De afgelopen weken kwam het nogal eens in het nieuws, dat er te weinig opvangplekken zijn voor Oekraïense vluchtelingen. Nu ben ik toevallig enigszins hulpbehoevend. Heb thuiszorg nodig. In heel Nederland is daar momenteel niet aan te komen. Dus kreeg ik het idee om een Oekraïense vrouw in dienst te nemen als thuishulp. Tegen kost en inwoning. Dat scheelt toch weer een opvangplek.
Voor mij is het geen probleem
om op de bank te slapen. Die Oekraïense vrouw mag zolang ze
voor me werkt wel in mijn slaapkamer liggen. Als ze dat wil tenminste. Ze mag
van mij ook best haar man of kind meenemen, als ze die heeft en als hij ook
in Nederland verblijft. Ook geen probleem! Dat zou dan twee of zelfs drie opvangplekken schelen.
Ik heb voor die ‘Oe-thuishulp’ al contact opgenomen met het bemiddelingsbureau. Eerst natuurlijk met Woonstad. Of zoiets überhaupt wel mag. Maar dat leek geen probleem. Als ik maar een briefje aan die huisbaas stuurde over wat ik nou precies van plan was.
Bij dat bemiddelingsbureau
zeiden ze dat de meeste Oekraïense vrouwen hier hoog opgeleid zijn. Ze doen
liever hoger gekwalificeerd werk dan thuiszorg. ‘Dat heb ik soms wel, hoog gekwalificeerd werk,’ zei ik tegen
de man van dat bureau. 'Maar alleen heel erg soms. Als er iets kapot gaat in
huis, de computer of de wasmachine dan mag zij die voor mijn part repareren. Maar 90% van het werk blijft toch simpel: schoonmaken'.
'Nou', zeiden ze daar bij dat bureau, half in het Oekraïens', laat dan maar zitten, hoor. Dank u wel'.
Geen probleem, alweer! Ik zit nu al zo lang zonder hulp. Er kunnen nog wel een paar maanden bij en … eerlijk is eerlijk: achteraf ben ik toch wel blij dat het allemaal niet door is gegaan en dat ik mijn huisje nog steeds lekker helemaal voor mezelf alleen heb.