Posts tonen met het label sperziebonen. Alle posts tonen
Posts tonen met het label sperziebonen. Alle posts tonen

maandag 8 juli 2024

KASTEEL VAN HOENSBROEK.

Ze zijn er nog volop, restaurants die je het gevoel geven, dat je je handen mag dichtknijpen als je daar binnen mag komen. Daarom ga ik niet zo veel uit eten. Het blijft meestal bij een pizzaatje, een patatje pindasaus of iets van de meeneem-Chinees.


Één keer hebben mijn vriendin Cora en ik, héél lekker gegeten in een restaurant, waar we ons ook echt welkom hebben gevoeld. Dat was in het Kasteel van Hoensbroek. Een restaurant in een heus kasteel. Het was er niet druk. Wij werden ontvangen door de kasteelheer zelf. Hij deed van alles in het restaurant, behalve de keuken. We mochten een leuk plaatsje uitzoeken. Ondertussen vertelde hij wat over de geschiedenis van het kasteel en over de specialiteiten van het restaurant (zalmgerechten). Hij excuseerde zich toen hij even naar de keuken liep om daar onze eetwensen door te geven: zalm met sperziebonen, Franse frietjes, een fles wijn en als toetje: dame blanche.

De zalmschotel werd neergezet op een apart tafeltje. De kasteelheer bleef bij ons in de buurt om indien nodig wat bij te scheppen of schenken. In elk ander restaurant zou ik daarvan de zenuwen krijgen maar in dit restaurant liet ik me dit ontspannen welgevallen. Ook Cora kon het goed hebben. Hij drong zich ook niet met een babbeltje aan ons op. Alleen bijschenken en –scheppen deed hij … steeds goed getimed.

De maaltijd was copieus. Eigenlijk wat te veel. Wij legden ons bestek naast onze borden. Vriendelijk vroeg de kasteelheer:
’Heeft het gesmaakt, mevrouw, meneer?’ Hij verdeelde het restant van de wijn eerlijk over onze glazen.

‘Kan ik verder nog iets voor u betekenen?‘

Ik had op mijn witte trui, saus zitten knoeien en vroeg hem of hij een vochtig doekje kon brengen om de vlek er uit te halen. Dat was geen probleem. Het was blijkbaar zo’n futiliteit, dat de kasteelheer zelf met het natte doekje mijn trui schoonmaakte. Hij gebruikte er vast wat wasmiddel bij. De trui was weer als nieuw.

Als dessert hadden we de Dame Blanche, Cora’s lievelingstoetje gekozen. Die was zoals al het eten en drinken hier ‘uit de kunst’. Alleen hadden we nog nooit eerder zo veel geld aan ‘uit eten’ gespendeerd.

Tsja, alle waar naar zijn geld.

zondag 19 november 2023

SERIE: 'OPA EN OMA' DEEL 16: EEN BEETJE JALOERS

 Serie: ‘Oma en Opa’.

Deel 16. Een beetje jaloers.

Voorgaande delen van de serie ‘OPA & OMA’ nog eens lezen? Dat kan! Deze serie wordt ook gepubliceerd op mijn blog: ‘stukkiejee.blogspot.com’.  Daar kan de serie ‘Opa & Oma’ vanaf deel 1 nog eens gelezen worden.

Door daar op de knop ‘oudere blogs’ rechtsonder te drukken krijg je telkens meer voorgaande afleveringen van de serie te zien.

Ook eerder ‘werk’ van mij kan je daar lezen. Met de knop ‘homepage’ kom je dan weer terug bij het meest recente verhaal.

Deel 16. Een beetje jaloers.

Wat vooraf ging.

Maria is verkracht en daardoor zwanger. Abortus is taboe in Den Bosch.  Ze wordt ‘opgeborgen’ bij de nonnetjes. Na de bevalling kan ze gaan inwonen en werken bij rijke mensen.

Maria verlangt naar haar baby’tje. Ze breit kleertjes. De kamer van hoofdzuster Wijnaldia moet ze schoonmaken. Ze verdient zo wat geld voor wol. Maria heeft last van Wijnaldia; die randde haar aan.

Wijnaldia trekt alle breisels van Maria uit. ‘Collega’ zuster Ephraïm ‘ontfermt’ zich over  Maria. Samen zoeken ze nieuwe babykleertjes.

Maria baart Kareltje. Ephraïm, vindt woonruimte en werk voor Maria bij een welgestelde familie. De familie is goed voor haar. Met dochter Lidwien, heeft Maria een klik. Kareltje helpt schoonmaken … van de wal in de sloot.

Van meneer in ’t Hout … krijgt Maria kriebeltjes.  Ze is verliefd … tegelijk ook verward ... ze heeft wisselende stemmingen.

Ene Joop Kikkerd komt drukwerk afleveren. Mevrouw houdt Kareltje bezig. Dat lijkt Maria te raken … maar het is haar schúldgevoel, om het lelijks dat ze mevrouw in ’t Hout  ‘toewenst.’

Maria verzwijgt de huisarts haar zelfbeschadiging. Verliefd blijft ze. In een nare droom worden haar gevoelens vergoeilijkt. Ze eindigt bij de in ’t Houts in bed.

Kareltje brult iedereen wakker. Hij ligt niet in zijn ledikantje. Maria hoort niks. ‘Dit is ééns maar nóóit weer’, dreigt meneer in ’t Hout haar. Maria’s verliefdheid is gelijk over.

Raadselachtige verplaatsingen, van dieren, deden zich in het ouderlijk huis van Maria ook al voor.

Ze denkt aan Joep, een jeugdvriendje.

Een rotklus: de traploper en roetjes schoonmaken. Kareltje is aan het klieren. Maria gaat vroeg naar bed. Ze wordt héél vroeg wakker maar niet in haar eigen bed. Haar zoontje ligt ook al ergens anders.

Maria, Joop en Kareltje maken een herfstwandeling in het Sterrenbos. Joop vermaakt de kleine. Met de auto wil Joop Maria naar haar familie in Den Bosch brengen. Mevrouw in ’t Hout vertelt Maria over de roddel: Joop zou niet te vertrouwen zijn met kinderen.

Joop een pedo? Maria is sceptisch. Onderweg naar Den Bosch praat ze er met hem over. Hij praat sneller als anders en stottert soms. Joop kent die roddel. Twee vervelende gassies hebben tegen hun ouders gelogen over hem. De politie is al bij hem geweest. Er is geen bewijs tegen Joop.

Op bezoek bij Maria’s familie, trakteert Joop op appeltaart. Maria’s moeder maakt zich zorgen over Rika, Maria’s oudere zus. Die flirt met Joop. De raadselachtige verplaatsingen van dieren van vroeger en Kareltje nu, komen ook ter sprake.

 

Deel 16. Een beetje jaloers.

Kareltje doet in het grote bed van oma zijn middagdutje. Joop en Rika waren nog steeds erg druk en lacherig. Wat die twee bezielt, is voor iedereen hier een raadsel. Maria moet eerlijk bekennen dat ze jaloers is. Tuurlijk, Joop is in Maria’s ogen een grappige, actieve man.  Vandaag voelt ze zich genegeerd door hem.  Die twee zijn nu ook weer de hort op: ze gaan wandelen in de Drunense duinen. Op de afgesproken etenstijd, vijf uur, zouden ze weer thuis zijn. Moeder maakt ons lievelingsgerecht klaar: runderlapjes, met gekookte aardappelen en sperziebonen. Als toetje krijgen we grutjespap met rietsuikerstroop. Maria helpt aardappelen schillen.

Pas om half zes komen Rika en Joop aan huppelen. Maria en haar moeder hebben er goed de pest over in. Jammer van het eten ... het lekkere was er nu wel van af.

Maria wil Rika even apart spreken.

‘Hé Rika, je bent wel lekker bezig met Joop, hè?’

‘Wat, hoezo, hoe bedoel je?’

‘Nou, zoals ik het zeg, je bent zo druk, lacherig, beetpakkerig … ben je Joop soms aan het versieren?’

‘Nou zeg, hoe kom je dáár nou bij, Maria? Ik vind een Joop een hartstikke leuk, lief menneke maar ik gun hem jou van harte, hoor. Voor mij is Joop gewoon iemand om lol mee te maken, meer niet. Verder val ik helemààl niet op hem'.

Dan gaat iedereen aan tafel. Het eten is inderdaad niet  meer te vreten. De boontjes zijn te veel doorgekookt, de aardappels papperig en de grutjespap is aangebrand. Alleen het runderlapje is heel mals geworden, waarschijnlijk door het lange sudderen.

In plaats van het grutjespaptoetje kreeg iedereen een mandarijn.

Op de terugweg kijkt Maria met een uiterst wantrouwige blik  naar Joop, die wel heel erg vrolijk de Radetzkymars zit te zingen. Daarbij trommelt hij op het stuur van zijn auto. Rika zegt niet op Joop te vallen maar Maria heeft de stellige  indruk dat dat voor Joop anders is. Maria zegt er nog niks over. Dat komt nog wel. Door dit soort gedachtes voelt Maria dat ze toch wat om Joop begint te geven.

Kareltje is een makkelijke reiziger.  Op Maria’s schoot is hij al snel in slaap gevallen.  Maria vertelt Joop over haar gesprek van vanmiddag met haar moeder. Over de haar onwelgevallige huisdieren in de slaapkamer van haar en Rita en dat ze die dieren al slaapwandelend  naar andere plekken in huis verhuist. Ik krijg pillen tegen slaapwandelen, de dieren worden elders ondergebracht en het probleem is opgelost.

‘Okee,’ zegt Joop, 'wat is dan nu het probleem nog, Maria?’

'Ik dacht, dat ik het je al eens verteld had, dat Kareltje nu tot twee keer toe op onverklaarbare wijze uit zijn ledikantje is gekomen en ergens anders in huis is gevonden'.

‘Zouden ze geen geintje met je hebben willen uithalen daar bij die familie in ‘t Hout?’ vraagt Joop.

‘Nee, dat kan ik haast niet geloven, zoiets gemeens zullen ze volgens mij nooit doen.’

‘Wat ik je nu ga zeggen, Joop weet je nog niet: een paar jaar geleden, ben ik verkracht en ik ben toen ook zwanger geraakt. De vader van Kareltje is dus die verkrachter.’

 Joop is er stil van.  Hij trekt een beetje wit weg.

‘Wat ik nu denk, Joop, is dat ik weer ben gaan slaapwandelen ’s nachts ... Kareltje uit zijn bedje haal en hem ergens anders in huis neerleg. Ik ben zo langzamerhand steeds meer van Kareltje gaan houden en tegelijkertijd weet ik dat zijn vader een walgelijk monster is. Toch kan ik me haast niet voorstellen dat ik daarom Kareltje onbewust niet op mijn kamer zou dulden. Net als die huisdieren toen. Misschien slaapwandel ik ook wel weer. Misschien heb ik wel weer pillen nodig, Joop.’

‘Heftig verhaal Maria! Als ik jou was zou ik zo snel mogelijk met dat verhaal bij de dokter langs gaan'.

 

Morgen: Deel 16. De schaamte.