woensdag 22 november 2023

SERIE 'OMA & OPA'' DEEL 19. EEN VERWIJSBRIEFJE

 Serie: ‘Opa en Oma’.

Deel 19: Een verwijsbriefje.

Voorgaande delen van de serie ‘OPA & OMA’ nog eens lezen? Dat kan! Deze serie wordt ook gepubliceerd op mijn blog: ‘stukkiejee.blogspot.com’.  Daar kan de serie ‘Opa & Oma’ vanaf deel 1 nog eens gelezen worden.

Door daar op de knop ‘oudere blogs’ rechtsonder te drukken krijg je telkens meer voorgaande afleveringen van de serie te zien.

Ook eerder ‘werk’ van mij kan je daar lezen. Met de knop ‘homepage’ kom je dan weer terug bij het meest recente verhaal.

 

Deel 19. Een verwijsbriefje.

Wat voorafging:

Maria is verkracht en daardoor zwanger. Abortus is taboe in Den Bosch.  Ze wordt ‘opgeborgen’ bij de nonnetjes.

Maria verlangt naar haar baby’tje. Ze breit kleertjes. De kamer van hoofdzuster Wijnaldia moet ze schoonmaken. Zo verdient ze wat geld voor wol. Maria heeft last van die Wijnaldia; die randde haar aan.

Wijnaldia trekt alle breisels van Maria uit. ‘Collega’ zuster Ephraïm ‘ontfermt’ zich over  Maria. Samen kopen ze nieuwe babykleertjes.

Maria baart Kareltje.  Ephraïm vindt woonruimte en werk voor Maria bij rijkelui. De familie behandelt haar goed. Kareltje helpt schoonmaken.

Van meneer in ’t Hout … krijgt Maria kriebeltjes.  Ze is verliefd … tegelijk ook verward ... ze heeft wisselende stemmingen.

Ene Joop Kikkerd komt drukwerk afleveren. Mevrouw houdt Kareltje lief bezig. Dat lijkt Maria te raken … maar het is schúldgevoel, dat haar beroert.

Maria verzwijgt de huisarts haar zelfbeschadiging. In een nare droom worden haar gevoelens ‘duivels’ vergoeilijkt.

Kareltje brult iedereen wakker maar waar is hij? Niet in zijn ledikantje. Maria slaapt nog diep. Meneer in ’t Hout waarschuwt  Maria: ‘zoiets wil ik nooit weer’!  Maria’s kriebeltjes verdwijnen als sneeuw voor de zon.

Raadselachtige verplaatsingen (van dieren), gebeurden ook al in Maria’s ouderlijk huis.

Traploper en roetjes schoonmaken: een rotklus. Maria is moe, gaat vroeg slapen. Wordt vroeg wakker. Niet in haar eigen bed. Haar zoontje ligt ook weer ergens anders.

Maria, Joop en Kareltje wandelen. Joop maakt grapjes met de kleine.  Joop zal Maria naar Den Bosch rijden.  Mevrouw in ’t Hout vertelt Maria dat Joop niet te vertrouwen is met kinderen; zo wordt er geroddeld.

Joop een pedo? Maria is sceptisch. Onderweg naar Den Bosch praten ze erover. Joop praat sneller als anders en stottert soms. Hij kent de roddel. Twee gassies hebben leugens opgehangen. De politie was bij Joop maar er is geen bewijs.

Op bezoek bij Maria’s familie, trakteert Joop op appeltaart. Maria’s moeder maakt zich zorgen over Rika, Maria’s oudere zus. Ze komt maar niet aan de man. Nu flirt ze met Joop. Maria’s moeder praat ook over de raadselachtige verplaatsingen van dieren destijds en die van Kareltje nu.

Maria is jaloers. Zus Rika en Joop zijn laat thuis. Het eten is verpieterd. Rita en Joop praten op de terugweg over de ‘verplaatsingen’. Maria onthult Joop dat haar verkrachter tevens de vader van Kareltje  is. Zou er een verband zijn tussen de verkrachting en de ‘verplaatsingen’?

Op de terugreis naar Schiedam tobt Maria over de verplaatsingen. Mevrouw in ’t Hout ontvangt Joop en Maria hartelijk. Maria schaamt zich nog steeds over haar ‘impulsieve’  verliefdheid op meneer. Joop zit een beetje vies soep te slurpen. Maria is verbaasd dat ze daar niks over zegt. Joop vindt Maria’s zus Rika ‘alleen maar aardig, meer niet’, zegt hij.

Kareltje is alweer verplaatst. Angstige gebeurtenis voor Maria. Doordat hij verwekt is door haar verkrachter, heeft ze wisselende gevoelens voor haar zoontje. Joop wordt door twee mannen in elkaar geslagen. Ze dreigen hem dat er nog meer slaag zal volgen.

 

Deel 19. Een verwijsbriefje.

Om tien over half elf gaat Maria naar de dokter. Ze had deze dokter voor het eerst nodig toen Kareltje van de trap viel en zijn arm brak (en Lidwien haar ribben). De dokter was toen zo vriendelijk om haar zoontje naar het ziekenhuis  te brengen. Dit keer heeft ze de dokter zelf nodig. Ze heeft de wekker op acht uur gezet, dan zou ze genoeg tijd hebben om Kareltje te wassen, aan te kleden en eten te geven en ze zou nog voldoende tijd over hebben voor zichzelf. Mevrouw in ‘t Hout past weer eens op die kleine.

De wachtkamer is druk bezet: er zijn er zes vòòr Maria. Als het een beetje mee zit, zou ze over dik een uur weer buiten staan. Alleen … deze dokter staat er om bekend, dat hij aandacht heeft voor zijn patiënten en dat kost nogal wat tijd.

Na ruim een uur is Maria aan de beurt. Ze vertelt haar slaapwandelverhaal. Belangstellend hoorde de dokter dat aan. Hij is er van overtuigd dat haar traumatische ervaring, haar verkrachting, nog steeds opspeelt in haar geest. De daardoor oplopende spanning, uit zich bij Maria in slaapwandelen. Dat is op zich al zorgwekkend; maar dat ze Kareltje verplaatste (verhuist) tijdens haar slaapwandeling, heeft volgens de dokter een te hoge risicofactor. Dat moet kost wat kost voorkomen worden. Maria krijgt daartoe van hem trazodone voorgeschreven; een middel dat, spanningreducerend werkt. Ze krijgt een kuur van drie weken; elke dag drie tabletten. Na die drie weken moet het afgelopen zijn met dat geslaapwandel. ‘Kom daarna nog maar eens langs op het spreekuur’.

De dokter vindt dat Maria’s schuldgevoelens over Kareltje thuis horen bij een psychiater. Over die schuldgevoelens en haar verkrachting, die tot de conceptie van Kareltje leidde, zou zij het met psychiater moeten hebben. De dokter geeft haar een verwijsbriefje mee. Maria moet zelf bellen voor een afspraak.

Tot slot stelt dokter nog een rare vraag, althans een vraag die ze niet meteen met ‘ja’ of ‘nee’ kan beantwoorden:

‘Heb je je zoontje onvoorwaardelijk lief?’

Een heel moeilijke vraag voor Maria.

 

Kort nadat Joop zijn laatste klapjes had geïncasseerd, komt zijn bezorgde bovenbuurman Klaas kijken hoe hij er bij ligt. Allesbehalve goed.  Het bloed gutst uit zijn mond en wat Klaas ook aanraakte alles deed Joop  pijn. Klaas port hem om op te staan … probeert hem op te tillen. Het lijkt wel alsof al zijn botten gebroken zijn, zo reageert hij.

‘Ik heb gezien wie het waren Joop,’ zegt Klaas, ‘die twee lafbekken. Het waren de gebroeders van Ooijen.’ Joop zegt wel iets terug maar doordat zijn tong en zijn lippen kapotgeschopt zijn, hoort Klaas niets anders dan een onverstaanbaar gemurmel.  Met een uiterste krachtsinspanning probeert Joop wel te gaan staan maar hij zakt meteen als een plumpudding in elkaar.

‘Zo’n klein mannetje als Joop zou ik toch een trap naar boven moeten kunnen slepen,’ denkt Klaas, die een kop groter is. Vragen aan Joop of hij het okee vindt, daar begon Klaas niet meer aan. Onder veel tegenstribbelen, protesten en amechtig gekerm trekt Klaas zijn buurman de trap op, legt hem in zijn bed en verzorgt de ergste verwondingen.

 

Morgen: Deel 20: De religieuze boekhandel.

 

Op zondag 26 november a.s. Voorleesmiddag.

Schrijvers lezen voor uit eigen werk.

Ik  lees 2 verhalen voor in

Verhalenhuis Belvédère , Rechthuislaan 1, R’dam , Katendrecht.

15.00 uur – 17.00 uur.  Toegang gratis.

dinsdag 21 november 2023

SERIE 'OPA & OMA' DEEL 18. IN ELKAAR GESLAGEN.

 Serie: ‘Opa en Oma’.

Deel  18: In elkaar geslagen

Voorgaande delen van de serie ‘OPA & OMA’ nog eens lezen? Dat kan! Deze serie wordt ook gepubliceerd op mijn blog: ‘stukkiejee.blogspot.com’.  Daar kan de serie ‘Opa & Oma’ vanaf deel 1 nog eens gelezen worden.

Door daar op de knop ‘oudere blogs’ rechtsonder te drukken krijg je telkens meer voorgaande afleveringen van de serie te zien.

Ook eerder ‘werk’ van mij kan je daar lezen. Met de knop ‘homepage’ kom je dan weer terug bij het meest recente verhaal.

 

Deel 18. In elkaar geslagen.

Wat voorafging:

Maria is verkracht en daardoor zwanger. Abortus is taboe in Den Bosch.  Ze wordt ‘opgeborgen’ bij de nonnetjes.

Maria verlangt naar haar baby’tje. Ze breit kleertjes. De kamer van hoofdzuster Wijnaldia moet ze schoonmaken. Zo verdient ze wat geld voor wol. Maria heeft last van die Wijnaldia; die randde haar aan.

Wijnaldia trekt alle breisels van Maria uit. ‘Collega’ zuster Ephraïm ‘ontfermt’ zich over  Maria. Samen kopen ze nieuwe babykleertjes.

Maria baart Kareltje.  Ephraïm vindt woonruimte en werk voor Maria bij rijkelui. De familie behandelt haar goed. Kareltje helpt schoonmaken …  helpen, van de wal in de sloot.

Van meneer in ’t Hout … krijgt Maria kriebeltjes.  Ze is verliefd … tegelijk ook verward ... ze heeft wisselende stemmingen.

Ene Joop Kikkerd komt drukwerk afleveren. Mevrouw houdt Kareltje lief bezig. Dat lijkt Maria te raken … maar het is haar schúldgevoel, dat haar beroert.

Maria verzwijgt de huisarts haar zelfbeschadiging. In een nare droom worden haar gevoelens ‘duivels’ vergoeilijkt.

Kareltje brult iedereen wakker maar waar is hij? Niet in zijn ledikantje. Maria slaapt nog diep. Meneer in ’t Hout waarschuwt  Maria: ‘Dit wil ik nooit weer!  Maria’s kriebeltjes verdwijnen als sneeuw voor de zon.

Raadselachtige verplaatsingen (van dieren), gebeurden ook al in Maria’s ouderlijk huis.

Traploper en roetjes schoonmaken: een rotklus. Maria is moe, gaat vroeg slapen. Wordt vroeg wakker. Niet in haar eigen bed. Haar zoontje ligt ook weer ergens anders.

Maria, Joop en Kareltje wandelen. Joop maakt grapjes met de kleine.  Joop belooft Maria naar haar familie in Den Bosch te rijden. Mevrouw in ’t Hout vertelt Maria over de roddel: Joop is niet te vertrouwen met kinderen.

Joop een pedo? Maria is sceptisch. Onderweg naar Den Bosch praten ze erover. Joop praat sneller als anders en stottert soms. Hij kent die roddel. Twee gassies hebben leugens opgehangen. De politie was al bij Joop thuis maar heeft geen bewijs.

Op bezoek bij Maria’s familie, trakteert Joop op appeltaart. Maria’s moeder maakt zich zorgen over Rika, Maria’s oudere zus. Ze komt maar niet aan de man. Nu flirt ze met Joop. De raadselachtige verplaatsingen van dieren (van vroeger) en Kareltje nu, brengt Maria’s moeder ook ter sprake.

Maria is jaloers. Zus Rika en Joop zijn laat thuis. Het eten is verpieterd. Rita en Joop praten op de terugweg over de ‘verplaatsingen’. Maria onthult Joop dat haar verkrachter tevens de vader van Kareltje  is. Zou er een verband zijn tussen de verkrachting en de ‘verplaatsingen’?

Op de terugreis naar Schiedam tobt Maria over de verplaatsingen. Mevrouw in ’t Hout ontvangt Joop en Maria hartelijk. Maria schaamt zich nog steeds over haar ‘impulsieve’  verliefdheid op meneer. Joop zit een beetje vies soep te slurpen. Maria is verbaasd dat ze daar niks over zegt. Joop vindt Maria’s zus Rika gewoon aardig, meer niet, zegt hij.

 

Deel 18: In elkaar geslagen

Een intens verdrietig huilend Kareltje wekt Maria uit een diepe slaap en wèèr ligt hij niet waar hij zou moeten liggen maar hij ligt onder de vensterbank naast de prullenbak. Het ventje is helemaal overstuur en voor Maria is ergeen excuus meer om het bezoek aan haar huisarts uit te stellen. Ze is zich er weer totaal niet van bewust wat ze met haar zoontje heeft uitgespookt; gek wordt ze er van.

Het is midden in de nacht en ze zijn allebei nog klaarwakker. Maria denkt dat Kareltje toch niet zal slapen, als ze hem nu gelijk weer in zijn bedje legt. Dus neemt ze hem maar even bij haar in bed. Dat werkt goed: binnen een paar minuten houdt zijn gesnik op en slaapt hij. Als Maria hem daarna in zijn eigen bedje wil leggen is hij ineens weer klaarwakker en zet het op een brullen. Maria zingt ‘Slaap kindje slaap ….’ en klopt hem intussen zachtjes op zijn billetjes ... dan is hij weer snel vertrokken.

Zelf kan Maria de slaap niet meer vatten. De angst voor het slaapwandelen houdt haar wakker. Dat ‘verplaatsen’ van Kareltje vindt ze zo vreselijk.  Ze voelt zich schuldig tegenover haar zoontje.

Ja, zo heel in het begin heeft ze er zwaar de pest over in gehad, dat ze zwanger  was. Maar later beseft ze dat dat wezentje in haar buik, het toch ook niet kon helpen dat het door zo’n lompe schoft verwekt was. Vanaf het moment van zijn geboorte is bij Maria van weerzin tegen het ventje geen sprake meer. Een leuk, lief en mooi ventje vindt ze haar Kareltje. Ze dènkt ook dat ze van hem houdt en ze dènkt ook dat ze steeds meer van hem gaat houden.

En dan nu wèèr dit gekmakende geslaapwandel …. Zou ze dan toch niet ècht van hem houden … doet ze misschien maar alsof, om voor de buitenwereld goede sier te maken. Wil ze in werkelijkheid niets liever dan Kareltje ergens dumpen. Natuurlijk wil ze van hem af. Je was er natuurlijk nooit geweest, klein schatje, als die enorme klootzak haar niet had verkracht.

Die kwellende gedachten moet ze uit haar hoofd zetten.  Driftig schudt ze haar hoofd. Krachtig  stompt Maria met haar vuisten op haar bed en zo hard ze kan schreeuwt ze: ‘Ik hòù van je Kareltje’. Te horen aan de huilbui die Kareltje daarop krijgt, schrikt hij zich het apenzuur van het geschreeuw van zijn moeder.

Na de huilbui, die Maria daarna krijgt, valt ze snel in slaap; haar zoontje is gelukkig snel bekomen van de schrik en ligt al snel weer lekker te knorren.

 

Als Joop voor zijn huis uit zijn auto stapt, wordt hij gelijk stevig ‘in de tang’ genomen door twee mannen, beiden een kop groter dan hij.  De ene houdt hem vast en de andere stompt Joop waar hij hem maar raken kan. Hij krijgt trappen in zijn kruis. Op een gegeven moment wordt Joop losgelaten. Zakt dan als een bord yoghurt in elkaar, waarop de mannen om het hardst tegen Joop aan blijven schoppen … ; raken waar ze hem maar raken kunnen.

Helemáál bewusteloos is Joop nog niet. Hij heeft tijdens deze rampartij geprobeerd zich zo goed en zo kwaad als het ging te beschermen. De mannen vinden het klaarblijkelijk genoeg zo; ze willen nog wat wel kwijt aan Joop: ‘Als je nog een keer aan onze kinderen zit, dan overleef je het niet, vuile viezerik.'

 

Morgen: Deel 19. Een verwijsbriefje.


 

Op zondag 26 november a.s. Voorleesmiddag.

Schrijvers lezen voor uit eigen werk.

Ik  lees 2 verhalen voor in

Verhalenhuis Belvédère , Rechthuislaan 1, R’dam , Katendrecht.

15.00 uur – 17.00 uur.  Toegang gratis.

maandag 20 november 2023

SERIE 'OPA & OMA' DEEL 17. DE SCHAAMTE.

 Serie: ‘Opa en Oma’.

Deel 17: De schaamte.

Voorgaande delen van de serie ‘OPA & OMA’ nog eens lezen? Dat kan! Deze serie wordt ook gepubliceerd op mijn blog: ‘stukkiejee.blogspot.com’.  Daar kan de serie ‘Opa & Oma’ vanaf deel 1 nog eens gelezen worden.

Door daar op de knop ‘oudere blogs’ rechtsonder te drukken krijg je telkens meer voorgaande afleveringen van de serie te zien.

Ook eerder ‘werk’ van mij kan je daar lezen. Met de knop ‘homepage’ kom je dan weer terug bij het meest recente verhaal.

 

Deel 17. De schaamte.

Wat vooraf ging.

Maria is verkracht en daardoor zwanger. Abortus is taboe in Den Bosch.  Ze wordt ‘opgeborgen’ bij de nonnetjes en na de bevalling kan ze gaan inwonen en werken bij rijke mensen.

Maria verlangt naar haar baby’tje. Ze breit kleertjes. De kamer van hoofdzuster Wijnaldia moet ze schoonmaken. Zo verdient ze wat geld voor wol. Maria heeft last van die Wijnaldia; die randde haar aan.

Wijnaldia trekt alle breisels van Maria uit. ‘Collega’ zuster Ephraïm ‘ontfermt’ zich over  Maria en samen kopen ze nieuwe babykleertjes.

Maria baart Kareltje.  Ephraïm vindt woonruimte en werk voor Maria bij rijkelui. De familie behandelt haar goed. Kareltje helpt schoonmaken …  helpen, van de wal in de sloot.

Van meneer in ’t Hout … krijgt Maria kriebeltjes.  Ze is verliefd … tegelijk ook verward ... ze heeft wisselende stemmingen.

Ene Joop Kikkerd komt drukwerk afleveren. Mevrouw houdt Kareltje lief bezig. Dat lijkt Maria te raken … maar het is haar schúldgevoel, dat haar beroert.

Maria verzwijgt de huisarts haar zelfbeschadiging. Verliefd blijft ze. In een nare droom worden haar gevoelens vergoeilijkt.

Kareltje brult iedereen wakker maar niemand weet waar hij is. Niet in zijn ledikantje. Maria slaapt diep. Meneer in ’t Hout dreigt Maria: ‘Dit is eens maar nooit weer.’ Maria’s verliefdheid is gelijk over.

Raadselachtige verplaatsingen, van dieren, deden zich in het ouderlijk huis van Maria ook al voor.

Een rotklus: de traploper en roetjes schoonmaken. Maria is moe en gaat vroeg slapen. Wordt ook  vroeg wakker; niet in haar eigen bed. Haar zoontje ligt ook al ergens anders.

Maria, Joop en Kareltje wandelen. Joop maakt grapjes met de kleine.  Joop belooft Maria naar haar familie in Den Bosch te rijden. Mevrouw in ’t Hout vertelt Maria over de roddel: Joop zou niet te vertrouwen zijn met kinderen.

Joop een pedo? Maria is sceptisch. Onderweg naar Den Bosch praat ze erover. Hij praat sneller als anders en stottert soms. Joop kent die roddel. Twee gassies hebben leugens opgehangen. De politie was al bij Joop thuis. Er is geen bewijs tegen Joop.

Op bezoek bij Maria’s familie, trakteert Joop op appeltaart. Maria’s moeder maakt zich zorgen over Rika, Maria’s oudere zus. Ze komt maar niet aan de man. Nu flirt ze met Joop. De raadselachtige verplaatsingen van dieren van vroeger en Kareltje nu, brengt Maria’s moeder ook ter sprakekomen ook ter sprake.

Maria is jaloers. Zus Rika en Joop zijn nogal laat thuis. Het eten is verpieterd. Rita en Joop praten op de terugweg over de ‘verplaatsingen’. Maria onthult Joop dat haar verkrachter, ook de vader van Kareltje  is. Is er een verband tussen de verkrachting en de ‘verplaatsingen’?

Deel 17. De schaamte.

Op de terugreis moet Maria onophoudelijk denken aan wat  ze vanmiddag met haar moeder besproken heeft over dat slaapwandelen en het verhuizen van de huisdieren. Joop probeert haar aandacht een beetje af te leiden van haar getob en hij vertelt haar, eigenlijk nogal lomp, die mop van ‘Hempie en Broekie’  en die van ‘Pudding en Gisteren’. Dat heeft wel succes, alleen is het wel van korte duur; met name  om die van ‘Pudding en Gisteren’ moet ze erg lachen maar dat komt waarschijnlijk, omdat Joop ze zo smakelijk vertelt.

Het is een lange reis. Pas rond elf uur ’s avonds zijn ze in Schiedam. De familie  in ‘t Hout ontvangt ze heel hartelijk. Ze hebben een soepje voor de reizigers klaargemaakt, want ze weten uit ervaring hoe flauw je kan zijn na zo’n lange reis. Voor bij de soep, het was tomatensoep, hadden de in ‘t Houts ook wat brood klaargezet.

Het is te laat voor kleine kinderen als Karel om nog te gaan zitten eten. Hij krijgt een beetje melk vòòrdat Maria hem naar bed brengt. Daar moet hij het mee doen.

‘Wat zijn het toch schatten van mensen,’ denkt Maria terwijl ze Kareltje in slaap  aan het wiegen is. Ze schaamt zich wel eens een beetje, dat haar gedachten en gevoelens over meneer in ‘t Hout destijds ineens zo op hol waren geslagen. Waarschijnlijk hebben de in ‘t Houts er niks van gemerkt, want ze heeft er nooit met een woord over gerept tegen hem …  ze is ook nooit handtastelijk geworden ….hoewel ze dat toen wel heel graag geworden was …

Het smaakt Maria en Joop verrukkelijk, dat tomatensoepje. Hoorbaar lekker zit Joop te eten; de rode spetters vliegen om zijn oren. Het doet de in ‘t Houts zichtbaar genoegen, dat hun soep er zo goed in gaat.

Eigenlijk houdt Maria er helemaal van als iemand ‘vies zit te vreten’. Normaal moet ze er iets van zeggen, als er gesmakt, geslurpt, gesmekt, gespetterd of geboerd wordt maar op de een of andere manier kan ze dat van Joop wèl hebben.

Het hoort blijkbaar bij hem, dat was zijn manier van eten. Ze vindt het wel vreemd dat ze totaal niet de aandrang heeft om naar Joop toe corrigerende opmerkingen te maken ... misselijk wordt ze er ook niet eens van. Blijkbaar is haar tolerantiegrens ten aanzien van het eetgedrag van iemand als Joop opgeschoven. ‘Néém iemand zoals hij is, ‘dat gezegde brengt Maria dus in praktijk.

Met Joop moet ze later nog wel es praten over zijn uitgelaten gedrag van vanmiddag met haar oudste zus Rika ... èn over wat er nou aan de hand was met die twee broertjes. Want àls Maria verder wil met Joop moet ze toch op zijn minst eerst duidelijkheid hebben over die zaken.

Maria en Joop doen even de kleine ‘soep’afwas, ‘wat helemaal niet nodig is volgens mevrouw.’ Ze bedanken de in ‘t Houts en zakken af  naar de begane grond.  Spontaan geeft Maria een zoen op Joop zijn wang: ’Bedankt, Joop! Goed gereden! Ik heb een fijne dag gehad! Hoeveel krijg je voor de benzine?’

‘Niks,’ zegt Joop, ‘het was toch mijn aanbod, om met de auto naar Den Bosch te gaan? En … luister eens Maria, ik had vanmiddag nou wel veel lol met Rika maar daar moet je verder niks achter zoeken, hoor …   ik vind haar een leuke,  goedlachse vrouw … maar ze is wel vijf jaar ouder dan ik en bovendien … ze is gewoon mijn type niet… jij wèl Maria … jij wèl! Rika zou gewoon een aardige schoonzus kunnen worden.’

‘Ik moet gaan,’ zegt Joop. Vlug geeft hij Maria een kusje op haar wang en loopt naar de auto.

 

Morgen: Deel 18. In elkaar geslagen.

 

Op zondag 26 november a.s. Voorleesmiddag.

Schrijvers lezen voor uit eigen werk.

Ik  lees 2 verhalen voor in

Verhalenhuis Belvédère , Rechthuislaan 1, R’dam , Katendrecht.

15.00 uur – 17.00 uur.  Toegang gratis.

zondag 19 november 2023

SERIE: 'OPA EN OMA' DEEL 16: EEN BEETJE JALOERS

 Serie: ‘Oma en Opa’.

Deel 16. Een beetje jaloers.

Voorgaande delen van de serie ‘OPA & OMA’ nog eens lezen? Dat kan! Deze serie wordt ook gepubliceerd op mijn blog: ‘stukkiejee.blogspot.com’.  Daar kan de serie ‘Opa & Oma’ vanaf deel 1 nog eens gelezen worden.

Door daar op de knop ‘oudere blogs’ rechtsonder te drukken krijg je telkens meer voorgaande afleveringen van de serie te zien.

Ook eerder ‘werk’ van mij kan je daar lezen. Met de knop ‘homepage’ kom je dan weer terug bij het meest recente verhaal.

Deel 16. Een beetje jaloers.

Wat vooraf ging.

Maria is verkracht en daardoor zwanger. Abortus is taboe in Den Bosch.  Ze wordt ‘opgeborgen’ bij de nonnetjes. Na de bevalling kan ze gaan inwonen en werken bij rijke mensen.

Maria verlangt naar haar baby’tje. Ze breit kleertjes. De kamer van hoofdzuster Wijnaldia moet ze schoonmaken. Ze verdient zo wat geld voor wol. Maria heeft last van Wijnaldia; die randde haar aan.

Wijnaldia trekt alle breisels van Maria uit. ‘Collega’ zuster Ephraïm ‘ontfermt’ zich over  Maria. Samen zoeken ze nieuwe babykleertjes.

Maria baart Kareltje. Ephraïm, vindt woonruimte en werk voor Maria bij een welgestelde familie. De familie is goed voor haar. Met dochter Lidwien, heeft Maria een klik. Kareltje helpt schoonmaken … van de wal in de sloot.

Van meneer in ’t Hout … krijgt Maria kriebeltjes.  Ze is verliefd … tegelijk ook verward ... ze heeft wisselende stemmingen.

Ene Joop Kikkerd komt drukwerk afleveren. Mevrouw houdt Kareltje bezig. Dat lijkt Maria te raken … maar het is haar schúldgevoel, om het lelijks dat ze mevrouw in ’t Hout  ‘toewenst.’

Maria verzwijgt de huisarts haar zelfbeschadiging. Verliefd blijft ze. In een nare droom worden haar gevoelens vergoeilijkt. Ze eindigt bij de in ’t Houts in bed.

Kareltje brult iedereen wakker. Hij ligt niet in zijn ledikantje. Maria hoort niks. ‘Dit is ééns maar nóóit weer’, dreigt meneer in ’t Hout haar. Maria’s verliefdheid is gelijk over.

Raadselachtige verplaatsingen, van dieren, deden zich in het ouderlijk huis van Maria ook al voor.

Ze denkt aan Joep, een jeugdvriendje.

Een rotklus: de traploper en roetjes schoonmaken. Kareltje is aan het klieren. Maria gaat vroeg naar bed. Ze wordt héél vroeg wakker maar niet in haar eigen bed. Haar zoontje ligt ook al ergens anders.

Maria, Joop en Kareltje maken een herfstwandeling in het Sterrenbos. Joop vermaakt de kleine. Met de auto wil Joop Maria naar haar familie in Den Bosch brengen. Mevrouw in ’t Hout vertelt Maria over de roddel: Joop zou niet te vertrouwen zijn met kinderen.

Joop een pedo? Maria is sceptisch. Onderweg naar Den Bosch praat ze er met hem over. Hij praat sneller als anders en stottert soms. Joop kent die roddel. Twee vervelende gassies hebben tegen hun ouders gelogen over hem. De politie is al bij hem geweest. Er is geen bewijs tegen Joop.

Op bezoek bij Maria’s familie, trakteert Joop op appeltaart. Maria’s moeder maakt zich zorgen over Rika, Maria’s oudere zus. Die flirt met Joop. De raadselachtige verplaatsingen van dieren van vroeger en Kareltje nu, komen ook ter sprake.

 

Deel 16. Een beetje jaloers.

Kareltje doet in het grote bed van oma zijn middagdutje. Joop en Rika waren nog steeds erg druk en lacherig. Wat die twee bezielt, is voor iedereen hier een raadsel. Maria moet eerlijk bekennen dat ze jaloers is. Tuurlijk, Joop is in Maria’s ogen een grappige, actieve man.  Vandaag voelt ze zich genegeerd door hem.  Die twee zijn nu ook weer de hort op: ze gaan wandelen in de Drunense duinen. Op de afgesproken etenstijd, vijf uur, zouden ze weer thuis zijn. Moeder maakt ons lievelingsgerecht klaar: runderlapjes, met gekookte aardappelen en sperziebonen. Als toetje krijgen we grutjespap met rietsuikerstroop. Maria helpt aardappelen schillen.

Pas om half zes komen Rika en Joop aan huppelen. Maria en haar moeder hebben er goed de pest over in. Jammer van het eten ... het lekkere was er nu wel van af.

Maria wil Rika even apart spreken.

‘Hé Rika, je bent wel lekker bezig met Joop, hè?’

‘Wat, hoezo, hoe bedoel je?’

‘Nou, zoals ik het zeg, je bent zo druk, lacherig, beetpakkerig … ben je Joop soms aan het versieren?’

‘Nou zeg, hoe kom je dáár nou bij, Maria? Ik vind een Joop een hartstikke leuk, lief menneke maar ik gun hem jou van harte, hoor. Voor mij is Joop gewoon iemand om lol mee te maken, meer niet. Verder val ik helemààl niet op hem'.

Dan gaat iedereen aan tafel. Het eten is inderdaad niet  meer te vreten. De boontjes zijn te veel doorgekookt, de aardappels papperig en de grutjespap is aangebrand. Alleen het runderlapje is heel mals geworden, waarschijnlijk door het lange sudderen.

In plaats van het grutjespaptoetje kreeg iedereen een mandarijn.

Op de terugweg kijkt Maria met een uiterst wantrouwige blik  naar Joop, die wel heel erg vrolijk de Radetzkymars zit te zingen. Daarbij trommelt hij op het stuur van zijn auto. Rika zegt niet op Joop te vallen maar Maria heeft de stellige  indruk dat dat voor Joop anders is. Maria zegt er nog niks over. Dat komt nog wel. Door dit soort gedachtes voelt Maria dat ze toch wat om Joop begint te geven.

Kareltje is een makkelijke reiziger.  Op Maria’s schoot is hij al snel in slaap gevallen.  Maria vertelt Joop over haar gesprek van vanmiddag met haar moeder. Over de haar onwelgevallige huisdieren in de slaapkamer van haar en Rita en dat ze die dieren al slaapwandelend  naar andere plekken in huis verhuist. Ik krijg pillen tegen slaapwandelen, de dieren worden elders ondergebracht en het probleem is opgelost.

‘Okee,’ zegt Joop, 'wat is dan nu het probleem nog, Maria?’

'Ik dacht, dat ik het je al eens verteld had, dat Kareltje nu tot twee keer toe op onverklaarbare wijze uit zijn ledikantje is gekomen en ergens anders in huis is gevonden'.

‘Zouden ze geen geintje met je hebben willen uithalen daar bij die familie in ‘t Hout?’ vraagt Joop.

‘Nee, dat kan ik haast niet geloven, zoiets gemeens zullen ze volgens mij nooit doen.’

‘Wat ik je nu ga zeggen, Joop weet je nog niet: een paar jaar geleden, ben ik verkracht en ik ben toen ook zwanger geraakt. De vader van Kareltje is dus die verkrachter.’

 Joop is er stil van.  Hij trekt een beetje wit weg.

‘Wat ik nu denk, Joop, is dat ik weer ben gaan slaapwandelen ’s nachts ... Kareltje uit zijn bedje haal en hem ergens anders in huis neerleg. Ik ben zo langzamerhand steeds meer van Kareltje gaan houden en tegelijkertijd weet ik dat zijn vader een walgelijk monster is. Toch kan ik me haast niet voorstellen dat ik daarom Kareltje onbewust niet op mijn kamer zou dulden. Net als die huisdieren toen. Misschien slaapwandel ik ook wel weer. Misschien heb ik wel weer pillen nodig, Joop.’

‘Heftig verhaal Maria! Als ik jou was zou ik zo snel mogelijk met dat verhaal bij de dokter langs gaan'.

 

Morgen: Deel 16. De schaamte.

zaterdag 18 november 2023

SERIE: OPA & OMA' DEEL 15: SCHIEDAMSE APPELTAART.

 Serie: ‘Oma en Opa’.

Deel 15: Schiedamse appeltaart.

Voorgaande delen van de serie ‘OPA & OMA’ nog eens lezen? Dat kan! Deze serie wordt ook gepubliceerd op mijn blog: ‘stukkiejee.blogspot.com’.  Daar kan de serie ‘Opa & Oma’ vanaf deel 1 nog eens gelezen worden.

Door daar op de knop ‘oudere blogs’ rechtsonder te drukken krijg je telkens meer voorgaande afleveringen van de serie te zien.

Ook eerder ‘werk’ van mij kan je daar lezen. Met de knop ‘homepage’ kom je dan weer terug bij het meest recente verhaal.

Deel 15. Schiedamse appeltaart.

Wat vooraf ging.

Maria is verkracht en daardoor zwanger. Abortus is taboe in Den Bosch.  Ze wordt ‘opgeborgen’ bij de nonnetjes. Na de bevalling kan ze gaan inwonen en werken bij rijke mensen.

Maria verlangt naar haar baby’tje. Ze breit kleertjes. De kamer van hoofdzuster Wijnaldia moet ze schoonmaken. Ze verdient zo wat geld voor wol. Maria heeft last van Wijnaldia; die randde haar aan.

Wijnaldia trekt alle breisels van Maria uit. ‘Collega’ zuster Ephraïm ‘ontfermt’ zich over  Maria. Samen zoeken ze nieuwe babykleertjes.

Maria baart Kareltje. Ephraïm, vindt woonruimte en werk voor Maria bij een welgestelde familie. De familie is goed voor haar. Met dochter Lidwien, heeft Maria een klik. Kareltje helpt schoonmaken … van de wal in de sloot.

Van meneer in ’t Hout … krijgt Maria kriebeltjes.  Ze is verliefd … tegelijk ook verward ... ze heeft wisselende stemmingen.

Ene Joop Kikkerd komt drukwerk afleveren. Mevrouw houdt Kareltje bezig. Dat lijkt Maria te raken … maar het is haar schúldgevoel, om het lelijks dat ze mevrouw in ’t Hout  ‘toewenst.’

Maria verzwijgt de huisarts haar zelfbeschadiging. Verliefd blijft ze. In een nare droom worden haar gevoelens vergoeilijkt. Ze eindigt bij de in ’t Houts in bed.

Kareltje brult iedereen wakker. Hij ligt niet in zijn ledikantje. Maria hoort niks. ‘Dit is ééns maar nóóit weer’, dreigt meneer in ’t Hout haar. Maria’s verliefdheid is gelijk over.

Raadselachtige verplaatsingen, van dieren, deden zich in het ouderlijk huis van Maria ook al voor.

Ze denkt aan Joep, een jeugdvriendje.

Een rotklus: de traploper en roetjes schoonmaken. Kareltje is aan het klieren. Maria gaat vroeg naar bed. Ze wordt héél vroeg wakker maar niet in haar bed. Haar zoontje ligt ook al niet in zijn bed.

Maria, Joop en Kareltje maken een herfstwandeling in het Sterrenbos. Joop vermaakt de kleine. Met de auto wil Joop Maria naar haar familie in Den Bosch brengen. Mevrouw in ’t Hout vertelt Maria over de roddel: Joop zou niet te vertrouwen zijn met kinderen.

Joop een pedo? Maria is sceptisch. Onderweg naar Den Bosch praat ze met hem. Hij praat sneller als anders en stottert soms. Joop kent die roddel. Twee vervelende gassies hebben tegen hun ouders gelogen over hem. De politie is al bij hem geweest. Er is geen bewijs.

 

Deel 15. Schiedamse appeltaart.

De ontvangst in Den Bosch is hartverwarmend. Kareltje staat natuurlijk in het middelpunt van de belangstelling. ‘Wat is ie al weer groot!’ ‘Wat heeft ie een leuke lach.’ ‘Hij wordt echt steeds rooier.’ ‘Leuk hoor, die sproeten.’ Moeder en zus Rika nemen het ventje om beurten op hun arm. Ze vechten er nog net niet om. Voor Kareltje, zijn er lekker warme, gebreide kleren. Hij is zo in ieder geval winterklaar. Maria maakt de familie blij met het lekkers, dat ze heeft meegenomen:  een echte Schiedamse appeltaart. Joop heeft een flinke zak appelen gekregen van een neef, die een volkstuin heeft. De appeloogst is vrij groot dit jaar dus hij is zo hier en daar wat aan het weggeven. Het lijkt Joop wel een goed idee om originele Schiedamsche appeltaart te presenteren. Maria is helemaal verbaasd als ze ziet dat Joop zelfs nog aan slagroom gedacht heeft.

Moeder vraagt Maria honderduit over het opvanghuis in Rotterdam en de familie waar ze nu bij inwoont … of het wel gelovige mensen zijn. Maria's moeder maakt zich een beetje zorgen over Rika, haar oudste dochter, die nu toch ook al weer de vijfentwintig gepasseerd is… ze is een leuke meid, nietwaar … maar ze is waarschijnlijk te kritisch … ze heeft nooit langer dan twee weken een vrijer… maar ja dat soort dingen kunt ge ook weer niet dwingen.

Maria ziet Rika in de tuin zitten, met Kareltje op schoot. Ze is druk in gesprek met Joop en hebben lol samen.

‘Sorry, moeder, ik hoorde u even niet, ik was afgeleid …’

‘Ja. Maria, meneer pastoor was hier laatst met zo’n raar verhaal over jou en Kareltje; veel snapte ik er niet van maar wàt ik er van begreep was dat Kareltje op raadselachtige wijze uit zijn bedje was verdwenen'.

Rika, Kareltje en Joop hebben het goed naar hun zin met elkaar. Maria’s zus sneed nog een paar stukken appeltaart af. Joop ging snel nog even de slagroom pakken.

Zag Maria dat nou wel goed?? Eerst zag ze Joop een hapje appeltaart geven aan Kareltje en vervolgens ziet ze dat Rika haar mond wagenwijd open doet om door Joop gevoerd te worden en vervolgens doet Joop zijn mond weer open … nou ja! Ze blijven in ieder geval lachen.

 ‘Ja, Maria, je was nog vrij jong toen ik je vertelde over wat je deed met Koba de poes,  Kirt de parkiet en Flip de hamster.‘ Moeder neemt een kersenbonbon, ‘heerlijk,’ zegt ze, ‘neem er ook een, Maria!’

 

‘Je had toen samen met Rika één slaapkamer. Je zus wilde graag dieren om zich heen hebben. Jij niet. Jij was ze liever kwijt dan rijk. Een aantal malen waren de dieren binnenshuis verhuisd. Op raadselachtige wijze. Ik zag je toen, tegen middernacht, met Koba naar de kelder lopen; even later met Flip naar de schoenenpoetsdoos en toen met Kirt naar de kachel (die uit was)… Ik riep nog zachtjes ‘Maria’, om je niet te laten schrikken, want misschien slaapwandelde je wel  en dan zou je je dood kunnen schrikken …… je hoorde me niet … je liep ook niet …. je slaapwandelde.  Je loste zo het probleem op dat je had met die dieren. De dieren haalde ik meteen van jullie kamer af en van de dokter kreeg je pillen tegen het slaapwandelen. Acht jaar was je toen. Die pillen heb je zeker nog tot je vijftiende geslikt . Nadien heb je, voor zover ik weet, nooit meer geslaapwandeld. Nou ja, tot nu toe dan’.

 

Morgen:  Deel 16. Een beetje jaloers.

 

 

Op zondag 26 november a.s. Voorleesmiddag.

Schrijvers lezen voor uit eigen werk.

Ik  lees 2 van mijn verhalen voor in

Verhalenhuis Belvédère , Rechthuislaan 1, R’dam , Katendrecht.

15.00 uur – 17.00 uur.  Toegang gratis.

vrijdag 17 november 2023

SERIE 'OMA & OPA' DEEL 14. VERVELENDE GASSIES.


Voorgaande delen van de serie ‘OPA & OMA’ nog eens lezen? Dat kan! Deze serie wordt ook gepubliceerd op mijn blog: ‘stukkiejee.blogspot.com’.  Daar kan de serie ‘Opa & Oma’ vanaf deel 1 nog eens gelezen worden.

Door daar op de knop ‘oudere blogs’ rechtsonder te drukken krijg je telkens meer voorgaande afleveringen van de serie te zien.

Ook eerder ‘werk’ van mij kan je daar lezen. Met de knop ‘homepage’ kom je dan weer terug bij het meest recente verhaal.

Deel 14. Vervelende gassies.

Wat vooraf ging.

Oma Maria loopt alsmaar slechter. Opa overschrijdt grenzen met zijn kleinkinderen.

Maria is, na verkracht te zijn, zwanger. In Den Bosch is abortus taboe.  Ze wordt ‘opgeborgen’ in een nonnenklooster. Na de bevalling kan ze bij rijkelui gaan werken.

Maria verlangt naar haar baby’tje. Ze breit kleertjes. De kamer van hoofdzuster Wijnaldia moet ze schoonmaken. Ze verdient zo wat geld voor wol. Maria moet uit de buurt blijven van Wijnaldia; die randde haar aan.

Wijnaldia trekt alle breisels van Maria uit. ‘Collega’ zuster Ephraïm ‘ontfermt’ zich over  Maria. Samen zoeken ze nieuwe babykleertjes.

Maria baart Kareltje. Ephraïm, regelt woonruimte en werk bij een Schiedamse familie. De familie is goed voor Maria. Met dochter Lidwien, heeft Maria een klik. Kareltje helpt schoonmaken; dat gaat soms fout.

Bij meneer in ’t Hout … voelt Maria kriebeltjes.  Ze is verliefd … tegelijk ook verward ... ze heeft wisselende stemmingen.

Ene Joop Kikkerd komt drukwerk brengen. Mevrouw houdt Kareltje bezig. Dat lijkt Maria te raken … maar het is haar schúldgevoel, om het lelijks dat ze mevrouw in ’t Hout  ‘toewenst.’

Maria verzwijgt de huisarts haar automutilatie. Verliefd blijft ze. In een nare droom worden haar gevoelens vergoeilijkt. Ze eindigt bij haar meneer en  mevrouw in bed.

Kareltje brult iedereen wakker; hij ligt niet in zijn ledikantje. Maria hoort niks. ‘Dit is ééns maar nóóit weer’, dreigt meneer in ’t Hout haar. Maria’s verliefdheid is gelijk over.

Raadselachtige verplaatsingen maar dan van dieren, deden zich in het ouderlijk huis van Maria ook al voor.

Ze haalt herinneringen op aan haar jeugdvriendje Joep.

De rotklus: de traploper en roetjes schoonmaken. Kareltje is aan het klieren. Maria gaat vroeg naar bed. Ze wordt héél vroeg wakker maar niet in haar bed. Haar zoontje ligt ook al niet in zijn bed.

Maria, Joop en Kareltje maken een herfstwandeling in het Sterrenbos. Joop vermaakt de kleine. Met de auto wil Joop Maria naar haar familie in Den Bosch brengen. Mevrouw in ’t Hout vertelt Maria over de roddel: Joop zou niet te vertrouwen zijn met kinderen.

 

Deel 14. Vervelende gassies.

Daar kijkt Maria wel even van op. Joop als foute kindervriend …  er wordt zovéél geluld … en als het werkelijk waar zou zijn, dan hadden ze hem toch allang opgepakt. Ze kent hem natuurlijk nog niet zo lang … in feite heeft ze hem maar één ochtendje goed meegemaakt, toen, in het Sterrenbos. Wat haar toen opviel aan Joop, was zijn wat kinderlijke gedrag naar Kareltje  … ja, Joop kietelde Kareltje ook zo af en toe, op zijn buikje maar daar zag Maria toen absoluut geen kwaad in.

Moet ze nou wel of niet met Joop naar Den Bosch gaan? Of moet ze eerst eens goed met hem praten. Ze staat echt in tweestrijd. Die roddels zomaar geloven? Zeker niet! Maar aan de andere kant: waar rook is, is vuur. Uiteindelijk hakt ze knoop door: zij en Kareltje  gaan samen met Joop in de auto naar Den Bosch en onderweg zal Maria de roddels voorleggen aan Joop. Ze zal dan goed op Joops gedrag letten. 

Mevrouw van ’t Hout komt naar beneden: ’Wat zie je er toch weer beeldig uit Maria!  (Ze kussen elkaar). Nou, ik hoop dat je een fijne dag hebt’ De hele familie in ’t Hout komt Maria en Kareltje uitzwaaien.

Inmiddels is Joop ook gearriveerd. Mevrouw in ’t Hout pakt Maria nog even bij de arm en zegt met een betekenisvolle blik in de richting van Joop: ’Zal je voorzichtig wezen, Maria?’ Maria knikt, tilt Kareltje op en loopt naar Joop, die haar voorgaat naar de auto.

Al bij de eerste pontvaart over de Maas was Kareltje in diepe slaap. Het zou niet meevallen om het kereltje gedurende deze lange reis in haar armen te houden maar er zat niks anders op.

Joop liet met één hand zijn stuur los om Karel over zijn bolletje te kunnen aaien. Ondertussen spookte het alsmaar door Maria’s hoofd, dat ze  Joop wat moest vragen. Maria wist gewoon niet hoe ze erover moest beginnen. Misschien zou Joop wel woedend worden en zou hij haar en Karel de auto uit zetten. Of Joop zou haar slaan. Nee, dat zou hij niet doen. Wie weet zou hij wel gaan huilen; dan zou hij misschien de macht over het stuur verliezen. Eindelijk: Maria stak van wal:

‘Joop, weet je dat er in Schiedam lelijke dingen over je gezegd worden? Ze zeggen, dat jij rare spelletjes speelt met jonge kinderen?’

‘Ik hoor die verhalen natuurlijk ook, Maria. (Joop praat nu veel sneller dan anders) Maar er is niks van waar; helemaal niks! Ik weet ook precies hoe die verhalen ontstaan zijn. Twee jonge broertjes, vijf en zes jaar oud, schat ik, van bij mij uit de buurt, hielpen wel eens bij het leeg maken van mijn auto. Als het werk gedaan is, kruipt het jongste ventje uitdagend mijn auto in en net als ik die jongste er uit heb gegooid schiet de oudste van die gassies er weer in; die  kan ik er dan ook weer er uit tillen … (Joop stottert hier een beetje). Zo wordt dat spelletje een paar keer herhaald, tot ik het zat ben en met stemverheffing zeg: ‘En nou is het afgelopen! Wegwezen en gauw een beetje!’ Die jongens hebben toen aan hun ouders verteld, dat ik ze expres tussen hun beentjes heb beetgepakt en dat ik met mijn pik tegen hun kontje aan heb geschuurd ... allemaal leugens natuurlijk. (Joop zijn stem trilt hier). De politie is  ook al bij me langs geweest drie weken geleden. Ze hebben me als de grootste crimineel ondervraagd. Tot op heden heb ik er niks meer van gehoord … ze kunnen me niks maken. Snap je dat ik gek word van dat geroddel, Maria?!’

Morgen:  Deel 15:  Schiedamse jenever en appeltaart.

 

 

Op zondag 26 november a.s. Voorleesmiddag.

Schrijvers lezen voor uit eigen werk.

Ik  lees ik 2 van mijn verhalen voor in

Verhalenhuis Belvédère , Rechthuislaan 1, R’dam , Katendrecht.

15.00 uur – 17.00 uur.  Toegang gratis.

donderdag 16 november 2023

SERIE 'OPA & OMA'. DEEL 13: DE RODDEL.

 Deel 13.  De roddel.

Eerdere delen van de serie ‘OPA & OMA’ nog eens lezen? Dat kan! Deze serie wordt ook gepubliceerd op mijn blog: ‘stukkiejee.blogspot.com’.  Daar kan de serie ‘Opa & Oma’ vanaf deel 1 nog eens gelezen worden.

Door daar op de knop ‘oudere blogs’ rechtsonder te drukken krijg je telkens meer voorgaande afleveringen van de serie te zien.

Ook eerder ‘werk’ van mij kan je daar lezen. Met de knop ‘homepage’ kom je dan weer terug bij het meest recente verhaal.

Deel 13. De roddel.

Wat vooraf ging.

Oma Maria loopt alsmaar slechter. Opa overschrijdt grenzen met zijn kleinkinderen.

Maria is, na verkracht te zijn, zwanger. In Den Bosch, haar woonplaats, is abortus taboe.  Ze wordt ‘opgeborgen’ in een nonnenklooster. Na de bevalling kan ze bij rijkelui gaan werken.

Maria wil haar baby graag. Ze breit kleertjes. De kamer van hoofdzuster Wijnaldia moet ze schoonmaken. Ze verdient zo wat centjes om wol te kopen. Maria moet de  leugenachtige Wijnaldia, die haar brutaal aanrandt, ontvluchten.

Wijnaldia trekt alle breisels van Maria uit. ‘Collega’ zuster Ephraïm ‘ontfermt’ zich over  Maria. Samen gaan ze op zoek naar babykleertjes.

Maria baart Kareltje. Ephraïm, regelt woonruimte en werk bij een familie in Schiedam. De rijke familie is goed voor Maria. Met dochter Lidwien, heeft Maria een klik. Kareltje helpt schoonmaken; dat gaat niet altijd goed.

Als meneer in ’t Hout in haar buurt komt  … voelt Maria kriebeltjes.  Ze is verliefd … tegelijk ook verward ... ze heeft wisselende stemmingen.

Ene Joop Kikkerd komt drukwerk brengen. Mevrouw houdt Kareltje bezig. Dat lijkt Maria te raken … maar het is haar schúldgevoel dat haar beroert.  Boos op zichzelf is ze,  om wat ze mevrouw in ’t Hout ‘toewenst’.

Maria verzwijgt haar huisarts, dat ze zichzelf toegetakeld heeft. Ze blijft verliefd. In een nare droom worden haar gevoelens vergoeilijkt. Ze eindigt bij meneer en  mevrouw in ’t Hout in bed.

Maria droomt, slaapt diep. Haar zoontje ligt midden in de nacht te brullen. Maria hoort niks. De in ’t Houts worden uit hun slaap gehaald. Kareltje ligt niet in zijn ledikantje. ‘Dit is eens maar nooit weer’, dreigt meneer in ‘t Hout. Maria’s verliefdheid ebt dan snel weg.

Raadselachtige verplaatsingen maar dan van dieren, deden zich thuis, bij Maria, als meisje al voor.

Ze heeft leuke herinneringen aan haar jeugdvriendje Joep.

Thuis heeft ze nog een rotklus: de traploper en roetjes schoonmaken. Kareltje is aan het klieren. Maria gaat vroeg naar bed. Ze wordt heel vroeg wakker; niet in haar bed. Haar zoontje ligt ook niet in zijn ledikant.

 

Deel 13. De roddel.

Pastoor Rotobst  houdt een mooie preek op deze vroege zondagochtend. Het gaat over de ‘Verdwijning en Wederkeer van ‘t Lam Gods’. Hoe ’t Lam door ‘Zijn Wederkeer’ talloze vervlogen zielen een herkansing gaf. Onwillekeurig moet Maria toch een klein  beetje denken aan Kareltjes verdwijning.  Nou ja …. Kareltje had natuurlijk nóóit ‘talloze’ vervlogen zielen een herkansing kunnen geven, dus dat moest ze maar snel weer vergeten.

Ze is blij om haar zoontje weer te zien, als ze thuiskomt uit de kerk. Mevrouw in ’t Hout is net Karels kontje aan het afvegen … de kleine man, op weg naar de zindelijkheid,  heeft een grote boodschap gedaan op zijn potje. Met een vies gezicht loopt Lidwien naar de wc om daar het potje van de kleine stinkerd leeg kieperen.  Maria neemt Karel over van mevrouw in ’t Hout. Ze doet hem een schone luier om, want helemaal zonder kan hij nog niet. Voor vanmiddag als ze met Joop naar het bos gaat doet Maria alvast  z’n mooie oranje giraffenpakje aan.  Daarna kroelen ze nog even lekker met elkaar.

In de hoek van de kamer, aan de eettafel, zit meneer in ’t Hout een potje te dammen met zijn jongste zoon Ruud.

Ze hebben geluk. Het is fraai weer. Eind september is het, herfst bijna, maar met 24 graden is het gewoon een zomerse dag. Er zijn best veel mensen op het zelfde idee gekomen als Maria en Joop: wandelen in het Sterrenbos. Als een trotse vader loopt Joop achter de kinderwagen.  Wel een beetje overdreven vindt Maria. Kareltje en Joop hebben  lol samen. De kleine jongen schatert het uit van het lachen als Joop het liedje ‘in een groen, groen, groen, groen knollen- knollenland’ zingt. Joop trekt al zingend, gekke bekken; Kareltje komt niet meer bij. Alleen als Joop voor de vierde achtereenvolgende keer het groene knollenland wil gaan bezingen, is het voor Maria klaar: ‘ja, stop nou maar Joop,  genoeg gelachen.’  Dat is wel even slikken voor Joop. Hij bindt snel in ... Maria lacht in haar vuistje, ze vindt het ook weer iets vertederends hebben.

Vreemd, er laten zich vandaag nauwelijks vogeltjes zien in het bos; eigenlijk alleen van die grote, logge duiven. De bladeren nemen langzamerhand hun herfstkleuren aan  en binnen enkele weken zullen de meeste takken weer allemaal kaal zijn. Op de paden en grasperken liggen volop kastanjes en noten; kinderen zijn ze aan het verzamelen; misschien wel voor een werkstuk op school. 

Als ze even op een bankje zitten, biedt Joop Maria aan om haar en Kareltje te zijner tijd met de auto naar Den Bosch te brengen. Hij zou dan wel de auto van de zaak kunnen krijgen. Daar doen ze nooit zo moeilijk over. Maria is echt blij met dat aanbod. Zus Rika heeft Maria’s brief  inmiddels beantwoord. Aanstaande zondag zouden ze naar Den Bosch kunnen komen.

Voor Joop is aanstaande zondag geen probleem; om half acht staat hij bij haar voor de deur.

‘Mmmmm’, denkt Maria, 'die Joop is dan wel geen casanova  … hij is wel lief, leuk met Kareltje en behulpzaam.’

 Maria vertelt aan mevrouw in ’t Hout, dat Joop haar en Kareltje met de auto naar haar familie in Den Bosch zal brengen. Omdat mevrouw dan een beetje bedenkelijk kijkt, vraagt Maria haar of daar wat mis mee is. In eerste instantie houdt mevrouw  haar mond stijf dicht maar later en na enig aandringen van Maria vertelt mevrouw, dat er in het Schiedamse geroddeld wordt, dat Joop niet te vertrouwen is met jonge kinderen … zowel jongetjes als meisjes: hij kan zijn handen niet thuis houden.

 

Morgen:  deel 14. Vervelende gassies.