woensdag 4 september 2024

Serie: Een Rotterdamse bios in de 60’s & 70’s. Deel 15: Portefeuille gevonden.

Om kwart voor zeven zal de eerste avondvoorstelling beginnen. Het was gezellig in de Eend. Er was duidelijk ook iets te veel gezopen. Martin stond op de terugweg naar Lumière tegen een boom te piesen. Toen kreeg hij van Petra, voor de gein, een duw in zijn rug. Zeiknat natuurlijk: zijn broek, zijn schoenen. Lachen dus! De stemming was ronduit jolig te noemen toen ze weer op hun werkplek aankwamen. Het stelde ze gerust dat Duusjo er nog niet was, want die had gegarandeerd opmerkingen gemaakt over hun iets tè uitbundige gedrag.


Bij Lumière aangekomen stond een man voor de gesloten deur te wachten. Toen hij zag dat Petra en de anderen aanstalten maakten om naar binnen te gaan, zei de man met een Brabants accent, dat hij zijn portefeuille kwijt was geraakt … waarschijnlijk tijdens de middagvoorstelling hier.

´Waar zat u dan.´ vroeg Petra.

´Ja, ik weet niet meer precies welke rij maar het was tamelijk achteraan, derde of vierde rij van achteren en dan zo’n beetje in het midden.´

´Komt u maar mee, we hebben uw portefeuille waarschijnlijk gevonden … hoeveel zat er ongeveer in?´

´Ongeveer driehonderd gulden.´

´Klopt’, zegt Petra´

´O, geweldig!´

´Als u even hier in de foyer wilt wachten dan komt mijn collega zo met uw portefeuille.´

Marja, de enige met een kluissleutel haalt de portefeuille op en geeft die aan de man, die er resoluut een briefje van honderd uit trekt en dat aan Marja geeft: ‘doe maar in jullie fooienpot, die hebben jullie toch wel, hè?’

‘Zooo, is dat niet een beetje veel?’.

‘Welnee, daar hebben jullie gewoon recht op’, vind ik. 'Houdoe. Hartstikke bedankt nog´.

dinsdag 3 september 2024

Serie: Een Rotterdamse bios in de 60’s & 70’s. Deel 14: Neuzen bij de Slegte.

Met bittere, verbeten koppen staan (vooral) de mannen de bewegingen van het balletje te volgen. Alsof hun leven er vanaf hangt … en misschien is dat in sommige gevallen ook wel zo.

Duusjo laat het erbij. Hij loopt naar de kassa, wisselt zijn fiches in en incasseert voor zijn honderd dertien fiches vijfhonderd vijfenzeventig gulden. Als hij daar zijn inleg van honderd gulden van af trekt, is zijn winst vierhonderd vijfenzeventig gulden. Mooi en netjes op tijd gestopt deze keer. Hij stopt vijf briefjes van honderd apart in zijn broekzak. De rest gaat in zijn portefeuille.

Met dezelfde gehaaste tred als waarmee hij zijn pauze begon, gaat hij nu weer in de richting van Lumière. De anderen zitten te eten. Waarschijnlijk, zoals gewoonlijk, in de Eend, waar een lekkere, voordelige maaltijd wordt geserveerd … voor één gulden heb je er ook al een parmantig wijntje.

Het is nu half vijf. Ze zullen nog wel even wegblijven, schat Duusjo zo in. Hij spoedt zich naar het buffet … haalt zijn zojuist gewonnen vijf briefjes van honderd uit zijn broekzak en legt ze onder een stapeltje schone theedoeken. Hij laat één honderdje een klein stukje onder het stapeltje uitsteken … zodat de eerste die een schone theedoek pakt meteen móét zien dat daar iets ligt wat er niet thuis hoort.

Duusjo maakt nu snel dat hij weer bij Lumière weg komt. Hij zet zijn pauze voort op de Coolsingel. Hij gaat even wat neuzen bij de ramsj van de Slegte. Je kan daar voor een prikkie de mooiste boeken kopen. Tegen de tijd dat de kaartverkoop voor de avondvoorstelling loopt, zal hij bij Lumière zijn neus weer laten zien. Misschien is tegen die tijd het vijftal honderdjes ook al ontdekt.


Morgen: deel 15: Portefeuille gevonden.

Serie: Een Rotterdamse bios in de 60’s & 70’s. 13. Duusjoo pauzeert (2).

 Duusjo speelt altijd de dertien, met één fiche tegelijk. Dertien, zijn geluksgetal. Althans dat maakt hij zichzelf wijs. Hij verspeelt zijn eerste zes fiches … zal het dan eindelijk bij de zevende keer raak zijn?


‘Rien ne va plus’ zegt de chef-croupier. Het balletje aarzelt ... wordt het zes ... wordt het zevenentwintig of wordt het elf? Neen, het wordt:
‘Treize…..dertien’ … mooi!! Vijfendertig keer vijf is honderdvijfenzeventig gulden min de inzet van honderd: dat is vijfenzeventig winst. Met een uitermate zuur gezicht schuift de croupier de vijfendertig fiches in de richting van Duusjo, die zondigt tegen de regel, dat van elke volle winst (een op vijfendertig) één fiche fooi gegeven wordt aan de casinomedewerkers. Duusjo is alleen maar met zichzelf bezig …. Een tip geven komt geen moment bij hem op. Hij besluit van vanaf nu drie fiches per ronde te gaan spelen dit keer zet hij steeds in op 7. Hij heeft nu achtendertig fiches waarmee hij nog 12 rondes kan mee spelen. Duusjo wordt bijna gek, als vlak na zijn winst op de dertien het balletje nogmaals in de dertien valt. Zo'n herhaling komt maar heel zelden voor. Het wordt echt spannend. Een struise dame met een wulps oker jurkje, aan de andere kant van de tafel, loopt ineens binnen: ze had tien fiches op de dertien gezet. Het leek wel of ze spontaan klaarkwam. Zulk soort geluiden stootte ze tenminste uit, toen het balletje weer op de dertien tot stilstand kwam. Maar goed, ik kan me er wel wat bij voorstellen, als je in een klap zeventienhonderdvijftig guldens rijker wordt. Leef je maar lekker uit dame! Vanzelfsprekend brengt het hosanna-moment van die dame in het oker, geen spoor van vreugde op de tronies van de andere, voornamelijk heren-gokkers, teweeg. Roulette is een spel dat weinig tot geen spelvreugde kent.

Morgen: Deel 14: Neuzen bij de Slegte.

zondag 1 september 2024

Serie: Een Rotterdamse bios in de 60’s & 70’s. 12. Duusjo pauzeert (1).

Duusjo lijkt er nog het minste last van te hebben: van dat Duits-Nederlandse taalmengelmoesje

‘Ha, da ist der Martin. Doe weet sicher wohl das antwort: Es ist gruun oend es heeft zwei braune streipen? … Nou, doe weist es nicht?’

Wat krijgen we nou? Maakt die Duusjo zomaar een grapje of hoe zit het?

‘Het zal wel iets met poep te maken hebben, … die bruine strepen … of niet soms?’ zegt Martin.

‘Ach nein,’ zegt Duusjo, ‘zal ik es noer sagen? Gruun mit zwei weisse streifen? Das ist doch ein komkommer miet bretels!! … hahahaha!!!.’ Zoals gewoonlijk moet Duusjo het hardst lachen om zijn eigen grapje. De dames vinden het gezien hun glimlach wel grappig maar toch ook weer geen dijenkletser.

‘Goet, meine damen und hern, mondecken hooch, ja, jullie gaan jetzt ein biesjen essen und ein biesjen das verlies von das viele geld vergessen, ja? Ich sehe ihr wieder um sechs Uhr voor dem erste abendvorsjtelloeng’.

Hij gaat als eerste pauzeren deze Duusjo. Een zelfs voor Rotterdamse begrippen vreemde snoeshaan. De Lumière-baas gaat om maar wat te noemen gekleed in een Beiers jagerstenue: bergschoenen, groene pofbroek, dito jasje en hoedje met de onontbeerlijke veer er in.

Hij zet er flink de pas in richting Coolsingel. Maar dat blijkt zijn doel niet te zijn. Hij kijkt wat schichtig achterom. En schiet dan, nog op de Kruiskade, het Hilton Hotel in. Daar zit op de begane grond het Holland Casino. Na de gebruikelijke plichtplegingen, paspoortje controleren, jasje en hoedje in de garderobe (op nummer 23), een plasje doen, pakt hij alvast twee briefjes van vijfentwintig uit zijn portefeuille. Hij overhandigt dat geld aan de casinomedewerker en hij krijgt er een wit bakje gevuld met vijftig losse guldens voor terug. Linea recta begeeft hij zich naar de afdeling gokautomaten de 'one-armed bandits'. Vijf rijen van twintig automaten. Alles is bezet. Ongeduldig loopt Duusjo door de gangen tussen de automaten.
Er wordt hier veel gerookt.
Vogels van allerlei pluimage pogen, geheel in trance, miljonair te worden. De verbetenheid straalt er vanaf. Opaatjes, omaatjes, deftige tantetjes, studenten, keurige heren in kostuum, mannen in spijkerbroek en modderlaarzen. Allemaal hopen ze, vaak tegen beter weten in, op de hoofdprijs. De meesten zouden toch al lang moeten weten dat die hoofdprijs alleen maar is weggelegd voor de directeur van het Casino.

Morgen deel 13: Dusjoo pauzeert (2)

zaterdag 31 augustus 2024

Serie: Een Rotterdamse bios in de 60’s & 70’s. Deel 11. Een kastekort.

Sonja en Petra tellen, onder het toeziend oog van Duusjo, Marja en Sonnee de baropbrengst nog eens na. Lenie doet niet mee. Zij heeft geen zin in die poppenkast. De uitkomst is toch precies hetzelfde. Inderdaad komen ze op exact hetzelfde verschil uit: driehonderd zesentwintig gulden vijftig. Ook alle fooi is daarin meegeteld. Meestal is dat zo’n tien procent van de hele opbrengst. Dus is er feitelijk een kleine vijfhonderd gulden zoek.


Ze balen er allemaal stevig van. In Lumière is de regel dat kasverschillen door het dienstdoende personeel moeten worden aangezuiverd. Maar het is nu zó veel geld dat niemand dat even kan bijpassen: vijfenzeventig gulden de man. Dat is ruim twee weken boodschappen doen bij de Bas. Een geluk bij dit ongeluk is dat de fooienpot, zo halverwege de maand, al aardig gevuld is. Bovendien is chef Duusjo bereid een beetje te sjoemelen: de aanwezige voorraad wat hoger vaststellen en een ietsje te smokkelen met de kaartopbrengst van vanmiddag. Dan hoeft er per persoon nog maar een tientje , bijgelapt te worden. Dat is nog te doen.

Wel vreemd eigenlijk, dat die anders altijd zo stipte Duusjo ineens bereid is om zo’n ‘creatieve’ oplossing te bedenken. Helemaal niks voor hem. Duusjo heeft zich in de 2 jaar dat hij nu bij Lumière zit, als een echte Duitser laten kennen. Alles punctueel en netjes op tijd. Duusjo is een wat stijve, tamelijk kleine, autoritaire man met veel gevoel voor regelgeving en weinig gevoel voor humor. Hij woont al bijna tien jaar in Nederland. Desondanks spreekt hij een moeilijk te verstaan mengelmoesje Duits-Nederlands.


Gerrit ligt alweer te pitten. Op een bankje in de foyer deze keer. Met zijn handen geklemd tussen zijn bovenbenen.
‘Goeie film hè?!!’ brult Martin plotseling in Gerrit zijn oor.

‘Vuile klootzak!!’ Gerrit schiet van schrik uit zijn rol maar herstelt zich snel: ’U neemt me toch niet kwalijk, mijnheer, dat ik dit gedrag absoluut niet kan appreciëren. U kunt er op rekenen, dat ik me hierover zal beklagen bij de directie van dit theater.’

‘Ach hou toch op, Gerrit, je bent gewoon een ouwe gore mafkees!’ Martin rent lachend de trap op naar de personeelsruimte, waar iedereen nog in mineur is.


Morgen: Deel 12. Dusjoo pauzeert.

vrijdag 30 augustus 2024

Serie: Een Rotterdamse bioscoop in de 60’s & 70’s. Deel 10: Een portefeuille.

‘We zijn net klaar met de zaal, Gerrit. We gaan zo beginnen met het ‘voelen van de stoelen’… of er nog verloren geld tussen de rugleuningen en de zittingen zit. Het zou heel fijn zijn als je daar even bij komt helpen. Als dat tenminste lukt met die tere vingertjes van je,’ roept Sonja een tikje hatelijk. Sonja heeft het niet zo op Gerrit. Ze heeft het gevoel, dat hij, wanneer hij eens een keertje goed wakker is, haar met zijn waterige oogjes zit uit te kleden. Daar voelt ze zich niet echt ‘happy’ bij.


Lenie komt bij de zoektocht naar klein geld ook altijd even helpen.
‘Bij voorbaat dank in het in mij gestelde vertrouwen dames,’ zegt Gerrit, ‘Ik begin hierboven in de zaal alvast met mijn tere vingertjes in de openingen te voelen,’ zegt hij met een vervelend en naar dubbelzinnigheid neigend ondertoontje.

Alles bij mekaar halen ze nog achttien gulden en vijfendertig cent tussen de rugleuningen en zittingen vandaan. Best wel de moeite waard. Er zat ook nog een portefeuille bij met driehonderd piek er in. Maar die bergt oude Petra straks netjes op in de kluis, voor het geval de eerlijke verliezer hem nog komt ophalen.

‘Sonja, Sonnee, Petra en Lenie, luister eens?!’ Marja klinkt beetje paniekerig, als ze in de zaal op hen komt toegelopen, ‘hebben jullie misschien wat van de barverkoop ergens apart gelegd of zo? We missen namelijk flink wat geld.


Morgen deel 11: Het kastekort.

donderdag 29 augustus 2024

Serie: Een Rotterdamse bios in de 60's & 70's Deel 9: Na de pauze.

Als de bioscoopbezoekers weer netjes in de zaal zitten voor het deel nà de pauze, kan Marja de opbrengst van deze middagvoorstelling gaan tellen. Zo gaat dat hier. Wat er na de middagvoorstelling nog aan consumpties verkocht wordt, wordt opgeteld bij de opbrengst van de avondvoorstelling. Deze uitverkochte voorstelling van vanmiddag heeft circa zesduizend driehonderdvijfentachtig gulden opgebracht. Die heeft Marja geteld en alvast in de kluis opgeborgen. Nú de baropbrengst van vòòr de aanvang van de voorstelling èn van de pauze nog even tellen. Meneer Duusjo loopt met de kas naar Marja. Zij heeft inmiddels uitgerekend dat er minimaal zestienhonderdvijfentachtig gulden (exclusief fooi en wisselgeld) in de barkas moet zitten. Marja en meneer Duusjo tellen samen even de kas.


De voorstelling is afgelopen, de zaal is tamelijk snel leeg. Voor Petra, Sonja en Sonnee rest er dan in de zaal een enorme troep aan lege en halflege flesjes, lege en halfvolle pakjes chips, schillen van ongepelde olienoten, klokhuizen, bananenschillen, wikkels van snoepjes, chocoladerepen, afgescheurde bioscoopkaartjes en dan, zeker na dit soort volle voorstellingen: een berg vergeten spullen variërend van een muts tot een portefeuille met inhoud. Bij minder drukke voorstellingen wordt ook nog wel eens uitgegleden over gebruikte condooms. Voor condoomgebruik zat de zaal vandaag veel te vol. Ze zijn met zijn drieën, al met al, een uur bezig om de troep op te ruimen en op het moment dat ze de zaal nèt schoon hebben meldt Gerrit, de portier, zich boven in de zaal … eindelijk:

‘Geachte dames, hierbij deel ik u mede dat ik, na genoten te hebben van een overheerlijk busreisje, ietwat te laat ben gearriveerd op mijn werkplek, waarvoor mijn welgemeende excuses. Ik hoop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. Ik groet u bij deze hartelijk, was getekend, Gerrit Kleinhof’.

Gerrit spreekt altijd in schrijftaal:

‘Indien nodig is deze dienstwillige dienaar ten allen tijde bereid u in dezen van dienst te wezen … en laat dat nou nog rijmen ook’.


Morgen: deel 10: Een portefeuille.