Posts tonen met het label toonbaar. Alle posts tonen
Posts tonen met het label toonbaar. Alle posts tonen

zondag 6 april 2025

KANKERVLEKKEN.

Een zonovergoten dag. Beetje fris, deze lentedag in 2025. Van genoten. Blootshoofds en in korte broek. Volkskrant-magazine mee. Uit de wind zitten lezen op een bankje langs het water. Mijn benen, met kippenvel, beginnen bruin te worden. Waterhoentjes neuken ongegeneerd.  

Ik had iets op mijn hoofd moeten doen met die zon. Want kanker dreigt. Ik heb het al eens gehad. Ik kreeg  rare plekken op mijn voorhoofd, gezicht  en schedel.

De dermatoloog herkende in 2016 die plekken onmiddellijk als melanomen.  Kankervlekken, zeg maar.  Ze schreef een zalf voor, die goed hielp. De eerste zes weken liep ik wel mooi voor lul.  Met kleine en grotere korsten over mijn hele hoofd. Tsja  … wie mooi wil zijn … Daarna werd ik langzaam weer toonbaar.

‘Voortaan altijd wat op je hoofd,’ bezwoer de huidarts. 'Ook als het zonnetje àchter de wolken schijnt'. De kans dat ze terug komen is groot.

Ik weet wel hoe ik aan die melanomen gekomen ben. Na mijn vijftigste ben ik m’n kop kaal gaan scheren en ging ik veel fietsen. Lange afstanden. In de regen maar veel meer in de zon. In de brandende zon. Zo’n 100 kilometer per fietsdag. Eerst voornamelijk in Nederland.  Later, na mijn pensionering,  veel richting Zuid-Frankrijk. Altijd blootshoofds. Ik heb die zon flink voelen knetteren.

De meeste kanker moet zich toch in mijn hoofd gevestigd hebben gedurende mijn zonovergoten ritten naar Zuid Frankrijk. Ik fietste dan in een week naar Avignon. Twaalfhonderd kilometer! Voor het drieweekse theaterfestival aldaar. Altijd verrassend. Ik was er wel tien keer.  

In de negentiger jaren ging ik er nog met de Thallys naar toe. Dan was ik er in één dag. De laatste keer in 1998. Ik ben dat jaar bijna dood gereden. Ik stak toen met mijn huurfietsje een autoweg over. Een snelheidsduivel in een Peugeot lanceerde me. Vlak voor een stoeprand 10 meter verderop kwam ik neer. Buiten bewustzijn. Rug gebroken, schedelbasisfractuur. Het theaterfestival kon ik wel vergeten dat jaar. Zes weken lag ik in het ziekenhuis van Avignon en aansluitend nog zes in het Franciscus ziekenhuis in Rotterdam.

Na 2000 ging ik weer vrolijk fietsen. Liet de zon lekker knetteren op mijn kale knar. Ik reed wel met een helm op. De zon brandt recht door de gaten in m’n  helm heen. Juist op die plekken ziet de dermatoloog in 2016 de ergste melanomen.

woensdag 29 november 2023

SERIE 'OPA & OMA' DEEL 26. KLUSSEN.

 


Voorgaande delen van de serie ‘OPA & OMA’ nog eens lezen? Dat kan! Deze serie wordt ook gepubliceerd op mijn blog: ‘stukkiejee.blogspot.com’.  Daar kan de serie ‘Opa & Oma’ vanaf deel 1 nog eens gelezen worden.

Door daar op de knop ‘oudere blogs’ rechtsonder te drukken krijg je telkens meer voorgaande afleveringen van de serie te zien.

Ook eerder ‘werk’ van mij kan je daar lezen. Met de knop ‘homepage’ kom je dan weer terug bij het meest recente verhaal

 

Deel 26. Klussen.

Wat voorafging.

Maria is verkracht en daardoor zwanger. Ze wordt ‘opgeborgen’ bij de nonnetjes. Maria verlangt naar haar baby’tje.   Ephraïm, een non, ‘ontfermt’ zich over haar. Samen kopen ze babykleertjes. Maria baart Kareltje en gaat bij een rijke familie (in ’t Hout) wonen en werken. De familie is goed voor haar. Ze wordt verliefd op meneer in ‘t Hout … tegelijk raakt ze ook in verwarring ... ze heeft wisselende stemmingen.

Ene Joop Kikkerd komt drukwerk afleveren. Mevrouw speelt met Kareltje. Dat lijkt Maria te raken … maar het is schúldgevoel, dat haar beroert. Ze verzwijgt de huisarts haar zelfbeschadiging. In een nare droom worden haar gevoelens ‘duivels’ vergoeilijkt.

Kareltje brult iedereen wakker; hij is niet in zijn ledikantje en Maria slaapt nog diep. Meneer in ’t Hout is boos: ’Dit moet afgelopen zijn.’  Haar liefde voor die man is gelijk over.

Maria, Joop en Kareltje wandelen. Hij gaat Maria met de auto naar haar moeder in Den Bosch brengen.  Er is een roddel over Joop:  Joop is een pedo. Maria is sceptisch. Onderweg naar Den Bosch praten ze erover. Joop raakt een beetje van slag. Hij kent de roddel. Twee gassies hebben leugens opgehangen. De politie was al bij Joop maar ze kunnen niks bewijzen.

Maria’s oudere zus, Rika, is een ouwe vrijster. Ze flirt met Joop. Maria’s moeder herinnert zich raadselachtige verplaatsingen van dieren thuis, net zoals nu met Kareltje gebeurt. En steeds was Maria in de buurt. Zij en Joop praten op de terugweg over de ‘verplaatsingen’. Maria onthult Joop dat haar verkrachter tevens de vader van Kareltje  is. Zou er een verband zijn tussen de verkrachting en de ‘verplaatsingen’? 

Kareltje ligt alwèèr niet in zijn bedje. Maria raakt hierdoor in verwarring. Ze heeft, doordat hij door haar verkrachter verwekt is, wisselende gevoelens voor haar zoontje.

Maria gaat naar haar huisarts voor het slaapwandelen. Ze krijgt medicijnen en  een verwijsbriefje voor de psychiater.

Maria reageert goed reageren op de medicatie. Ze wordt energieker, wil ‘haar vleugels’ uitslaan. Samen met een leuke man in een klein huisje, daar droomt ze van.

Joop wordt door twee mannen in elkaar geslagen.  Buurman Klaas weet dat de gebroeders van Ooijen Joop mishandeld hebben. ‘Een volgende keer ga je er aan, viezerik’, roepen ze Joop na. Klaas, sjouwt hem naar zijn huis. Joop likt zijn wonden en steekt de hand in eigen boezem. Hij is aangeklaagd voor seksueel grensoverschrijdend gedrag. Ook de misbruikte  kinderen hebben hun zegje gezegd. Minderjarigen mogen niet getuigen. Klaas was wèl getuige van het afrossen van Joop.

Joop wordt vrijgesproken. Ten onrechte, dat weet hij. Zijn gedachten schieten alle kanten op. Één ding is zeker: hij heeft nu het vertrouwen van Maria. Inmiddels lijkt de woonwens van haar verwezenlijkt te worden.

In de auto, op weg naar de poffertjeskraam, pakt peuter Kareltje alles wat hij pakken kan, tot afgrijzen van Joop. Het trio laat zich de poffertjes goed smaken. Joop doet Maria daar een aanzoek om te gaan samenwonen

Deel 26. Klussen.

Ze wilden eerst gaan samenwonen, Joop en Maria, maar beiden vinden ze het uiteindelijk toch wat netter om eerst te trouwen. Op een gegeven moment, zo’n twee maanden na het poffertjes-uitje,  blijkt Maria zwanger te zijn … van Joop. Zij geven allebei grif toe nooit met een ander naar bed te zijn gegaan. Dan móét er wel getrouwd worden, vinden ze allebei en een beetje snel ook, want met een uitpuilbuik voor de  ambtenaar van de burgerlijke stand staan vindt ze tamelijk gênant.  In januari is Maria ongeveer vier maanden; dan is ze nog enigszins toonbaar.

Aan het opknappen van die Wattstraat hebben ze nog flink wat werk gehad. Maria heeft geluk dat haar zus Rika bereid is een paar weken voor Kareltje te zorgen, anders zouden ze het niet redden. Het valt voor Maria echter niet mee haar kleine manneke los te laten en dan nog wel zo lang.

Het is hard werken en het is ook léúk, zeker als de vrienden van Joop komen helpen en ... ja, zelfs meneer en mevrouw van ’t Hout steken de handen uit de mouwen. Joop heeft zijn vrienden gecharterd voor het witten en het overige verfwerk. Maria zorgt voor voldoende eten en drinken tijdens het werk, variërend van koffie met koek tot een borrel of een pilsje met wat hartigs. Dat vindt Maria nu eenmaal  leuk: ervoor zorgen, dat die noeste werkers niets tekort komen. Dat zit Joop alleen niet zo lekker, merkt Maria. Joop vindt dat Maria een beetje overdrijft.  Ze schenkt soms wel twee of drie maal koffie bij en zet een paar kratten bier neer waaruit onbeperkt gedronken kan worden. Ook koek en kaas ligt er voldoende onder het motto: ’neem en eet, zolang de voorraad strekt.’ Maria gaat er van uit, dat als die vrienden ons niet  helpen, we het werk òf met z’n tweeën moeten doen òf we moeten voor het werk mensen inhuren en dat kunnen we niet betalen.

Eerst wordt Joop steeds stiller, vervolgens gaat hij lopen vitten op Maria, haar kleding, haar haardracht en dan gaat hij lelijk lopen kijken. Ja, hij krijgt dan echt een lelijke kop  .. en als Maria dat dan tegen hem zegt wordt hij grof ... dan moet ze haar kop houden. Wat blijkt:  Joop is jaloers. Jaloers, omdat Maria naar zijn idee te goed is voor zijn vrienden … Joop krijgt zelf op een gewone avond nooit meer dan één kopje koffie en één biertje of een borrel van haar … dat is toch wel heel erg zielig, nietwaar? Maria moet er hartelijk om lachen. Druk kan ze zich er niet om maken.

Vanavond wil ze de vitrages voor de keukenramen afmaken en de maten opnemen voor de overgordijnen in de verschillende ruimtes.

 Wat een vreemd mannetje is die Joop toch eigenlijk, denkt Maria. Aan de ene kant wil hij graag hulp en als hij die hulp eenmaal heeft, dan voelt hij zich tekort gedaan en is hij die hulp liever weer kwijt dan rijk.

 

Morgen: Deel 27. Tongzoenen.