

49. Helpen verhuizen.

In het wekelijks verschijnende stadsblaadje ‘de Os’ heeft Wien een kleine advertentie geplaatst:

 

Weduwnaar, 70 jaar, het alleen zijn moe 

zoekt een vrouw van om en nabij de 70 jaar,

 die graag mannelijk gezelschap wil.

Oss en omgeving.

 

Twaalf reacties komen er binnen, waarvan er zes boven de 75 zijn, vier tussen de 70 en 75 en twee van onder de zeventig: één van 68 en een van 65. Wien heeft het er met Joop over gehad om die advertentie te plaatsen dus Joop maakt zelf uit met wie hij een date wil. Het is  niet moeilijk te raden: hij kiest de dame van 65. Op de meegestuurde foto maakt ze een behoorlijk chagrijnige indruk. Uit het gesprek met haar blijkt dat ze eigenlijk iemand zoekt voor het huishoudelijk werk, tuinieren en het verzorgen van haar dieren (een papegaai en een Afghaanse windhond). De kleine advertentie was daar niet duidelijk over maar Joop is absoluut geen huisman en wil voornamelijk zèlf lekker vertroeteld worden.

De 69 jarige dame staat nummer twee op Joops lijstje. Ze ziet ze er op de foto een stuk ouder uit dan in werkelijkheid maar haar ogen stralen vrolijkheid uit. Ina, want zo heet ze, heeft het goed geregeld: ze heeft 6 uur per week huishoudelijke hulp en een tuinman, die eens per week een ochtendje langskomt. Ze heeft een ontzettend druk parkietje in huis, waar Joop geen omkijken naar zal hebben, want Ina verzorgt het vogeltje zelf: ‘ik ben nou eenmaal gek op dat besie!’. Koken is niet Ina’s grootste liefhebberij, dus als Joop t.z.t. bij haar wil intrekken, moet hij wel drie maal per week koken.

Joop reageert laaiend enthousiast. Hij kan haast niet geloven dat ze 69 is. Zo weinig rimpeltjes in haar gezicht …  zo soepel als ze zich beweegt … zo’n mooi figuurtje … en zulke jeugdige kleurrijke kleding.

‘Ja,‘ zegt Wien, ‘je kan Ina nou eenmaal niet vergelijken met ma. Zij was een stuk ouder dan Ina  en vergeet niet pa, dat ma’s leven niet altijd over rozen is gegaan.’

Ina en Joop zijn na de eerste kennismaking, allebei even enthousiast. Ina valt vooral op Joop zijn gevoel voor humor en zijn guitige ogen. Ze spreken af om gedurende zes weken, drie dagen per week bij elkaar te zijn en met elkaar te eten, om na die periode te beslissen of ze gaan samenwonen. Het makkelijkst zou zijn om te gaan wonen in het huis van Ina. Zij heeft een koophuis. Joop kan dan zijn huurhuis opzeggen, dan spaart hij een paar honderd gulden per maand uit. Er zit wel een risico aan voor Joop: lukt het samenwonen niet, dan heeft hij geen dak meer boven zijn hoofd. In dat geval, zo redeneert Joop, zal een van zijn dochters best bereid zijn hem in huis te nemen. Hoe dan ook: na zes ‘happy weeks’ gaan Joop en Ina samenwonen.

De stiefkinderen van Wien helpen hun opa zo af en toe bij het opruimen van zijn huis. In de navolgende week al zou Joop definitief bij Ina intrekken. Er moet nog een hoop ingepakt worden. Nadien, de tien jarige dochter van Wien, helpt opa vandaag. Ze is bezig met het in kranten te verpakken van glaswerk en dat in een doos te zetten. Dat doet ze tot opa’s grote tevredenheid. Hij streelt haar over haar smalle ruggetje en neemt haar bij de hand naar zijn slaapkamer. Voor de vitrinekast met tientallen souvenirs blijft hij stil staan.

‘Kijk Nadien, hier staan ook nog heel wat spulletjes om in te pakken voor opa,’ zegt hij.

Nadien staat vòòr Joop; hij streelt haar buik …  apathisch laat ze haar opa begaan … alsof ze op slot zit. Joop ritste met zijn vrije hand zijn gulp open … bukt zich … doet haar rokje wat omhoog, pakt met duim en wijsvinger het elastiek van slipje  …….

‘Waar ben jij godverdomme mee bezig, man?!’ klinkt een woedende Wien. ‘Kom gauw hier meisje.’ Nadien slaat haar armen om haar moeders middel, duwt haar gezichtje in haar buik en zet het op een brullen. Ook Wien zelf houdt het niet droog.  Joop doet zijn gulp schielings dicht en druipt schuldbewust af naar de woonkamer.

 

Morgen het laatste deel:  50. Als een kluizenaar.

zondag 5 maart 2023

HET IS KLAAR.

Deze zaterdagavond, in café Hondt in Maassluis, kijkt ze zorgelijk, enigszins chagrijnig zelfs … haar ogen somberen, lippen pruilen en mondhoeken hangen omlaag. Kees (35) is nu bijna tien jaar met haar samen.  De barman zet het bestelde bier op hun tafel. Kees drinkt het glas half leeg. Paula (43) nipt …..

Paula vindt dat Kees zich te afhankelijk van haar opstelt. Zij heeft tijd voor zichzelf nodig en die krijgt ze niet van Kees. ‘Als ik behoefte heb aan contact, kom ik echt wel uit mijn schulp, Kees,’ zegt ze. Dit is nog niet eerder vertoond, een kribbige Paula.  Kees, die Paula’s woorden verkeerd inschat, lacht liefdevol zijn onsmakelijke, afgebrokkelde zwarte tanden bloot.

Paula is een fascinerende dame. Lang, slank, blond, extreem lang haar. Creatief. Maakt veel van haar kleren zelf … nèt even iets bijzonder  … jurken, rokken…strak, soms gerend, soms plooiend … altijd lang    … met bloesjes en hesjes … die ze na lang speuren op rommelmarkten vindt … en die ze door er wat fraais op te borduren tot de hare maakt. Verrassende creaties zijn het die ze draagt, gemaakt van de meest uiteenlopende stoffen: katoen, zijde, linnen, wol en satijn … zwart meestal. Dikwijls heeft ze zo’n grote Kruimeltje-pet met klep op of een Zorrohoed met brede rand … als het maar zwart is … het staat haar allemaal prima … zelfs die zwarte lipstick en nagellak.

Paula nipt verder aan haar biertje … Kees drinkt zijn pilsje op en bestelt een Trappistje.

Ze komt duidelijk wat te kort … en heeft niet zo’n behoeft aan de soort aandacht die Kees haar geeft. Kees is haar boodschappenjongen. Zijn gedienstigheid heeft ze niet zo veel aan. Waar ze naar hunkert is vriendschap op basis van gelijkwaardigheid, die wederzijds inspireert en kracht geeft.

Zij voelt zich niet gelukkig. Ze bitst: ‘Je mag blij zijn, dat je me nog zo váák te zien krijgt, … één keer per week is al een hele opgave voor mij … begrijp dat dan…. als je zou weten wat een moeite me dàt alleen al kost, die ene keer per week.

Paula, is volgens Kees een mens met nogal wat problemen. Ze is eenkennig, verlegen, op zichzelf. Ze heeft veel ruimte om zich heen nodig. Als ze die ruimte niet krijgt, niet heeft , raakt ze in paniek. Kees en Paula kunnen niet samen in een huis leven. Zij komen alleen in de weekenden bij elkaar, in het huis van Kees. Van daar uit doen ze samen wat leuke dingen … dingen die Páúla leuk vindt dan. En seks … tsja, seks hoort daar niet bij. Dat kan Paula niet helpen. Zij is toen ze elf was misbruikt. Door haar vader. Daarom is zo geworden als ze nu is. Paula groeit op in een ‘fijn Katholiek’-nest. Kees heeft nooit geweten dat de katholieke vader zijn jonge dochtertje  mag verkrachten. Overigens praat Paula nog steeds vol bewondering over die man: 'Het blijft toch je vader.'

Na haar tweede en zijn derde biertje komt het hoge woord er uit. Paula voelt sinds vrijdagmiddag weer passie: ‘Ik voel weer kriebeltjes … ze bestaan toch nog, Ik heb ze lang niet gevoeld   op een bankje langs het Zuidpark aan de Maas waren ze er weer. Ik kijk over de golven van de Maas, naar de kranen van Verolme …  langs de waterkant graast moeder zwaan het groen van de kadestenen, de jonge zwanen imiteren haar. Dan komt hij op gepaste afstand naast me zitten. Hij knikt en glimlacht vriendelijk naar me. Ik schat hem iets ouder dan ik ben. Type Clint Eastwood,  een leuke vent. Hij vertelt iets over zwanen en Roemenië (zachte basstem, vibreert mooi) … als hij me wat stukjes brood geeft voor de meeuwen, streelt hij,  per ongeluk expres, met zijn vrije hand teder de rug van mijn hand, waar hij het brood in legt. Hij is fotograaf … zegt  dat hij zijn atelier hier vlakbij heeft … nog geen vijf minuten lopen. Of ik zin heb ik een kopje thee. Dan herken ik weer die gevoelens van weleer. We gaan elkaar meer zien … sterker Kees … ik ga zo meteen al weer naar hem toe. Het is klaar tussen jou en mij, Kees.’

Paula betaalt de biertjes. Ze geeft Kees nog een zoen op zijn wang en verdwijnt voorgoed uit zijn leven.

Kees bestelt een kopstoot en barst uit in een onbedaarlijke huilbui. De barman klopt hem op zijn rug, Dan vindt Kees dat hij moet gaan. Hij betaalt zijn kopstoot , loopt naar het station en koopt een retourtje Hoek van Holland.

‘ Uitwaaien op het strand. Beter dan me kapot zuipen.’

 Wijs van Kees, heel wijs.

vrijdag 2 september 2022

HELEMAAL VERGETEN

 

Als ik de wachtkamer van mijn huisarts binnenstap, zitten er  al drie patiënten op hun beurt te wachten. Een oudere man (een advocaat?), een mevrouw met een boodschappenwagentje (een pedicure?) en een bezwete sportman met een uitbundige bierbuik (een hardloper?). ‘Goedemorgen,’ zeg ik beleefd.  ‘Goedemorgen’ zeggen de anderen in koor.

‘Wie is de laatste?’ vraag ik.

‘U,’ antwoordt de advocaat, die lollig probeert  te zijn.

‘Achter wie  ben ik aan de beurt, probeer ik chagrijnig opnieuw.

‘Achter mij’ zegt de advocaat grinnikend.

‘Lul', denk ik.

Er wordt verder niks gezegd. Ik weet natuurlijk niet of ze wel wat zeiden voordat ik binnenkwam. Ik zit recht tegenover de pedicure, ik schat haar een jaar of dertig.  Ze heeft een boodschappenwagentje bij zich. Daar zit een klein hondje in. Als ik me niet vergis is het een Australische Silky terriër. Ik weet het dus niet helemaal zeker, omdat alleen dat grappige koppie boven het boodschappenwagentje uitsteekt. (Wel weet ik zeker dat het geen Duitse herder is.)

‘Mevrouw’, vraag ik, ‘wat mankeert dat kleine leuke hondje van u?‘

‘Niks!’ zegt ze op een geïrriteerd toontje, ‘ik ben hier niet voor Charlotje maar voor mezelf. Ik ga u echt niet aan neus hangen waarvoor ìk hier ben.

‘Nee, dat hoeft u ook helemaal niet te doen. Het is maar een grapje, sorry hoor, mevrouw.’

In de lectuurmand zie ik een Voetbal International liggen. Voor de rest allemaal vrouwen- en roddelblaadjes. Daar houd ik niet van. Voordat ik dat artikel ga lezen over die voetballer van 100 miljoen, kijk ik nog even vriendelijk naar het baasje van dat hondje.  Ze draait met een ruk haar hoofd weg. Nog steeds gepikeerd. Ik hoor Charlotje een beetje grommen.

Schuin tegenover me zit een gehavende hardloper, een veertiger. Met een van pijn vertrokken gezicht zit hij daar van top tot teen bezweet. Een grote sporthanddoek om zijn nek. Hij is op zijn knieën gevallen. Die zijn tot bloedens toe geschaafd.

‘Mevrouw de  Goede,’ roept de dokter. De pedicure en haar hondje stappen naar de  spreekkamer.  Blijkbaar heeft mijn huisarts er geen probleem mee dat huisdieren meekomen naar zijn spreekuur.

‘Lelijke val ggemaakt, hè?’

‘Ja die trottoirs van tegenwoordig dat is zo’n zooitje, alle tegels liggen schots en scheef. Ik struikel er over . Ik val op mijn knieën maar dat is het ergste nog niet. Ik kom lelijk op mijn rechterschouder terecht. Die heb ik al eens een keertje gebroken. Ik vrees het ergste. Verrek van de pijn.’ Met zijn linkerhand probeert hij de pijn weg te masseren.

De dokter is klaar met de pedicure. ‘Volgende keer Charlotte wel thuis laten mevrouw de Goede.’ De corpulente hardloper is nu aan de beurt. Dat schiet op. De advocaat is de volgende en dan ben ik. Alleen ben ik helemaal vergeten waarvoor ik hier eigenlijk ben.

Om de stilte te doorbreken zeg zomaar even wat tegen die advocaat: ik ben vanmorgen in de groentewinkel. Vòòr mij is een man aan de beurt. Die bestelt 5 kilo Alzheimers.. De groenteman zet 5 kilo aardappels voor hem op de toonbank en vraagt aan de man: ‘Was u verder misschien nog iets vergeten?’