dinsdag 17 september 2024

Serie: Een Rotterdamse bios in de 60’s & 70’s. Deel 28 (slot). Geen leuke start.


Fanteit ruikt echt brand. En inderdaad er komt uit een van de afvalcontainers een pluimpje rook. Hij rent naar de brandslang en gaat met die slang de container ‘te lijf’. Die slang is in dertig jaar niet gebruikt en al die tijd ging de slijtage gewoon door. De slang breekt af. ‘
Hij beveelt tot drie keer toe: ‘Zet die brandkraan godverdomme open, Martin´ Hij is in paniek. Martin doet, laconiek, precies wat hem gevraagd wordt. Het gevolg is, dat de hele foyer onder water loopt. Hij staat nu voor schut bij die smeulende container met z’n losgeschoten brandspuit in de aanslag. Geen druppeltje water komt er uit.
Terwijl wij vrolijk lachend toekeken, smeet hij de brandspuit op de grond. Hij snelde zich naar de toegangsdeuren. Gooide die open. Pakte de rokende afvalcontainer en zwiepte die naar buiten. Bovenop een daar geparkeerde glanzende Mercedes. Het was net een lachfilm. Met een emmertje water heeft de vrijwillige brandweerman Fanteit de container nog geblust. Daarna moest hij met de Mercedes eigenaar het schadeformulier gaan zitten invullen.

Waarom deden jullie verdomme niks?‘
‘Het was negen uur, regeltjes hè. Wij moeten nu ook alweer aan het werk’, zei Lenie sarcastisch. Woedend stapt hij weg. Zijn geblindeerde kantoortje in. Zijn luxaflex blijft naar beneden.
Het was niet zo’n leuke start voor die man. Eigen schuld; dikke bult. Als hij niet als zo’n brigadegeneraal zijn entree had gemaakt, hadden we hem heus wel geholpen.

Theo vond het een mooi verhaal; moest er om lachen. Hij verslikte zich bijna nog in het petit-fourtje, dat Petra voor bij de koffie had meegenomen. Petra en Theo zouden het zoveelste bruidspaar worden in de Rotterdamse bioswereld.

Het duurde tot de verbouwing klaar was, eer Fanteit zijn draai gevonden had in de bios. Behalve een leuke ploeg medewerkers had Lumière nu ook aan Theo een goede leidinggevende en aan Fanteit een goede directeur.

Met maar liefst zes gloednieuwe zalen was de bios klaar voor de toekomst. De grote ‘klapper’ bij de heropening van Lumière in 1975 was ‘Jaws’ van Steven Spielberg.

Einde.

maandag 16 september 2024

Serie: Een Rotterdamse bios in de 60’s & 70’s. Deel 27. Brand.

 Theo gaat een kopje thee zetten en vraagt Petra: ‘en … hoe is ’t nou in de bios?’

‘Nog steeds erg rustig, hè, de verbouwing is nog in volle gang. De goeie films gaan voorlopig nog even naar de andere zalen.’ Theo vindt dat ze de zaak beter even een paar weken stil hadden kunnen leggen, want nu zitten de mensen toch stof te happen in de bios, ook al hebben ze het zelf niet eens zo erg in de gaten.

Duusjoo wordt dus vervangen door Theo maar zolang hij nog ‘ziek’ thuis is krijgt Lumière tijdelijk te maken met een interim: meneer Fanteit, een voormalige, zeer autoritaire militair, die kort na de roofoverval fijntjes liet weten, dat de dader wel eens iemand van het eigen personeel zou kunnen wezen.

Een van de eerste ‘heldendaden’ van Fanteit was Gerrit, de portier, op staande voet ontslaan omdat hij weer eens te laat was gekomen. In de bus in slaap gevallen. Ook Fanteit was een man van regeltjes en die regeltjes waren er niet voor niks.

Petra vertelt dat er weer eens asbakken met brandende peuken in een van de afvalcontainers waren leeggegooid. Meneer Fanteit komt naar ons toe. We zitten met zijn allen lekker te genieten van onze pauze en hij vraagt of wij ook die brandlucht ruiken. Wij niet dus. Wij hebben een momentje pauze. Dan ruiken we niks. Dan roken we, hè Theo. Ja, daaaaag, wie wel wat ruikt moet op onderzoek uit. Niemand van ons heeft daar zin in. Kom nou!

Morgen deel 28: Geen leuke start.

zondag 15 september 2024

Serie: Een Rotterdamse bios in de 60’s & 70’s. Deel 26. Even vrijaf.

 Na de roofoverval krijgt Theo veertien dagen vrijaf om van de schrik te bekomen. De directie heeft hem een fruitmand gestuurd. Die mand heeft hij meegenomen naar diergaarde Blijdorp, waar hij elke woensdag even heen gaat. Dit keer kan hij de beesten laten smullen van al dat lekker in die fruitmand. Alleen het blikje ananas heeft hij zelf maar opengemaakt en opgepeuzeld. Dat zou de dieren nooit gelukt zijn.


Die middag heeft hij een afspraakje met Petra. Ze komt op ziekenbezoek, zoals zij dat noemt. Petra heeft een zwak voor Theo en dat is wederzijds. Petra heeft een klein bosje gele fresiaatjes voor hem meegenomen. Ze weet dat hij daarvan houdt. Je moet bij hem niet aankomen met een bos gladiolen. Die kan je gelijk weer mee terug nemen. Zulke grote bloemenvazen heeft hij niet.

Voor bij de thee heeft Petra vier petits fours meegenomen. Precies Theo zijn maat. ´Klein maar fijn,´ zegt hij altijd, 'behalve Duusjo dan'.

Hij zegt Petra, dat hij liever door had gewerkt maar de leiding vond het beter dat hij wat gas terug nam. De leiding is voorzichtig: ´Je weet maar nooit wat je er aan over houdt.´

Ze spraken nog even over die klein rotmof Duusjo. Zowel Petra als Theo wisten allebei dat hij een gokprobleem had. Ze hadden het er nooit met elkaar over gehad. Hadden ze het maar wèl gedaan, dan was Theo een hoop ellende bespaard gebleven.

Morgen: deel 27. Brand.

zaterdag 14 september 2024

Serie: Een Rotterdamse bioscoop in de 60’s en 70’s. Deel 25. Zijn rol is uitgespeeld.

Duusjo zat er inderdaad achter. Het lijkt haast wel of hij blij is dat ie gesnapt is. De kleine etterbak legt een volledige bekentenis af. Hij móést wel doorgaan met gokken, want hij had enorm veel geld geleend om te kunnen spelen. Eens zou hij toch moeten gaan winnen, dacht hij. Al is het alleen maar om zijn schulden af te betalen. Hij sloeg ook gelijk door over dat diefstalletje van zo´n vijfhonderd piek uit de kas van Lumière een tijdje terug. Toen had hij nog wel het geluk, dat hij opeens een aardig winstje maakte. Dat was eenmalig.

Duusjo was die twee overvallers van Lumière duizend gulden schuldig. De deadline voor terugbetaling was verlopen maar hij had geen rooie cent. Hij maakte hij het die jongens heel makkelijk om een overvalletje te plegen. Deurtje open laten staan. Die jongens precies vertellen waar, wanneer en hoe laat, succes verzekerd zou zijn.

De leider van het overval-duo was inmiddels gepakt, nu de poen nog. In het personeelsbestand was snel de naam gevonden van die oude vakantiekracht, die Theo meende te herkennen. Dat had hij goed gehoord. Ook dàt figuur sloeg door: hij en zijn maat hadden die duizend piek er echter al weer doorheen gejaagd. Ze worden net als Duusjo overigens wel even vastgehouden en voor het gerecht gedaagd. De bios zal via de rechtbank de schade op hen proberen te verhalen. Hiermee is de rol van die kleine oplichter Duusjo in de bioswereld natuurlijk uitgespeeld.

Voor Theo, het slachtoffer van de roofoverval, krijgt die gebeurtenis toch nog een mooi vervolg, want hij wordt gevraagd, gezien zijn gebleken leidinggevende capaciteiten èn zijn stressbestendigheid, om Duusjo op te volgen. Dat is precies wat Theo wilde vanaf het moment dat hij de bioscoopwereld instapte. Hij kwam binnen als student (rechten) en is nu bijna klaar met zijn studie. Met die bagage kan hij die klus best klaren. Zijn huidige collega’s zijn erg blij met hem als nieuwe chef. Hij werkt altijd hard en is niet vies van een geintje op zijn tijd … althans als collega’s onder elkaar dan. Als hij dadelijk in de leiding zit, heeft hij andere verantwoordelijkheden … minder tijd voor geintjes.


Morgen: Deel 26. Even vrijaf.

vrijdag 13 september 2024

Serie: Een Rotterdamse bios in de 60’s en 70’s. Deel 24. Verdacht.

Meestal zoekt een bedrijf na zo’n overval in eerste instantie de dader onder het lager (betaalde) personeel. Zeer irritant. Iedereen was hard aan het werk tijdens de overval. Desalniettemin viel de verdenking het eerst op hun. Na werktijd wordt iedereen door de politie verhoord. In die verhoren komt steeds de zelfde naam als verdachte naar voren: Duusjo.

Deze Duusjo werd steeds nonchalanter in zijn gedrag. Nu drukte hij onder werktijd al regelmatig zijn snor: ‘Ik heb vanmiddag een bespreking,’ zei hij dan. Eerder had hij nooit besprekingen en nu bijna elke middag. Om beurten volgde zijn personeel hem om te zien in welke locatie hij die besprekingen had. Dat was meestal in het casino. 'Ja, in het casino ontmoet ik leidinggevenden van bioscopen uit andere grote steden. We praten, drinken en gokken ook wat … hooguit voor 25 euro per persoon en dan gaan we weer elk ons weegs.
Omdat het zo vaak voorkwam dat ie er niet was, zijn Martin en Theo eens poolshoogte gaan nemen in die goktent. Ze zagen dat er helemaal geen sprake was van een overleg. Duusjo was druk en grof aan het gokken. De fiches van tien euro vlogen over de roulettetafel. Meestal kreeg hij er niks voor terug. Verliezen dus … en die kop van Duusjo, lijkbleek, strak van de spanning … neen dit was foute boel. Het kan nooit zo zijn dat Duusjo dit spelletje speelt met alleen zijn eigen salaris. Zoveel verdient een leidinggevende in de bioscoopwereld nou ook weer niet.

Martin en Theo waren heel gedecideerd: hij belazerde de boel. Ze meldden bij de politie hoe ze Dusjoo bezig hadden gezien. Onder werktijd nog wel: die kleine handneuker, zoals hij binnen Lumière gekscherend genoemd werd.

donderdag 12 september 2024

Serie: Een Rotterdamse bios in 60’s & 70’s. Deel 23. Een reeks overvallen.

Sigarenwinkeltjes worden overvallen, kruideniers, groenteboeren en juweliers. Dus waarom een bioscoop niet? Het kan niet uitblijven: Theo zit in de personeelsruimte de opbrengst te tellen, de anderen zijn in de zaal aan het werk. Komen er twee figuren binnen zetten, gehuld in vale spijkerbroeken, leren jacks en bivakmutsen. Ze schreeuwen, duwen. Schoppen Theo, de plaatsvervangend locatiemanager, tegen de verwarming aan. Hij wordt met kettingsloten vastgeketend aan de radiatoren. Wat kan hij doen? Er zit niks anders op dan ze dat geld maar te laten jatten. Zijn verlies te nemen. Dat is ook de bedrijfspolitiek in dit soort zaken: niet stoer gaan lopen doen. De kans dat je het van die lui wint is zo klein. Het risico dat je levensgevaarlijk gewond raakt of het leven er bij laat is te groot. Dat zijn die vijftienhonderd gulden niet waard. Theo had wel snel in de smiezen dat dit het werk moest zijn van een bekende. Hier ... op deze plek ... op dit tijdstip. Hij meende ook het postuur en de stem van een van de overvallers te herkennen. Hij kan er niet meteen opkomen wie precies. Was het een vakantiekracht misschien?


Zo snel en lawaaierig als ze binnen waren gestormd zo geruisloos en snel waren ze de trap weer afgerend en verdwenen met de buit. Theo kon nog net met zijn voet bij een raampje komen. Zo trok hij de aandacht van Petra in de zaal. Theo was niet gewond. De schoppen, die hij kreeg voelde hij nog steeds maar hij kàn wel tegen een stootje.

Om hem te bevrijden is een slijptol nodig. Martin heeft er thuis wel een liggen. Hij loopt wel even voor die slijptol heen en weer. Hij woont toch in de buurt.

Later merkte de ingeschakelde politie, dat een van de achterdeuren net niet afsloot. Door een klein stukje touw kon die deur niet helemaal dicht klappen .. . dan zou je toch haast denken dat er iemand van het huidige personeel bij betrokken moest zijn.

Misschien iemand die vanavond dienst had?


Morgen: Deel 24. Verdacht.

woensdag 11 september 2024

Serie: Een Rotterdamse bios in de 60’s & 70’s. Deel 22: Baldadigheid.

Dat muisje had ongetwijfeld een langer en vervelender staartje gekregen als het slachtoffer niet toevallig een familielid van Petra bleek te zijn. Met een in allerijl gekocht bloemetje komt de man en eigenlijk ook de bios met de schrik vrij.

Kaskrakers draaien er niet tijdens de verbouwing. Daardoor is het vrij rustig voor het personeel. Af en toe slaat de verveling toe. De kleine Duusjo wist van alles te verzinnen om zijn personeel aan het werk te houden: van planten verzorgen, tot bestek poetsen.
Invaloperator Coen had het aangelegd met Sonja. Hij vond zelfs de tijd om zich op een stil moment even met haar terug te trekken in de personeelsruimte. De anderen waren de ramen aan het lappen. Coen vroeg aan Petra, die daar in de buurt bezig was, om de muziek wat harder te zetten. Petra hoorde desalniettemin bekende doch verdachte geluiden, uit hun gezamenlijke ruimte komen. Toen Petra later een beet je brutaal en naïef aan Coen vroeg wat hij had uitgespookt, hield hij zijn hand vlak onder Petra's neus en zei: 'Wat ik gedaan heb? Nou, ruik maar es aan mijn vingers!' Verontwaardigd stapte Petra weg. Ze hield helemaal niet van dat soort dingen!

De dagen duurden erg lang tijdens de verbouwing en de zwakke programmering.
Er was dus veel tijd voor baldadigheid, dingen waar het personeel nooit op zou komen in topdruktes. Sonja was wat dat betreft een brutaal nest. Die spuugde met liefde in de koffie van de ouwe inval-locatiechef Rick Amal. Hij had Petra lief aangekeken en gevraagd of ze een lekker bakkie voor hem wilde halen. O, wat spuugde Sonja graag in dat bakkie. Die Rick was echt een vieze ouwe man, die werkelijk dacht dat hij met zijn geperkamenteerde voorkomen nog in trek was bij de dames.

Sonja had een bijbaantje bij Wienerwald. Een redelijk chique eettent. Duitse toeristen kwamen daar graag. Sonja deinsde er niet voor terug om haar mannelijke collega’s in de keuken over de biefstukken te laten plassen, alvorens de maaltijden aan de Duitse klanten uit te serveren.

dinsdag 10 september 2024

Serie: Een Rotterdamse bios in de 60’s & 70’s. Deel 21. Martin gaat in de fout.

Zo’n 50 jaar geleden was bioscoopbezoek nog een redelijk chique aangelegenheid. Zowel dames als heren gingen op hun paasbest een filmpje kijken. Dat is tegenwoordig wel anders. Een bioscopie pikken is de gewoonste zaak van de wereld geworden. Het wordt eigenlijk haast niet meer beschouwd als uitgaan.

Wat nu dan wel uitgaan is? In een chique restaurant uit gaan eten … naar de schouwburg gaan voor een mooi toneelstuk of in je mooiste kleren gaan dansen.

Martin had een klein foutje gemaakt met het wisselen van de films waardoor het publiek enkele seconden zat te kijken naar een groot wit scherm. Daar kwam Martin niet zo makkelijk vanaf. Hij moest van zijn direct leidinggevende voor dat minieme foutje zijn excuus aan gaan bieden bij de algemeen manager.
De manager, die achter zijn tv nootjes zat te peuzelen, wist helemaal van niks en had van niemand uit het publiek klachten gehad. Er was enkele seconden geen beeld geweest en dat mocht gewoon niet! De manager nam het minder zwaar op dan Martins direct leidinggevende en wilde met rust gelaten worden. Hij wilde snel weer terug naar zijn tv programma en zijn nootjes.

Lumière wordt verbouwd. Van een zaal met één bioscoop naar een gebouw met 5 filmzalen. De inkomsten kunnen echter niet zo maar even gemist worden. Dus gaan tijdens de verbouwing de voorstellingen gewoon door. Zelfs als er een steiger omgevallen is, dwars door het witte doek, gaat de film gewoon door. Het vele stof dat door de werkzaamheden de bios in stuift mag geen belemmering zijn voor het programma. Maar eigenlijk kan het natuurlijk niet. Een biosganger krijgt een lichtspot op zijn kop als een rail met spotjes naar beneden komt zetten.

Morgen: Deel 22. Baldadigheid.

maandag 9 september 2024

Serie: Een Rotterdamse bios in de 60’s & 70’s. Deel 20: Een overval.

De baropbrengst van de tweede zaterdagavondvoorstelling wordt opgeteld bij die van de eerste middagvoorstelling van de zondag daarop. Koos zou nu de dagopbrengst naar de nachtkluis in de Doelen kunnen brengen. In de loop van de maandag komt een geldtransportwagen die kluis leeghalen. Zeker in de weekenden zit er toch wel een paar duizend gulden in.


Een aantal jaar geleden is Koos daar overvallen door een stelletje gasten met bivakmutsen. Ze zetten een pistool op zijn hoofd en eisten dat hij het geld afgaf. De reactie van Koos was niet verstandig. Hij gaf het geld niet af en met het rolletje pepermunt, dat hij altijd in zijn jas had zitten, blufte hij de overvallers mooi af. Hij drukte dat rolletje tegen de buik van een van de overvallers aan en zei:

‘Ik heb hier een geladen revolver en ik schiet je finaal overhoop als jullie niet ogenblikkelijk maken dat je wegkomt. ‘ Ze wisten niet hoe snel weg ze moesten wezen, de helden. Het had slechter kunnen aflopen voor Koos.

Hij had die overvallers nu wel weggejaagd maar dat hele voorval ging hem niet in zijn koude kleren zitten. De andere dag moest hij zich ziek melden en eigenlijk is hij nooit meer de oude geworden. Naar de kluis gaan bijvoorbeeld durfde hij voor geen goud meer, ondanks zijn pepermunt-overwinning. Dat moest Duusjo voortaan maar zelf doen. Tot de geldtransportfirma het overnam.

zondag 8 september 2024

Serie: Een Rotterdamse bios in de 60’s & 70’s. Deel 19: Goed Nieuws.

De eerste zaterdagavondvoorstelling verloopt verder zonder noemenswaardige problemen en ook de tweede avondvoorstelling gaat prima. Als die tweede voorstelling draait, ontdekt Sonja onder de stapel theedoeken de vijf briefjes van honderd. Ze zegt niks tegen de anderen en loopt meteen door naar Duusjoo, die haar aanhoort en net doet alsof zijn neus bloedt:

‘Wir zal das jetzt geflickt haben, Leonie?’ vraagt hij. ‘Es ist bijnahe das bedrag wir miesten heute mittag, doch? Sag noch eben nichts tegen die anderen, liebe Sonja. Vielleicht verratet de dader sich selbst wohl. Sehr gut dat jij es mir jetzt sagt und mir das geld gibt maaisje!!
Ich zal die anderen sofort von dies vertellen. In jeden fall haben jullie die fooi wieder teruuk, doch?!

Nog voor het einde van de tweede filmvoorstelling riep Duusjoo de voltallige ploeg bijeen (met uitzondering van Martin, die kon natuurlijk niet weg van zijn werkplek). De chef gaat het goede nieuws vertellen. Ter plekke verzon hij, dat waarschijnlijk iemand het geld daar even had neergelegd in de drukte en helemaal vergeten was dat het onder de theedoeken lag. Hij was blij dat het geld gevonden was en wilde er verder geen woorden meer aan vuil maken. Honderdvijftig gulden zou hij in de fooienpot terug stoppen. De rest ging naar de baropbrengst. Zijn creatieve boekhoudtrucs met de voorraad, zou hij weer aanpassen.
‘Ist alles doch noch goed gekommen heute!’ zei hij met een knipoog naar Sonja.

Morgen: Deel 20. Een overval.

zaterdag 7 september 2024

Serie: Een Rotterdamse bios in de 60’s & 70’s. Deel 18: Gespikkelde beer.

Zoals gewoonlijk liggen ze onderuitgezakt op hun stoeltjes met hun poten over de leuning van de stoel voor ze. Er waren al snoep- en chipsverpakkingen de zaal in gemikt. Nu zitten ze om beurten flesjes cola flink te schudden, met de duim op de opening. Als ze hun duim weggehalen wordt de halve inhoud van zo’n flesje de zaal in gespoten. Dolle pret!


Die ‘lol’ is de druppel die de emmer doet overlopen voor een van de ‘normale’ bioscoopbezoekers. De man, die enkele rijen meer naar voren zit, staat op. Hij maakt de jongens duidelijk dat ze moeten kappen. De rotzooitrappers lachen hem midden in zijn gezicht uit. De man loopt naar ze toe … nog voordat hij wat kan zeggen vraagt een van de herrieschoppers:

’Weet je wat een gespikkelde beer is?’

Op zijn antwoord wordt niet gewacht. De relschopper spuugt hem een hoeveelheid fijngekauwde pinda’s in zijn gezicht. De klootzakkies gaan helemaal uit hun dak. Woedend gaat de man de spuger te lijf maar die gast wordt geholpen door zijn vriendjes.

Dan blijkt die 'normale' bioscoopbezoeker niet alleen te zijn. Een vijftal van zijn maten in de zaal komt hem te hulp. Voordat de pestapen kunnen worden opgepakt, rennen ze laf de bioscoop uit ... achtervolgd door zes agenten in burger. Die achtervolging hoefde niet zo lang te duren. De lastpakken waren onder invloed. Niet de allersnelsten dus.

De agenten hebben zich op een nabijgelegen donker parkeerterreintje flink uitgeleefd op die vervelende mannetjes.

Sindsdien waren de zaterdagavonden weer gezellig in Lumière.


Morgen: Deel 19. Goed nieuws.

vrijdag 6 september 2024

Serie: Een Rotterdamse bios in de 60's & 70's Deel 17: Rotzooitrappers.

’Drie maal balkon hier voor die mevrouw met die rode gebreide muts en die heer met dat grappige zwarte petje?

’Twee maal stalles alstublieft.’ Koos scheurt dan ook tegelijk de controlestroken af. In de winter had hij van die handschoenen aan waarvan de vingers waren afgeknipt.

Als een voorstelling uitverkocht is dan bast hij dat ook: ‘
‘Zaal uitverkocht; dames en heren, zaal Lumière uitverkocht!' Het is een keer gebeurd dat tegelijk met deze mededeling zijn kunstgebit uit zijn mond floepte en verdween in de menigte wachtenden:
‘Hé, kom es effe méé zoeken naar me kunstgebit,’ baste hij dan tegen z'n collega's. Voor Koos had iedereen dat graag over:
‘Personeel! Mogen we er even bij!! Kijk goed uit waar u gaat staan, anders is Koos zijn gebitje naar de maan!’

Ondanks Koos’ indrukwekkende gestalte, zeker als hij op zijn kissie staat, is er elke zaterdagavond stront aan de knikker. Het is maar een klein groepje rotzooitrappers dat altijd weer in staat is om de zaterdagavond te verzieken. Het zijn altijd dezelfden. Ze moeten wel onder invloed van drank of drugs zijn geweest.

Het begon al in de rij voor de kaartjes: niet netjes in de rij gaan staan. Beurt afwachten? Neen, gelijk voorpiepen. Eenmaal binnen schreeuwerig, druk doen. Stoeien. ‘Per ongeluk, expres’ andere, bedaarde, argeloze bioscoopbezoekers omverduwen. In de zaal óók weer te keer gaan en de zojuist gekochte popcorn de zaal in pieken. Het is elke zaterdagavond hetzelfde liedje. De ouvreuses kunnen deze etterbakken gewoon niet aan.

Maar … vanavond gaat het anders aflopen dan voorheen. Deze avond zal het publiek niet de dupe worden van die klootzakkies. Koos heeft enkele van zijn maatjes, Rotterdamse (ex)-politieagenten, gevraagd om in burger aanwezig te zijn bij de eerste avondvoorstelling. Indien nodig komen ze in actie tegen die dronken, gedrogeerde droppies.

donderdag 5 september 2024

Serie: Rotterdamse bios in de 60's & 70's. Deel 16. Kleine Koos.

Het is nu half zes. Over drie kwartier start de verkoop voor de eerste avondvoorstelling. Tijd genoeg dus om nog even een beetje te sporten in de filmzaal. Petra gaat met Marja op de ruimte vlak voor het filmdoek badmintonnen. Martin en Gerrit trappen een balletje in de gang tussen twee stoelenrijen. Nu kon dat nog, dat sporten in de bios. Na de geplande renovatie, als er meerdere filmzalen zullen worden gerealiseerd in dit pand, zal er geen ruimte meer voor zijn.


Lenie en de geile tweeling kiezen ervoor nog even wat te roken en uit te buiken in de personeelsruimte.

De eerste avondvoorstelling van Saturday night fever is zowat uitverkocht. Op de altijd rumoerige zaterdagavond wordt, voor de zekerheid altijd een beveiligingsmannetje ingehuurd. Dat is Koos. Hij is gehuld in een imposant uniform. Het is echt ‘een mannetje’. Hooguit een meter vijfenzestig groot en bijna even breed als hij lang is. Hij oogt zo sterk als een gorilla. Een aardige vent, hoor, nooit te beroerd om bij gebrek aan een portier te helpen bij de kaartverkoop. Dan vraagt hij aan de wachtenden of ze gereserveerd hebben, hoeveel plaatsbewijzen ze willen en dat geeft hij al zingend op populaire of zelf verzonnen melodietjes door aan de kassière. Hij heeft zo’n mooie basstem! Hij is een zangcarrière misgelopen.

Zingend vraagt hij iedereen met gepast geld te betalen. Daarbij staat hij op een groentekist, die hij, toen hij met dit werk begon, zelf van huis mee had genomen. In de winter zet hij voor zijn groentekistje een straalkacheltje neer om de ijspegels die steevast onder zijn neus hangen te laten ontdooien.
Op dat groentekistje ziet iedereen in de rij die kleine Koos tenminste ook staan.


Morgen Deel 17: Kleine Koos (2)

woensdag 4 september 2024

Serie: Een Rotterdamse bios in de 60’s & 70’s. Deel 15: Portefeuille gevonden.

Om kwart voor zeven zal de eerste avondvoorstelling beginnen. Het was gezellig in de Eend. Er was duidelijk ook iets te veel gezopen. Martin stond op de terugweg naar Lumière tegen een boom te piesen. Toen kreeg hij van Petra, voor de gein, een duw in zijn rug. Zeiknat natuurlijk: zijn broek, zijn schoenen. Lachen dus! De stemming was ronduit jolig te noemen toen ze weer op hun werkplek aankwamen. Het stelde ze gerust dat Duusjo er nog niet was, want die had gegarandeerd opmerkingen gemaakt over hun iets tè uitbundige gedrag.


Bij Lumière aangekomen stond een man voor de gesloten deur te wachten. Toen hij zag dat Petra en de anderen aanstalten maakten om naar binnen te gaan, zei de man met een Brabants accent, dat hij zijn portefeuille kwijt was geraakt … waarschijnlijk tijdens de middagvoorstelling hier.

´Waar zat u dan.´ vroeg Petra.

´Ja, ik weet niet meer precies welke rij maar het was tamelijk achteraan, derde of vierde rij van achteren en dan zo’n beetje in het midden.´

´Komt u maar mee, we hebben uw portefeuille waarschijnlijk gevonden … hoeveel zat er ongeveer in?´

´Ongeveer driehonderd gulden.´

´Klopt’, zegt Petra´

´O, geweldig!´

´Als u even hier in de foyer wilt wachten dan komt mijn collega zo met uw portefeuille.´

Marja, de enige met een kluissleutel haalt de portefeuille op en geeft die aan de man, die er resoluut een briefje van honderd uit trekt en dat aan Marja geeft: ‘doe maar in jullie fooienpot, die hebben jullie toch wel, hè?’

‘Zooo, is dat niet een beetje veel?’.

‘Welnee, daar hebben jullie gewoon recht op’, vind ik. 'Houdoe. Hartstikke bedankt nog´.

dinsdag 3 september 2024

Serie: Een Rotterdamse bios in de 60’s & 70’s. Deel 14: Neuzen bij de Slegte.

Met bittere, verbeten koppen staan (vooral) de mannen de bewegingen van het balletje te volgen. Alsof hun leven er vanaf hangt … en misschien is dat in sommige gevallen ook wel zo.

Duusjo laat het erbij. Hij loopt naar de kassa, wisselt zijn fiches in en incasseert voor zijn honderd dertien fiches vijfhonderd vijfenzeventig gulden. Als hij daar zijn inleg van honderd gulden van af trekt, is zijn winst vierhonderd vijfenzeventig gulden. Mooi en netjes op tijd gestopt deze keer. Hij stopt vijf briefjes van honderd apart in zijn broekzak. De rest gaat in zijn portefeuille.

Met dezelfde gehaaste tred als waarmee hij zijn pauze begon, gaat hij nu weer in de richting van Lumière. De anderen zitten te eten. Waarschijnlijk, zoals gewoonlijk, in de Eend, waar een lekkere, voordelige maaltijd wordt geserveerd … voor één gulden heb je er ook al een parmantig wijntje.

Het is nu half vijf. Ze zullen nog wel even wegblijven, schat Duusjo zo in. Hij spoedt zich naar het buffet … haalt zijn zojuist gewonnen vijf briefjes van honderd uit zijn broekzak en legt ze onder een stapeltje schone theedoeken. Hij laat één honderdje een klein stukje onder het stapeltje uitsteken … zodat de eerste die een schone theedoek pakt meteen móét zien dat daar iets ligt wat er niet thuis hoort.

Duusjo maakt nu snel dat hij weer bij Lumière weg komt. Hij zet zijn pauze voort op de Coolsingel. Hij gaat even wat neuzen bij de ramsj van de Slegte. Je kan daar voor een prikkie de mooiste boeken kopen. Tegen de tijd dat de kaartverkoop voor de avondvoorstelling loopt, zal hij bij Lumière zijn neus weer laten zien. Misschien is tegen die tijd het vijftal honderdjes ook al ontdekt.


Morgen: deel 15: Portefeuille gevonden.

Serie: Een Rotterdamse bios in de 60’s & 70’s. 13. Duusjoo pauzeert (2).

 Duusjo speelt altijd de dertien, met één fiche tegelijk. Dertien, zijn geluksgetal. Althans dat maakt hij zichzelf wijs. Hij verspeelt zijn eerste zes fiches … zal het dan eindelijk bij de zevende keer raak zijn?


‘Rien ne va plus’ zegt de chef-croupier. Het balletje aarzelt ... wordt het zes ... wordt het zevenentwintig of wordt het elf? Neen, het wordt:
‘Treize…..dertien’ … mooi!! Vijfendertig keer vijf is honderdvijfenzeventig gulden min de inzet van honderd: dat is vijfenzeventig winst. Met een uitermate zuur gezicht schuift de croupier de vijfendertig fiches in de richting van Duusjo, die zondigt tegen de regel, dat van elke volle winst (een op vijfendertig) één fiche fooi gegeven wordt aan de casinomedewerkers. Duusjo is alleen maar met zichzelf bezig …. Een tip geven komt geen moment bij hem op. Hij besluit van vanaf nu drie fiches per ronde te gaan spelen dit keer zet hij steeds in op 7. Hij heeft nu achtendertig fiches waarmee hij nog 12 rondes kan mee spelen. Duusjo wordt bijna gek, als vlak na zijn winst op de dertien het balletje nogmaals in de dertien valt. Zo'n herhaling komt maar heel zelden voor. Het wordt echt spannend. Een struise dame met een wulps oker jurkje, aan de andere kant van de tafel, loopt ineens binnen: ze had tien fiches op de dertien gezet. Het leek wel of ze spontaan klaarkwam. Zulk soort geluiden stootte ze tenminste uit, toen het balletje weer op de dertien tot stilstand kwam. Maar goed, ik kan me er wel wat bij voorstellen, als je in een klap zeventienhonderdvijftig guldens rijker wordt. Leef je maar lekker uit dame! Vanzelfsprekend brengt het hosanna-moment van die dame in het oker, geen spoor van vreugde op de tronies van de andere, voornamelijk heren-gokkers, teweeg. Roulette is een spel dat weinig tot geen spelvreugde kent.

Morgen: Deel 14: Neuzen bij de Slegte.

zondag 1 september 2024

Serie: Een Rotterdamse bios in de 60’s & 70’s. 12. Duusjo pauzeert (1).

Duusjo lijkt er nog het minste last van te hebben: van dat Duits-Nederlandse taalmengelmoesje

‘Ha, da ist der Martin. Doe weet sicher wohl das antwort: Es ist gruun oend es heeft zwei braune streipen? … Nou, doe weist es nicht?’

Wat krijgen we nou? Maakt die Duusjo zomaar een grapje of hoe zit het?

‘Het zal wel iets met poep te maken hebben, … die bruine strepen … of niet soms?’ zegt Martin.

‘Ach nein,’ zegt Duusjo, ‘zal ik es noer sagen? Gruun mit zwei weisse streifen? Das ist doch ein komkommer miet bretels!! … hahahaha!!!.’ Zoals gewoonlijk moet Duusjo het hardst lachen om zijn eigen grapje. De dames vinden het gezien hun glimlach wel grappig maar toch ook weer geen dijenkletser.

‘Goet, meine damen und hern, mondecken hooch, ja, jullie gaan jetzt ein biesjen essen und ein biesjen das verlies von das viele geld vergessen, ja? Ich sehe ihr wieder um sechs Uhr voor dem erste abendvorsjtelloeng’.

Hij gaat als eerste pauzeren deze Duusjo. Een zelfs voor Rotterdamse begrippen vreemde snoeshaan. De Lumière-baas gaat om maar wat te noemen gekleed in een Beiers jagerstenue: bergschoenen, groene pofbroek, dito jasje en hoedje met de onontbeerlijke veer er in.

Hij zet er flink de pas in richting Coolsingel. Maar dat blijkt zijn doel niet te zijn. Hij kijkt wat schichtig achterom. En schiet dan, nog op de Kruiskade, het Hilton Hotel in. Daar zit op de begane grond het Holland Casino. Na de gebruikelijke plichtplegingen, paspoortje controleren, jasje en hoedje in de garderobe (op nummer 23), een plasje doen, pakt hij alvast twee briefjes van vijfentwintig uit zijn portefeuille. Hij overhandigt dat geld aan de casinomedewerker en hij krijgt er een wit bakje gevuld met vijftig losse guldens voor terug. Linea recta begeeft hij zich naar de afdeling gokautomaten de 'one-armed bandits'. Vijf rijen van twintig automaten. Alles is bezet. Ongeduldig loopt Duusjo door de gangen tussen de automaten.
Er wordt hier veel gerookt.
Vogels van allerlei pluimage pogen, geheel in trance, miljonair te worden. De verbetenheid straalt er vanaf. Opaatjes, omaatjes, deftige tantetjes, studenten, keurige heren in kostuum, mannen in spijkerbroek en modderlaarzen. Allemaal hopen ze, vaak tegen beter weten in, op de hoofdprijs. De meesten zouden toch al lang moeten weten dat die hoofdprijs alleen maar is weggelegd voor de directeur van het Casino.

Morgen deel 13: Dusjoo pauzeert (2)