vrijdag 19 december 2025

ZIJNE MAJESTEIT.

Gisteren was de koning in de wijk. Koning Willem Alexander. Hij had toch niks te doen. Hij was samen gekomen met Carola, de burgemeester, die eigenlijk wel wat beters te doen had. Maar zijne koninklijke hoogheid vond het zo eng, in zijn eentje. 

De buurt liep uit. Allemaal een glimpje van zijne majesteit opvangen. De koning was duidelijk in zijn nopjes. Over de cultuur hier, de educatie, de recreatie maar vooral over de restauratie … en dan bedoel ik dus het eten. De grote schaal met smakelijk geserveerde gezonde broodjes was het eerste wat ons staatshoofd opviel. Hij kon er zijn ogen haast niet vanaf houden.

Hij zou, voor de bühne, met drie uitgeprocedeerde asielzoekers (met zwemdiploma A) een paar baantjes zwemmen in het aanleunende zwembad. Maar dat ging op het laatste moment toch niet door. 

'Mijn zwemspullen vergeten,' mompelde zijne majesteit. Maar de waarheid is dat hij niet kan zwemmen (een familiekwaaltje)... alleen watertrappelen gaat hem goed af. Carola had trouwens wèl aan haar zwemspulletjes gedacht. Ze had haar bikini vanmorgen met aankleden gelijk al onder haar kleding aangedaan, zei ze. Ze maakte aanstalten om naar de kleedhokjes te lopen maar Willem Alexander hield haar tegen.

Het water liep het staatshoofd zo  langzamerhand uit de mond. Zijne majesteit kon zijn ogen slechts met de grootst mogelijke moeite van al die gezonde broodjes afhouden. 

'Niks geen zwemmen Carola! Zitten en lekker eten!' 

Toen Alex zijn buik nog wat ronder gegeten had, dook hij snel zijn limousine in. Terug naar het paleis. Carola wandelde op haar gemak naar de metro om naar het stadhuis te gaan.

 

Wat hebben we nou helemaal aan zo'n soort leider? Hij eet veel en graag. Hij trappelt water ... en zijn hele familie moet door jou en mij onderhouden worden. 

Wat zou er nou gebeuren als we die hele koning-santekraam eens zouden opdoeken? Dan gaan we sowieso klauwen met geld overhouden. 'Neen,' wordt dan geroepen: 'Een president kost ook veel geld, misschien nog wel meer!'. 

Hoezo dan? Het is toch maar net wat je, als samenleving zijnde, uit wil geven aan zo'n staatshoofd.

We zouden kunnen kiezen voor een jaarlijks roulerend symbolisch leiderschap. Een erefunctie. Meer niet. 

Geen paleis. Geen staatshoofdfamilie. Geen koninklijke paardenstal. Geen koninklijk wagenpark. Ook geen geld verslindende staatsbezoeken meer.

Neen, het toekomstige staatshoofd blijft voornamelijk functioneren in zijn eigen sociale omgeving. Gewoon thuis dus. En in de vakantietijd:  op de camping. 

Hoe kunnen we aan zo’n staatshoofd komen. Simpel: selecteer 'at random' uit elke Nederlandse provincie één volwassen Nederlander en selecteer wederom 'at random' uit dat twaalftal die man of vrouw die dan de ceremonieel leider wordt van Nederland.

Ook een belangrijke vraag is: hoe slopen we zo goedkoop mogelijk dat hele koninklijk huis? Laten verzuipen misschien? Nee, dat hoeft nou ook weer niet.

Er zal al met al nog flink wat denk- en regelwerk verricht moeten worden, maar dat het instituut 'koning' niet veel toekomst meer heeft, moge duidelijk zijn. Onze gedachten zullen, in dit verband, meer en meer in de richting moeten gaan van een soort uitgeklede Prins Carnaval. 

woensdag 17 december 2025

GEEN GEZEIK IEDEREEN RIJK.

Neem nou bijvoorbeeld eens ‘koffie’: een pak van een pond, betaal ik bij de super acht euro voor. Een jaar geleden was het nog maar vier euro.

Dan: ‘een pilsie’: in de bios, het theater of gewoon in de kroeg: ‘dat wordt dan: 4,20 euro meneer’, olijkt de barkeeper. Een jaar eerder was 't  2,80 euro.’ 

Ik ben er nu echt klaar mee dat ik, met alleen die aow, precies hetzelfde als de superrijken moet neertellen voor koffie, bier, brood, kaas, benzine ... en ga zo maar door ... voor alles eigenlijk. ja, voor alles eigenlijk. 

Onze linkse politici moeten echt uit en ander vaatje gaan tappen. Want zoals het nu gaat schiet het niet op. Na elke verkiezing wordt links kleiner. Waarom? Links maakt zich voornamelijk druk over asielzoekers, woningnood, euthanasie, lhbti. Hartstikke belangrijk allemaal. Daar moet links zich in blijven vastbijten. 

Maar ... daarmee haal je als links de stemmen van de minima niet mee binnen. Kijk eens goed naar het uitgavenplaatje van arm en (stinkend) rijk.

De dagelijks noodzakelijke uitgaven van de minima zijn vrijwel net zo hoog als die van de miljardairs. Vertoon dat eens luid en duidelijk op de (sociale) media. Daar moet rigoureus iets veranderen. Grofweg: maak alles voor de superijken superduur. Tien tot honderd maal. Geef de minima 90% korting op luxueuze uitgaven. De rijke pikken betalen maar het volle pond. 

Nivelleren noem ik dat: onder het motto: 'Geen gezeik, iedereen rijk. 'Wanneer ik als minima te hard rijd, dan krijg ik een bon van 100 euro. Als een superrijke dame, met een paar miljoen op de bank zoiets doet krijgt zij ook een boete van 100 euro. Dat moet dus anders. Want 100 voelt ze niet! Geef d'r een bon van 1000.

Wat die koffie en bier van eerder in dit verhaal betreft: maak een pak koffie voor de rijken 80 euro en  laat ze voor een pilsje 50 euro dokken.

Een roman van pakweg 500 bladzijden: voor minima: 5 euro; voor rijk 50 euro.                   Reken rijkelui vele malen ook meer accijns aan de pomp en geef de minima daar elektrische auto’s van.                                                                                      

Drie weken vakantie naar de Algarve voor rijk 10.000 euro; voor minima 1000 euro. Dat klinkt raar en oneerlijk. Maar er zit geld zat bij die vermogenden. Ze kunnen het makkelijk missen..

Deze, ik noem het maar even 'weeldeheffing', wordt in het ‘Geen gezeik Iedereen rijk’-fonds gestort. Noodzakelijke uitgaven van algemeen en individueel belang moeten daaruit betaald worden. 

Een dergelijke koerswijziging is nogal ingrijpend en zal niet van de ene op de andere dag gerealiseerd kunnen worden. Maar laat ons nu eens gek doen en hier als Nederland gewoon mee starten. De rest van de wereld komt ons, misschien nog wel sneller dan we denken, achterna.  

 


De uitdrukking 'Geen gezeik iedereen rijk' is van van Kooten en de Bie.


maandag 15 december 2025

NAGTEGAAL.

Ik loop nu al ruim anderhalf jaar niet meer mee met de wandelclub van Sonja. Ik denk daaraan, omdat ik vandaag, maandag, door het Kralingse Bos wandel. We wandelden hier vaak. Als ik het me nog goed herinner waren we met zijn tienen. De namen weet ik niet meer zo precies … o, ik ben tegenwoordig zo slecht in namen!!. Sonja natuurlijk, 


Rob, twee Carla’s, Trudie, Janny, Debby, Irene … nou zeg, laat mijn geheugen me nu al in de steek. Nu ik dit schrijf bedenk ik me: ‘Zouden ze allemaal nog leven? Ja, sorry, ik hoop natuurlijk van wel, maar voor het zelfde geld is er één, of zijn er meerderen tussenuit geknepen. We waren immers niet meer zo piep. Een end in de zeventig zeker. M
ij zullen ze daarover niks laten weten. Da’s nogal logisch. Ik ben al zo'n tijd uit beeld. Met mij gaat het overigens goed, hoor. 

Ik loop langs het hertenkamp, met die lieve, kleine reetjes. Toen ik nog meewandelde gaf ik die hertjes altijd een lekker plukje groen van buiten hun weide. Dat vonden ze wel wat.

Het is circa half vier dat ik daar loop. Ik kan nauwelijks de verleiding weerstaan om de Nagtegaal binnen te wippen. Voor een lekker pilsje. Ik was in de wandelgroep de enige bierdrinker. De dames namen meestal koffie of thee. Meestal gingen we op het eind van de wandeling daar bij die Nagtegaal gezellig zitten drinken en praten over koetjes en kalfjes. Leuke fotootjes heb ik er nog van.

Neen, vandaag nog geen biertje. Ik ben deze maandagmiddag nog maar net aan het begin van mijn wandelingetje.

Misschien kom ik de wandelgroep straks wel tegen. Zou ik best grappig vinden … maar tegelijk ook wel een beetje spannend. Want zo leuk heb ik de groep destijds niet verlaten. Sonja wou me nog bij de politie aangeven … en ik weet bij god niet meer waarom.

Maar, alle gekheid op een stokje, ik zou het leuk vinden om de groep weer eens terug te zien. Hebben we niet jarenlang gezellig samen gewandeld en gebabbeld?!

 Nou dan! 

zondag 14 december 2025

STONESTONG

Oorspronkelijk zou ik gisteren naar Deventer zijn gegaan. Voor de Dickensdagen.  Dat moet immers zo leuk wezen.  Ik zou trouwens alleen maar zaterdag gaan, omdat ik de zondag weer wat anders had.

Maar om bij het begin te beginnen: door die ellende rond mijn ‘zonneschadekop’ had ik een lichaamstemperatuur van 32,1 met de bijbehorende koppijn en futloosheid. Ik zou met vriend B gaan, die heeft een auto. Ik moest hem afzeggen. Zaterdag om half negen zouden we naar Deventer rijden.  Ik zag mezelf niet twintig uur in een auto zitten en ook nog uren in de rij staan voor die Dickens gein.

Voor de gezelligheid nodig ik B. die zaterdagmiddag bij me thuis uit om wat te drinken. We hadden nu toch niks te doen. Vriendin M. had er ook graag bij gezeten maar dat zag ik helemaal niet zitten. Ze zit de laatste tijd al een beetje te veel naar me zin, met haar neus overal boven op …  en ook zònder M. kan het gezellig wezen, toch?

B. had twee bananenbiertjes meegenomen. Heel bijzonder, in België (Mechelen)gebrouwen bier met een iets te zoetig kunstmatig bananensmaakje.

B. is een smulpaap eerste klas. Dat is hem ook aan te zien met zijn pakweg 140 kilo. Als extraatje, om het Deventerleed een beetje te doen vergeten, had ik een lekker kippenbouillonnetje gemaakt, met stokbrood en kruidenboter. Daar zal hij niet veel van aankomen.

Zondag stond Undercover, een coverband van de Stones op het menu. Die speelde in Capelle, vlakbij me huis. Ik was nog steeds zo beroerd als een blind paard. Maar zo dicht bij huis, uurtje lopen, moest het lukken. Ik zou daar af kunnen haken als ik geen puf meer had.

M. was ook mee. Was al maanden terug afgesproken. Wist ik veel dat ik ondertussen kennis zou krijgen aan Martha. Via Klup. Ja, okee, Marha is 74 en M. 54 . So what?! Martha is nog best ‘een lekker wijf’ M. zal er best wel wat van gemerkt hebben. Er ontgaat haar niets. Dat tussen Martha en mij natuurlijk ook niet.                                                                        

Ik had  M. nog een groot plezier gedaan met een splinternieuw zwart-t-shirt met dat bekende Stoneslogo te geven. Ze was zo trots als een aapje met dat shirt. Een van de bezoekers zei tegen haar dat die tong op dat shirt hem bekend voorkwam. Nou, dat soort opmerkingen, daar lust M. wel pap van.

De Rolling Stones Undercover middag (2 tot 6) Was een heerlijk feest. Bij het intro van het laatste nummer: ‘Like a rolling stone’ kon ik het niet droog houden.

’Doe niet zo gek, joh!’ porde  M. me.

Toen moesten we nog zeker een uur naar huis lopen.

In het donker. De zon kon geen kwaad doen.



vrijdag 12 december 2025

DIEPGEVROREN KOUSENBAND.

Mijn Efudex, de kutzalf die mijn door zonneschade aangetaste hoofdhuid sloopt, om die vervolgens weer te helen, is bijna op. Ik moet nieuwe bestellen want ik moet nog tien dagen smeren.

De hele dag loop ik te rillen. Heb pijn en jeuk aan mijn kop. Het is 19 graden in huis en ik loop met een winterjas aan. Als ik dan op mijn splinternieuwe oorthermometer zie dat mijn lichaamstemperatuur gedaald is naar 32,4 graden, denk ik dat het geen gek idee is om mijn dermatoloog te bellen. Ik word razendsnel teruggebeld door de assistente en om vijf voor vijf vanmiddag mag ik 'al' even langs komen.  

De dokter is aan een uitlooptijd bezig van drie kwartier.  Ik ben precies op tijd dus ik zit zeker tot zo'n uur of zes in mijn tergend ongemak. 

Tegen zessen ben ik aan de beurt. De dokter ziet wat er aan de hand is. Smeren hoeft niet meer. Geen nieuw k-zalf tube meer nodig dus. De zalf heeft zijn vernietigende werk gedaan. Dat ik zo’n lage temperatuur heb verbaast de dokter niet. De zalf trekt alle   warmte naar mijn hoofd zodat mijn lijf afkoelt. Logisch. Ja, eigenlijk wel, nu hij het zo zegt. 

De arts, een mooie vriendelijke man, geeft me antibiotica ter herstel van de verwoestingen. Tegen de pijn en jeuk op mijn schedel raadt hij me aan om met een zak diepgevroren doperwten op mijn kop te gaan lopen (of gaan zitten mag van hem ook). 

Die avond eet ik bij buurvrouw, mss M. Had ik beter niet kunnen doen. Voel me klote. Eten was lekker: zalm en gegratineerde aardappels. Ik maak zelf een toetje. Ook goed binnen te houden (alleen weinig).   Smoothy met framboos, druif, aardbei en kwark. Mss M. heeft helaas geen diep gevroren erwten in een zak maar wel bevroren, klein gesneden kousenband. Dat doet het op mijn schedel net zo goed. 

Ondanks de fijne muziek die mss M. speciaal voor mij in een ‘playlist’ had gezet en afspeelt kom ik maar niet in mijn  gewone doen. Om half tien houd ik het voor gezien. Ga naar me eigen huis. Douchen. Zó lekker, dat spetterende water op die jeukende kop! 

Ik schrijf nog even een verhaaltje af. Duik mijn bed in en val vervolgens niet in slaap De hele nacht niet. Ook niet met slaappillen. 

Shit!

woensdag 10 december 2025

KOUWE KOORTS.

‘Schrijft die gast nou alweer over die ‘zonneschade’? 

Ja dus, want ik kan domweg nergens anders aan denken. Ik voel een pijnlijke branderigheid op mijn korstenkop. Ik slaap er niet van. Vannacht om half vier lag ik nog wakker. Ik droomde dat ik stierf van de jeuk en dat ik met mijn kussen met turbo snelheid ruw over mijn schedel rausde. Het hielp. Ik bleef in slaap. Toen ik om acht uur wakker werd zag ik bloedsporen op mijn kussen .

Geen mens die op zo'n verhaal zit te wachten natuurlijk. Ja, mijn een na oudste zus misschien of mss E. die me altijd stiekem zit te lezen. Maar ik kan domweg niks anders verzinnen. 

Ik voel dat ik koorts heb. Kouwe koorts. De rillingen lopen constant over mijn rug. Ik weet het alleen niet zeker van die koorts. Ik heb geen thermometer.

Altijd, altijd, altijd heb ik paracetamol in huis en juist vandaag … ik app buurvrouw mss M. ... pas na vijf minuten reageert ze .... mevrouw stond te douchen ... ik 'ken' die pillen bij haar op komen halen. Ze verzachten de pijn wat. Godzijdank.

Als mss M's kindertjes koorts hadden gebruikte ze haar lippen als thermometer. Die zette ze  dan zachtjes over hun halsslagadertje. Feilloos nauwkeurig, altijd. Ik bewoog mijn hals wat naar haar lippen maar dat negeerde ze. (Dat ik  in deze toestand nog lollig kon wezen, daar kan ik niet bij!). 

Ik sleep me naar Kruidvat voor een oorthermometer. 26 euro. Ik heb 34,8 graden koorts. Nog net geen euro per graad! De rillingen blijven. Maar dat komt misschien ook omdat ik de balkondeur heb openstaan en de thermostaat in huis op 15 staat. Die zet ik nu meteen op 19.

Op weg van Kruidvat liep ik Ina van het smartlappenkoor tegen het lijf. De originele Crooswijkse keek me aan en spreekt de voor mij onvergetelijke woorden: 

‘Zo Jos! Jij gebruikt zeker die nucleaire teringzalf! Ja dat spul kent ik goed, want een paar jaar terug had ik van die zonnevlekken op me tieten. Die zagen er toen met die kutzalf net zo schurfterig uit als die kop van jou. Sterkte d'r mee, jongen!'.'


maandag 8 december 2025

NAAR DE KAPPER

In het komend weekend wil ik chili con carne gaan maken. Ik verklap geen geheim als ik hier opsom dat je voor die maaltijd minimaal wat boter of olie, gehakt, uien, paprika’s, tomaten, bruine bonen en Spaanse pepers nodig hebt. Alle ingrediënten voor dat gerecht heb ik inmiddels bij de Turkse groentekraam op de markt gekocht. Alleen die Spaanse pepers, (de ‘chili’ in de naam van het gerecht) heb ik nog niet gescoord. Die Turk had alleen maar Turkse pepers. Heel lekker. Ik ga er alleen scheermesjes van schijten.  Koop een toch half pondje. Voor de zekerheid.

Ik ga nu naar een Hollandse groentekraam. Ik koop daar altijd fruit, van prima kwaliteit. Alleen veel te duur. Maar dat ligt ook aan mezelf, want ik ben altijd vroeg en op de markt is het: hoe vroeger hoe duurder. Vorige week kocht ik om kwart voor vier een kilo aardbeien voor 1,50 euro. Vandaag betaal ik  daar om half tien vijf euro voor.   

Naast mij staat een dame van naar schatting 73 jaar haar zojuist gekochte mandarijnen in haar al veel te volle tasje te proppen. Dat tasje hangt aan het stuur van het wandelwagentje, waar haar bejaarde Jack Russel zit te bibberen alsof zijn laatste uurtje geslagen heeft. 

'Aanstelleritis!' zegt zijn vrouwtje.

Ik vraag nog aan haar of ie niet koud kan hebben, want het vachtje van de Jack Russels met die kleine dunne haartjes, geeft toch niet echt veel warmte.

'Rudolf is gewoon een aansteller! Hier op de markt brengt hij zijn diep meelij wekkende biberitis-show. Zodra we straks thuis zijn is hij ineens weer de grote meneer die mijn lieve kleine cypertje alle hoeken van de kamer laat zien. 

'Klaar Rudolf!! Ik ben helemaal klaar met je!

Rudolf kruipt gedwee onder het afdekzeiltje van de wandelwagen. 

'Zohoo, je mag onderhand wel eens naar de kapper gaan'. 

Wij voelen ons alle twee aangesproken door een achter langs passerende kerel. Na zijn woorden beende hij strak door. 

De dame naast me is verbolgen. Waar bemoeit die lul zich mee? 'Ik bepaal zelf wel òf en wanneer ik naar de kapper ga'. 

De man die de kapper-uitspraak deed is Cas, mijn buurman. Hij vindt het leuk om verwarring te stichten maar ik weet: hij doelde op mij en mijn iets te lange grijze lokken.

zaterdag 6 december 2025

IK MAG DAAR BIJNA ALLES ... ... ...

Er gaan jaren voorbij dat ze me daar niet zien. Maar deze dagen ben ik er weer kind aan huis. Het IJsselland-ziekenhuis. Waarom? Zonneschade!

Ik ga het nu niet hebben over de medische behandeling. Dat deed ik eergisteren al. Nee, mij gaat het nu om de ultieme tolerantie van het IJsselland jegens de patiënt..

    Ik mag mijn fiets, om te beginnen in de fietsenstalling plaatsen.

-        Ik mag mijn identiteitsbewijs in de afsprakenautomaat deponeren.

-        Ik mag plaats nemen in de wachtkamer.

-        Ik mag, als ik een seintje krijg de behandelkamer in.

-        Ik mag de deur van de behandelkamer achter me dicht doen.

Ik mag (geheel onverwachts) al mijn kleren uit doen behalve mijn onderbroek. Als ik geweten had dat dat moest, dan had ik een lekker luchie op gedaan en schone sokken aangetrokken,. Die ik moet uittrekken stinken een uur in de wind. Ik ben meteen zò de kluts kwijt dat ik toch, mijn ook niet bepaald okselfrisse onderbroek uittrek. Dan komt de dokter binnen. Zij schrikt zich een hoedje van mijn algehele blootheid.

-        Ik mag van haar mijn onderbroek weer aandoen.

-        Ik mag dan plaats nemen op de behandeltafel.

-        Ik mag de komende vier weken een zalfje smeren.

-        Ik mag over vier maanden terugkomen.

-        Ik mag me weer gaan aankleden.

-        Ik mag de deur achter me dichtdoen als weg ga.

-        Ik mag weer op mijn fiets stappen.

-        Ik mag bij de apotheek mijn zalf ophalen.

 

Het is een hele verademing die dat tolerante. Het is alleen zo in tegenspraak met hoe het bij mij thuis gaat. Zodra ik een voet in mijn huis zet moet ik van alles. Mijn innerlijke stem zet mij daartoe aan. 

               Doe de afwas

               Was de ramen.

               Zuig de kamer,

               Ga nu dweilen

-                   Snoei de planten

-                   Schil de aardappels.

               Zet het afval buiten.

               Maak je bed op.

-                   Was je sokken

               Ga je douchen

 

Hier in mijn eigen omgeving heb ik geen keus. Mij wordt afgebeuld en opgejaagd in de schaarse tijd die resteert na mijn arbeidsintensieve hobby’s.

Neen, wat een warm bad, is daarmee vergeleken het tolerante gedogen in mijn IJsselland.

donderdag 4 december 2025

MELANOMEN.

Toen ik tien jaar geleden grote paarsrode vlekken kreeg op mijn hoofd (schedel en gezicht), vond ik dat lastig maar meer ook niet Een zalfje smeren en hupsakee, weg ermee. Mensen in mijn omgeving, familie, buren, die me er mee zagen lopen, reageerden echter zonder uitzondering zorgelijk. Die mensen wisten toen blijkbaar al meer dan ik.

De huidarts stelde de diagnose: ‘melanomen’ en dat was kanker, huidkanker. Toen begreep ik ook waarom mijn huidarts me probeerde gerust te stellen met de woorden ‘het is niet zo erg hoor, bij u’. 'Nou, dat valt dan weer mee,' dacht ik een paar dagen later. 'Kanker die wel mee valt, dat is nog eens een meevallertje. 

De huidarts gaf me tube mee naar huis met zalf die ik op die plekken moest smeren, vier weken lang.  Vervolgens liet ze me foto’s van mensenhoofden zien, die die zalf een, twee, drie en vier weken gebruikt hadden. Het was niet om aan te zien. Het waren stuk voor stuk en in toenemende mate schurftige korstenkoppen. Naast mensen met zulke koppen wil je niet zitten, liggen, lopen, zwemmen kortom niet gesignaleerd worden.

‘Maar’… zei de huidarts: ’na vier weken is het gedaan met het smeren. Dan vallen de korsten er af en is het foetsie met de jeuk en de branderigheid en wordt u langzamerhand weer de oude. Dat klopte ook. Het heelde allemaal keurig. 

Inmiddels zijn we tien jaar verder en ben ik alweer 14 dagen aan het smeren. De verschijnselen zijn precies het zelfde. Zowel de kwaal als de remedie. Ik loop nu weer met een misselijkmakende kop rond. Vergeleken met tien jaar terug is de malheur nog groter. Destijds liep ik constant met een gladde kale kop rond. Nu heb ik haar waaronder die aangetaste huid zit. Scheren durf ik die huid niet. Smeren moet daar natuurlijk wel twee keer per dag. Niet alleen de plekken worden plakkerig moddervetvet, ook die plukken haar. Twee keer per dag moeten ook de klitten weer uit mijn haar worden gekamd. Vette grijze dotten haar met mijn hand uit het kammetje schuiven en in het afvalbakje laten dwarrelen.

‘Waarom zet je geen pet op? vraagt een buurvrouw, alsof ze het tegen een vies beest heeft.

‘Mijn hoofd mag nooit bedekt worden, buurvrouw, behalve als de zon schijnt. U zult het een paar weken met dit onsmakelijke koppie moeten doen of een andere kant op moeten kijken.’

Gelukkig voel ik me niet zo terminaal als tien jaar terug. Ik had melanomen en dat was kanker. Okee. Weliswaar niet zo erg. Maar toch. Nu heeft dit alles helemaal niks meer met kanker te maken. Het zijn geen melanomen meer, het is geen huidkanker. Neen, het klinkt tegenwoordig een stuk vrolijker, het voelt ook iets beter. De huidarts gaf me diagnose 'zonneschade'!


dinsdag 2 december 2025

RATTEN.

Het is al bijna winter maar de herfst heeft nog niet rigoureus huisgehouden in de plantenwereld op het schoolplein waar ik op uitkijk. Een uitgebreid palet van bladerenkleuren maakt het nog onmogelijk om de voedingsbodem van de struiken waar te nemen. Het (on)gedierte dat daar woont of zo af en toe eens gezellig rondwipt, racet  of landt, ter bevrediging van de eetlust, kan onbespied zijn gang gaan.

Vanuit mijn keukenraam zie ik ze de struiken invliegen: de roeken (altijd met zijn tweeën), de kraaien, de merels , de leeuweriken, de roodborstjes, de winterkoninkjes, de spreeuwen, de mussen, de vinken, en nog veel meer. Ik zag kort geleden nog een spechten echtpaar Maar dat stel bleef hoog op een dunne boomstam met uitzicht op het struikgewas zitten roffelen. En die meeuwen, die vreselijke meeuwen. Ze cirkelen in een klein groepje rond boven de struiken. Zo af en toe maken ze een duikvlucht en vlak boven de struiken vliegen ze weer opwaarts. Tenzij een meeuw een vuilnisbakzak met visafval de struiken in gesleurd heeft. Dan duiken die meeuwen dieper door, praktisch tot op de bodem. Een van hen scoort in de viszak, vliegt met zijn vangst, vliegensvlug weg, terwijl zijn stikjaloers kreisende maatjes hem zijn vangst ‘afbekkig’ proberen te maken. Binnen de kortste tijd zijn de vechtersbazen uit zicht; hun gekreis is nog even hoorbaar.

 

ik kan me niet herinneren dat ik ooit een merel zonder een dikke worm in zijn bek uit het gebladerte heb zien opvliegen. De wormenpopulatie daar in die bodem moet wel in de miljarden lopen. Merels hoeven niet bang te zijn van de honger om te komen.

In de tijd dat ik een volkstuin had, verzamelde ik gft-afval in een compostbak. Eens per jaar gebuikte ik het gecomposteerd afval als mest voor de tuin. De eerste keer dat ik dat deed verbaasde ik me enorm over de gigantische hoeveelheid wormen in die compostbak. Een verrijking van de grond en heerlijk eten voor vrijwel alle vogels.

 

Maar ach, arme wormen. Zouden ze pijn hebben? ls doorgeknipt worden door  een hard en meedogenloos hakkende snavel pijnlijk voor de worm? 

Het voetpad langs de bosjes leidt naar de basisschool. Menigmaal lozen kinderen daar de inhoud van hun lunchpakketjes. Toedeledokie. Dat is spekkie voor hun bekkie. Voor die ratten bedoel ik. Vanuit hun observatiecentrum onder een geparkeerde personenauto, zien die ratten wat voor lekkers  hun daar voorgeschoteld wordt. Zodra de kinderen weg zijn, racen de ratten onder de auto vandaan over het trottoir om hun 12-uurje op te peuzelen.

Dan flitst op topsnelheid een zwartwit gevlekte kat onder de struiken vandaan met een grote bruine rat in zijn bek. Het was me ontgaan dat die kat onder de struiken gekropen was … of misschien zat hij daar al lange tijd zijn kans af te wachten.. 

zondag 30 november 2025

DIERBAREN.

Zaterdag 29 november was een onvergetelijke dag voor mij. Ik vierde met mijn ‘dierbaren’ mijn 75e verjaardag. We lunchten in Hotel New York en we genoten in het Nieuwe Luxortheater van de musical West Side Story. Het geheel speelde zich af zo tussen half twaalf en half zes. In de middaguurtjes dus vooral.

De genodigden waren mijn zonen Freek en Ralf, schoondochter Sarah, mijn ex Winny, Vriend Kees, Vriend Carlos, Vriendin Manuela, Zussen Lidy en Manda, broers Herman, Ron en Marco, zwager Joop, schoonzussen Loes, Nel en Petra.

Deze dag begon al vroeg, Ik moest mijn jongste broertje Marco (55) ophalen. Marco is een mongooltje. Half twaalf zou hij door de taxi worden afgezet vòòr Hotel New York, was de afspraak die ik maakte met de verzorging van Marco in Zwammerdam. Ik wilde voorkomen dat mijn broertje, die nauwelijks zelfredzaam is, alléén voor de deur van Hotel New York zou komen te staan. Toen ik daar tegen half twaalf aankwam lopen zag ik dat mijn oudste broer Herman (62)  en zijn vrouw Petra (?) zich al ontfermd hadden over Marco. Ontspannen kuierden ze gedrieën over de nabij gelegen cruiseterminal. Herman dacht er kennelijk niet op te kunnen vertrouwen, dat ik tijdig aanwezig zou zijn om ons broertje  op te vangen.

 Voor de terugreis van Marco (van Rotterdam naar zijn huis Zwammerdam) had ik ook, in overleg met zijn verzorging, een taxi geregeld, om 5 uur, meteen na afloop van de voorstelling. Doch toen puntje bij paaltje kwam vernam ik van Herman (en Petra) dat zij Marco zouden meenemen naar hun huis in Westmaas. Ik nam toen gelijk maar aan dat de taxi naar Zwammerdam gecancelled was.

 Ik neem mijn petje af voor de goede zorgen van Herman en Petra voor Marco, deze middag.

 Ik vind het alleen niet zo zorgvuldig, dat ik van de veranderde afspraken met betrekking tot Marco’s vervoer naar Rotterdam en weer terug naar Zwammerdam, niet tijdig op de hoogte ben gesteld. Noch door ‘Zwammerdam’ noch door ‘Westmaas’.

 Verder eigenlijk alleen maar positief. De lunch in Hotel New York was heerlijk. ‘Er zijn er twee jarig’ werd gezongen en ik kreeg veel geld cadeau: bijna 300 euro! Met dat geld ga ik tickets kopen voor de ‘Doe maar’-musical in Leusden..

Over de West Side Story heb ik alleen maar enthousiaste geluiden gehoord. Dat deed mij deugd!

Het was ook fijn om iedereen weer eens te zien.

Voor herhaling vatbaar … op mijn tachtigste.

vrijdag 28 november 2025

MAG DAT?

 Ach ja, mooie vrouwen. Ik ben geen twintig meer. Het is tijd om me koest te houden. Lezen, televisie kijken, wandelen en … zoals ik hier en nu doe: letters aaneen rijgen.

Schrijven mag ik over:

hoe ik geniet van een mooie opera, waarin prachtige aria’s worden gezongen door internationaal gerenommeerde sopranen en tenoren. Hoe het publiek op de stoeltjes gaat staan juichen en om meer vraagt.

Over de hoge snelheden die  jong en oud op hun elektrische fietsen proberen te scoren. Ik zet er wat over op papier. Waarom niet? De dertiger die met zijn fat-bike vijftig rijdt en de tachtiger die net zo makkelijk de veertig haalt. Veel te hard en al heel vaak dodelijk. Mag ik toch noteren? Nietwaar?

Over de papegaai als huisdier. Kan ik, mag ik rustig rapporteren dat dat moeilijkheden geven zal. Deze vogel is een groepsdier en wordt lawaaierig als hij alleen in een  kooi zit.. Kan een hele dag hinderlijk kreisen, zelfs al wordt hij in een kartonnen doos gestopt. Ook uw buren kunnen dan niet zonder gehoorbeschermers.

Dat ik allergisch ben voor ultra-rechts, die vermaledijde PVV, daar wil ik over schrijven en dat mag ook allemaal en dat doe ik ook. Die fascisten, rascisten, die willen dat Nederlanders voor de Nederlanders blijft. Als je als buitenlander honger hebt of met de dood wordt bedreigt, laten ze je gewoon stikken.

Ik mag beschrijven hoe heerlijk het in mijn keuken ruikt als ik balletjes gehakt met knoflook en ui aan het braden ben. En hoe de buurvrouw verrukt op mijn keukenraam tikt en zegt hoe lekker ze mijn ballen vindt ruiken. (Sic)

Ik weet er niet veel vanaf. Toch zal ik er zo af en toe wat over schrijven. Klimaatverandering. Insecten, planten, dieren sterven uit. Het wordt steeds droger hier. Het ijs op de polen smelt. Hoe lang kan ik nog op 4e wonen?

Maar wat ik als 74 jarige man beslist niet in mijn hoofd moet halen is stukjes schrijven over mijn intiemste verlangens, over liefde, warmte, tederheid. Maar ook over botte geilheid, lust, wilde masturbatie-fantasieën. Niemand hoeft het te lezen. Niemand zal het willen lezen. Ik schijf het alleen maar voor mezelf .

Een stukje schrijf ik met het woord ‘beffen’: Niemand wil het lezen. Het aantal lezers daalt meteen van 969 naar 0.

Ik ben blij dat ik morgen 75 ben.

woensdag 26 november 2025

SPREKEND SONJA.

Ik mocht één verhaal voorlezen ´Een dagje aan het strand.´ Daarna bleven mijn broer Herman en ik aan een tafeltje de biertjes op staan drinken die ik voor het  voorlezen had gekregen. Herman kende in die soos veel mensen. Ik niemand. Was daar voor het eerst.

Behalve Lucy, dan, de presentatrice van de voorleesavond. Ze kwam  na mijn voorlezen nog even naar me toe. Lucy was twee druppels water Sonja, de vrouw op wie ik heimelijk verliefd was. Nog steeds eigenlijk, ondanks haar extreem rechtse sympathieën … tsja … onbegrijpelijk, eigenlijk ...


´Mooi verhaal dat je voorlas,’ zei ze. Ze droeg ivm de naderende verkiezingen een D66 shirt. Dus dat zat wel goed.

‘, Ja, ik word tegenwoordig steeds meer gevraagd, leuk hoor.´ zei ik.

Lucy glimlachte.

‘Wil je haar aan me voorstellen?’ vroeg Herman

‘Lucy, dit is mijn broer Herman, Herman dit is Lucy de presentatrice van vanavond.

Ze gaven elkaar een hand, Herman glimlachte en keek haar in de ogen toen hij haar vroeg of ze studeerde.

Ze stonden een tijdje met elkaar te praten. Zij hadden meer met elkaar gemeen dan zij en ik, vond ik.

Lucy liep snel terug naar haar vriendinnengroepje. Herman nam een grote slok, zette het glas op tafel en zei dat ze verdomd mooi was, die Lucy.

´Jaha.´

Ik keek haar kant op, ze stond met iemand te praten, maar keek net op dat moment op, ze keek me aan en glimlachte.

Herman had het over allerlei baantjes waar hij op gesolliciteerd had en hoe moeilijk het was om ergens binnen te komen als je geen contacten had, misschien, dacht hij, had hij een fout gemaakt door eerst zijn studie af te maken en dan pas werk te gaan zoeken.

´Dat heb jij wel gedaan´, zei Herman en je hebt nu een goede baan bij de media.

Nou, goed, goed, veel levert het niet op hoor,´ zei ik.

Mijn blik kruiste die van Lucy weer. Ze glimlachte van de andere kant van de zaal naar me en ik glimlachte terug. Herman merkte er niks van.

Als jij zo doorgaat heb je binnenkort een superbaan!´ zei Herman.

´Het komt wel goed,´ zei ik glimlachend, ik voelde me zo licht. Elke keer als ik in haar richting keek, had ik de kriebels in mijn buik. Het leek wel of ze een zesde zintuig had, want hoe druk ze ook in een gesprek verwikkeld was, ze keek telkens op als ik haar kant op keek. De mensen met wie we praatten, merkten er niets van. Ook Herman merkte niets. Het was alsof we samen een geheim deelden.

Waar zit je om te lachen,´ vroeg Herman.

´Niks bijzonders´, zei ik. ´Ben gewoon in een goede bui. Het ging toch lekker met voorlezen?´





zaterdag 22 november 2025

CARIBISCHE MIDDAG.

Drie weken na de Spaanse middag kwam de Caribische middag. Dat Spaans buffet was vurrukkelijk en kostte 14.50 euro. Met Anthony, die ik net had leren kennen, had ik gezellig aan een tafeltje zitten eten en praten. We liepen, nog steeds vrolijk babbelend daar die tent uit. Pas toen ik wat later thuis zat, realiseerde ik me  dat ik wat vergeten was: te betalen!

De baas van de keuken daar, overgiet mij met complimenten als ik vanmiddag alsnog kom  betalen.. Dat doet mij deugd. Overigens: wat Anthony heeft gedaan? Geen idee? Niet meer gezien. 

Deze middag treedt zanger/entertainer WaWa, een Haïtiaan, voor ons op. Weinig Haïtiaans overigens, want deze WaWa vertolkt keurig gepolijste Engelse liedjes. Alleen aan het slot van zijn één uur durend optreden brengt hij samen met het hoogbejaarde publiek een liedje en een dansje geïnspireerd door zijn Noord-Amerikaanse roots. Helaas kan ik zelf niet meedansen, omdat ik door een val geblesseerd ben aan mijn knieën en borstkast. Jammer want ik doe graag aan dergelijke dingen mee.

Ik leer deze maandagmiddag een gezellige vrouw kennen met Indisch/Spaans bloed. Linda heet ze. Ze werkt in een Spaans restaurant in Leiden. Niet alleen in de bediening. Ze zingt daar ook. Dat is eigenlijk haar beroep, zegt ze. Zangeres. Ze zong enkele jaren professioneel in Mexico. Ze is nog niet zo hoogbejaard, als de rest van het publiek: 62 pas. Omdat ze ook in het weekend moet werken, zoekt ze haar vertier op zo'n dag als deze; hier dus. En als er gezongen moet worden steekt ze als eerste haar vinger op en gaat ze er voor. Bij het Spaans buffet had ze al staan zingen en nu vanmiddag ook weer. Best goed ook.

Het Caribisch buffet vind ik lekker. Andere eters aan mijn tafel waren niet zo enthousiast. Een veel te dikke vrouw uit Alblasserdam, wafel walgelijk, en beslist niet alleen omdat ze zo dik is, vindt, dat zij ons hier een smaakvoller buffet voor had gezet. Volgens haar zijn nauwelijks kruiden gebruikt. Kortom: een flauwe hap! Haar vingers, zijn dikker en korter dan gangbaar. Kippenpoten kluiven gaat daardoor bij haar zo, dat haar worstvingertjes en petieterige handpalmen onder een laagje kippenvet komen te zitten. Ook rondom haar mond druipt volop vettigheid. Ondertussen kraakt ze ze ongegeneerd, met vette volle mond, dit 'smakeloze' buffet af. Haar afgekloven kippenbotjes legt ze dan ook nog eens veel te dicht bij mijn servetjes.

Een toetje is er niet, weet mijn dikke tafelgenote al. Ze is snel weg. Een medewerkster van het restaurant komt gelijk al opruimen en pakt met haar blote handen de afgekloven botjes en laat die in een afvalzakje glijden. Daar moet ik even Caribisch van  kokhalzen.

 

donderdag 20 november 2025

SPAANS BUFFET

Andreas, de man met wie ik aan tafel zat, vroeg of ik wat van hem wilde drinken.

‘Tonic,’ zei ik, met iets te veel nadruk.

We hebben een Spaanse middag. De kantine zit vol 70’ers en 80’ers. We genieten eerst van een optreden van een Spaanse zangeres, begeleid door een uitmuntende jonge gitarist. Artiestenbureau Fratsen had die geregeld. Fratsen werkt met beginnende artiesten, doorgaans leerlingen van Kunsthogeschool Codart.

Na de Spaanse cultuur krijgen we een lesje 'sangria’ maken. In een miniem glaasje met een veel te kort rietje moeten we het drankje maken. Natuurlijk lukt dat. Leuk en nog lekker ook.

Dan Spaans culinair: een buffet met paella, tortilla, een groententroepje, en chorizo (in balletjes en in plakjes). Er is zó veel eten gemaakt, dat mij, al opscheppend, de tranen in de ogen schieten om de grote hoeveelheden heerlijks, die straks door de wc moeten worden gespoeld.

Ik zit dus met Andreas aan tafel. Hij is net als ik 70’er. We razen in sneltreinvaart door ons leven, zoals dat zo vaak gaat met mensen die elkaar net leren kennen. We praten over de verrechtsing in de wereld. Over 29 oktober, de komende verkiezingen. Soms heb ik het idee dat hij al te veel gelooft in complot-theorieën uit Rusland, Noord Korea, Afganistan, Iran en China. Die onwaarachtige verhalen uit die dictaturen laat ik gewoon langs me afglijden. 

Andreas is naar de film ‘Heldin’ geweest. Die moet ik ook zien, volgens hèm. Geweldige film over de zorg. De film is helaas in geen enkele bioscoop meer te zien. We kletsten mekaar figuurlijk de oren van het hoofd. (Andreas heeft enorme flaporen, nooit eerder zoiet gezien.).

We hadden veel gemeenschappelijke interesses. Vakbond, politieke partijen, tv-programma's, kunst, sport, ga zo maar door. Onophoudelijk delibererend verlaten we de locatie. Maar dan… verliezen wij de realiteit uit het oog. We lopen de locatie uit, zonder af te rekenen. Het is wel niet zó veel, 15 euro per persoon, maar toch! Ik kom er thuis pas achter. Ik neem me voor om morgen gelijk terug te gaan mijn de rekening te betalen.

Het is nu vier weken later als Fratsen in diezelfde locatie een Caribische middag organiseert. Lijkt me wel leuk. Maar ik heb nog steeds die Spaanse middag niet afgerekend. Ik weet niet zeker of ik vanmiddag ga, want dan krijg ik gelijk dat geouwehoer over de vorige keer. Moet ik voor twee keer betalen. Ben ik in een keer 30 euro armer. 

Ja, dahhag! 



 

dinsdag 18 november 2025

MANTELZORGER

Ria is niet meer de jongste (73). Maar wel vitaal. Nog geen half uurtje terug stond ze onder de douche te swingen op 'Good golly miss Molly' van Little Richard. Ja, dat doet ze gewoon.  

Ria zit met haar voeten op de salontafel thee te drinken. Schoteltje in haar rechterhand, kopje in haar linker. In trance heeft ze het over secondhandhops. ‘Ze gaan achteruit en worden ook alsmaar duurder.’

Peter zit ook om die salontafel. Tegen hem praat ze niet. Hij is vol ongeduld. Kan toch niet luisteren. Peter is haar mantelzorger, een 19 jarige slungel, met een puistenkop. 

Hoe dan ook, Ria wipt wat met haar bibs omhoog en trekt haar slipje uit, gooit dat zowat in het gezicht van die jongen, spreidt dan haar benen nog iets wijder uit op die tafel en zegt tegen Peter: ‘Beffen!’. Met frisse tegenzin beweegt de jongeman zijn lange bovenlichaam over het salontafeltje, gooit Ria's jurk  over zijn hoofd en gaat aan de slag.

Doch weldra moppert Rita: 'Stoppen, dat wordt niks' en ze duwt Peters hoofd ruw weg.

‘Wandelen nu! Ria houdt van nachtelijke wandelingen door onverlichte stadsparken. Dreiging is daar altijd aanwezig: van vereenzaamde daklozen, drugsverslaafden en potenrammers, die altijd wel iets vinden om te rammen. Pot of geen pot. Dat windt Ria op. 'Peter, meekomen!'

.Peter woont nog thuis bij zijn moeder en die vindt het maar niks dat hij bij die oude vrouw mantelt. Ze waarschuwt hem voor de rare kuren die ze soms ineens kan heeft.

 Peter zelf durft geen ‘neen’ te zeggen tegen Ria. Hij rookt in het donker veel meer dan anders. Zijn eigen saffies zijn al op. Ria geeft hem wat van haar eigen rokertjes, die hem kalmeren maar tegelijk ook bedwelmen.

Op deze ijzige herfstavond begeeft het stel zich naar het meer. Peter laat zich door haar naar het nabije water leiden, water, dat héél vaag door de maan wordt verlicht. Zij wijst hem waar ze heen gaan … naar  het kleine onbewoonde eiland daar midden op het meer. Ria gaat met haar kano. 'Zwemmen!' commandeert Ria, die onbekend is met Peters chronische zwemarmoede. 

Na vele meters waden door het ijzige water, zuigt het drijfzand de onderkoelde Peter naar onpeilbare diepten. Zijn akelige, nog door water gesmoorde kreet, is in de wijde omtrek hoorbaar: ‘Aaaahgwww' . 

Het ging ook Ria, nog maar net aangekomen op het eilandje, door merg en been.

 

zondag 16 november 2025

MEVROUW N.

Het is een bijzonder frisse novemberdag. Heb koude vingers. ben een beetje verkouden. Loopneus. Ga zo dadelijk naar Kino. Ja, ik durf het toch wel weer aan. Ik ga ook nu niet alleen. Dit keer met Mss R. Kijken naar de cinema-kaskraker uit 1985: Back to the future. Ik ben vanmorgen op internet aan het speuren naar een leuk filmpje voor deze zondagmiddag. Mijn oog viel toen op die titel. Mss R. vertelde me onlangs in geuren en kleuren wat een grandioos leuke film dat is. Nou, ten eerste had ik die Spielberg-film nog nooit gezien en ten tweede dacht ik ‘Kom, laat ik haar eens een lol doen.’

Maar beste lezer, denk nu niet dat het een uitgemaakte zaak is dat Mss R. spontaan zal uitroepen:

’Hé, ja Jos, wat een geweldig idee! Waar draait die? Hoe laat? En … ehm gaan we lopen of met de metro? Hoe laat zal ik bij jou wezen? Drie uur? Okee! Jahaa, ik neemt mijn Rotterdampas mee, die heb ik trouwens altijd bij me. Kino heb ik dit jaar nog niet gehad. Cinerama en   ehm …  LantarenVenster wel. Nou, ziet ik je zo, doehoei!’

Helaas, nee! Mss R. reageert meestal helemáál niet positief.

De dame met wie ik vanmiddag uit zal gaan noem ik in dit verhaaltje dan wel Mss R. maar in mijn gedachten is zij voornamelijk ‘mevrouw N(een)’.

Aanvankelijk kreeg ik op mijn voorstellen c.q. aanbiedingen steevast nul op het rekest.

Eindje fietsen? Nee, te warm, te koud, te winderig of te druk.

Vanavond bakkie doen en ‘n filmpje kijken bij mij thuis? Nee, nu niet, ik zit nú al in mijn pyjama. 

Lekkere stoofpeertjes, aalbessen? Nee, nu niet. Ik hebt net gegeten. Zit al helemaal vol.

Morgen naar de bios? Nee. Heel misschien volgende week woensdag. Ik spreekt niks meer af, want  er kan altijd iets tussen komen en ‘belofte maakt schuld’, zegt mijn vader altijd. Dat gaat niet gebeuren.

De laatste paar maanden echter loopt het ‘verkeer’ tussen Mss R en mij wat beter. Star afhouden maakt stukje bij beetje plaats voor soepeler spontaneïteit. Mevrouw N. zit nog wel ergens tussen haar oren maar waar precies weet ze gelukkig niet.

 Awel, om precies drie uur staat ze bij mij voor de deur.

‘I‘ll pick you up at three’ appte ze me.

Als Mss R. op de Engelse tour gaat heeft ze er zin in.

 Dat is me nu wel duidelijk.

 Die film was niet aan mij besteed.

‘Je hebt hem gewoon niet begrepen,’ dolt Mss R.

‘Fuck!’

Als ik op de Engelse tour ga, heb ik het juist niet naar mijn zin.

zaterdag 15 november 2025

FEUILLETON.

Wordt dit blog niet zo langzamerhand een soort feuilleton over een beetje bij beetje dementerende stukjesschrijver? De inkt van mijn laatste verhaaltje was nog niet eens opgedroogd. Ik was daarin op zoek naar het urinoir van de bioscoop waar ik kind aan huis ben. Het spoor raakte ik volledig bijster en ik veroorzaakte overlast voor tientallen filmkijkers. Nog geen dag later overkwam me wederom iets ontregelends. 

Ik ben op weg naar vriendin Tonia, die ongeveer vijftien minuten lopen bij me vandaan woont. Het is een leuk gevarieerd wandelingetje. Met boompjes, grasperkjes, boompjes en slootjes. Het zit er vol met waterkippen. Onderweg realiseer ik me dat ik haar huisnummer niet heb. Ik  ga vandaag voor het eerst bij haar op bezoek. Ik bel haar ff. Terwijl ik haar nummer intik, struikel ik over een ongelijk liggende stoeptegel.

Ik zie dat mijn bril een paar meter voorwaarts gekatapulteerd wordt en mijn mobieltje uit mijn hand vliegt. Ik kom hard op mijn borstkast terecht. Mijn handen en knieën voorkómen dat ik met mijn kop op het trottoir knal. Godzijdank zijn bril en mobieltje niet in de sloot naast het voetpad geplonsd.

Ik sleep me naar mijn bril en mobiel. Overeind komen lukt niet. Geen kip hier  … hoewel, nu gelukkig wel. ’t Is geen kip maar een lieve Surinaamse jongeman. Hij kijkt me verbaasd aan en vraagt dan wat er is.

‘Ik ben gevallen en ik kom niet overeind.' zeg ik. 'Wil je me een handje helpen?’

Dat doet hij.

‘Nog een fijne dag verder’, zei hij en vervolgt zijn weg.

Ik sta daar nu wel langs die sloot, maar of ik kan lopen? Geen idee.

Met bloedende handen, vingers, knieën, protesterende knieën en ribben, moet ik toch Tonia  bellen voor haar huisnummer. Ik bereid haar er alvast op voor in wat voor toestand, bijna strompelend, ik straks bij haar aanbel. 

Ze staat me, om voor mij nog steeds onduidelijke redenen, lachend bij huis op nummer 49 op te wachten. Misschien heeft het er mee te maken, en daar weet ik niks van,  dat zij EHBO’ster is en dat ze het fijn vindt om me te helpen. Hoe dan ook, Tonia kwijt zich uitstekend van haar taak. (Schaaf)wonden worden ontsmet, pleisters geplakt en gaasjes gelegd. Heel toegewijd en zorgzaam doet ze dat.

Aan het eind van mij bezoek, wil ze me ook nog eens naar huis brengen met haar auto (3 minuten rijden). Dat vind ik overdreven. Dat kleine stukje kan ik, weliswaar strompelend, wel lopen.

donderdag 13 november 2025

WAAR IS DE UITGANG?

Ik heb in het weekend alvast wat maaltijden gemaakt voor later deze week. Spaghetti Boulognese, zuurkool met spekjes en worst en rode kool met verse worst en appelmoes. 

Met vriendin Hetty heb ik vanmiddag zes uur afgesproken. We zouden ieder voor ons zelf thuis iets te eten maken. Ik heb spaghetti Guiseppe staan met een mega-dosis knofloof; 10 teentjes.. Hetty maakt me er fijntjes op attent dat ik de maximale hoeveelheid knoflook in de spaghetti ruimschoots heb overschreden. Ze gaat zowat van haar stokje van de 'stank' in mijn huis.  

We gaan naar de film: 'It was just an accident' van Iraanse makelij. Draait in Kino. Er wordt veel te veel geluld in die film. Dat is de makke van vrijwel alle Iraanse films. Inhoudelijk geweldig maar dodelijk vermoeiend. Ik val dan  ook enkele malen als een blok in slaap. Snurken dus. Dan realiseer ik me opeens dat ik heel erg naar knoflook stink, wat mega-vervelend is voor de man, op het stoeltje naast me, die zojuist met zijn rug naar mij toe is gaan zitten. 

Normaal lukt het me wel om in de bios een plaatsje te bemachtigen met vrije stoelen naast me. Dan geef ik de buren geen aanstoot. Nu zit Hetty gelukkig links van me. Zij weet  hoe het, met mij kan gaan in de bios. Maar die buurman aan de andere kant niet. Allengs voel ik me steeds onprettiger. Ik moet dit niet meer doen. Stinken en snurkend in de bios liggen. Ik irriteer me zo langzamerhand meer aan mezelf dan aan dat vele gelul in die film.

Tot overmaat van ramp moet ik ineens piesen. Ik sta op, loop in de zaal van boven naar beneden, voor het filmdoek langs naar de uitgang. Hoewel?  Waar is die uitgang? Nergens te bekennen. Ik zie ook nergens dat groene 'uitgangslampje' met het mannetje dat met grote richting buiten gaat Ook heb ik niet meer paraat hoe ik hier in godsnaam binnen gestapt ben. Het enige licht in de zaal is dat van de film. Op de tast tracht ik een  uitweg te vindende. Ik voel alleen maar wand en radiatoren. Als ik dan eindelijk en deurknop voel en dus een deur gevonden heb, blijkt die deur hermetisch op slot te zitten. Ik probeer die deur toch uit alle macht open te krijgen, wat met de nodige geluidsoverlast gepaard gaat.  Niet echt leuk voor de filmkijkers. Een van hen springt naar voren uit de duisternis van de filmzaal. 

‘Meneer, meneer, u kunt hier niet uit. U moet precies de andere kant op.

Als ik klaar ben met plassen zie ik dat Hetty mij hoofdschuddend bij de toiletten staat op te wachten: 

'Dat je me naar zo’n kutfilm meeneemt is nog tot daar aan toe. Maar wanneer je als een D.mente lawaaipappeagaai op zoek gaat naar de uitgang, breekt het zweet me aan alle kanten uit'.