donderdag 30 november 2023

SERIE 'OPA & OMA' DEEL 27. TONGZOENEN.

 

Voorgaande delen van de serie ‘OPA & OMA’ nog eens lezen? Dat kan! Deze serie wordt ook gepubliceerd op mijn blog: ‘stukkiejee.blogspot.com’.  Daar kan de serie ‘Opa & Oma’ vanaf deel 1 nog eens gelezen worden.

Door daar op de knop ‘oudere blogs’ rechtsonder te drukken krijg je telkens meer voorgaande afleveringen van de serie te zien.

Ook eerder ‘werk’ van mij kan je daar lezen. Met de knop ‘homepage’ kom je dan weer terug bij het meest recente verhaal

 

Deel 27. Tongzoenen.

Wat voorafging.

Maria is verkracht en daardoor zwanger. Ze wordt ‘opgeborgen’ bij de nonnetjes. Maria verlangt naar haar baby’tje.   Ephraïm, een non, ‘ontfermt’ zich over haar. Samen kopen ze babykleertjes. Maria baart Kareltje en gaat bij een rijke familie (in ’t Hout) wonen en werken. De familie is goed voor haar. Ze wordt verliefd op meneer in ‘t Hout … tegelijk raakt ze ook in verwarring ... ze heeft wisselende stemmingen.

Ene Joop Kikkerd komt drukwerk afleveren. Mevrouw speelt met Kareltje. Dat lijkt Maria te raken … maar het is schúldgevoel, dat haar beroert. Ze verzwijgt de huisarts haar zelfbeschadiging. In een nare droom worden haar gevoelens ‘duivels’ vergoeilijkt.

Kareltje brult iedereen wakker; hij is niet in zijn ledikantje en Maria slaapt nog diep. Meneer in ’t Hout is boos: ’Dit moet afgelopen zijn.’  Haar liefde voor die man is gelijk over.

Maria, Joop en Kareltje wandelen. Hij gaat Maria met de auto naar haar moeder in Den Bosch brengen.  Er is een roddel over Joop:  Joop is een pedo. Maria is sceptisch. Onderweg naar Den Bosch praten ze erover. Joop raakt een beetje van slag. Hij kent de roddel. Twee gassies hebben leugens opgehangen. De politie was al bij Joop maar ze kunnen niks bewijzen.

Maria’s oudere zus, Rika, is een ouwe vrijster. Ze flirt met Joop. Maria’s moeder herinnert zich raadselachtige verplaatsingen van dieren thuis, net zoals nu met Kareltje gebeurt. En steeds was Maria in de buurt. Zij en Joop praten op de terugweg over de ‘verplaatsingen’. Maria onthult Joop dat haar verkrachter tevens de vader van Kareltje  is. Zou er een verband zijn tussen de verkrachting en de ‘verplaatsingen’? 

Kareltje ligt alwèèr niet in zijn bedje. Maria raakt hierdoor in verwarring. Ze heeft, doordat hij door haar verkrachter verwekt is, wisselende gevoelens voor haar zoontje.

Maria gaat naar haar huisarts voor het slaapwandelen. Ze krijgt medicijnen en  een verwijsbriefje voor de psychiater.

Maria reageert goed reageren op de medicatie. Ze wordt energieker, wil ‘haar vleugels’ uitslaan. Samen met een leuke man in een klein huisje, daar droomt ze van.

Joop wordt door twee mannen in elkaar geslagen.  Buurman Klaas weet dat de gebroeders van Ooijen Joop mishandeld hebben. ‘Een volgende keer ga je er aan, viezerik’, roepen ze Joop na. Klaas, sjouwt hem naar zijn huis. Joop likt zijn wonden en steekt de hand in eigen boezem. Hij is aangeklaagd voor seksueel grensoverschrijdend gedrag. Ook de misbruikte  kinderen hebben hun zegje gezegd. Minderjarigen mogen niet getuigen. Klaas was wèl getuige van het afrossen van Joop.

Joop wordt vrijgesproken. Ten onrechte, dat weet hij. Zijn gedachten schieten alle kanten op. Één ding is zeker: hij heeft nu het vertrouwen van Maria. Inmiddels lijkt de woonwens van haar verwezenlijkt te worden.

In de auto, op weg naar de poffertjeskraam, pakt peuter Kareltje alles wat hij pakken kan, tot afgrijzen van Joop. Het trio laat zich de poffertjes goed smaken. Joop doet Maria daar een aanzoek om te gaan samenwonen.

Er moet nogal wat opgeknapt worden in het kleine huisje van Joop en Maria. Ze krijgen veel hulp. Maria zorgt goed voor de ‘inwendige mens’. Tè goed volgens Joop.

Deel 27. Tongzoenen.

Maria weet nog precies op welke avond haar nummer twee is verwekt. Het is in ieder geval niet een avond waarop andere mannen hadden geholpen met hun huis. Na zo’n avond is Joop te gestrest en geïrriteerd van jaloezie. Dan zat hij met een lelijke kop boos te wezen. Maar het gaat ook wel eens anders. Er zijn ook avonden zonder hulp. Tja, het is haast ongelooflijk maar dan is Joop een totaal ander mens. Hij zingt, schenkt koffie in voor Maria en zit zo af en toe gezellig te babbelen. Als Joop en Maria dan rond de klok van elf samen zijn, weet zij wel, welke kant Joop op wil. Veel mèèr dan normaal luistert hij aandachtig naar Maria en gaat serieus in op wat zij zegt. Meestal schenkt Joop dan een wijntje voor haar in en neemt zelf een pilsje.  ‘Maria,’ vraagt Joop dan, op zijn manier zwoel: ‘wil je een paar lekkere stukjes oude kaas snijden?’

Lang duurt het dan niet meer of Joop komt in actie.  Aan het aanrecht staat Maria de stukjes kaas te snijden als Joop haar vraagt of de kaas lekker pittig is. Zachtjes legt Joop dan zijn handen op haar heupen.  Voor Maria was dat van het zelfde laken een pak. Zó voorspelbaar als het maar zijn kan. Joop kust Maria in haar nek en zij voelt nu al aankomen, dat hij wellustig haar borsten gaat 'kneden' en tegelijkertijd zijn kruis tegen haar billen wrijft. 

Het hoofdstuk ‘tongzoenen’ komt er nu aan en als Maria één actie te smerig voor woorden vindt, dan is het wel tongzoenen. Ze weet nog niet helemaal zeker of dat nou alleen aan Joop ligt. Misschien is het met iemand anders wèl lekker maar dat weet ze niet want ze heeft tot nu toe alleen nog maar met Joop gezoend. Maria is net klaar met het snijden van de blokjes kaas, als Joop haar wil gaan zoenen. Ze draaide dan abrupt om en stopt Joop een stukje oude kaas in zijn mond, zodat de dreiging van Joops tongzoen even afgeslagen is.

Wat staat Maria nu precies tegen in Joops tongzoen? Vooral twee dingen: de grootte en de smaak  van de tong. Joop heeft een groot hoofd, dus ook een grote tong.  Maria heeft maar een klein mondje en met zo’n grote tong er in, wordt het nogal benauwd. Verder smaakt de tong van Joop naar sigaren en dat vindt ze ronduit goor.   

Dat gekneed in  haar borsten en gewrijf tegen haar billen: het gaat haar allemaal gauw de keel uithangen; het moest nu maar eens afgelopen zijn.

Eigenlijk is er maar één dag per maand waarop Maria graag ...  maar dan ook  heel erg graag  vrijde: de dag van haar eisprong, dan is ze zo opgewonden, dat Joop bij wijze van spreken alleen maar naar haar hoeft te wijzen of ze ligt al voor hem klaar. Het is op zo’n dag dat het eerste kindje van Maria en Joop in de Wattstraat wordt verwekt.

 

Morgen:   Deel 28. Getrouwd.

woensdag 29 november 2023

SERIE 'OPA & OMA' DEEL 25 !!! IN DE POFFERTJESKRAAM.

  

Voorgaande delen van de serie ‘OPA & OMA’ nog eens lezen? Dat kan! Deze serie wordt ook gepubliceerd op mijn blog: ‘stukkiejee.blogspot.com’.  Daar kan de serie ‘Opa & Oma’ vanaf deel 1 nog eens gelezen worden.

Door daar op de knop ‘oudere blogs’ rechtsonder te drukken krijg je telkens meer voorgaande afleveringen van de serie te zien.

Ook eerder ‘werk’ van mij kan je daar lezen. Met de knop ‘homepage’ kom je dan weer terug bij het meest recente verhaal

Deel 25. In de poffertjeskraam.

Wat voorafging.

Maria is verkracht en daardoor zwanger. Ze wordt ‘opgeborgen’ bij de nonnetjes. Maria verlangt naar haar baby’tje.   Ephraïm, een non, ‘ontfermt’ zich over haar. Samen kopen ze babykleertjes.

Maria baart Kareltje en gaat bij een rijke familie (in ’t Hout) wonen en werken. De familie is goed voor haar. Ze wordt verliefd op meneer in ‘t Hout … tegelijk raakt ze ook in verwarring ... ze heeft wisselende stemmingen.

Ene Joop Kikkerd komt drukwerk afleveren. Mevrouw speelt met Kareltje. Dat lijkt Maria te raken … maar het is schúldgevoel, dat haar beroert. Ze verzwijgt de huisarts haar zelfbeschadiging. In een nare droom worden haar gevoelens ‘duivels’ vergoeilijkt.

Kareltje brult iedereen wakker; hij is niet in zijn ledikantje en Maria slaapt nog diep. Meneer in ’t Hout is boos: ’Dit moet afgelopen zijn.’  Haar liefde voor die man is gelijk over.

Maria, Joop en Kareltje wandelen. Joop maakt grapjes met de kleine.  Hij gaat Maria met de auto naar haar moeder in Den Bosch brengen.  Mevrouw in ’t Hout vertelt Maria de roddel over Joop: ’Hij is niet te vertrouwen met kinderen’. Joop een pedo? Maria is sceptisch. Onderweg naar Den Bosch praten ze erover. Joop praat dan sneller als anders, stottert soms. Hij kent de roddel. Twee gassies hebben leugens opgehangen. De politie was al bij Joop maar ze kunnen niks bewijzen.

Maria’s oudere zus, Rika, is een ouwe vrijster. Ze flirt met Joop. Maria’s moeder herinnert zich raadselachtige verplaatsingen van dieren in haar huis, net zoals nu met Kareltje gebeurt. En steeds was Maria in de buurt. Zij en Joop praten op de terugweg over de ‘verplaatsingen’. Maria onthult Joop dat haar verkrachter de vader van Kareltje  is. Is er een verband zijn tussen de verkrachting en de ‘verplaatsingen’? 

Kareltje ligt alwèèr niet in zijn bedje. Dit zijn angstige gebeurtenis voor Maria. Ze heeft, doordat hij door haar verkrachter verwekt is, wisselende gevoelens voor haar zoontje.

Maria gaat naar haar huisarts voor slaapwandelen. Ze krijgt medicijnen en  een verwijsbriefje voor de psychiater.

Maria reageert goed reageren op de medicatie. Ze wordt energieker, wil ‘haar vleugels’ uitslaan. Samen met een leuke man in een klein huisje, daar droomt ze van.

Joop wordt door twee mannen in elkaar geslagen.  Buurman Klaas weet dat de gebroeders van Ooijen Joop mishandeld hebben. ‘Een volgende keer ga je er aan, viezerik’, roepen ze Joop na. Klaas, sjouwt hem naar zijn huis. Joop likt zijn wonden en steekt de hand in eigen boezem. Hij is aangeklaagd voor seksueel grensoverschrijdend gedrag. Ook de misbruikte  kinderen hebben hun zegje gezegd. Er zijn alleen geen getuigen. Minderjarigen mogen niet getuigen. Klaas was wèl getuige van het afrossen van Joop.

Joop is vrijgesproken. Ten onrechte, dat weet hij. Zijn gedachten schieten alle kanten op. Één ding is zeker: hij heeft het vertrouwen van Maria. Inmiddels lijkt de woonwens van haar verwezenlijkt te worden.

Meneer in ’t Hout was, stilletjes, verliefd op Maria. In de auto pakt peuter Kareltje alles wat hij kan pakken, tot afgrijzen van Joop.  

 

Deel 25. In de poffertjeskraam.

Het is de allereerste keer, voor Maria en Joop, dat ze buiten de deur wat gaan eten. Ook al zijn het alleen maar poffertjes, ze zijn best een beetje nerveus om met z’n drietjes de poffertjeskraam binnen te gaan. In het midden van het terras, vlakbij de bakplaat, zijn nog twee tafels vrij. Daar gaan ze  zitten. Op heel jonge kinderen is blijkbaar niet gerekend, want een kinderstoel is er niet ... hoewel … even verderop ziet Maria een peutertje in een kinderstoel, smullen van poffertjes.

‘Even in de gaten houden Joop, als die mensen klaar zijn moet je die kinderstoel hierheen halen, okee?’  Maria amuseert zich uitstekend met het bekijken van de andere mensen, die hier aan het eten zijn. Het valt haar op dat er weinig kinderen zijn en dat de meeste mensen niet echt piepjong meer zijn. Veel grijs dus. Ondanks dat zo’n poffertjestent nu niet echt een super-de-luxe, dure tent is, zijn de meesten behoorlijk chique gekleed. Joop  weet dat volgens Maria wel, want hij loopt er op zijn paasbest bij. Het is nu niet zo dat Maria er slonzig uitziet, beslist niet  maar ze heeft in feite zomaar, vlug-vlug, wat aangeschoten, een blauwe  jurk met een grijs vestje, niks bijzonders.

Kareltje wordt wat luidruchtiger van al dat ‘zien eten’ om zich heen.  Hij krijgt er vast ook honger van. Een meisje komt langs om onze bestelling op de nemen. ‘Tja, twee porties poffertjes en een potje thee.’

 ‘Had je ook niet een portie voor Kareltje moeten nemen?’ vraagt Joop.

‘Nee, dat is te veel voor hem, zo’n hele portie. Ik geef hem af en toe wel wat van mij.’

‘Nou, hij mag ook wel wat van mijn poffertjes hebben hoor,’ zegt Joop ruimhartig.

‘Hé, die mensen van die kinderstoel daar, zijn klaar, ik ga die stoel even halen.’

Maria moet dan zo om hem lachen. Joop is dan net  zo’n soort jonge hond, die achter een stok aan rent, die door zijn baasje is weggegooid. Nu ook: zonder goed uit te kijken wat hij doet spurt hij over het druk bezette terras in de richting van die kinderstoel, terwijl hij onderweg op diverse tafeltjes eten en drinken omgooit.  Heel grappig om te zien vindt Maria; maar ze vindt het wel zo veilig om haar lach achter haar hand te verbergen. Met de kinderstoel balancerend boven zijn hoofd zoekt Joop zich een weg tussen de tafeltjes door, terug naar ons. Maria geniet er van om te zien hoe Joop er met zijn schuldbewuste ogen en charmante glimlach in slaagt de boosheid bij de andere gasten te laten wegebben.

‘Zo,’ zegt Joop,’ kom op jongen, lekker zitten hier.’ Ondertussen is het meisje met de poffertjes en de thee gearriveerd. Twee borden poffertjes met ruim poedersuiker en op elk bord een klont boter… het water loopt ze uit de mond … Kareltje laat luid en duidelijk merken dat hij wel wat lust … maar hij moet nog even wachten want de poffertjes zijn nog te heet.

Joop schenkt een kopje thee in voor zichzelf en Maria.

‘Maria,’ zegt Joop met een plechtstatig gezicht,’ het lijkt me zo ontzettend leuk om te gaan samenwonen met jou en Kareltje. Wat vind jij daar van?’

‘Heel leuk. Ik heb toevallig een huurhuisje aangeboden gekregen. In de Wattstraat, hier in Schiedam!’

Joop beweegt zijn theekopje omhoog richting Maria en zij tikt met haar theekopje dat van Joop aan. Ze doen een soort van proosten.

 

Morgen deel 26: Klussen.

SERIE 'OPA & OMA' DEEL 26. KLUSSEN.

 


Voorgaande delen van de serie ‘OPA & OMA’ nog eens lezen? Dat kan! Deze serie wordt ook gepubliceerd op mijn blog: ‘stukkiejee.blogspot.com’.  Daar kan de serie ‘Opa & Oma’ vanaf deel 1 nog eens gelezen worden.

Door daar op de knop ‘oudere blogs’ rechtsonder te drukken krijg je telkens meer voorgaande afleveringen van de serie te zien.

Ook eerder ‘werk’ van mij kan je daar lezen. Met de knop ‘homepage’ kom je dan weer terug bij het meest recente verhaal

 

Deel 26. Klussen.

Wat voorafging.

Maria is verkracht en daardoor zwanger. Ze wordt ‘opgeborgen’ bij de nonnetjes. Maria verlangt naar haar baby’tje.   Ephraïm, een non, ‘ontfermt’ zich over haar. Samen kopen ze babykleertjes. Maria baart Kareltje en gaat bij een rijke familie (in ’t Hout) wonen en werken. De familie is goed voor haar. Ze wordt verliefd op meneer in ‘t Hout … tegelijk raakt ze ook in verwarring ... ze heeft wisselende stemmingen.

Ene Joop Kikkerd komt drukwerk afleveren. Mevrouw speelt met Kareltje. Dat lijkt Maria te raken … maar het is schúldgevoel, dat haar beroert. Ze verzwijgt de huisarts haar zelfbeschadiging. In een nare droom worden haar gevoelens ‘duivels’ vergoeilijkt.

Kareltje brult iedereen wakker; hij is niet in zijn ledikantje en Maria slaapt nog diep. Meneer in ’t Hout is boos: ’Dit moet afgelopen zijn.’  Haar liefde voor die man is gelijk over.

Maria, Joop en Kareltje wandelen. Hij gaat Maria met de auto naar haar moeder in Den Bosch brengen.  Er is een roddel over Joop:  Joop is een pedo. Maria is sceptisch. Onderweg naar Den Bosch praten ze erover. Joop raakt een beetje van slag. Hij kent de roddel. Twee gassies hebben leugens opgehangen. De politie was al bij Joop maar ze kunnen niks bewijzen.

Maria’s oudere zus, Rika, is een ouwe vrijster. Ze flirt met Joop. Maria’s moeder herinnert zich raadselachtige verplaatsingen van dieren thuis, net zoals nu met Kareltje gebeurt. En steeds was Maria in de buurt. Zij en Joop praten op de terugweg over de ‘verplaatsingen’. Maria onthult Joop dat haar verkrachter tevens de vader van Kareltje  is. Zou er een verband zijn tussen de verkrachting en de ‘verplaatsingen’? 

Kareltje ligt alwèèr niet in zijn bedje. Maria raakt hierdoor in verwarring. Ze heeft, doordat hij door haar verkrachter verwekt is, wisselende gevoelens voor haar zoontje.

Maria gaat naar haar huisarts voor het slaapwandelen. Ze krijgt medicijnen en  een verwijsbriefje voor de psychiater.

Maria reageert goed reageren op de medicatie. Ze wordt energieker, wil ‘haar vleugels’ uitslaan. Samen met een leuke man in een klein huisje, daar droomt ze van.

Joop wordt door twee mannen in elkaar geslagen.  Buurman Klaas weet dat de gebroeders van Ooijen Joop mishandeld hebben. ‘Een volgende keer ga je er aan, viezerik’, roepen ze Joop na. Klaas, sjouwt hem naar zijn huis. Joop likt zijn wonden en steekt de hand in eigen boezem. Hij is aangeklaagd voor seksueel grensoverschrijdend gedrag. Ook de misbruikte  kinderen hebben hun zegje gezegd. Minderjarigen mogen niet getuigen. Klaas was wèl getuige van het afrossen van Joop.

Joop wordt vrijgesproken. Ten onrechte, dat weet hij. Zijn gedachten schieten alle kanten op. Één ding is zeker: hij heeft nu het vertrouwen van Maria. Inmiddels lijkt de woonwens van haar verwezenlijkt te worden.

In de auto, op weg naar de poffertjeskraam, pakt peuter Kareltje alles wat hij pakken kan, tot afgrijzen van Joop. Het trio laat zich de poffertjes goed smaken. Joop doet Maria daar een aanzoek om te gaan samenwonen

Deel 26. Klussen.

Ze wilden eerst gaan samenwonen, Joop en Maria, maar beiden vinden ze het uiteindelijk toch wat netter om eerst te trouwen. Op een gegeven moment, zo’n twee maanden na het poffertjes-uitje,  blijkt Maria zwanger te zijn … van Joop. Zij geven allebei grif toe nooit met een ander naar bed te zijn gegaan. Dan móét er wel getrouwd worden, vinden ze allebei en een beetje snel ook, want met een uitpuilbuik voor de  ambtenaar van de burgerlijke stand staan vindt ze tamelijk gênant.  In januari is Maria ongeveer vier maanden; dan is ze nog enigszins toonbaar.

Aan het opknappen van die Wattstraat hebben ze nog flink wat werk gehad. Maria heeft geluk dat haar zus Rika bereid is een paar weken voor Kareltje te zorgen, anders zouden ze het niet redden. Het valt voor Maria echter niet mee haar kleine manneke los te laten en dan nog wel zo lang.

Het is hard werken en het is ook léúk, zeker als de vrienden van Joop komen helpen en ... ja, zelfs meneer en mevrouw van ’t Hout steken de handen uit de mouwen. Joop heeft zijn vrienden gecharterd voor het witten en het overige verfwerk. Maria zorgt voor voldoende eten en drinken tijdens het werk, variërend van koffie met koek tot een borrel of een pilsje met wat hartigs. Dat vindt Maria nu eenmaal  leuk: ervoor zorgen, dat die noeste werkers niets tekort komen. Dat zit Joop alleen niet zo lekker, merkt Maria. Joop vindt dat Maria een beetje overdrijft.  Ze schenkt soms wel twee of drie maal koffie bij en zet een paar kratten bier neer waaruit onbeperkt gedronken kan worden. Ook koek en kaas ligt er voldoende onder het motto: ’neem en eet, zolang de voorraad strekt.’ Maria gaat er van uit, dat als die vrienden ons niet  helpen, we het werk òf met z’n tweeën moeten doen òf we moeten voor het werk mensen inhuren en dat kunnen we niet betalen.

Eerst wordt Joop steeds stiller, vervolgens gaat hij lopen vitten op Maria, haar kleding, haar haardracht en dan gaat hij lelijk lopen kijken. Ja, hij krijgt dan echt een lelijke kop  .. en als Maria dat dan tegen hem zegt wordt hij grof ... dan moet ze haar kop houden. Wat blijkt:  Joop is jaloers. Jaloers, omdat Maria naar zijn idee te goed is voor zijn vrienden … Joop krijgt zelf op een gewone avond nooit meer dan één kopje koffie en één biertje of een borrel van haar … dat is toch wel heel erg zielig, nietwaar? Maria moet er hartelijk om lachen. Druk kan ze zich er niet om maken.

Vanavond wil ze de vitrages voor de keukenramen afmaken en de maten opnemen voor de overgordijnen in de verschillende ruimtes.

 Wat een vreemd mannetje is die Joop toch eigenlijk, denkt Maria. Aan de ene kant wil hij graag hulp en als hij die hulp eenmaal heeft, dan voelt hij zich tekort gedaan en is hij die hulp liever weer kwijt dan rijk.

 

Morgen: Deel 27. Tongzoenen.

maandag 27 november 2023

SERIE 'OMA & OPA' DEEL 24. OPGEWONDEN.

Voorgaande delen van de serie ‘OPA & OMA’ nog eens lezen? Dat kan! Deze serie wordt ook gepubliceerd op mijn blog: ‘stukkiejee.blogspot.com’.  Daar kan de serie ‘Opa & Oma’ vanaf deel 1 nog eens gelezen worden.

Door daar op de knop ‘oudere blogs’ rechtsonder te drukken krijg je telkens meer voorgaande afleveringen van de serie te zien.

Ook eerder ‘werk’ van mij kan je daar lezen. Met de knop ‘homepage’ kom je dan weer terug bij het meest recente verhaal.

Deel 24: Opgewonden.

Wat voorafging:

Maria is verkracht en daardoor zwanger. Ze wordt ‘opgeborgen’ bij de nonnetjes. Maria verlangt naar haar baby’tje.   Ephraïm, een non, ‘ontfermt’ zich over haar. Samen kopen ze babykleertjes.

Maria baart Kareltje en gaat bij een rijke familie (in ’t Hout) wonen en werken. De familie is goed voor haar. Ze wordt verliefd op meneer in ‘t Hout … tegelijk raakt ze ook in verwarring ... ze heeft wisselende stemmingen.

Ene Joop Kikkerd komt drukwerk afleveren. Mevrouw speelt met Kareltje. Dat lijkt Maria te raken … maar het is schúldgevoel, dat haar beroert. Ze verzwijgt de huisarts haar zelfbeschadiging. In een nare droom worden haar gevoelens ‘duivels’ vergoeilijkt.

Kareltje brult iedereen wakker; hij is niet in zijn ledikantje en Maria slaapt nog diep. Meneer in ’t Hout is boos: ’Dit moet afgelopen zijn.’  Haar liefde voor die man is gelijk over.

Maria, Joop en Kareltje wandelen. Joop maakt grapjes met de kleine.  Hij gaat Maria met de auto naar haar moeder in Den Bosch brengen.  Mevrouw in ’t Hout vertelt Maria de roddel over Joop: ’Hij is niet te vertrouwen met kinderen’. Joop een pedo? Maria is sceptisch. Onderweg naar Den Bosch praten ze erover. Joop praat dan sneller als anders, stottert soms. Hij kent de roddel. Twee gassies hebben leugens opgehangen. De politie was al bij Joop maar ze kunnen niks bewijzen.

Maria’s oudere zus, Rika, is een ouwe vrijster. Ze flirt met Joop. Maria’s moeder herinnert zich raadselachtige verplaatsingen van dieren in haar huis, net zoals nu met Kareltje gebeurt. En steeds was Maria in de buurt. Zij en Joop praten op de terugweg over de ‘verplaatsingen’. Maria onthult Joop dat haar verkrachter de vader van Kareltje  is. Is er een verband zijn tussen de verkrachting en de ‘verplaatsingen’? 

Kareltje ligt alwèèr niet in zijn bedje. Dit zijn angstige gebeurtenis voor Maria. Ze heeft, doordat hij door haar verkrachter verwekt is, wisselende gevoelens voor haar zoontje.

Maria gaat naar haar huisarts voor slaapwandelen. Ze krijgt medicijnen en  een verwijsbriefje voor de psychiater.

Maria reageert goed reageren op de medicatie. Ze wordt energieker, wil ‘haar vleugels’ uitslaan. Samen met een leuke man in een klein huisje, daar droomt ze van.

Joop wordt door twee mannen in elkaar geslagen.  Buurman Klaas weet dat de gebroeders van Ooijen Joop mishandeld hebben. ‘Een volgende keer ga je er aan, viezerik’, roepen ze Joop na. Klaas, sjouwt hem naar zijn huis. Joop likt zijn wonden en steekt de hand in eigen boezem. Hij is aangeklaagd voor seksueel grensoverschrijdend gedrag. Ook de misbruikte  kinderen hebben hun zegje gezegd. Er zijn alleen geen getuigen. Minderjarigen mogen niet getuigen. Klaas was wèl getuige van het afrossen van Joop.

Joop is vrijgesproken. Ten onrechte, dat weet hij. Zijn gedachten schieten alle kanten op. Één ding is zeker: hij heeft het vertrouwen van Maria. Inmiddels lijkt de woonwens van haar verwezenlijkt te worden.

24. Opgewonden.

Maria en Kareltje zijn door Joop uitgenodigd om poffertjes te gaan eten in Rotterdam. Hij komt die twee op zondag rond twee uur thuis ophalen. Joop is mooi op tijd en Maria en haar zoontje staan al klaar. Meneer in ‘t Hout en Lidwien staan in het halletje van hun huis om hen uit te zwaaien. In zekere zin is meneer in ‘t  Houten wel opgelucht over het aanstaande vertrek van Maria. Daarom ook heeft hij zich bijzonder ingespannen om die woning in de Wattstraat voor haar te regelen. Hij heeft het nauwelijks weten te verbergen maar telkens als Maria in zijn buurt is of zelfs als hij maar even aan haar denkt raakt hij opgewonden.  Bijzonder moeilijk heeft meneer in ‘t Hout het, gedurende de vrij korte periode, waarin Maria zich, als het ware, gedraagt als een krolse kat. Dan moet hij vaak tegen zichzelf  zeggen: ‘Anton, jongen: tong tussen je tanden en hard bijten.’ Meestal verdwijnt zijn opwinding dan snel.  Hij kan zijn geilheid óók heel makkelijk laten wegebben door aan zijn vrouw te denken. Niet omdat zijn vrouw onaantrekkelijk zou zijn. Maar als hij denkt aan zijn vrouw dan weet hij, hoe verdrietig zij zou zijn  als hij haar zou bedriegen.  Hij zou het er ook heel moeilijk mee hebben als zijn vrouw vreemd zou gaan.  Meneer in ‘t Hout was er, terwijl hij nog steeds Maria uitzwaaide,  trots op, dat hij al die maanden Maria heeft kunnen weerstaan. Slechts een luttel aan malen in die hele periode, heeft hij zichzelf bevredigd … en daarop was hij heel fier.

Het is hooguit een half uurtje rijden vanuit Schiedam. Naar de poffertjeskraam in Rotterdam.

Maria had nu eens mooi de kans om Joop ‘en profile’ te bekijken. Zijn ogen ziet ze nu wel niet maar die kent ze onderhand wel: zacht, vriendelijk, niet groot, niet klein en bruin-groenig. Zijn hoofd is nog steeds kaal maar dat staat hem goed. De vieze puisten van toen zijn gelukkig verdwenen. Zijn neus en oren passen goed bij zijn formaat hoofd. Maria vindt zijn lippen alleen een beetje te smal voor het mooie. Hij heeft stevige spierballen maar ook al een buikje … en dat voor zo’n jonge vent. De broek, die hij aan heeft, is morsig en nu ze toch in die richting kijkt: ter hoogte van zijn kruis ziet ze een ‘fiere bobbel’. Al met al toch wel een lekker ventje concludeert ze ... dat ventje begint, zomaar ineens, in de auto een vrolijk deuntje te fluiten.

Kareltje, dat andere lekkere ventje, vindt het wel wat, hier in de auto. Hij is klaarwakker en hij wil alles, waar hij in de auto bij kan, pakken. Op het dashboard ligt een doos sigaren en de wegenkaart van Nederland voor het grijpen.

‘Neen Kareltje, dat is niet voor jou, dat is de kaart van ome Joop’. Als door een adder gebeten reageerde Joop: ’Wil je me nòòit meer òme Joop noemen Maria, als ik ergens een rothekel aan heb, dan is het aan die sssstomme gewoonte, om alle loslopende mannen maar ‘ome’ te noemen. Jóóp heet ik! Noem me dan ook zo!’

’Okee,’ Maria zag hem voor het eerst een beetje pissig.  Hij stottert en krijgt heel even een rood hoofd. Grappig. Ondertussen heeft Kareltje de doos sigaren bemachtigd. Acht sigaren liggen op de bodemplaat van de auto en één sigaar is Kareltje aan het verkruimelen.

‘O, Joop je sigaren!’

‘Godgloeiendegodverdomme! Kan dat rotjoch nou helemáál nergens vvvvvvanaf blijven? Weet je wat ,Maria ik stop gewoon zo’n sssssigaar in zijn bakkus, dan blijft hij er vvvvoortaan wèl vanaf.’ 

Eindelijk zijn ze aangekomen bij de poffertjeskraam.

‘Ritje heeft toch langer geduurd dan je dacht, hè Joop?’

 

Morgen: Deel 25. In de poffertjeskraam.


zondag 26 november 2023

SERIE 'OMA & OPA' DEEL 23. SCHULDIG?

 Deel 23: Schuldig?

Voorgaande delen van de serie ‘OPA & OMA’ nog eens lezen? Dat kan! Deze serie wordt ook gepubliceerd op mijn blog: ‘stukkiejee.blogspot.com’.  Daar kan de serie ‘Opa & Oma’ vanaf deel 1 nog eens gelezen worden.

Door daar op de knop ‘oudere blogs’ rechtsonder te drukken krijg je telkens meer voorgaande afleveringen van de serie te zien.

Ook eerder ‘werk’ van mij kan je daar lezen. Met de knop ‘homepage’ kom je dan weer terug bij het meest recente verhaal.

Deel 22: Schuldig?

Wat voorafging:

Maria is verkracht en daardoor zwanger. Abortus is taboe in Den Bosch.  Ze wordt ‘opgeborgen’ bij de nonnetjes. Maria verlangt naar haar baby’tje.   Ephraïm, een nonnetje, ‘ontfermt’ zich over haar. Samen kopen ze babykleertjes.

Maria baart Kareltje en gaat na 3 maanden bij een rijke familie (in ’t Hout) wonen en werken. De familie is goed voor haar. Ze wordt verliefd op meneer in ‘t Hout … tegelijk raakt ze ook in verwarring ... ze heeft wisselende stemmingen.

Ene Joop Kikkerd komt drukwerk afleveren. Mevrouw houdt Kareltje ‘zoet’. Dat lijkt Maria te raken … maar het is schúldgevoel, dat haar beroert. Ze verzwijgt de huisarts haar zelfbeschadiging. In een nare droom worden haar gevoelens ‘duivels’ vergoeilijkt.

Kareltje brult iedereen wakker; hij is niet in zijn ledikantje en Maria slaapt nog diep. Meneer in ’t Hout is boos: ’Dit moet afgelopen zijn.’  Op slag is haar liefde voor meneer over.

Maria, Joop en Kareltje wandelen. Joop maakt grapjes met de kleine.  Joop brengt Maria met de auto naar Den Bosch.  Mevrouw in ’t Hout vertelt Maria de roddel over Joop: ’Hij is Joop niet te vertrouwen met kinderen’. Joop een pedo? Maria is sceptisch. Onderweg naar Den Bosch praten ze erover. Joop praat dan sneller als anders, stottert soms. Hij kent de roddel. Twee gassies hebben leugens opgehangen. De politie was al bij Joop maar er valt niks te bewijzen.

Joop trakteert in Den Bosch op appeltaart. Maria’s oudere zus, Rika, is een ouwe vrijster. Nu flirt ze met Joop. Maria’s moeder herinnert zich raadselachtige verplaatsingen van dieren in huis, net als nu met Kareltje gebeurt. En steeds was Maria in de buurt. Zij en Joop praten op de terugweg over de ‘verplaatsingen’. Maria onthult Joop dat haar verkrachter tevens de vader van Kareltje  is. Zou er een verband zijn tussen de verkrachting en de ‘verplaatsingen’? Op de terugreis naar Schiedam tobt Maria over de verplaatsingen. Mevrouw in ’t Hout ontvangt Joop en haar allerhartelijkst. Maria schaamt zich nog steeds over haar ‘impulsieve’  verliefdheid op meneer. 

Kareltje ligt alwèèr ergens anders. Dit zijn angstige gebeurtenis voor Maria. Omdat hij verwekt is door haar verkrachter, heeft ze wisselende gevoelens voor haar zoontje.

Maria gaat naar haar huisarts voor het  slaapwandelen. Ze krijgt medicijnen en  een verwijsbriefje voor de psychiater.

Maria lijkt goed te reageren op de medicijnen. Ze is ook energieker, wil ‘haar vleugels’ uitslaan. Samen met een leuke man in een klein huisje, daar droomt ze van. Joop likt zijn wonden en steekt de hand in eigen boezem.

Joop wordt door twee mannen in elkaar geslagen.  Buurman Klaas weet dat de gebroeders van Ooijen Joop mishandeld hebben. ‘Een volgende keer ga je er aan, viezerik’, roepen ze Joop na. Klaas, sjouwt hem naar zijn huis. Joop is aangeklaagd voor seksueel grensoverschrijdend gedrag. Ook de kinderen hebben hun zegje gezegd. Er zijn alleen geen getuigen. Minderjarigen mogen niet getuigen. Klaas was wèl getuige van het afrossen van Joop. Inmiddels lijkt de woonwens van Maria verwezenlijkt te worden.

23. Schuldig?

Enige maanden later zijn, in een en dezelfde week, de rechtszaken tegen de gebroeders van Ooijen en die tegen Joop Kikkerds. In beide gevallen is de rechtbank gauw klaar. De van Ooijens worden schuldig bevonden en moeten ieder drie weken zitten wegens zware mishandeling. Joop Kikkerds wordt wegens gebrek aan bewijs vrijgesproken van onzedelijke gedragingen jegens de neefjes.

‘Vreselijk oneerlijk’, bedenkt Joop. Het zou eerlijk zijn als ik had bekend. Maar wat zou dat allemaal voor gevolgen hebben! De hoon van mijn ouders, broers en zusters. Mijn vrienden zouden me laten zakken. De muziek- en de visvereniging zouden me dumpen. Als bezorger bij de Drukkerij zou ik zonder meer de zak krijgen en ik zou in mijn handjes mogen knijpen als ik daar als inpakker zou mogen blijven werken.

Het ergste zou zijn als Maria Joop de bons zou geven … iets wat ze zeker gedaan zou hebben als hij bekend zou hebben. Nooit zou ze Joop meer willen zien.  Als de dood zou ze voor hem zijn als hij in haar buurt was. Ook Kareltje zou niet veilig zijn bij hem.

 Als Joop bekend zou hebben, zou hij in de bajes verdwenen zijn. Misschien wel voor een jaar. En dan …. als hij na zijn straf in Schiedam zou willen blijven wonen, dan zou hij gegarandeerd als een  soort paria behandeld worden … en Joop zou dan volop kans maken op nieuwe  afranselingen van die ongure van Ooijens of andere gestoorde pedo-rammers.

Joop was er van overtuigd: als hij bekend zou hebben, dan had hij naar een andere stad moeten vertrekken.  Want daar zou niemand hem kennen. Zeker niet als hij zijn baard en snor zou laten staan. 

Nu Joop niet is veroordeeld, heeft hij niks te vrezen, voorlopig althans. Het zit hem niet echt lekker, dat hij  tegen Maria de waarheid moet blijven verzwijgen. Door niet te bekennen was hij nog in beeld bij Maria voor dat ‘kleine’ huisje, waar ze een vent voor nodig heeft. Joop denkt dat hij dankzij zijn ‘leugen om (zijn eigen) bestwil' een kans maakt bij haar.

‘Je hebt er echt niks mee te maken hè, Joop?’, vraagt ze de laatste tijd steeds als ze elkaar zien. ‘Neen toch hè Joop?’

‘Natuurlijk niet’, zegt Joop en hij voegt er aan toe: ‘wat had je dan gedacht?’

Zo blij als een kind  is Maria als ze de uitspraak van de rechter hoort. Met Kareltje op haar arm walst zwierig door haar kamer op de muziek van Johan Strauss: ‘die schöne blaue Donau’. Ze had het altijd wel gedacht:  Joop doet kinderen geen kwaad. Hoe komen ze er bij? De rechter heeft hem vrijgesproken. Maria is zo blij omdat er niks meer is dat haar belet om Joop te vragen of hij met haar wil samenwonen en of hij dan misschien ook met haar wil trouwen. 

Maria ziet het  al helemaal voor zich: Kareltje, Joop en zij lekker bezig in dat leuke, kleine huisje in de Wattstraat.

 

Morgen:   Deel 24. Opgewonden.

zaterdag 25 november 2023

SERIE 'OMA & OPA' DEEL22: OP HET POLITIEBUREAU

 

Voorgaande delen van de serie ‘OPA & OMA’ nog eens lezen? Dat kan! Deze serie wordt ook gepubliceerd op mijn blog: ‘stukkiejee.blogspot.com’.  Daar kan de serie ‘Opa & Oma’ vanaf deel 1 nog eens gelezen worden.

Door daar op de knop ‘oudere blogs’ rechtsonder te drukken krijg je telkens meer voorgaande afleveringen van de serie te zien.

Ook eerder ‘werk’ van mij kan je daar lezen. Met de knop ‘homepage’ kom je dan weer terug bij het meest recente verhaal.


Deel 22: Op het politiebureau.

Wat voorafging:

Maria is verkracht en daardoor zwanger. Abortus is taboe in Den Bosch.  Ze wordt ‘opgeborgen’ bij de nonnetjes.

Maria verlangt naar haar baby’tje.  ‘Collega’ zuster Ephraïm ‘ontfermt’ zich over  Maria. Samen kopen ze babykleertjes.

Maria baart Kareltje en gaat na 3 maanden bij een rijke familie wonen en werken. De familie is goed voor haar.

Maria is verliefd op meneer in ‘t Hout … tegelijk ook verward ... ze heeft wisselende stemmingen.

Ene Joop Kikkerd komt drukwerk afleveren. Mevrouw houdt Kareltje lief bezig. Dat lijkt Maria te raken … maar het is schúldgevoel, dat haar beroert.

Maria verzwijgt de huisarts haar zelfbeschadiging. In een nare droom worden haar gevoelens ‘duivels’ vergoeilijkt.

Kareltje brult iedereen wakker; hij is niet in zijn ledikantje en Maria slaapt nog diep. Meneer in ’t Hout is boos: ’Dit moet afgelopen zijn.’  Maria’s kriebeltjes verdwijnen als sneeuw voor de zon.

Raadselachtige verplaatsingen (van dieren), gebeurden ook al in Maria’s ouderlijk huis.

Maria, Joop en Kareltje wandelen. Joop maakt grapjes met de kleine.  Joop gaat Maria naar Den Bosch rijden.  Mevrouw in ’t Hout vertelt Maria de roddel over Joop: ’Hij is Joop niet te vertrouwen met kinderen’.

Joop een pedo? Maria is sceptisch. Onderweg naar Den Bosch praten ze erover. Joop praat sneller als anders, stottert soms. Hij kent de roddel. Twee gassies hebben leugens opgehangen. De politie was bij Joop maar er valt niks te bewijzen.

Joop trakteert in Den Bosch op appeltaart. Maria’s oudere zus, Rika, is een ouwe vrijster. Nu flirt ze met Joop. Maria’s moeder herinnert zich raadselachtige verplaatsingen van dieren in huis, net als nu met Kareltje gebeurt. En steeds was Maria in de buurt.

Maria is jaloers. Zus Rika en Joop zijn laat thuis. Het eten is verpieterd. Maria en Joop praten op de terugweg over de ‘verplaatsingen’. Maria onthult Joop dat haar verkrachter tevens de vader van Kareltje  is. Zou er een verband zijn tussen de verkrachting en de ‘verplaatsingen’?

Op de terugreis naar Schiedam tobt Maria over de verplaatsingen. Mevrouw in ’t Hout ontvangt Joop en Maria allerhartelijks. Maria schaamt zich nog over haar ‘impulsieve’  verliefdheid op meneer. 

Kareltje ligt alweer ergens anders. Angstige gebeurtenis voor Maria. Doordat hij verwekt is door haar verkrachter, heeft ze wisselende gevoelens voor haar zoontje. Joop wordt door twee mannen in elkaar geslagen. Ze dreigen hem dat er nog meer slaag zal volgen.

Maria gaat naar haar huisarts voor het  slaapwandelen. Ze krijgt medicijnen en  een verwijsbriefje voor de psychiater. Joops buurman, Klaas, sjouwt hem naar zijn huis. Wat moesten die vechtersbazen? ‘Een volgende keer ga je er aan, viezerik’, roepen ze Joop na. Het daagt Joop langzaam wie hem dit geflikt hebben.

Maria lijkt goed te reageren op de medicijnen. Ze is ook energieker, wil ‘haar vleugels’ uitslaan. Samen met een leuke man in een klein huisje, daar droomt ze van. Joop likt zijn wonden en steekt de hand in eigen boezem.   

 

22. Op het politiebureau.

Op het politiebureau vertelt Joop, dat hij eergisteravond, nadat hij voor zijn woonhuis uit zijn auto was gestapt, finaal in elkaar was geslagen. Buurman Klaas vult zijn verhaal aan en meldt de dienstdoende politieman, dat hij de heren die Joop mishandelden, heeft herkend. Het zijn de gebroeders Albert en Hendrik van Ooijen. Ze zijn allebei makkelijk te herkennen: Albert heeft een hazenlip en trekt met zijn linkerbeen en Hendrik heeft enorme flaporen. Bovendien heeft Klaas de stemmen herkend van de broers. Ze riepen om beurten  iets naar Joop, toen ze wegliepen. Klaas heeft niet precies verstaan wat ze zeiden. Joop ook niet trouwens, die lag groggy op het trottoir.

De politieagent gaat hier nu eigenlijk zijn boekje een beetje te buiten, maar hij vindt het toch nodig om Klaas en Joop te informeren. De van Ooijens zijn namelijk een paar weken terug op het politiebureau geweest om aangifte te doen tegen de heer Joop Kikkerds, u dus. De aangifte luidde, dat Joop twee neefjes van de van Ooijens had betast. Er is toen gevraagd of de neefjes hun verhaal zelf mochten komen doen op het bureau. Dat mocht. Een van de neefjes vertelt eerlijk, dat ze Joop eerst wel een beetje hadden lopen zieken door in zijn auto te blijven zitten. Wat er toen gebeurde … de neefjes waren er nog steeds een beetje overstuur van  … toen het over het betasten ging ... Joop had ze bij hun kruis gepakt. Daarna had Joop een van de neven, opgepakt, hem strak om zijn middel beetgepakt en hem met zijn kont tegen zijn pik aan gedrukt. Dat was wat hun verhaal.

De politieagent zei al tegen de van Ooijens dat het zwakke van dit hele verhaal was, dat het  hun woord was tegen dat van Joop. Met andere woorden er waren geen getuigen. Hoewel … de politieagent aarzelde … het zou kunnen zijn, dat in het geval van de twee neefjes, de een getuige zou kunnen zijn voor de ander. Dat laatste blijkt onmogelijk te zijn, omdat de neefjes minderjarig zijn en minderjarigen mogen niet getuigen. Voor de jongens zou deze zaak heel moeilijk te bewijzen zijn. Voor de politieagent, die alsmaar verder zijn boekje te buiten ging, was het meteen duidelijk, dat die van Ooijens het heft wel even in eigen hand zouden nemen. Terwijl de kinderen aangifte deden, verscheen er een steeds agressiever wordende grimas op die koppen van de van Ooijens. De politieagent dacht meteen al, toen hij dat zag, dat dat niet veel goeds te voorspellen had. Zeker niet voor Joop Kikkerds. De politieagent lachte even. Wat was Joop lelijk te grazen genomen. Maar daar lachte de agent niet om. Het was fijn dat Joop een getuige had, die gezien had, dat het de gebroeders van Ooijen waren, die wat tikjes aan hem uitdeelden.

Meneer in ‘t Hout kwam thuis van zijn werk. Hij was notaris: testamenten, erfenissen, huwelijkse voorwaarden, enzovoorts. Een gouden business. Tegen zijn vrouw vertelt hij dat een van de meisjes op kantoor binnenkort gaat trouwen met de assistent notaris van het notariaat. Ze gaat na haar trouwen op de Burgemeester Knappertlaan wonen. Dat meisje woont nu nog in de Wattstraat, een heel leuk woninkje, voor niet al te veel geld.  Hij vroeg zijn vrouw of dat huisje misschien wat zou zijn voor Maria en Kareltje. Ze dacht van wel maar Maria zou toch eerst iemand moeten vinden, die de kost voor haar en Kareltje zou willen verdienen.

 

Morgen:    Deel 22:   Schuldig?

 

Op zondag 26 november a.s. Voorleesmiddag.

Schrijvers lezen voor uit eigen werk.

Ik  lees 2 verhalen voor in

Verhalenhuis Belvédère , Rechthuislaan 1, R’dam , Katendrecht.

15.00 uur – 17.00 uur.  Toegang gratis.

vrijdag 24 november 2023

SERIE 'OMA & OPA' DEEL 21: EEN LEUK, KLEIN HUISJE.

 Deel 21: Een klein, leuk huisje

Voorgaande delen van de serie ‘OPA & OMA’ nog eens lezen? Dat kan! Deze serie wordt ook gepubliceerd op mijn blog: ‘stukkiejee.blogspot.com’.  Daar kan de serie ‘Opa & Oma’ vanaf deel 1 nog eens gelezen worden.

Door daar op de knop ‘oudere blogs’ rechtsonder te drukken krijg je telkens meer voorgaande afleveringen van de serie te zien.

Ook eerder ‘werk’ van mij kan je daar lezen. Met de knop ‘homepage’ kom je dan weer terug bij het meest recente verhaal.

 

Deel 21: Een leuk klein huisje.

Wat voorafging:

Maria is verkracht en daardoor zwanger. Abortus is taboe in Den Bosch.  Ze wordt ‘opgeborgen’ bij de nonnetjes.

Maria verlangt naar haar baby’tje. Ze breit kleertjes. De kamer van hoofdzuster Wijnaldia moet ze schoonmaken. Zo verdient ze wat geld voor wol. Maria heeft last van die Wijnaldia; die randde haar aan.

Wijnaldia trekt alle breisels van Maria uit. ‘Collega’ zuster Ephraïm ‘ontfermt’ zich over  Maria. Samen kopen ze nieuwe babykleertjes.

Maria baart Kareltje.  Ephraïm vindt woonruimte en werk voor Maria bij rijkelui. De familie behandelt haar goed. Kareltje helpt schoonmaken.

Van meneer in ’t Hout … krijgt Maria kriebeltjes.  Ze is verliefd … tegelijk ook verward ... ze heeft wisselende stemmingen.

Ene Joop Kikkerd komt drukwerk afleveren. Mevrouw houdt Kareltje lief bezig. Dat lijkt Maria te raken … maar het is schúldgevoel, dat haar beroert.

Maria verzwijgt de huisarts haar zelfbeschadiging. In een nare droom worden haar gevoelens ‘duivels’ vergoeilijkt.

Kareltje brult iedereen wakker maar waar is hij? Niet in zijn ledikantje. Maria slaapt nog diep. Meneer in ’t Hout waarschuwt  Maria: ‘zoiets wil ik nooit weer!’  Maria’s kriebeltjes verdwijnen als sneeuw voor de zon.

Raadselachtige verplaatsingen (van dieren), gebeurden ook al in Maria’s ouderlijk huis.

Traploper en roetjes schoonmaken: een rotklus. Maria is moe, gaat vroeg slapen. Wordt vroeg wakker. Niet in haar eigen bed. Haar zoontje ligt ook weer ergens anders.

Maria, Joop en Kareltje wandelen. Joop maakt grapjes met de kleine.  Joop zal Maria naar Den Bosch rijden.  Mevrouw in ’t Hout vertelt Maria dat Joop niet te vertrouwen is met kinderen; zo wordt er althans geroddeld.

Joop een pedo? Maria is sceptisch. Onderweg naar Den Bosch praten ze erover. Joop praat dan sneller als anders en stottert soms. Hij kent de roddel. Twee gassies hebben leugens opgehangen. De politie was bij Joop maar er is geen bewijs tegen hem.

Op bezoek bij Maria’s familie, trakteert Joop op appeltaart. Maria’s moeder maakt zich zorgen over Rika, Maria’s oudere zus. Ze komt maar niet aan de man. Nu flirt ze met Joop. Maria’s moeder praat ook over de raadselachtige verplaatsingen van dieren, destijds en die van Kareltje nu.

Maria is jaloers. Zus Rika en Joop zijn laat thuis. Het eten is verpieterd. Rita en Joop praten op de terugweg over de ‘verplaatsingen’. Maria onthult Joop dat haar verkrachter tevens de vader van Kareltje  is. Zou er een verband zijn tussen de verkrachting en de ‘verplaatsingen’?

Op de terugreis naar Schiedam tobt Maria over de verplaatsingen. Mevrouw in ’t Hout ontvangt Joop en Maria allerhartelijks. Maria schaamt zich nog over haar ‘impulsieve’  verliefdheid op meneer. Joop zit een beetje vies soep te slurpen. Maria is verbaasd dat ze daar niks over zegt. Joop vindt Maria’s zus Rika ‘alleen maar aardig, meer niet’, zegt hij.

Kareltje is alweer verplaatst. Angstige gebeurtenis voor Maria. Doordat hij verwekt is door haar verkrachter, heeft ze wisselende gevoelens voor haar zoontje. Joop wordt door twee mannen in elkaar geslagen. Ze dreigen hem dat er nog meer slaag zal volgen.

Maria gaat naar haar huisarts voor het  slaapwandelen. Ze krijgt medicijnen en  een verwijsbriefje voor de psychiater. Joops buurman, Klaas, sjouwt hem naar zijn huis. Wat moesten vechtersbazen? ‘Een volgende keer ga je er aan, viezerik’, roepen ze Joop na. Het daagt Joop langzaam wie hem dit geflikt heeft.

Deel 21: Een leuk klein huisje.

Mevrouw in 't Hout is benieuwd, hoe Maria’s bezoek aan de dokter is afgelopen. Maria vertelt haar dat ze een trazodone-kuur van drie weken gekregen heeft tegen haar kwalen. Na die drie weken moet ze weer op het spreekuur komen. Maria slikt die pillen nu drie dagen en het effect is redelijk positief. Van de in ‘ Houts heeft Maria niks te horen gekregen over slaapwandelen. Ook met Kareltje is  ze dus niet aan de haal gegaan. Fijn dat Maria zich wat rustiger voelt. Ze voelde zich voorheen gejaagd bij het werk in huis. Altijd alles maar vlug, vlug, vlug, want het werk moet klaar voordat haar zoontje wakker wordt. Mevrouw vindt dat jammer om te horen. Want over het werk van Maria is zij erg tevreden. Wat mevrouw vooral fijn vindt is dat ze zo zelfstandig is. Je hoeft haar niet aan het werk te zetten. In feite hoeft je haar niet eens te controleren; ze doet alles pico bello.

‘Heel mooi dat je nu wat ontspannener je werk kunt doen, Maria. Die rust komt vast doordat je nu niet meer slaapwandelt. Je slaap is dieper, je rust meer uit. Het werk hier in huis vind je steeds leuker en steeds meer plezier beleef je met je kind.’

Mevrouw in ‘t Hout heeft niet alles goed gezien: hoe energieker Maria wordt, hoe meer zin zij krijgt om leuke dingen te doen met Kareltje, dat wel, maar de lol in het schoonhouden van het huis neemt alleen maar af. Mevrouw in ‘t Hout gaat weer naar boven, eten klaarmaken. Dat is iets wat ze nog wel zelf doet.

Aan schoonmaken op zich heeft Maria geen hekel. Het lijkt haar alleen heerlijk om een eigen huisje te hebben en dàt schoon te houden. Alleen, Maria kan geen huisje huren. Daar heeft ze geen geld genoeg voor. Een betrekking heeft Maria niet, ja, hier bij de in ‘t Houts; maar hier verdient ze geen geld. Ze krijgt betaald met kost en inwoning ... daar wil ze nu juist van af.

Waar ze van droomt is in een klein huurhuisje te wonen met haar zoontje en een leuke man, die genoeg zou verdienen om zo’n huisje voor hen drietjes te betalen.

 

Zoals Klaas gezegd had, zou hij Joop zijn dokter op de hoogte stellen. Dat heeft hij keurig gedaan. Dokter komt redelijk snel langs.

Joop heeft een gebroken arm, een gebroken jukbeen, verschillende kneuzingen en enkele lelijke verwondingen met name aan zijn hoofd. De dokter ontsmet, verbindt de wonden en geeft hem een receptje voor de apotheek.

‘Sterkte en beterschap, jongen’ wenst de dokter Joop toe en hij vertrekt naar de volgende patiënt.

‘Sterkte en beterschap …  ja hoor, dokter …,’ denkt Joop, ‘het is gewoon allemaal mijn eigen stomme schuld. Eigen schuld, dikke bult. Die van Ooijens hebben volkomen gelijk om me in elkaar te rammen. Als het mijn neefjes waren geweest had ik het misschien net zo gedaan. Jonge kinderen maken me gek! Hoe dat komt? Ik weet het niet. Wist ik het maar. Het gebeurt gewoon. Wat ik zeker weet is, dat ik me beter moet leren beheersen. Ik sterf verdomme van de pijn ... maar ’t is mijn verdiende loon.’

Morgen gaat Joop naar het politiebureau om aangifte te doen tegen de van Ooijens wegens geweldpleging. Buurman Klaas gaat mee.

 

Morgen deel  22: Op het politiebureau.

 

Op zondag 26 november a.s. Voorleesmiddag.

Schrijvers lezen voor uit eigen werk.

Ik  lees 2 verhalen voor in

Verhalenhuis Belvédère , Rechthuislaan 1, R’dam , Katendrecht.

15.00 uur – 17.00 uur.  Toegang gratis.

donderdag 23 november 2023

SERIE 'OMA EN OPA' DEEL 20. DE RELIGIEUZE BOEKHANDEL.

 

Serie: ‘Opa en Oma’.

Deel 20: De religieuze boekhandel.

Voorgaande delen van de serie ‘OPA & OMA’ nog eens lezen? Dat kan! Deze serie wordt ook gepubliceerd op mijn blog: ‘stukkiejee.blogspot.com’.  Daar kan de serie ‘Opa & Oma’ vanaf deel 1 nog eens gelezen worden.

Door daar op de knop ‘oudere blogs’ rechtsonder te drukken krijg je telkens meer voorgaande afleveringen van de serie te zien.

Ook eerder ‘werk’ van mij kan je daar lezen. Met de knop ‘homepage’ kom je dan weer terug bij het meest recente verhaal.

 

Deel 20: De religieuze boekhandel.

Wat voorafging:

Maria is verkracht en daardoor zwanger. Abortus is taboe in Den Bosch.  Ze wordt ‘opgeborgen’ bij de nonnetjes.

Maria verlangt naar haar baby’tje. Ze breit kleertjes. De kamer van hoofdzuster Wijnaldia moet ze schoonmaken. Zo verdient ze wat geld voor wol. Maria heeft last van die Wijnaldia; die randde haar aan.

Wijnaldia trekt alle breisels van Maria uit. ‘Collega’ zuster Ephraïm ‘ontfermt’ zich over  Maria. Samen kopen ze nieuwe babykleertjes.

Maria baart Kareltje.  Ephraïm vindt woonruimte en werk voor Maria bij rijkelui. De familie behandelt haar goed. Kareltje helpt schoonmaken.

Van meneer in ’t Hout … krijgt Maria kriebeltjes.  Ze is verliefd … tegelijk ook verward ... ze heeft wisselende stemmingen.

Ene Joop Kikkerd komt drukwerk afleveren. Mevrouw houdt Kareltje lief bezig. Dat lijkt Maria te raken … maar het is schúldgevoel, dat haar beroert.

Maria verzwijgt de huisarts haar zelfbeschadiging. In een nare droom worden haar gevoelens ‘duivels’ vergoeilijkt.

Kareltje brult iedereen wakker maar waar is hij? Niet in zijn ledikantje. Maria slaapt nog diep. Meneer in ’t Hout waarschuwt  Maria: ‘zoiets wil ik nooit weer’!  Maria’s kriebeltjes verdwijnen als sneeuw voor de zon.

Raadselachtige verplaatsingen (van dieren), gebeurden ook al in Maria’s ouderlijk huis.

Traploper en roetjes schoonmaken: een rotklus. Maria is moe, gaat vroeg slapen. Wordt vroeg wakker. Niet in haar eigen bed. Haar zoontje ligt ook weer ergens anders.

Maria, Joop en Kareltje wandelen. Joop maakt grapjes met de kleine.  Joop zal Maria naar Den Bosch rijden.  Mevrouw in ’t Hout vertelt Maria dat Joop niet te vertrouwen is met kinderen; zo wordt er geroddeld.

Joop een pedo? Maria is sceptisch. Onderweg naar Den Bosch praten ze erover. Joop praat sneller als anders en stottert soms. Hij kent de roddel. Twee gassies hebben leugens opgehangen. De politie was bij Joop maar er is geen bewijs.

Op bezoek bij Maria’s familie, trakteert Joop op appeltaart. Maria’s moeder maakt zich zorgen over Rika, Maria’s oudere zus. Ze komt maar niet aan de man. Nu flirt ze met Joop. Maria’s moeder praat ook over de raadselachtige verplaatsingen van dieren destijds en die van Kareltje nu.

Maria is jaloers. Zus Rika en Joop zijn laat thuis. Het eten is verpieterd. Rita en Joop praten op de terugweg over de ‘verplaatsingen’. Maria onthult Joop dat haar verkrachter tevens de vader van Kareltje  is. Zou er een verband zijn tussen de verkrachting en de ‘verplaatsingen’?

Op de terugreis naar Schiedam tobt Maria over de verplaatsingen. Mevrouw in ’t Hout ontvangt Joop en Maria hartelijk. Maria schaamt zich nog steeds over haar ‘impulsieve’  verliefdheid op meneer. Joop zit een beetje vies soep te slurpen. Maria is verbaasd dat ze daar niks over zegt. Joop vindt Maria’s zus Rika ‘alleen maar aardig, meer niet’, zegt hij.

Kareltje is alweer verplaatst. Angstige gebeurtenis voor Maria. Doordat hij verwekt is door haar verkrachter, heeft ze wisselende gevoelens voor haar zoontje. Joop wordt door twee mannen in elkaar geslagen. Ze dreigen hem dat er nog meer slaag zal volgen.

Maria gaat naar haar huisarts voor haar slaapwandelen. Ze krijgt medicijnen een verwijsbriefje voor de psychiater. Joops buurman, Klaas, ontfermt zich over hem.

 

Deel 20: De religieuze boekhandel.

Bedankt buurman,’ zegt Joop.

‘Ja, ik kan je toch niet midden in de nacht in die plas bloed laten liggen,’ zegt Klaas. ‘Ik ga zelf nu weer naar bed, als je nog wat te eten wil moet je het nu zeggen ……o, dat vergat ik even,  je kan niks zeggen … nou, knik maar  ‘ja’ en schud maar ‘nee’ als antwoord op mijn vragen,’ zegt Klaas. Aan het einde van het liedje wil Joop alleen maar wat drinken. Klaas geeft Joop een glas cola met een flinke scheut jonge jenever in de hoop dat daardoor Joop zijn pijn wat zou minderen en dat hij snel in slaap zou vallen.  Het is nu half drie. Klaas gaat weer naar boven, naar zijn eigen kamer. Hij zegt tegen Joop dat hij morgenochtend vroeg rond een uur of acht weer terug komt. Dan gaat hij eerst even bij Joop zijn huisarts langs gaan om hem te vertellen wat er gebeurd is. Joop begrijpt het en zwaait zoiets als 'welterusten'.

Slapen kan Joop voor geen meter. Het enige dat hij zonder pijn kan, is knipperen met zijn ogen. Voor de rest doet alles, echt alles pijn. Gore lafbekken zijn het. Met z’n tweeën nog wel; en maar rossen. Ik mag blij zijn, dat ik nog leef.  Die klootzakken zeiden geen stom woord, anders had ik misschien hun stemmen nog kunnen herkennen. In het begin, dacht ik, dat ze het gemunt hadden op mijn auto, hoewel, eigenlijk was het  natuurlijk mijn eigen wagen niet, dit was de wagen van de zaak. Op mijn geld waren ze blijkbaar ook niet uit; dat hadden ze zo kunnen krijgen … dat kleine beetje van me.

Volgens Klaas waren het mannen van ‘van Ooijen’ van de Schiedamsche Kolenhandel op de Lange Haven. Die kolenhandel, die ken ik wel, daar heb ik wel eens een paar mud eierkolen besteld. Mannen met spierballen werken daar. Maar waarom moeten die gasten mij nu zonodig hebben? Wat heb ik misdaan?  Toen ze wegliepen riepen ze nog wat. Dat kan ik me wèl herinneren maar wàt ze precies riepen? Zoiets als:  ‘je overleeft het niet’ … ze hadden mijn oren denk ik dichtgeschopt … ‘vuile viezerik’ …ja, vuile viezerik riepen ze ook naar mij. ‘Je overleeft het niet vuile viezerik.’ O jaaaa …… van Ooijen …..  was dat niet een broer van Hermus, van die religieuze boekhandel?

Het waren de kinderen van die Hermus die Joop destijds op zijn manier uit zijn wagen gezet heeft. De  boze boekhandelaar is daarna naar het politiebureau gestapt om daar zijn twee zoontjes te laten verklaren, welke onzedelijke handelingen Joop met hen heeft uitgevoerd.

 

Ze zullen het nooit kunnen bewijzen, dat die twee jochies gelijk hebben. Bekennen zal Joop nooit. Ja, nu had Joop het weer op een rijtje. De hardvochtige helden zeiden: ‘Als je nog eens een keer aan onze kinderen zit, dan overleef je het niet, vuile viezerik.’ Dat was duidelijke taal. Joop zal zich moeten leren beheersen.

 

Morgen: Deel 21. Een leuk klein huisje.

 

Op zondag 26 november a.s. Voorleesmiddag.

Schrijvers lezen voor uit eigen werk.

Ik  lees 2 verhalen voor in

Verhalenhuis Belvédère , Rechthuislaan 1, R’dam , Katendrecht.

15.00 uur – 17.00 uur.  Toegang gratis.