Het zit me niet echt mee de laatste tijd. Ik loop in de richting van mijn fiets, géén e-bike, een doodgewone fiets. Die heb ik met een kabelslot vastgezet aan een lantarenpaal, aan de overkant van het fietspad. Ik kijk keurig naar links of er geen fietser aankomt. Er komt inderdaad niks aan. Dus ik steek over naar mijn fietsje. Het is immers een éénrichtingsverkeersfietspad. Knalt er van rechts met gierende remmen, een fietser, een e-biker, met een onbeschoft hoge snelheid tegen me aan. Het is een tamelijk oude vrouw, een jaar of zestig schat ik. Geschrokken slaakt dat schofterig-hard rijdende oude wijf een iel kreetje: ‘Ooooooooooo.’ En racet alsof er niks gebeurd is verder. Ik kom, denk ik, met de schrik vrij en loop door naar mijn fietsje. Die staat daar gelukkig nog steeds lekker en op zijn gemak.
Nu vóél ik wel wat, merk ik, als ik mijn fiets van slot
haal. Zo bij mijn ribbenkast, daar dreunde ze tegenaan. Thuis gekomen zie ik dat mijn jas en mijn
trui beschadigd zijn. Een of twee ribben lijken gekneusd. De huid op mijn
ribbenkast bloedt. Ik kan me wel voor mijn kop slaan dat ik niet gelijk
even heb nagegaan of er schade of letsel
was. Dat wijf was ook zó snel weg. Wat kan ik er nú nog aan doen?
Mijn fiets mankeert
natuurlijk niks. Die stond aan de ketting aan een lantarenpaal. Die heeft het
van een afstandje allemaal zien gebeuren en was niet zo bijdehand om me even te
waarschuwen. Ik hoef echt geen e-bike, maar een robot achtige fietst, die een
beetje meedenkt en oplet, zo’n fiets is welkom bij mij.
Zo’n zichzelf controlerende, oplettende fiets, die een lekke band, een vastlopende
ketting, een kapot achter- en voorlichtje ziet aankomen … glas op en kuilen in de
weg signaleert en mij dat meldt. Prima zo’n p-fiets, een preventieve fiets.
Nooit meer ellende onderweg. Heb je van Rotterdam naar Abbenbroek gefietst
krijg je daar, in dat gehucht, een lekke band, heb je natuurlijk niet alle
plakspullen bij je of geen pompje. Terwijl die p-fiets, voordat je weggaat
meldt: jij gaat lek rijden … neem je plakspullen mee.
Al de brokkenpiloten op die e-bikes, gaat het zo te zien
alleen maar om vaak onverantwoord snel te rijden.. De kinderen, een twee, ja zelfs soms drie (en af en toe ook nog de
hond) in de bagagebak van de e-bike-driewieler
zijn hun leven niet zeker! Met een rotvaart racet pa of moe (af en toe zelfs ook
nog druk in de weer met de smartphone), richting school of winkelcentrum. Scherpe
bochten worden genomen en bijna ongelukken voorkomen. De e-biker realiseert
zich niet wat een risico hij neemt. Zelf riskeert hij weinig maar het lijkt wel
of het hem geen bal kan schelen aan welke gevaren hij zijn of andermans
kinderen en zijn hond blootstelt.
Vandaag ben ik dus de lul, door die vrouw op die klote
e-bike, die veel te hard, op de verkeerde kant van het fietspad, me bijna het
ziekenhuis in heeft gereden. Gelukkig worden e-bikers vaak het slachtoffer van
hun eigen onveilige gedrag. Was ik
verdomme bijna als eerste voetganger de dupe van een e-bike.