Ik heb in het weekend alvast wat maaltijden gemaakt voor later deze week. Spaghetti Boulognese, zuurkool met spekjes en worst en rode kool met verse worst en appelmoes.
Met vriendin Hetty heb ik vanmiddag zes uur afgesproken. We zouden ieder voor ons zelf thuis iets te eten maken. Ik heb spaghetti Guiseppe staan met een mega-dosis knofloof; 10 teentjes.. Hetty maakt me er fijntjes op attent dat ik de maximale hoeveelheid knoflook in de spaghetti ruimschoots heb overschreden. Ze gaat zowat van haar stokje van de 'stank' in mijn huis.
We gaan naar de film: 'It was just an accident' van Iraanse makelij. Draait in Kino. Er wordt veel te veel geluld in die film. Dat is de makke van vrijwel alle Iraanse films. Inhoudelijk geweldig maar dodelijk vermoeiend. Ik val dan ook enkele malen als een blok in slaap. Snurken dus. Dan realiseer ik me opeens dat ik heel erg naar knoflook stink, wat mega-vervelend is voor de man, op het stoeltje naast me, die zojuist met zijn rug naar mij toe is gaan zitten.
Normaal lukt het me wel om in de bios een plaatsje te bemachtigen met vrije stoelen naast me. Dan geef ik de buren geen aanstoot. Nu zit Hetty gelukkig links van me. Zij weet hoe het, met mij kan gaan in de bios. Maar die buurman aan de andere kant niet. Allengs voel ik me steeds onprettiger. Ik moet dit niet meer doen. Stinken en snurkend in de bios liggen. Ik irriteer me zo langzamerhand meer aan mezelf dan aan dat vele gelul in die film.
Tot overmaat van ramp moet ik ineens piesen. Ik sta op, loop in de zaal van boven naar beneden, voor het filmdoek langs naar de uitgang. Hoewel? Waar is die uitgang? Nergens te bekennen. Ik zie ook nergens dat groene 'uitgangslampje' met het mannetje dat met grote richting buiten gaat Ook heb ik niet meer paraat hoe ik hier in godsnaam binnen gestapt ben. Het enige licht in de zaal is dat van de film. Op de tast tracht ik een uitweg te vindende. Ik voel alleen maar wand en radiatoren. Als ik dan eindelijk en deurknop voel en dus een deur gevonden heb, blijkt die deur hermetisch op slot te zitten. Ik probeer die deur toch uit alle macht open te krijgen, wat met de nodige geluidsoverlast gepaard gaat. Niet echt leuk voor de filmkijkers. Een van hen springt naar voren uit de duisternis van de filmzaal.
‘Meneer, meneer, u kunt hier niet uit. U moet precies de andere kant op.
Als ik klaar ben met plassen zie ik dat Hetty mij hoofdschuddend bij de toiletten staat op te wachten:
'Dat je me naar zo’n kutfilm
meeneemt is nog tot daar aan toe. Maar wanneer je als een D.mente lawaaipappeagaai
op zoek gaat naar de uitgang, breekt het zweet me aan alle kanten uit'.