Posts tonen met het label ordinair. Alle posts tonen
Posts tonen met het label ordinair. Alle posts tonen

dinsdag 30 september 2025

VOL OP DE MOND

 Ik heb dagtripjes naar Brugge, Maastricht en Oberhausen geboekt. Met de Rotterdampas in de bus. Kost nog geen 25 euro.

 Afgelopen zaterdag was ik in Brugge. Ik moest om 8uur bij Capelsebrug zijn. De opstapplek. De bus vertrekt om half negen naar Zuidplein. Daar komt het vrolijke damestrio aan boord.

 Om elf uur arriveren we in Brugge.

 ‘Wat een mooie geveltjes daar. Wat een prachtige hengsten (40 euro voor een ritje van een half uur op de paardenwagen!) Wat een drukte. Het lijkt Amsterdam wel!’

 Toen ik op de sportschool vertelde dat ik naar Brugge zou gaan, klonk het unaniem: ’Mooie stad!.’ Toen bleef het even stil. Een van de sportmannen kwam met de onsportieve suggestie daar een terrasje op te zoeken en veel Belgische biertjes te gaan drinken, want je hoeft toch niet zelf terug te rijden.

 Een van de sportvrouwen  adviseerde me niet (te) veel hooi op mijn vork te nemen: ‘Gaat daar nou maar gewoon naar toe en loopt ontspannen een beetje in de rondte daar, en gaat eens ergens zitten op je gemakkie, kijkt wat om je heen. Doet iets samen met die andere bus-Rotterdammers. Ploft es lekker samen neer op een terrassie ofzo.

 Ik had het getroffen. Ik zat op de achterbank van de bomvolle bus (mijn lievelingsplek) samen met het trio: ma Jolanda (66)-dochter Patries (39) (type lekker wijf) en kleindochter Hasna (14). We zaten ook gezellig bij mekaar in de-rondvaartboot. En we zongen daar ordinair hits van Vader Abraham en dat lijpe Engelbewaarderslied. Gelukkig is in zo’n bootje vrijwel alles leuk, toch? Ik dronk samen met die drie meiden een beetje te … Ja, ik niet alleen.

Op de terugreis was alleen de achterbank van die bus in een (te) vrolijke stemming (hard lachen, hard zingen). Die Patries (39) kreeg de slappe lach. Ze zat steeds meer tegen mij  (75) op te rijen.

Zo af en toe keken de mensen die voor ons in de bus zaten met een chagrijnige kop achterom. Gaan ze klagen bij de Rotterdampas? O, jee!

Om tien uur was ik thuis. Het Zuid-trio een half eerder dus. Die Patries kuste me als afscheid vol op mijn mond: ‘Dag meneer Jos. Het was leuk met u erbij!’ 

Ik wist niet wat me overkwam. ‘Jos’ en ‘jij’ zeggen durfde Patries de hele trip niet.

Geinig tripje. Smaakt naar meer. Maar … toch wel net iets te kort, als je het mij vraagt. Maar wie vraagt mij wat??

zaterdag 8 oktober 2022

LAF

Twee pestapies uit de smalle, duistere  Brederodestraat in Spangen: de broertjes Sjakie en Ferdinand. Sjakie is twee jaar ouder dan ik. Ik ben 11.Hij is sterk en heeft een argwanende oogopslag.  Eerlijk gezegd heb ik nog nooit last met hem gehad. Ik ben namelijk zo hypocriet om hem altijd zijn zin te geven, omdat ik bang ben om ruzie met hem te krijgen. Wil tie mijn bal, dan krijgt ie mijn bal, wil tie mijn step, dan krijg tie mijn step, wil tie geld van me, dan geef ik hem geld. Daar staat tegenover dat hij me altijd helpt als het nodig is. Ik ben niet zo’n krachtpatser. Zo gaat Peter van der Tol, die al 14 is, er op een dag zo maar ineens op mijn fiets vandoor. Als ik dat zie gebeuren ren ik met veel kabaal achter hem aan. Ik moet mijn fiets terug! Gelukkig is Sjakie dan in de buurt . Die hoeft alleen Peter maar even aan te kijken of hij komt met de staart tussen zijn benen mijn fietsje terugbrengen.

Sjakie  doet eigenlijk nooit zo veel met de anderen jongens in de straat. Hij heeft wel een paar  vriendinnetjes: Rietje, Thea en Dini. Daar speelt hij wèl mee.  Zo af en toe, als zijn moeder aan het werk is, opent  Sjaak zijn huisdeur en wipt hij vlug naar binnen met een van die meisjes. Zijn broertje weet dan dat hij moet opletten of de kust veilig blijft.

Sjaak kijkt meestal de kat uit de boom. Ferdinand, die precies weet hoe sterk zijn broer is, is een ordinair  lefgozertje. Een ondeugende mannetje. Een wat oudere buurvrouw, zwarte Lenie (ze heeft zwart haar) weet daar alles van. Steevast als Ferdinand uit school komt, gaat hij hard op haar deur staan rammen en schreeuwt: ‘Dikke tieten, dikke kont, dikke tieten, dikke kont!’ om vervolgens op zijn dooie akkertje naar zijn eigen huisdeur te lopen, zo’n twintig meter verderop. D ie vrouw wordt dat dagelijkse geziek spuugzat. Ze komt furieus naar buiten stormen … waarschijnlijk weet ze het zelf niet maar ze loopt in haar blootje . Haar billen en borsten zijn inderdaad behoorlijk groot. Spiernaakt gaat ze achter Ferdinand aan …. Maar die is razendsnel …. hij zit op atletiek …  loopt de 100 meter in 14 seconden …  een toptijd. De vrouw heeft geen enkele  kans. Ze geeft het al snel op … en loopt terug naar haar huis. Zo veel als mogelijk bedekt ze haar edele delen   ze moppert en scheldt op dat rotjoch, dat haar steeds weer treitert. Haar buren, van wie sommigen naar buiten zijn gekomen en  enkelen uit raam hangen, lachen besmuikt.  Haar ontgaat alles nu, zo is ze met zichzelf bezig. Ze heeft niet in de gaten dat Ferdinand  bij zijn voordeur staat. Haar deur staat nog open. Ze stapt naar binnen en gooit met smak de deur dicht.

Ik heb medelijden met die vrouw. Ik vind het ook helemaal niet leuk wat Ferdinand doet. Die vrouw is maar alleen … een makkelijk slachtoffer. Ik wou dat ik tegen Ferdinand durfde te zeggen, dat hij daarmee moet ophouden maar dan wordt hij vast boos op mij, haalt hij Skakie erbij en dan ben ìk straks de lul. Laf hoor.