maandag 25 februari 2013

Een erg hoge hartslag


Een paar maanden heb ik met angst in mijn lijf gesport. Bij het spinnen, (een tak van sportschoolsport: in groepsverband een uurtje heel intensief fietsen en geen meter vooruitkomen) liep mijn hartslag binnen vijf minuten op van 88 naar 208; mijn hart bonsde zowat mijn lijf uit. Ik weet dat zo zeker omdat ik alweer een jaar nu gebruik maak van een hartslagmeter.  Mijn normale hartslag ligt zo rond de 90 en mijn maximale hartslag is 160 …. en dan zo maar ineens was het 208 slagen per minuut. Ik dacht dat ik dood ging. Mijn eerste reactie was: niet meer trappen op die pedalen maar dat hielp geen klote; ’t bleef zo hoog …..ik haalde zo goed en zo kwaad als het ging zo diep mogelijk adem, hield die adem even vast en ademde zo langzaam mogelijk weer uit. Waarom ik dat deed weet ik ook niet ….ik deed het gewoon! Mijn hartslag ging naar de 210. Instinctief stapte ik van mijn spinningfiets af keek met een ongetwijfeld benauwd gezicht naar een van mijn fietsmaatjes, klopte met mijn rechtervuist ter hoogte van mijn hart en zei:
‘Ik heb last…’ en liep  met mijn handdoek, mijn sportdrankje en mijn trainingsjasje de sportzaal uit. De hartslag was nog immer razendsnel: 205. Diep inademen langzaam uitademen deed ik nog steeds …… het hielp nog niks ….desondanks volhardde ik daarin ……. Om in de kleedkamer te komen moest ik eerst een trap oplopen …… mijn hartslag liep ook weer op: 210. Ook in mijn hoofd bonkte het.
In de kleedkamer plofte ik op een bank neer, onderuitgezakt met mijn rug tegen de muur, benen wijd gespreid, armen slap langs mijn lijf en eindelijk, langzaam, heel langzaam krabbelde de hartslag wat terug naar 198. Ik hield de zelfde manier van ademen aan… en ineens dreunde mijn hart toch weer naar 203 ….. maar dat bleek een schijnbeweging: het was de manier waarop mijn hart het verkoos weer wat rustiger te gaan kloppen: eerst een stukje langzamer ….dan weer een stukje sneller …..weer een stukje langzamer …… enzovoorts. Het duurde bij elkaar een half uurtje voordat ik op 110 zat. Pas toen voelde ik me weer in staat om wat te doen: mijn kleren uit het kluisje pakken en me omkleden. Douchen was vandaag niet nodig. Nog nooit was mijn lijf zo op de proef gesteld op de sportschool maar het had me vreemd genoeg,  geen druppel zweet gekost
Weer vrij ademend liep ik van de sportschool naar huis.
Eigenlijk voelde ik me weer prima toen ik eenmaal thuis was.
Mijn omgeving, vrouw, kinderen, vrienden konden mijn relaas haast niet geloven. Dat mijn hart de 208 kon halen …. ze deden er een beetje lacherig over ……. die hartslagmeter zal wel niet in orde geweest zijn  …… had je je goeie bril wel op …… zat er geen jonge meid op de sportschool bij je in de buurt ……… alsof ik er zelf geen getuige van was geweest dat mijn hart haast uit mijn lijf sprong.
Er werd niet alleen lacherig gedaan. Er was ook serieuze bezorgdheid. Mij werd aangeraden het even wat rustiger aan te doen met sporten, naar een arts te gaan en ik besloot me te laten onderzoeken op een sportmedisch centrum. De sportarts keerde me binnenstebuiten en kon me gerust stellen. Er is niks loos met  mij: met mijn hart niet; met alles niet. Mijn conditie is bovengemiddeld en die ultrasnelle hartslag was een vervelend incident, dat ik door mijn instinctieve manier van ademen in een goede baan heb weten te leiden.
Toch duurde het nog enige tijd voordat ik weer zonder angst hard durfde te fietsen, eigenlijk vandaag pas, drie maanden na dato, durfde ik voor het eerst weer voluit te gaan op mijn spinningfietsje ….. en het ging gelukkig helemaal geweldig!     
   

Geen opmerkingen:

Een reactie posten