woensdag 26 november 2025

SPREKEND SONJA.

Ik mocht één verhaal voorlezen ´Een dagje aan het strand.´ Daarna bleven mijn broer Herman en ik aan een tafeltje de biertjes op staan drinken die ik voor het  voorlezen had gekregen. Herman kende in die soos veel mensen. Ik niemand. Was daar voor het eerst.

Behalve Lucy, dan, de presentatrice van de voorleesavond. Ze kwam  na mijn voorlezen nog even naar me toe. Lucy was twee druppels water Sonja, de vrouw op wie ik heimelijk verliefd was. Nog steeds eigenlijk, ondanks haar extreem rechtse sympathieën … tsja … onbegrijpelijk, eigenlijk ...


´Mooi verhaal dat je voorlas,’ zei ze. Ze droeg ivm de naderende verkiezingen een D66 shirt. Dus dat zat wel goed.

‘, Ja, ik word tegenwoordig steeds meer gevraagd, leuk hoor.´ zei ik.

Lucy glimlachte.

‘Wil je haar aan me voorstellen?’ vroeg Herman

‘Lucy, dit is mijn broer Herman, Herman dit is Lucy de presentatrice van vanavond.

Ze gaven elkaar een hand, Herman glimlachte en keek haar in de ogen toen hij haar vroeg of ze studeerde.

Ze stonden een tijdje met elkaar te praten. Zij hadden meer met elkaar gemeen dan zij en ik, vond ik.

Lucy liep snel terug naar haar vriendinnengroepje. Herman nam een grote slok, zette het glas op tafel en zei dat ze verdomd mooi was, die Lucy.

´Jaha.´

Ik keek haar kant op, ze stond met iemand te praten, maar keek net op dat moment op, ze keek me aan en glimlachte.

Herman had het over allerlei baantjes waar hij op gesolliciteerd had en hoe moeilijk het was om ergens binnen te komen als je geen contacten had, misschien, dacht hij, had hij een fout gemaakt door eerst zijn studie af te maken en dan pas werk te gaan zoeken.

´Dat heb jij wel gedaan´, zei Herman en je hebt nu een goede baan bij de media.

Nou, goed, goed, veel levert het niet op hoor,´ zei ik.

Mijn blik kruiste die van Lucy weer. Ze glimlachte van de andere kant van de zaal naar me en ik glimlachte terug. Herman merkte er niks van.

Als jij zo doorgaat heb je binnenkort een superbaan!´ zei Herman.

´Het komt wel goed,´ zei ik glimlachend, ik voelde me zo licht. Elke keer als ik in haar richting keek, had ik de kriebels in mijn buik. Het leek wel of ze een zesde zintuig had, want hoe druk ze ook in een gesprek verwikkeld was, ze keek telkens op als ik haar kant op keek. De mensen met wie we praatten, merkten er niets van. Ook Herman merkte niets. Het was alsof we samen een geheim deelden.

Waar zit je om te lachen,´ vroeg Herman.

´Niks bijzonders´, zei ik. ´Ben gewoon in een goede bui. Het ging toch lekker met voorlezen?´





zaterdag 22 november 2025

CARIBISCHE MIDDAG.

Drie weken na de Spaanse middag kwam de Caribische middag. Dat Spaans buffet was vurrukkelijk en kostte 14.50 euro. Met Anthony, die ik net had leren kennen, had ik gezellig aan een tafeltje zitten eten en praten. We liepen, nog steeds vrolijk babbelend daar die tent uit. Pas toen ik wat later thuis zat, realiseerde ik me  dat ik wat vergeten was: te betalen!

De baas van de keuken daar, overgiet mij met complimenten als ik vanmiddag alsnog kom  betalen.. Dat doet mij deugd. Overigens: wat Anthony heeft gedaan? Geen idee? Niet meer gezien. 

Deze middag treedt zanger/entertainer WaWa, een Haïtiaan, voor ons op. Weinig Haïtiaans overigens, want deze WaWa vertolkt keurig gepolijste Engelse liedjes. Alleen aan het slot van zijn één uur durend optreden brengt hij samen met het hoogbejaarde publiek een liedje en een dansje geïnspireerd door zijn Noord-Amerikaanse roots. Helaas kan ik zelf niet meedansen, omdat ik door een val geblesseerd ben aan mijn knieën en borstkast. Jammer want ik doe graag aan dergelijke dingen mee.

Ik leer deze maandagmiddag een gezellige vrouw kennen met Indisch/Spaans bloed. Linda heet ze. Ze werkt in een Spaans restaurant in Leiden. Niet alleen in de bediening. Ze zingt daar ook. Dat is eigenlijk haar beroep, zegt ze. Zangeres. Ze zong enkele jaren professioneel in Mexico. Ze is nog niet zo hoogbejaard, als de rest van het publiek: 62 pas. Omdat ze ook in het weekend moet werken, zoekt ze haar vertier op zo'n dag als deze; hier dus. En als er gezongen moet worden steekt ze als eerste haar vinger op en gaat ze er voor. Bij het Spaans buffet had ze al staan zingen en nu vanmiddag ook weer. Best goed ook.

Het Caribisch buffet vind ik lekker. Andere eters aan mijn tafel waren niet zo enthousiast. Een veel te dikke vrouw uit Alblasserdam, wafel walgelijk, en beslist niet alleen omdat ze zo dik is, vindt, dat zij ons hier een smaakvoller buffet voor had gezet. Volgens haar zijn nauwelijks kruiden gebruikt. Kortom: een flauwe hap! Haar vingers, zijn dikker en korter dan gangbaar. Kippenpoten kluiven gaat daardoor bij haar zo, dat haar worstvingertjes en petieterige handpalmen onder een laagje kippenvet komen te zitten. Ook rondom haar mond druipt volop vettigheid. Ondertussen kraakt ze ze ongegeneerd, met vette volle mond, dit 'smakeloze' buffet af. Haar afgekloven kippenbotjes legt ze dan ook nog eens veel te dicht bij mijn servetjes.

Een toetje is er niet, weet mijn dikke tafelgenote al. Ze is snel weg. Een medewerkster van het restaurant komt gelijk al opruimen en pakt met haar blote handen de afgekloven botjes en laat die in een afvalzakje glijden. Daar moet ik even Caribisch van  kokhalzen.

 

donderdag 20 november 2025

SPAANS BUFFET

Andreas, de man met wie ik aan tafel zat, vroeg of ik wat van hem wilde drinken.

‘Tonic,’ zei ik, met iets te veel nadruk.

We hebben een Spaanse middag. De kantine zit vol 70’ers en 80’ers. We genieten eerst van een optreden van een Spaanse zangeres, begeleid door een uitmuntende jonge gitarist. Artiestenbureau Fratsen had die geregeld. Fratsen werkt met beginnende artiesten, doorgaans leerlingen van Kunsthogeschool Codart.

Na de Spaanse cultuur krijgen we een lesje 'sangria’ maken. In een miniem glaasje met een veel te kort rietje moeten we het drankje maken. Natuurlijk lukt dat. Leuk en nog lekker ook.

Dan Spaans culinair: een buffet met paella, tortilla, een groententroepje, en chorizo (in balletjes en in plakjes). Er is zó veel eten gemaakt, dat mij, al opscheppend, de tranen in de ogen schieten om de grote hoeveelheden heerlijks, die straks door de wc moeten worden gespoeld.

Ik zit dus met Andreas aan tafel. Hij is net als ik 70’er. We razen in sneltreinvaart door ons leven, zoals dat zo vaak gaat met mensen die elkaar net leren kennen. We praten over de verrechtsing in de wereld. Over 29 oktober, de komende verkiezingen. Soms heb ik het idee dat hij al te veel gelooft in complot-theorieën uit Rusland, Noord Korea, Afganistan, Iran en China. Die onwaarachtige verhalen uit die dictaturen laat ik gewoon langs me afglijden. 

Andreas is naar de film ‘Heldin’ geweest. Die moet ik ook zien, volgens hèm. Geweldige film over de zorg. De film is helaas in geen enkele bioscoop meer te zien. We kletsten mekaar figuurlijk de oren van het hoofd. (Andreas heeft enorme flaporen, nooit eerder zoiet gezien.).

We hadden veel gemeenschappelijke interesses. Vakbond, politieke partijen, tv-programma's, kunst, sport, ga zo maar door. Onophoudelijk delibererend verlaten we de locatie. Maar dan… verliezen wij de realiteit uit het oog. We lopen de locatie uit, zonder af te rekenen. Het is wel niet zó veel, 15 euro per persoon, maar toch! Ik kom er thuis pas achter. Ik neem me voor om morgen gelijk terug te gaan mijn de rekening te betalen.

Het is nu vier weken later als Fratsen in diezelfde locatie een Caribische middag organiseert. Lijkt me wel leuk. Maar ik heb nog steeds die Spaanse middag niet afgerekend. Ik weet niet zeker of ik vanmiddag ga, want dan krijg ik gelijk dat geouwehoer over de vorige keer. Moet ik voor twee keer betalen. Ben ik in een keer 30 euro armer. 

Ja, dahhag! 



 

dinsdag 18 november 2025

MANTELZORGER

Ria is niet meer de jongste (73). Maar wel vitaal. Nog geen half uurtje terug stond ze onder de douche te swingen op 'Good golly miss Molly' van Little Richard. Ja, dat doet ze gewoon.  

Ria zit met haar voeten op de salontafel thee te drinken. Schoteltje in haar rechterhand, kopje in haar linker. In trance heeft ze het over secondhandhops. ‘Ze gaan achteruit en worden ook alsmaar duurder.’

Peter zit ook om die salontafel. Tegen hem praat ze niet. Hij is vol ongeduld. Kan toch niet luisteren. Peter is haar mantelzorger, een 19 jarige slungel, met een puistenkop. 

Hoe dan ook, Ria wipt wat met haar bibs omhoog en trekt haar slipje uit, gooit dat zowat in het gezicht van die jongen, spreidt dan haar benen nog iets wijder uit op die tafel en zegt tegen Peter: ‘Beffen!’. Met frisse tegenzin beweegt de jongeman zijn lange bovenlichaam over het salontafeltje, gooit Ria's jurk  over zijn hoofd en gaat aan de slag.

Doch weldra moppert Rita: 'Stoppen, dat wordt niks' en ze duwt Peters hoofd ruw weg.

‘Wandelen nu! Ria houdt van nachtelijke wandelingen door onverlichte stadsparken. Dreiging is daar altijd aanwezig: van vereenzaamde daklozen, drugsverslaafden en potenrammers, die altijd wel iets vinden om te rammen. Pot of geen pot. Dat windt Ria op. 'Peter, meekomen!'

.Peter woont nog thuis bij zijn moeder en die vindt het maar niks dat hij bij die oude vrouw mantelt. Ze waarschuwt hem voor de rare kuren die ze soms ineens kan heeft.

 Peter zelf durft geen ‘neen’ te zeggen tegen Ria. Hij rookt in het donker veel meer dan anders. Zijn eigen saffies zijn al op. Ria geeft hem wat van haar eigen rokertjes, die hem kalmeren maar tegelijk ook bedwelmen.

Op deze ijzige herfstavond begeeft het stel zich naar het meer. Peter laat zich door haar naar het nabije water leiden, water, dat héél vaag door de maan wordt verlicht. Zij wijst hem waar ze heen gaan … naar  het kleine onbewoonde eiland daar midden op het meer. Ria gaat met haar kano. 'Zwemmen!' commandeert Ria, die onbekend is met Peters chronische zwemarmoede. 

Na vele meters waden door het ijzige water, zuigt het drijfzand de onderkoelde Peter naar onpeilbare diepten. Zijn akelige, nog door water gesmoorde kreet, is in de wijde omtrek hoorbaar: ‘Aaaahgwww' . 

Het ging ook Ria, nog maar net aangekomen op het eilandje, door merg en been.

 

zondag 16 november 2025

MEVROUW N.

Het is een bijzonder frisse novemberdag. Heb koude vingers. ben een beetje verkouden. Loopneus. Ga zo dadelijk naar Kino. Ja, ik durf het toch wel weer aan. Ik ga ook nu niet alleen. Dit keer met Mss R. Kijken naar de cinema-kaskraker uit 1985: Back to the future. Ik ben vanmorgen op internet aan het speuren naar een leuk filmpje voor deze zondagmiddag. Mijn oog viel toen op die titel. Mss R. vertelde me onlangs in geuren en kleuren wat een grandioos leuke film dat is. Nou, ten eerste had ik die Spielberg-film nog nooit gezien en ten tweede dacht ik ‘Kom, laat ik haar eens een lol doen.’

Maar beste lezer, denk nu niet dat het een uitgemaakte zaak is dat Mss R. spontaan zal uitroepen:

’Hé, ja Jos, wat een geweldig idee! Waar draait die? Hoe laat? En … ehm gaan we lopen of met de metro? Hoe laat zal ik bij jou wezen? Drie uur? Okee! Jahaa, ik neemt mijn Rotterdampas mee, die heb ik trouwens altijd bij me. Kino heb ik dit jaar nog niet gehad. Cinerama en   ehm …  LantarenVenster wel. Nou, ziet ik je zo, doehoei!’

Helaas, nee! Mss R. reageert meestal helemáál niet positief.

De dame met wie ik vanmiddag uit zal gaan noem ik in dit verhaaltje dan wel Mss R. maar in mijn gedachten is zij voornamelijk ‘mevrouw N(een)’.

Aanvankelijk kreeg ik op mijn voorstellen c.q. aanbiedingen steevast nul op het rekest.

Eindje fietsen? Nee, te warm, te koud, te winderig of te druk.

Vanavond bakkie doen en ‘n filmpje kijken bij mij thuis? Nee, nu niet, ik zit nú al in mijn pyjama. 

Lekkere stoofpeertjes, aalbessen? Nee, nu niet. Ik hebt net gegeten. Zit al helemaal vol.

Morgen naar de bios? Nee. Heel misschien volgende week woensdag. Ik spreekt niks meer af, want  er kan altijd iets tussen komen en ‘belofte maakt schuld’, zegt mijn vader altijd. Dat gaat niet gebeuren.

De laatste paar maanden echter loopt het ‘verkeer’ tussen Mss R en mij wat beter. Star afhouden maakt stukje bij beetje plaats voor soepeler spontaneïteit. Mevrouw N. zit nog wel ergens tussen haar oren maar waar precies weet ze gelukkig niet.

 Awel, om precies drie uur staat ze bij mij voor de deur.

‘I‘ll pick you up at three’ appte ze me.

Als Mss R. op de Engelse tour gaat heeft ze er zin in.

 Dat is me nu wel duidelijk.

 Die film was niet aan mij besteed.

‘Je hebt hem gewoon niet begrepen,’ dolt Mss R.

‘Fuck!’

Als ik op de Engelse tour ga, heb ik het juist niet naar mijn zin.

zaterdag 15 november 2025

FEUILLETON.

Wordt dit blog niet zo langzamerhand een soort feuilleton over een beetje bij beetje dementerende stukjesschrijver? De inkt van mijn laatste verhaaltje was nog niet eens opgedroogd. Ik was daarin op zoek naar het urinoir van de bioscoop waar ik kind aan huis ben. Het spoor raakte ik volledig bijster en ik veroorzaakte overlast voor tientallen filmkijkers. Nog geen dag later overkwam me wederom iets ontregelends. 

Ik ben op weg naar vriendin Tonia, die ongeveer vijftien minuten lopen bij me vandaan woont. Het is een leuk gevarieerd wandelingetje. Met boompjes, grasperkjes, boompjes en slootjes. Het zit er vol met waterkippen. Onderweg realiseer ik me dat ik haar huisnummer niet heb. Ik  ga vandaag voor het eerst bij haar op bezoek. Ik bel haar ff. Terwijl ik haar nummer intik, struikel ik over een ongelijk liggende stoeptegel.

Ik zie dat mijn bril een paar meter voorwaarts gekatapulteerd wordt en mijn mobieltje uit mijn hand vliegt. Ik kom hard op mijn borstkast terecht. Mijn handen en knieën voorkómen dat ik met mijn kop op het trottoir knal. Godzijdank zijn bril en mobieltje niet in de sloot naast het voetpad geplonsd.

Ik sleep me naar mijn bril en mobiel. Overeind komen lukt niet. Geen kip hier  … hoewel, nu gelukkig wel. ’t Is geen kip maar een lieve Surinaamse jongeman. Hij kijkt me verbaasd aan en vraagt dan wat er is.

‘Ik ben gevallen en ik kom niet overeind.' zeg ik. 'Wil je me een handje helpen?’

Dat doet hij.

‘Nog een fijne dag verder’, zei hij en vervolgt zijn weg.

Ik sta daar nu wel langs die sloot, maar of ik kan lopen? Geen idee.

Met bloedende handen, vingers, knieën, protesterende knieën en ribben, moet ik toch Tonia  bellen voor haar huisnummer. Ik bereid haar er alvast op voor in wat voor toestand, bijna strompelend, ik straks bij haar aanbel. 

Ze staat me, om voor mij nog steeds onduidelijke redenen, lachend bij huis op nummer 49 op te wachten. Misschien heeft het er mee te maken, en daar weet ik niks van,  dat zij EHBO’ster is en dat ze het fijn vindt om me te helpen. Hoe dan ook, Tonia kwijt zich uitstekend van haar taak. (Schaaf)wonden worden ontsmet, pleisters geplakt en gaasjes gelegd. Heel toegewijd en zorgzaam doet ze dat.

Aan het eind van mij bezoek, wil ze me ook nog eens naar huis brengen met haar auto (3 minuten rijden). Dat vind ik overdreven. Dat kleine stukje kan ik, weliswaar strompelend, wel lopen.