Het is me nog niet zo heel vaak overkomen dat ik zo boos op
iemand was, dat ik hem wel wat wilde aandoen ……Meestal beperkt boosheid zich
bij mij tot de lawaaierige uiting van een onsamenhangende woordenstroom.
Natuurlijk heb ik mijn kinderen wel eens een corrigerend
tikje gegeven en met een van mijn zonen heb ik zelfs wel eens serieus geworsteld
… en eerlijk gezegd kan ik me nu niet eens meer precies herinneren waarom ik
toen handtastelijk werd. Wel weet ik me te herinneren dat die worstelpartij
onbeslist eindigde en dat mijn zoon, hij was toen 18 of 19, vrijwel meteen is gaan zoeken naar een eigen
woonplek. Onze verhouding is er gelukkig sindsdien wel weer wat hartelijker
geworden.
Terwijl ik dit schrijf, krijg ik zo langzamerhand de
aanleiding tot de vechtpartij weer een beetje in beeld: onenigheid over
tv-kijken. Zoonlief zat of lag ( waarschijnlijk dat laatste) voor die
televisie. Het toestel stond luid en overduidelijk MTV-beelden en -geluiden de
huiskamer in te knallen ……. dat irriteerde me
…. ik had daar een bloedhekel aan ... wilde daar een beetje rust, zodat
er gelezen en gepraat kon worden. Ik
wilde die MTV gewoon niet in mijn woonkamer … en zeker niet zo hard … daar had hij
een tv voor op zijn eigen kamer. Ik
zette demonstratief (en zeer autoritair) de tv uit en toen explodeerde er
iets…... wie er nu de eerste tik heeft uitgedeeld weet ik echt niet meer … zal
ik wel geweest zijn.
Tja en onlangs schreef ik nog over die lingerie-winkelier,
die me vastpakte en me ten onrechte beschuldigde van het inkinkelen van zijn
dure étalageruit … en hoe ik hem toen hard tegen zijn schenen schopte, waarna
hij me van schrik liet lopen.
Een ander slachtoffer van mijn grote boosheid was Hans. Hans
was eigenlijk een van mijn beste vriendjes. We liepen vaak samen van en naar
school. We zaten bij elkaar in de klas. Hij kwam me ook nog wel eens ophalen om
samen buiten te spelen.
Op school had ik al de hele middag een rotgevoel in mijn
buik. Eigenlijk had ik aan de meester moeten vragen of ik naar de wc mocht
(‘twee vingers opsteken en wiebelen in je schoolbankje’) maar ik had er zo’n
hekel aan om te poepen op school: je kreeg altijd maar twee dunne velletjes
pleepapier mee van de meester en daar kreeg ik mijn kont nooit goed mee schoon.
Ik wou dat ik het toch maar wel had gedaan: want de buikkrampjes hielden aan en
toen ik dacht een scheetje te moeten laten kwam er tegelijk een dunne lading
poep mee …. wat een ellende … en stinken … en plakkerig zitten gelijk. Mijn
klasgenootjes om mij heen gingen demonstratief hun neus dicht zitten knijpen en
de meester (meester Mens) kwam, nieuwsgierig geworden, ook even snuffelen.
‘Heb jij het in je broek gedaan, jongen’ vroeg hij aan mij.
Ik knikte, schaamde me rot. De hele klas lachen! Ik moest er van huilen.
‘Ga maar vlug naar huis toe,’ zei de meester, ’andere kleren
aantrekken en dan weer gelijk terug komen naar school, hè!’ Omdat ik buikpijn
bleef houden heeft mijn moeder me toen even thuis gehouden.
Een paar dagen later voelde ik me wel weer goed en ging ik
weer naar school. Alles leek okee alleen Hans deed zo vreemd onder het
speelkwartier. Normaal spelen we samen met nog wat klasgenootjes maar het leek
nu net of hij niks met me te maken wilde hebben …..
‘Poepbroek, je bent een poepbroek, zei die pesterig.’ En ook
op de weg van school naar huis bleef hij een paar passen achter me lopen, samen
met nog een paar anderen zongen ze:
‘Jossie is een poepbroek, Jossie is een poepbroek’. Dat
maakte me eerst verdrietig en toen opeens heel erg boos. Ik draaide me om,
stormde op Hans af en gaf hem met mijn vuist een stomp op zijn gezicht. Alléén
Hans, die anderen deed ik niks … en Hans was nog wel mijn vriend … hij viel
achterover. Zijn brilletje was gelijk in tweeën, hij had een bloedneus en een
gat in zijn hoofd. Ik spurtte gelijk naar huis … nog nooit was ik zo boos
geweest op iemand.
’t Werkt soms blijkbaar wel zo’n dreun. Daarna ben ik nooit meer gepest!
Alleen bekoelde na die dreun de vriendschap met Hans wel een
paar weken. We hebben er nooit meer wat over gezegd tegen elkaar maar onze pijn
is eigenlijk gesleten door met elkaar en
andere jongens uit de straat ‘voetbalmetsies’ te spelen. Na een tijdje is Hans me gewoon weer komen ophalen om samen naar school
te lopen.