maandag 27 juni 2022

BLUEGRASS

 

Zondag  is het prachtig weer voor het jubilerende Bluegrass festival in het Oude Noorden. Ik ga er met mijn vriend Bert naar toe. Op het Pijnackerplein wordt het festival voor de tiende keer georganiseerd. Toen ik nog in Het Oude Noorden woonde ging ik er steevast naar toe maar na mijn scheiding, alweer zeven jaar geleden, ben ik er niet meer geweest. Waren er destijds enkele honderden bezoekers dit jaar schat ik het bezoekersaantal op enkele  duizenden.  Dan is nog maar het halve plein in gebruik als festivalterrein.  Nu dus het hele plein. Vroeger kon je gewoon komen aanlopen vanuit elke willekeurige richting en aanschuiven achter de toehoorders rondom de prachtige muziektent. Dat is dan nog het enige podium.  Op deze zondag is het Pijnackerplein helemaal met hekken  afgezet. Er is een centrale in- en uitgang gecreëerd. Voor elke bezoeker wordt een nummertje  van een rol afgescheurd. Ik ben 12.987, Bert 12.988 (en Ernie 12.989). Dat is aardig wat.  Vrolijke en verfrissend klinkt de bluegrass-muziek over het terrein. Beluister dit genre maar eens op ‘you tube’ of ‘spottify’.

Op het terrein zijn volop eet- en drinkkraampjes, tafeltjes en bankjes. Aan toiletten ontbreekt het  jaren geleden nog wel eens. Er wordt dan door de mannen onbeschaamd tegen de fraaie geveltjes gepiest. Toiletten zijn er zat nu. Net als voorheen heeft een groot aantal bezoekers  zelf (tuin)stoeltjes meegenomen.  Nieuw voor mij zijn de merchandising, workshops, theatervoorstellingen  en de goochelaar.

De sfeer zit er goed in. Iedereen van jong tot oud loopt te stralen, mooi te zijn.  Veel dames dragen kleurrijke, weinig verhullende kleren. De veelal in het zwart geklede oudere heren, bijna allemaal met een klein goed gesoigneerd baardje, lopen vol trots te showen, hoe jeugdig ze zich nog wel voelen.  Iedereen  kan hier vandaag swingen op aanstekelijke muziek. De vrouwen zijn  zoals gewoonlijk meer tot dansen geneigd dan de heren; die  zitten liever met een biertje in hun hand ritmische hoofdbewegingen te maken.

Het klinkt nu allemaal wel erg positief  maar toch ben ik dat eigenlijk níét helemaal. Ik ben er bijzonder teleurgesteld over dat het geen echt, puur bluegrass festival meer blijkt te zijn. Ik heb in de korte tijd dat ik er ben, zondagmiddag, muziek gehoord die meer verwant is aan de jazz en de soul. Bands waarin saxofoon, klarinet, piano de hoofdmoot vormen  hebben niks te maken met blue grass. Bij dat genre horen: banjo, gitaar, bas en viool. Als ik musici met die instrumenten in een wervelend tempo muziek hoor maken dan kan ik, normaal gesproken,  niet meer stil blijven staan. Met die knieblessure die ik nu heb moet ik wel.   

‘The old dutch Riverhoppers’  geven drie kwartier lang een show met old time en bluegrass uit pioniersjaren van o.a. Bill Monroe. Dit is dus een voorbeeld van een band die tot swingen dwingt.

Veel minder boeide mij  de als ‘de nieuwste soulsensatie’ uit Engeland aangekondigde band. Goeie muziek, dat  wel maar daar ben ik niet voor gekomen. Bert en ik nemen een biertje (3 euro per stuk) en schuifelen langzaam maar zeker in de richting van het podium waar straks ‘The long gone daddies’  gaan optreden.’ Het blijkt een uitstekende band te zijn met goede zang een prima pedal steelbespeler.

Het is dan half zeven. Tijd om naar huis te gaan. Van het ultra levendige Oude Noorden terug naar het supersaaie Prinsenland.

zondag 26 juni 2022

MUGGEN

 

Drieëntwintig bloedspetters tel ik nu op mijn plafond en op de wanden van mijn slaapkamer. Ook op vier kussenslopen, twee onderbroeken en een t-shirt zitten bloedvlekken. Op de onderkant van mijn pantoffels hebben ze ook gezeten maar die heb ik er af gelopen. Ja, ook op mijn handen hebben ze gezeten, maar petsen doe ik nog zelden. Allemaal bloed van door mij gedode muggen. ’t Is maar een klein beetje want de meeste krijg ik niet eens te pakken. Ze nemen mij te grazen!

Middeltjes gebruik ik wel maar ze werken nauwelijks. De muggen wennen er aan. Aan het ene middel nog sneller dan aan het andere. Spuiten doe ik. Smeren ook en de mug weet natuurlijk precies het onbedekte plekje op mijn huid te vinden. Ik gebruik zo’n vaponastrip, waarvan ze zeggen dat ie kankerverwekkend is. Lekker: tegen de muggen èn kankerverwekkend.  Wat een dilemma.  Zo’n strip heeft trouwens alleen maar zin als ramen en deuren potdicht gehouden worden. Lekker, bij een slaapkamertemperatuur van ruim 20 graden, ’s nachts alles dicht houden.

Ik heb een apparaatje uitgeprobeerd dat een zoemetje produceert. De mug kan er niet tegen maar ik ook niet. Ik slaap niet met zo’n geniepig geluidje. Zet de zoem uit en schuif mijn bedje weer in. Welja, daar is tie weer met zijn gezoem om mijn oren. Ik zie niks maar geef op goed geluk mezelf een tik voor mijn kop in de hoop dat ik dat kreng raak. Maar helaas. Tien seconden later komt er weer een aan zoemen. Mijn hoofd gloeit van mijn eigen gepets.

Met een dodelijk tennisracket moet ik de strijd met de mug kunnen winnen. Zoals toptennisser Federer uithaalt naar de bal, die geretourneerd is door tennistopper Nadal, zo geconcentreerd mep ik naar  de mij irriterende muggen. Als ik ze raak dan verbranden ze levend op mijn racket…..tenminste, als ik het verbrandknopje op het handvat van het racket ingedrukt houd. De geur van gegrilde mug is allerminst opwindend. Ik heb er wel lol in om die hinderlijke creaturen zo hardhandig te killen. De muggenracket is wat mij betreft het beste, leukste en meest bevredigende muggenbestrijdingsmiddel.

Bij de anti-muggenshop weten ze me ook te vertellen dat als er één dier is dat duidelijk merkbaar geëvolueerd is de laatste tientallen jaren, dan is dat wel de mug. Nou ja, dat klopt ook wel: ik weet nog wel dat ik, ruim zestig jaar terug, als kind dus, op klaarlichte dag,  met één simpele handbeweging drie muggen tegelijk ving, plette of bewusteloos sloeg. Ik vond het niet eens een prestatie; ik deed het als het ware ‘met twee vingers in mijn neus’. Kom daar anno 2022 nog maar eens om.

Muggen hebben zich de afgelopen tientallen jaren aangeleerd om zich verdekt op te stellen. Je hoort ze wel maar je ziet ze niet. Vroeger gingen ze gewoon domweg op iets wits zitten. Plafond, wit stukje behang. Dat zal je ze nu echt niet meer zo veel zien doen. Ze pakken nu doorgaans zwarte donkere kastjes, donkere kleding, het raam, als het donker is natuurlijk. Ook heb ik gemerkt, dat ze tegenwoordig veel meer dan voorheen onder mijn bed gaan zitten. Tuig!

Muggenbeten op zich zijn nog niet eens het ergste. Dat gezoem om mijn kop net op het moment dat ik in slaap dreig te vallen, dat vind ik eigenlijk het ergste.

zaterdag 25 juni 2022

LAARZEN OP DE TRAP

 

Het is zeven uur  in de ochtend. Ik haal de krant uit de brievenbus en begin aan mijn dagelijkse ochtendgymnastiek: de trap op naar de  vijftiende verdieping. In stevig tempo. Ik heb hinderlijk last van ‘de stop’. Mijn dokter zegt dat dat wel goed komt als ik meer ga bewegen.’ Dan bedenk ik dit traplopen … en verdomd het werkt.

Op de eerste etage is alweer enige maanden geleden in grote koeienletters op de muur gekalkt: ‘SLAVEN UIT GUINEE BISSAU UIT 1432’. De meeste vreemde dingen in onze flat worden gedaan door lui die hier niks te zoeken hebben. Een bewoner doet zoiets niet. Die bevuilt zijn eigen nest niet. Ik houd het op heimelijke indringers.

Die klote woningbouwvereniging … de eerste de beste dag dat ik die leuze zie, meld ik het … ja, ze halen de leuze gelijk weg, zeggen ze …  zeer frustrerend … ja zeggen en nee doen … ze zijn laks daar ... vijf weken en vier telefoontjes verder  is de leus weggewit.

 Ben alweer op  de zevende … een gebruikt condoom keurig netjes in een hoek van de traptree geschoven, het spermaspoor is half opgedroogd. 

‘Mèt condoom: tien, zonder: twintig euro,’ hoor ik het hoertje de auto in nog schreeuwen. De flat staat vlak bij een afwerkplek… zou deze trap dan ook al afwerkplek geworden zijn? Het zou me niet verbazen. Er wonen hier slordige bewoners, die de deur van trappenhuis zo maar open laten staan. Een slim hoertje heeft de sleutels ontfutseld van een bewoner … een zuipschuit. Daar zijn we lekker mee met zo’n dronken droppie als buur. Het kost wel weer een nieuw deurslot.

 Eergisteren zat er een, zo te zien, ongebruikt condoom over de klink van de  entreehaldeur geschoven.  Vreselijk grappig, net zoals het opblazen van een condoom, maar zo langzamerhand heb ik  het wel gehad met de condoomhumor.

De negende …  ik raak al behoorlijk buiten adem . Stophoest-papiertjes, groen, een stuk of tien, verdeeld over drie treden.

Op de tiende,  liggen aan elkaar geplakte vloeitjes, klaar om een joint mee te bouwen, een leeg pakje shag, wat tabakskruim en uitgedrukte peuken.

 Een sterke urinegeur komt me tegemoet op de elfde; die plas is daar nog niet zo lang geleden gedaan. De damp slaat er nog  van af.

 En nooit, nooit zie ik ze: de blowers, de zeikers; de neukers; de leuzenkalkers, terwijl ik hier toch van maandag tot en met vrijdag, vijf ochtenden per week de trap op loop. Weliswaar uitsluitend tussen zeven en acht … dat loopt natuurlijk wel in de gaten.

 Ik hijg verder. Op de dertiende staan twee paar laarzen, hoge witte en lage zwarte. Alsof ze uitgeschopt zijn door een stel meiden, die hier na een nacht pezen, lekker achterver willen gaan zitten. De eigenaressen van die laarzen, kunnen toch niet ver zijn. Door de draadglasruiten meen ik in de portiek van de dertiende  vaag een figuur te ontwaren. Ik duw de deur vlug open maar daar staat alleen een vuilcontainer. Door nu naar mijn verdieping, de vijftiende.

 ´Begin de dag met een paar slokjes warm drinken, thee, koffie, water is ook prima. Eet dan, voorafgaand aan je ontbijt,  twee gewelde pruimen … maar het belangrijkste is toch: beweging!´ zegt mijn dokter. Dan nu ontbijten, krantje lezen en een uurtje fietsen naar mijn werk. Maar eerst even naar de wc.

vrijdag 24 juni 2022

EVEN IN BLIJDORP

Even in Blijdorp I 

Druilerig en  rond de achttien graden: ideaal voor een ochtendje dierentuin Blijdorp. Er is weinig toeloop en dan zijn de dieren juist het meest actief. Met een vrolijkmakend elan spettert en tettert het jonge olifantje in zijn ruime waterpoel. Ondeugend spuit hij andere olifanten en dierentuinbezoekers nat.“Leuk hè, die olifantjes, Jacco?”, die op mamma’s bovenbeen zit. Maar peuter Jacco heeft alleen maar oog voor het kleuterklasje even verderop. Hoe de kinderen praten,  tegen elkaar opbotsen, snoepen,  lachen, gillen, wijzen, springen, Jacco lijkt niets te ontgaan.‘Vind je het leuk, Jacco?’ vraagt mamma, die zelf helemaal in de ban is van het olifantje. Ja, knikt hij enthousiast. Hij vindt het geweldig.

 

Even in Blijdorp II

 Een endje verderop loopt de tijger zijn rondjes……..in zijn namaakjungle; een gepantserde glaswand van drie  hoog bij vijf breed scheidt tijger en bezoeker van elkaar. De tijger heeft er blijkbaar ineens lol zin in om vlak langs de glasplaat heen en weer te lopen. Petertje loopt aan de bezoekerskant in het temp van de tijger mee. Stopt als de tijger stopt. De tijger stopt als   Peterje stopt. Hij en de tijger maken geen geluid. Petertje kijkt niet op of om. Is één met de tijger.

‘Kom Peter, kom’, … maar hij hoort niets of wil niets horen  … en als zijn moeder hem bij zijn arm beetpakt , rukt hij zich gelijk weer los.

 

Even in Blijdorp III

 

Het terras staat er nog net zo bij als eind gistermiddag.  De tafels en stoelen zijn smerig en zeiknat van de regen van vannacht. Die regen is niet voldoende geweest om de vogelpoep van het terrasmeubilair af te spoelen.

Heel even laat ik mijn koffie onbewaakt achter … wat servetjes halen om mijn tafel schoon te maken. Vogels lusten geen koffie, godzijdank. Anders had ik inmiddels geen koffie meer gehad. Spreeuwen, kauwen, kraaien, merels, meeuwen, duiven staan hier in tientallen klaar om jacht te maken op elke koekkruimel.

‘Dit is natuurlijk wèl de dierentuin’, zeg ik bij mezelf. Toch jaag ik die brutale meeuwen weg.  Bijna snaaien ze mijn boterham met kaas, met plastic zakje en al.

Aan het tafeltje naast mij zit een inburgeringsklasje, 6 vrouwen, drie  kinderen, waarschijnlijk alle drie van één moeder … volgens mij is het een drieling. Ik geef een servetje aan een van de dames. Haar stoel is vies. Ze pakt het servetje aan, maakt haar stoel schoon, legt haar jas op de zitting en ploft neer op de stoel.

 

donderdag 23 juni 2022

MAASZICHT

 Maaszicht 1

Zij heeft haast vanochtend. Ze hoort de wekker wel maar draait zich nog even om. Kwart over acht schiet ze wakker. Over een kwartietje moet ze op school zijn. Vader, moeder, broertje en zusje waren al de deur uit. Geen tijd meer om te douchen. Haar kammen, eten, vlug aankleden en wegwezen, dan kan ze het nog net halen. De broek van gisteren kan ze niet meer aan. Daar zit een chocolademelkvlek op. Bij het bloesje van gisteren heeft ze geen passende broek. Dan ook maar een ander bloesje. Snel drinkt ze een paar slokken van het drinkontbijt en pakt een mandarijn van de fruitschaal. Schoolspulletjes in de tas gooien, jas aan en wegwezen.In de lift van de 11e naar de begane grond eet ze haar banaan en mandarijn schrokkerig weg. De schillen gooit ze in de hoek van de lift. Ze rent de het flatgebouw uit om 3 minuten voor half negen. Ze zou het net redden, die ochtend.

 Maaszicht 2

Hij heeft geen zin om op te staan als zijn vrouw die ochtend om 9 uur de deur uitgaat. Hij is al een tijdje in de ziektewet en is langzaam de  structuur van zijn dag kwijtgeraakt. Hij hoort nog wel de deur dichtslaan dan draait hij zich om: nog even wegdommelen. Als hij enige tijd later zijn bed uit strompelt ziet hij dat het half elf is. Weer veel te lang geslapen. Even piesen, een boterhammetje snijden en beleggen; kopje thee in magnetron en z’n krantje halen.

Hij stapt op de 13e in de lift en ziet de bananen- en mandarijnenschillen in de hoek van lift liggen. ‘Weer zo’n aso’ denkt hij. Hoe kom je er toch in godsnaam bij om de lift als vuilnisbak te gebruiken? De supertrage lift bereikt na een minuut of 3 de begane grond. Hij loopt, zo goed en zo kwaad als hij kan lopen, naar de brievenbus om er zijn krant uit te halen …en een zooi reclameblaadjes. Hij kan de krantenkoppen nog niet lezen want hij heeft zijn bril nog niet op. Gelukkig heeft nog niemand anders de lift nodig gehad, dus kan hij weer met dezelfde lift terug. De schillen liggen er natuurlijk ook nog. Hij pakt met een stel reclameblaadjes de schillen op en verwerkt het geheel tot een prop. “Ongelooflijk” mompelt hij nog. Weer in zijn flat aangekomen loopt hij gelijk door naar de vuilnisbak en gooit de prop daar in. Hij zet zijn bril op, pakt zijn boterham en kopje thee en nestelt zich in zijn onbijtstoel. Burgers moeten elkaar aanspreken op ongewenst gedrag. Stadsetikette in Rotterdam leest hij. Wie moet ik in deze flat in godsnaam aanspreken?

 

Maaszicht 3

Zij komt moe thuis. Een zware dag, veel vergaderingen; veel gezeik. Even de post pakken. Onder de kast met 70 brievenbussen ligt een stapel achteloos gedumpt reklamemateriaal. Iemand, vast een van de buren, heeft zijn interessante post uit de berg reclamemateriaal gevist en de rest op de grond geflikkerd. Jezus Christus, wat een mensen wonen hier! Is het nou zo moeilijk om dat in een container of in je eigen vuilnisbak te gooien, dacht ze. Ze pakt de stapel op; er zit ook nog een opengescheurde belastingaanmaning tussen. Nu weet ze in ieder geval wie die sloddervos is. Die gaat ze eens flink de waarheid zeggen. Ze neemt de stapel mee om die boven in haar eigen papierbak te deponeren. Die belastingaanmaning houdt ze apart.

 

woensdag 22 juni 2022

VINGERS IN MIJN OREN

 Het besef dat je zaken als verveling, neerslachtigheid en eenzaamheid van je af kunt schrijven is een stimulans. Schrijven als remedie. Een hele dag alleen thuis. Heerlijk. Geen stress. Niemand die aan mijn kop zeurt, dat ik iets moet doen of laten. Top. Telefoon neem ik niet aan. De deurbel laat ik gaan. Vandaag moet ik maar twee dingen doen belasting en koken. Die geven geen stress. 

Op het menu staat: spruitjes met ham en kaas; een gemakkelijke maaltijd. Daar kan ik me geen buil aan vallen. Ik kook een pond spruitjes en een pond aardappelen.  Die stamp ik en werk daar dan de hamblokjes (250 gram) en de in blokjes gesneden extra belegen kaas (3 ons) doorheen. Uiteindelijk wordt het, alles bij elkaar, maar een klein pest beetje eten. Veel te weinig voor mij en haar samen, zo te zien. Het toetje is fruit: grapefruit. Ploeh (!) wat zijn die grapefruits zuur.

Daarmee zit de maaltijd er op. Ik kan me nog vaag herinneren, dat zij dan een shaggie opsteekt en erg druk gaat zitten praten. Over haar werk, onze zonen en haar favoriete onderwerp: de buurt. Ze kan soms, en meestal na het eten, ineens zo doorzagen over een onderwerp, dat ik het er benauwd van krijg. Ik vind het erg knap van mezelf dat ik het nog steeds kan opbrengen om te blijven zitten en het aan te horen.  Soms stop ik figuurlijk mijn vingers in mijn oren, want als ik dat niet zou doen, vrees ik dat ik uit elkaar plof. Ik voel mezelf net een half opgepompte fietsband.  Bij elke zin die zij uitspreekt wordt die band een beetje harder opgepompt, zo voel ik het nu, en op een gegeven moment is de band hard, harder kan die niet. Maar er wordt maar doorgepompt. Ik bedoel, zij praat alsmaar door en ik heb het gevoel dat ik elk moment uit elkaar kan barsten. (Ja, meissie, dat is even schrikken, hè? Want ook dit stukje zal je wel stiekem gaan zitten lezen, als ik er even niet ben. Net als al die andere stukjes van mij). Dan ga ik op een gegeven moment maar van tafel, breng wat vuile borden en bestek naar de keuken. Zij gaat dan vanzelf ook wel aan de gang en meestal, als haar sjekkie op is, stopt de spraakwaterval vanzelf. 

Deze dag moet ook de belasting nog. Daar heb ik flink mee zitten hannesen. Afijn, ik ben d’r uitgekomen. Het is fijn te weten dat we allebei wat geld terug krijgen. Ik 120 euro zij maar liefst 220 euro. ‘Euri’ zeggen sommigen fanatici … te gek voor woorden! 

Gisteren heb ik ook al even zitten schrijven. Dat stukje heeft als titel: ‘Maar weer eens doen’. Helaas heb ik dat nog niet af. Net als dìt stukje eigenlijk nog niet af is.

dinsdag 21 juni 2022

BUBBELS MET LIPPEN

De leadzanger van the Rolling Stones, Mick Jagger is gezegend met een paar behoorlijk vlezige lippen, waar tegenwoordig menige jonge  vrouw jaloers op zal zijn. Bij Mick Jagger hoort dat gewoon.  En verder zou ik geen enkele andere vent weten  met van die dikke lippen als hij.  Veel vrouwen zijn er blijkbaar dol op. Wanneer dat soort lippen niet in hun genen zit betalen ze graag een aardig centje voor een medische ingreep om dat te realiseren.

Bubbels met lippen. Ik griezel ervan. In Hilversum lopen er  zo te zien veel  rond. Vrijwel ieder actualiteiten- of amusementsprogramma op de Nederlandse televisie, zowel publiek als commercieel, wordt gepresenteerd door een driedubbeldikkelippen-tante.  Ik keek ’s ochtends altijd met plezier naar het acht uur journaal maar tegenwoordig  word ik er een beetje onpasselijk van. Niet  alleen van het nieuws dat gebracht wordt, want dat alleen is al erg genoeg. Nee, eigenlijk word ik nog beroerder van die dikke-lippen-tantes die ons dat slechte nieuws brengen.  Ik ben om 8 uur ’s morgens nog nuchter. Ik kan die bubbels met lippen van het journaal niet hebben op mijn nuchtere maag. Met name denk ik dan aan Saïda Maggé en Debbie Petter.  

Godzijdank is er af en toe een mannelijke presentator met gewone lippen. Kort geleden trouwens is een nieuwe presentatrice voor het journaal aangenomen: Efke Bovens, die ziet er zowaar uit als een normaal gelipt mens. Misschien is zij wel de representante  van een nieuw aannamebeleid bij de omroep. Of zal het aannamebeleid onveranderd blijven: ‘alle bubbels moeten dikke lippen’ … en … niet te vergeten: ook de bij bubbel passende lipstick.  Efke Bovens moet nog  maar afwachten of ze, na haar proeftijd,  net zo naturel het nieuws mag blijven lezen als ze nu doet. 

Ik wil die kunstmatige bubbels niet zien, dus noodgedwongen doe ik dus het 8 uur journaal, ten dele kijkend, ten dele luisterend.  Het is een beetje gokken: als er bewegende beelden te zien zijn, kijk ik daar vlug even naar en als de bubbel  voluit terug is op mijn tv scherm ,  schakel ik snel over op luisteren. Het is een beetje gokken want soms denk ik dat de bubbel uitgepraat is  … dan kijk ik naar het tv-scherm voor de bewegende beelden maar dan ben ik te vroeg en staat die bubbel nog steeds prominent in beeld te babbelen. Echt irritant. Ik heb er al een brief over geschreven naar de NPO. Heb gevraagd of die presentatrices misschien van die balkjes voor hun mond kunnen krijgen net zoals criminelen ze voor hun ogen krijgen als ze niet herkend mogen worden. Nog niks op gehoord.

Ik heb nu wel twee van die bubbels  genoemd maar er zijn er te veel om op te noemen.  De muziek- film- en pornowereld puilt er van uit. De angst zit er blijkbaar stevig in bij de dames. Niet alleen met grijs haar en een rimpelig gezicht lijk je oud maar ook met dunne lipjes!

Kijk eens naar Mick Jagger, die straalt met zijn 78 jaar nog een en al jeugdigheid uit. Daar kan hij helemaal niks aan doen. Die lippen zitten in zijn genen.