maandag 16 december 2024

VOOR MIJ HOEFT HET NIET ZO NODIG.

Voor mij hoeft het allemaal niet zo nodig! Maar afgezien daarvan, sta ik er goed op. Mijn brievenbus puilt uit. Volop wenskaarten. Geluk, gezondheid, vrede. ’t Kan niet op. Goed bedoeld natuurlijk. Daar niet van. Maar wat moet ik ermee?


Mijn eigen kerstwensen?? Voor mij bestaat kerst helemaal niet! Tuurlijk ik heb wel wensen, normale mensenwensen: dat het woensdag lekker weer is en dat ik me niet loop te vervelen. Nee, die 25e december is bij mij haast net als elke andere dag ... van ontwaken tot en met de neut voor het slapen gaan.

Ik voel me weliswaar wel wat eenzamer op zo’n dag : … ik vind het normaal wel gezellig om een praatje te maken of iets te ondernemen met iemand. Dat valt op de 25e niet mee. De meesten hebben zich dan al vastgelegd om samen ergens gezellig te gaan zitten, eten en babbelen. Ik weet nog niet wat ik ga doen.

Eerdere 25e decembers ben ik regelmatig alleen geweest. Ik had meestal wel een goed boek of ik schreef iets. Maakte een lange wandeling. En eigenlijk alleen uit verveling deed ik, in de hal naast mijn de keuken, wat yoga-en, buikspieroefeningen, ging daar ook zo af en toe zitten mediteren en speelde wat potjes patiënce aan de salontafel in de woonkamer.

Oooh neen! Géén boom, geen ballen, geen trompetterend trompetje, geen klingelend belletje, geen kleurrijke lichtsnoeren en ook geen robuuste piek. Géén dikke druipkaarsen of sfeervolle waxinelichtjes. Geen geen overdadige hoeveelheden voedsel. Géén Rudolph, the red nose rendeer of Jingle Bells. En al helemaal geen ‘Mens erger je niet’.

Maar deze donderdag de 26e wordt echt top! Die dag ben ik door mijn (nog steeds) geliefde ex uitgenodigd voor een gezellige eet-, drink-, en spelletjesdag met de kinderen en kleinkinderen. Gezellie! Weer samen. Deze keukenprins is gevraagd om van het kerstmenu het voorafje te maken. Ik weet al wat voor lekkers het gaat worden. Maar, dat ga ik hier niet verklappen. Het blijft een verrassing. Dat is wel zo leuk!

zondag 15 december 2024

PATATZAKJE.

Het is nog lente. Ik ben lekker aan het kokkerellen. Een gegratineerde spinazieschotel met zalm en kleine blokjes mager spek. Het water loopt me nu al uit de mond. Op zich maakt dat allemaal niks uit. Maar, … nou ja, ik ben dus in de keuken bezig. En … ik kan het niet laten om zo af en toe es een blik naar buiten te werpen. Ik kijk dan uit op de straat met auto’s, brommers en fietsers, het trottoir met de voetgangers, op een gebied met struiken, een stuk blubberzooi en een wandelpad, dat leidt naar de splinternieuwe basisschool.


Er staat nu alleen een knalgele ambulance, met zwaailichten aan, voor de deur van mijn bejaardentehuis. Dat is helemaal niks bijzonders want elke dag gaat hier wel iemand de pijp uit of het scheelt niet veel. Ja, voor mij is dat niet meer dan normaal.

Ik wil net weer verder gaan met mijn spinazieschotel, als ik ineens uit mijn rechterooghoek razendsnel een ratje uit de struiken, over het trottoir heen zie racen. Als ik het goed zie heeft hij een papieren patatzakje in zijn bekje. Hij racet over het trottoir en duikt daar de struiken weer in. Maar zijn papieren patatzakje heeft hij op het trottoir uit zijn bekje laten vallen. Niet zo snugger. Ik blijf nog even kijken of het beest je terug kom om zijn buit alsnog op te halen. Nieuwsgierig hè?

Mijn spinazieschotel kan geen kwaad, die staat op een laag temperatuurtje te garen. Dat schijnt beter te zijn voor de vitaminen.

Dat ratje zie ik zo gauw niet meer terug maar ... wie schetst mijn verbazing? Er komt een piepklein mannetje uit de struiken gedanst met een lila puntmuts. Hij heeft alleen een kort lila truitje aan. Verder loopt hij in zijn blote kont. Net als Donald Duck altijd.

Zijn hoofdje schuddend, loopt kabouter Duck met zijn mini-afvalgrijpertje in zijn knuistje, naar de lege papieren patatzak.
Op het moment dat het kleine baasje staat na te denken over hoe dit klusje te klaren, cirkelt een drietal grote meeuwen spiedend boven het opruimkaboutertje. Met kille krijsen storten de vogels zich eerst op het lege papieren patatzakje, dan wordt kabouter Duck meedogenloos opgeslokt. …

‘hellepie, hellepie’, klinkt het héél vaag.

Vreemde geluiden weerklinken van het balkon, aan de voorkant. Haastig vliegt een meeuw op. Midden in een plasje kotsvocht op mijn balkon: het mini-afvalgrijpertje.

zaterdag 14 december 2024

RARE VOGELS.

 Ik sta voor het raam van mijn woonkamer. Het is herfst, half negen ’s avonds. In de appartementen aan de overkant staat bijna overal een scherm aan. TV of computer. Wat precies kan ik niet zien. Er wordt achter dat scherm gestudeerd, gelachen, geluisterd of misschien wel porno gekeken. Ik ga er mijn verrekijker niet bij pakken. Zo’n voyeur ben ik nou ook weer niet.


Die verrekijker heb ik voor in de natuur… en ja, ook voor als zich hier dicht in de buurt dieren vertonen die me verrassen.

Zo’n tien jaar terug hebben hier enige tijd een ooievaar en een reiger vertoefd op het binnenterrein. De ooievaar stond meestal helemaal aan de linkerkant van de flat en die reiger meestal aan de rechterkant. Ik zeg 'meestal', omdat die reiger er soms wat eerder was dan die ooievaar en dan pakte die vlug de linkerkant. Die ooievaar deed daar verder nooit moeilijk over. Ik heb altijd gedacht dat voor die reiger het eten links smakelijker was dan rechts. Maar daar durf ik mijn hand niet voor in het vuur te steken.

Beide vogels stonden vanaf hun plek op het binnenterrein constant naar boven te turen. Wachtend op eten, vermoed ik. Wie die vogels te eten gaven? Geen idee! Nooit iemand kunnen betrappen.

Persoonlijk had ik een pesthekel aan die vogels, met hun lange dunne stelten en die uitsloverige priksnavels. Ze hadden naar mijn idee hier helemaal niks te zoeken. Ga naar een rivier! Of een meer! Ga naar beneden zitten staren in plaats van naar boven! Jullie eten zit beneden in het water! Niet daar boven! Ja! Ik wilde ze weg hebben.

Ergens in oktober ben ik halverwege de avond naar beneden gegaan. Bijna alle flatbewoners zaten als sufgelulden naar ‘Twee voor Twaalf’, ‘De slimste mens’ of een of andere talkshow van ‘weet ik wie’ te kijken. Om de vogels te laten schrikken had ik mijn knalgele Pino-pak aangetrokken. Dat had ik ooit eens gekocht voor de carnaval in Den Bosch. Oeteldonk noemen ze die stad in carnavalstijd altijd, kan ik me nog herinneren.

Ik flapperde beneden wild met mijn vleugels en maakte harde krassende geluiden. De vogels schrokken zich een hoedje… Ik eerlijk gezegd ook, van hùn helse gekrijs. Het heeft wel gewerkt. Ik heb ze hier nooit meer gezien.

vrijdag 13 december 2024

OPGEZEGD.

Ik heb gisteren mijn lidmaatschap van de SP (de Socialistische Partij) opgezegd. De meesten van mijn lezers, met name mijn lezeressen, zijn absoluut niet geïnteresseerd in mijn politieke voorkeur. Wanneer zij de woorden ‘Wilders’, 'BBB'of ‘Poetin’ scannen, tikken ze mijn stukje gelijk weg. Het zijn mijn slechtst gelezen schrijfsels. Geen probleem. Haak gerust af! Ik ga met de overblijvers verder.


De SP heeft in de Tweede Kamer ingestemd met een naar de Nazi-praktijk riekende motie van de VVD’er: Bente Bekker. Alle linkse, sociaal democratische partijen stemden tegen. De fractie van de SP stemde, samen met de PVV, VVD, BBB, CDA, NSC ,CU in en zorgde er zo voor dat die motie werd aangenomen.

En is dat dan zo vreselijk? Om daar nou je SP-lidmaatschap voor op te zeggen. Ja! Volmondig ja. Want het is racisme. In die motie wordt de regering verzocht om gegevens over culturele en religieuze normen en waarden van Nederlanders, met een migratieachtergrond, bij te houden. Bijvoorbeeld door het SCP (Sociaal Cultureel Planbureau) te vragen dit (periodiek) te onderzoeken.

O ja? Welke normen en waarden zouden dat dan moeten zijn?

Homoseksualiteit in de ogen van Amsterdammers of mensen uit Staphorst?

Economische opvattingen zoals van een CEO op de Zuidas, of die van een actief vakbondslid?

De culturele wensen van iemand die 4 keer per jaar een opera bezoekt, of iemand die elke kans aangrijpt om naar de camping te gaan?

Een liefhebber van foebele of van klaverjassen?

En let op: Alléén de gegevens van Nederlanders met een migratie-achtergrond moeten volgens de motie bijgehouden worden.
Gênant. Er wordt hier van uit gegaan dat alleen Nederlanders met een migratieachtergrond zich niet conformeren aan Nederlandse normen en waarden.

Er zijn ook oer-Hollanders die zich niet conformeren aan de Hollandse normen en waarden. Georganiseerde tegenstanders van asielzoekerscentra en voorstanders van Zwarte Piet: in diverse regio’s bekogelen ze burgemeesters en wethouders met stenen en/of vuurwerk. Waarom hoeft het SCB geen onderzoek te doen naar die ‘brave’ Oer-Hollanders.

Hitlers nazi-regime verplichtte bijna honderd jaar geleden Joden om een dikke 'J' in hun paspoort te laten stempelen. Roma moesten er een 'R' in laten zetten. Dat maakte het later de NSB in de Tweede Wereldoorlog makkelijker om die mensen op te pakken, te deporteren en te vernietigen.

Als de motie Bekker uitgevoerd gaat worden krijgt een Syrische vakbondsactivist een ’S’ en een Marokkaanse Ajax-hooligan een ‘M’ achter zijn naam. Bij de Nederlandse vakbondsman of hooligan blijft dat vakje leeg.

Daar had de SP nooit mee in mogen stemmen. Vandaar.

donderdag 12 december 2024

GEKEUVEL.

 Ik ben vanmorgen door de wekker heen geslapen. Niet zo raar overigens. Ik had het laat gemaakt. Het was over tweeën eer ik er in lag. Nu ga ik wel eens meer om die tijd 'leggen' en soms zelfs ook nog wel eens wat later ook.


Mijn jongste zoon Ralf (44) is op bezoek. We moeten wat bespreken. Financiële zaken over ‘echtscheiding’ en ‘eigen huis’. Daar weet ik nu eenmaal wat meer van dan hij. Maar daar ga ik niet over schrijven.

Ik vind het leuk dat hij er is. Om te beginnen haal ik twee Dr. Oetker pizza’s. De eerste pizza’s die gebakken gaan worden in mijn inductieoven. Bij pizza hoort wijn, vind ik, dus ik koop een lekker duur Saint-Émilionnetje. De feestvreugde wordt wat groter als Ralf mij verrast met vier flesjes Westmalle Tripel, lekker Belgisch bier. Voor mij wordt het helemáál top als Ralf dan ook nog zegt dat hij sinds juli jl. gestopt is met het drinken van alcohol. Dus al die alcohol hier is dus blijkbaar vanavond voor mij?!

We praten over gezellige mannenonderwerpen. De verminderde belangstelling voor voetbal, bij Ralf vooral omdat zijn klote-scheiding zoveel tijd opeist. Bij mij omdat het spel in de top steeds poeniger wordt. Toernooien worden gespeeld in totalitaire staten waar mensenrechten met voeten getreden worden. Zowel voetballers als deelnemende landen gaan daar als makke schapen in mee.

Natuurlijk kunnen Ralf en ik het niet laten om ‘domrechts’ te analyseren en neer te knuppelen. Doch de meeste tijd hebben we het over muziek. Zijn muziek. De muziek van ‘Klinkt Goed’ want dat is Ralfs artiestennaam. Hij heeft een paar nieuwe nummers geschreven, die hij me laat horen. Klinken inderdaad prima. ‘Klinkt Goed’ is te beluisteren op ‘YouTube’ en ‘Spotify’. Doen!

Allemaal leuk en aardig dat gezellige gekeuvel maar ik zit onder tussen veel te veel te zuipen. Ralf voelt dat goed aan en maakt het niet te laat.
‘Niet alles tegelijk opdrinken, hè!’ zegt hij bij het weg gaan.
‘Neen, natuurlijk niet'. Alle wijn heb ik inmiddels al achter de kiezen.

Tegen mijn eigen stelregel in: ‘ga nooit in je uppie alcohol zitten zuipen’, sla ik toch nog, een beetje schichtig, dat wel, een paar Westmalles achterover.

Gelukkig is er niemand, die me in deze kleine uurtjes nog zo bezig ziet.

woensdag 11 december 2024

VAREN.

Bijna huilend komt Wim, mijn buurman, 84 jaar oud, me vragen of ik hem wil helpen. Z’n internet en telefoon doen het niet. Hij kan niemand bereiken èn … hij is nog snotverkouden ook. Hij grijpt direct naar zijn zakdoek en snuit luid en duidelijk zijn neus. Nee, hij is geen aansteller. Aan zijn snuiten te horen is hij goed ziek. Het is triest. Ik wil hem wel helpen maar dat kan niet. Ik sta op het punt om weg te gaan. Straks staat mijn vriend Karel voor de deur. Ik zeg: ‘Sorry, ik heb geen tijd, Wim’. Zo kènt hij mij niet en zó ken ik mezelf niet. Niemand kent me zo. Dat ik zó resoluut ‘neen’ zeg. Maar het kan nu echt niet anders.


‘Ken je misschien iemand anders die me kan helpen, Jos?’
‘Neen’. Ik heb er nu geen zin om er zelfs maar een seconde over na te denken. Ik heb mijn jas, mijn handschoenen al aan en mijn pet op. Klaar om de deur uit te stappen.
‘Hoe laat ben je weer thuis, Jos’, denk je?.
‘Dat kan heel laat worden. Een uur of tien vanavond. Mijn vriend gaat voor ons koken’.

‘Oh, lekker’.
‘Zeker, Wim’.

Ik moet de buurman eerst met zachte drang naar buiten duwen om zelf mijn voordeur uit te kunnen’.

‘Nou, toch nog bedankt, Jos’, zegt hij hoestend en proestend. ‘Dan ga ik maar op zoek naar iemand anders’.

Het klinkt allemaal wel heel lullig … en het ìs ook lullig maar het kan nu eenmaal niet anders. Ik kan Karel, mijn vriend, toch niet beneden in de kou op zijn fietsje laten wachten tot ik wat geregeld heb voor Wim zijn telefoon. Bovendien, we moeten om precies twee uur op de boot naar Dordt zitten. Die gaat echt niet op ons wachten. De volgende boot komt pas een kwartier later.

Om kwart voor drie zijn we er. Karel en ik zouden een korte wandeling maken in Dordt. Kerstsfeer proeven. Ook al is het nog volop daglicht, de feestverlichting is overal aan. Ons valt op dat in de grote winkelstraat vele speciaalzaken zijn verdwenen. Nu telen hiervoor in de plaats kringloopwinkeltjes wierig. Karel, die gek is op die winkeltjes komt dus volop aan zijn trekken. Hij weet zich vandaag prima in te houden, die koopverslaafde. Zijn hele huis ligt tòch al bezaaid met zaklantaarntjes in alle soorten, kleuren en maten.

Het enige waar Karel deze middag geld aan uitgeeft is warme chocolademelk met een grote kwak slagroom voor zichzelf en een lekker Belgisch biertje voor mij … mijn verslaving …

dinsdag 10 december 2024

NAAR HEINDE.

 

Het is een koude avond. Er staat een gure wind. Ik moet ongeveer anderhalve kilometer lopen vanaf metrostation Wilhelminaplein. Ik heb mijn warme zwarte winterjas aan, een witte (!) sjaal om en heb mijn mooie zwarte hoed op. Ik ben niet zo gauw tevreden als ik mijn hoofd in de spiegel zie maar deze keer kan ik de toets van mijn eigen kritiek prima doorstaan.  Halverwege op een plein staat een standbeeld van ‘weet ik veel’ wie. Op zoek naar informatie over dat beeld, struikel ik over de tegel met de info, die ik zoek. Ik val, bezeer een knie, beschadig een broekspijp en mijn hoed wordt  meegenomen door de wind.

Dat standbeeld moet Lodewijk Pincoffs  (Rotterdam, 7 juni 1827 – New York, 28 september 1911) voorstellen. Een belangrijke Rotterdams havenman.

Nog honderd meter door en ik ben bij Restaurant Heinde op ‘De Vijf Werelddelen’. Stichting Corridor geeft daar een etentje voor zijn vrijwilligers. Daar ben ik er één van.  Ik plof neer naast Pierre, een vriendelijke gast . Tegenover mij zit Rita met een wat zorgelijke blik. Ze heeft een  dikke  laag poeder op haar gezicht geplamuurd en draagt een rode zomerjurk. De bovenste knoopjes van die jurk heeft ze open gelaten ... doch op een décolleté is in de verste verten geen zicht.

Schuin tegenover mij zit Ted met zijn ongeschoren tronie, zijn morsige, ooit witte t-shirt. Hij blijft maar vertellen over alle reizen, die hij wereldwijd gemaakt heeft.  En als een ander, ik bijvoorbeeld, vertel,  dat ik, nog nooit buiten Europa geweest ben … dan pakt hij gulzig de aandacht weer terug door me, met een vette knipoog naar Rita, te vragen: ‘heb je dan je hele leven last van heimwee gehad, Jos?’ En dan gaat ie weer door met zijn eigen geleuter.

Na een uur heb ik genoeg en heel lekker gegeten. De anderen blijven maar gaan. Bestellen, eten, drinken en …  ze zijn gedwongen Ted aan te horen. Ik leen me daar niet langer voor. Ik sta op: ‘Ik ga jullie verlaten. Bedankt. Ik heb genoeg gehoord en gegeten’.

Rita krijgt terstond de hik en laat me tussendoor weten dat ze het leuk vindt dat ik geweest ben.  Ted zit voor het eerst deze avond met zijn mond vol tanden en  Pierre vertelt  Ted  over zijn ongeneeslijk zieke broer  maar Ted heeft daar geen aandacht voor.

 

Restaurant ‘Heinde’ in ‘De Vijf Werelddelen’ is perfect. Het concept uit de kunst. Googlen!