De koudste dag van het jaar zou het worden. Nou, als we het hiermee, min drie, gehad hebben dan valt het nog wel mee. Ik fietste vanmorgen langs de Rotte om bij de molen ‘De Vier Sterren’ meel te kopen voor het bakken van mijn eigen dagelijks brood. Toen kwam de herinnering bij mij op aan enkele tientallen jaren geleden.
Ik leerde mezelf schaatsen, op een stukje Rotte in het
centrum van Rotterdam. Ik was toen al tegen de veertig. De temperatuur schommelde
zo rond de min tien. Na drie dagen flink
oefenen achtte ik me prima in staat om een flinke schaatstocht te maken.
‘Deze jongen gaat vandaag eens iets
interessants laten zien: schaatsen van Rotterdam naar Zoetermeer!' bazuinde ik stoer rond. Een kilometer of twintig was dat en het ging
geweldig. Het kostte me nauwelijks een
uur maar het werd snel donkerder en ik wilde wel voor het tè donker werd weer thuis
zijn. Ik keerde dus om en gelijk al, met de allereerste slagen, merkte ik waarom
die heenweg zo vlot ging. De westenwind
had ik mee en nu, terug naar huis, had ik hem zwaar tegen.
Niet alleen de wind maakte het me moeilijker. Ook doordat de
zon onder was werd het steeds kouder op de Rotte. Steeds minder schaatsers ook waagden zich op het ijs, waardoor
ik me minder veilig voelde. Ik vreesde verraderlijke wakken en ijsschotsen. Op
de heenweg hoefde ik daar niet bang voor te zijn: ik kon veilig het pad van mijn voorgangers
volgen.
Ondanks de toenemende kou, het was nu min 11, zweette ik als
een otter. Drie kwartier was ik inmiddels al op de terugweg en ik was nog maar halverwege.
De tweede helft kwam ik nauwelijks vooruit. Mijn bewegingen
waren stram, mijn houding houterig. Ter nauwer nood was ik in staat om de kade
vlakbij mijn huis op te klauteren. Op mijn Noren moest ik
naar huis klunen. Thuis zaten mijn vrouw en mijn zonen aan de eettafel al
aan hun toetje. Meewarig keken ze me aan. Ik voelde mij een zielenpoot.
Die interessante 'jongen' was gesloopt, onderkoeld, moest uit zijn
kleren worden geholpen, onder de warme douche worden gezet en in bed worden
gestopt. Schaatsen heeft hij nooit meer gedaan. Hij schreef er alleen nog een sneu
stukje over.
Brood bakken is ie wel weer blijven doen. Maar dit ter zijde.