dinsdag 11 juni 2024

EEN LEKKER ONTBIJTJE.

‘Jos! Jos! Je moet nu echt je bed uitkomen, anders kom je te laat bij je fysio!’

Ik was vannacht tegen twee uur naar bed gegaan. Had de wekker op zeven uur gezet. Moest om acht uur bij de fysio zijn. Was door de wekker heen geslapen. Inmiddels was het kwart over zeven. De stem die me zojuist wekte was de mooie stem van mijn ex. Haar stem herken ik uit duizenden. Ruim veertig jaar hoorde ik haar van nabij. Alleen … nú was daar alleen haar stèm. In verwarring sprong ik mijn bed uit. Geen ex in huis te bekennen … ech nie.

Het was niet de eerste keer dat ik dacht ze bij mij thuis was, m’n ex. Meestal was het ’s ochtends vroeg. Ik was nog in slaap. Begon dan tegen haar te vertellen wat ik van plan was:

‘Ik vind het nog te vroeg om er uit te gaan, schat. Nog een half uurtje. Tòch niks bijzonders vanochtend.’ Dan zak ik even weg, een paar seconden? minuten?

‘Nu ga ik er uit. Even douchen ... een lekker ontbijtje voor je maken. Chocoladecroissantjes … blijf jij er nog maar even in. Ik wek je wel, als het klaar is.’…

... en dan kom ik weer bij bewustzijn … ik kijk snel in het rond. Stomverbaasd dat ik in m’n uppie in bed lig. Jammer ook, dat ze er niet is. Het voelde wel knus ... warm ook … maar dat verzin ik er vast en zeker bij.

‘M’n hand ligt wel goed zo. Ik kan alleen niet zo veel kracht zetten met die zielige rechterhand. Mijn hand ligt op haar buik. Ik kan het natuurlijk wel proberen met mijn andere hand maar dan moet ik aan je rechterkantje gaan liggen. Dat kan natuurlijk wèl. Doe je het niet liever zelf, schat? Of zullen we het vandaag eens over een heel andere boeg gooien?’

Zoals gebruikelijk de laatste dagen, hoor ik kletterende plensbuien met af en toe bliksemschichten en donderslagen. Die doen me ontwaken, terwijl ik denk dat ik de hele tijd al wakker was. Mijn arm ligt gewoon naast me in bed … ik lig er helemaal alleen. Het stortregent nog steeds. Koud voor zo'n lentedag als deze: 10 graden.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten